el Land van Hensden en Alleua. de Langstraat en de ilommelerwaard. Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden. No. 3033. W oensdag 22 Maart Bestrijding van Vee-tuberculose. FEl li J.ETON. DE BOETELING. tT VAN ALTEH/ VOOR Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG. Abonnementsprijs: per 3 maanden f 0.75, franco per post zender prijs verbooging. Afzonderlijke nummers 5 cent. 1911. Advertentiën van 16 regels 50 ct. Elke regel meer 71/» ct. Groote letters naar plaatsruimte. Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdag- middag 12 uur ingewacht. De tuberculose die zoovele menschen ten grave sleept en aan welker bestrij ding van jaar tot jaar grooter zorg wordt besteed, is ook voor den rund veestapel in alle landen een ware geesel. Verschillende regeeringen leggen dan ook groote sommen ten koste aan de beperking van het envel, niet alleen in het belang van den boerenstand maar ook van de vblksgezondheid. Want het staat vast dat de melk en het vleesch van „parelzitke" koeien hoogst uadeelig en dus ongeschikt is voor het gebruik. Zoo zijn dan ook in ons land reeds eenige millioenen aan dit belang ten koste gelegd, maar dat ze doelmatig zijn besteed zal wel niemand kunnen beweren, want van afneming der ziekte is voorhands nog geen sprake. Dat ligt ongetwijfeld aan de onvoldoende maat regelen, die tot nu toe genomen zijn Gelijk men weet bestonden die maat regelen in het onder bepaalde voor waarden overnemen en afmaken van rijkswege van zieke of ziek geachte runderen, doch door als maatstaf te nemen de tuberculine-proef had men geen waarborgen, dat alleen dieren die loden aan z g. open tuberculose (de gevaarlijke, klinisch te constateeren vorm der ziekte) werden afgemaakt en tevens ontbraken voorschriften voor het systematisch zuiver houden van stallen. Zoo is niet bereikt wat men hoopte en daarom heeft de regeering uitgezien naar een stelsel, dat goedkoo- per uitkomt en meer kans geeft van slagen. Dit stelsel is belichaamd in een Kon. Besluit, waarin aan veefokkers, in de eerste plaats als zij leden zijn van een vereeniging tot verbetering van deo vee stapel, van rijkswege steun wordt toe gezegd bij de bestrijding van tubercu lose onder hun veebeslag, mits hun stallen aan redelijke hygiënische eischen voldoen. Ook aan veehouders (geen fokkers dus) wordt onder bepaalde voor waarden die steun toegezegd, evenwel niet aan handelaren, daar hun belang by een deugdelyk, geheel ziektevry beslag minder groot wordt geacht. Wie van dien geboden rijkssteun gebiuik wil maken, moet een daartoe strekkende aanvraag tot de directie van den Landbouw richten en zich voor een te bepalen tyd verbinden tot: lo. het laten onderzoeken van zyn geheelw beslag door een aangewezen rijksveearts op klinische tuberculose2o. tot het afstaan van hun klinisch-tuberculeuse runderen aan het Rijk tegen een ver goeding volgens een door den Minister van Landbouw vast te stellen tarief. 16) „Je bent op het oogenblik buiten be trekking, Steiners Lori", aldus begon Nolier, „en het zal je dus veel moeite kosten je zuster en je zelf te onderhouden. Ook vertelt men in het dorp, dat Felici een ongeluk zou getroffen hebben en „Ik waarschuw u, uw tong in bedwang te houdenklonk Lori's snijdende stem door het vertrek. „De lasterpraatjes, die men in het dorp rondstrooit, deren ons niet en wij verlangen ze niet te weten. Hier wordt er niets slechts gezegd van het meisje." „Nu, r.u, het is beter als het lasser is," zei de andere vergoelijkend, want de schrik was hem in de leden gevaren, „maar ik heb het altijd goed met jullie gemeend en Lori lachte hoonend bij deze verzekering. Nolier liet zich echter niet van de wijs brengen. „En nu ben ik hier gekomen met de beste bedoelingen, niettegenstaande de booze woorden, die je mij den laatsten keer hebt toegevoegd 1 Ik bied Felici nog eens mijn hand aanl Overleg het met elkaar, ik meen bet goed, maar het is de laatste maal, dat Steiner had het geweer in een hoek gezet en toen Nolier ophield, keerde hij zich naar hem toe. Juist zag hij Hofer's Jozef bij de kamerdeur staan, met Tilde achter zich. Er of tot bet slachten van die dieren bin- men acht dagen na het onderzoeken onder toezicht van een aangewezen rijksveearts; 3o. tot het vervoeren op eigen kosten van de aan het Rjjk af gestane dieren naar spoor, tram of abattoir, 4o. tot het grondig ontsmetten van de stallen, waar de zieke dieren hebben gestaan, volgens te geven voor schriften 5o. tot het nemen van die voorzorgsmaatregelen, welke in hun t>ediijf kunnen worden toegepast om den tuberculose vryen opfok van hun jong vee te verzekeren 6o. tot het niet toevoegen van runderen aan hun beslag dan nadat deze door den meergt-noem- den rijksveearts zyu onderzocht en vrij bevonden zijn van op tuberculose dui dende verschynselen, en 7o. tot terug gave van de kosten van onderzoek vol gens een vast te stellen tarief, indien aan het bovenstaande niet wordt vol daan. Uit het hier meegedeelde volgt dat het Rijk alleen steun wil verleenen aan hen, die daadwerkelyk toonen dat zij met allo kracht willen meewerken aan de bestrijding der ziekte. Inderdaad, van de fokkers en vee houders moet die bestrijding feitelijk uitgaan en de regeering kan alleen h jn helpen door bepaalde doelmatige voor schriften, door het onbekrompen ver- strekkeu van veeartsenykundige hulp en door het overnemen van werkelijk voor ander vee gevaarlyk ziek gebleken dieren. De voor het beoogde doel aan te stellen veeartsen zullen onder leiding van de districtsveeartsen werken, die op hun beurt ter zyde zullen worden gestaan door commissies van advies. De bepaling van het tarief volgens hetwelk h«t Rijk op grond van een rapport van den veearts een ziek dier kan overnemen, is nog niet geschied. Het zal, meenen wy, in hoofdzaak daar van afhangen of het nieuwe stelsel doeltreffend zal kunnen werken. Want wordt dit tarief te schriel vastgesteld, dan zullen wellicht al heel weinigen van de geboden gelegenheid gebruik maken. Het laat zich evenwel aanzien dat de regeering, die blijk geeft van veel practischen zin door de belang hebbenden te prikkelen tot en te steu nen by een doelmatige bestrijding, ook het tarief zal weten vast te stellen zóó dat het inderdaad een „vergoeding" wordt. Voor 1911 is op de begrooting van Landbouw een bedrag voor het doel uitgetrokken van f 250.000. maar by een groote deelname der belangheb benden, die naar we hopen allengs zeer aar.zienlijk in aantal, zullen worden, zal de schatkist voor dit volks- en landsbelang nog wel wat wyder kunnen worden opengezet. Ons land, waar de veeteelt een enorme ontwikkeling heeft gekregen, en welks rundvee bekend is over de geheele wereld, moet zich voor het bewaren van zyn goeden naam op de interna tionale markt desnoods groote offers weten te getroosten. Het bovenstaande is een korte uit eenzetting *an hetgeen de regeering beoogt. Zij, die volledig ingelicht willen worden, kunnen etn brochure aanvragen bij de directie van den Landbouw, Tournooiveld 6 te 's-Gravenhage, die gratis beschikbaar wordt gesteld. Buitenland. Zondag hebben in het departement der Aube de aangekondigde betoogingen tegen de uitsluiting van die landstreek van het gebied der champagnedruif plaats gehad. Te Bar-sur-Aube namen 10,000 personen met muziek en vlaggen aan die betooging deel. Van de huizen was de met rouwfloers bekleede vlag uitgestoken, terwijl op liet raadhuis een roode en een zwarte vlag waren ge- heschen. 's Ochtends werd ten raad- huize een voorbereidende vergadering gehouden, waar de parlementairen en de verkozenen des lands een eed van bondgenootschap aflegden en zworen de bestuursstaking voort te zetten en tegen de regeering te blijven stemmen,zoolang hun geen voldoening is gegeven, 's Na middags trokken de betoogers door de straten met vlaggen, waarvan alleen de roode baan te zien was, en borden met opschriften en caricaturen. In den stoet waren 27 gemeenten vertegenwoordigd. Op het stadhuisplein werd om den onder-prefect geroepen en toen deze verscheen een stapel belastingbiljetten in brand gestoken, waarop twee poppen werden geworpen, voorstellende den minister-president Monis en het Senaat lid van het Marine-departement, Léon Bourgéois, die aan de vlammen werden prijsgegeven onder het gejuich der menigte. Daarna werden toespraken gehouden, waarin de menigte tot geweld werd aangespoord. Na de betooging gingen de deelnemers rustig uiteen, terwijl de burgemeesters, die hun ont slag hadden genomen, door den onder prefect bijeen geroepen en beripst werden. Gelijke betoogingen hadden plaats te Polisot en te Bar-sur Seine. kwam een spotachtige lach op zijn gelaat. „Veel bezoek vandaag," mompelde hij. En met toenemende opgewondenheid ging hij hardop voort: „Je komt juist van pas, Jozef! Je kunt dien daar nu zelf het antwoord geven. Het verbaast mij eigenlijk, Nolier, dat je hier nog durft komen. Maar, natuurlijk, je meent, dat wij toch eindelijk wel zullen inzien hoeveel eer je ons aandoet, nietwaar? Haha! Hij wil Lici hebben, Jozef! Wat zeg je daarvan?" Broer en zuster waren binnengekomen. Tilde keek den spottenden jongen man toornig aan. Jozef wist niet wat te zeggen. Zijn gelaat werd plotseling vuurrood en vaalbleek en toen Felici op hem toekwam en hare hand in de zijne legde, wist hij niet of hij die hand zou vasthouden of laten vallen. Zijn aarzelen duurde slechts kort, maar Lori had het opgemerkt. De uitdruk king op zijn gelaat was angstverwekkend. „Waarom zeg je niets?" beet hij Jozef toe; „moet ik je de zaak ophelderen? Nu, die daar verlangt uit genade en barm hartigheid mijn zuster tot vrouw. Uit genade omdat hij meent, dat ik voor mij zelf geen verdienste heb en nog minder voor twee en uit barmhartigheid omdat „Lori Met gevouwen handen stond Felici voor hem. Hij keek haar met een zonderlingen blik aan en voltooide den zin heel duidelijk. omdat er over een paar maanden een kind om een vader zal vragen." „Dus toch!" mompelde Nolier. Het Hamb. Fremdeubl. verneemt, dat een Engelschman en vier Duitschers in hechtenis genomen zijn, die onder de ernstige verdenking staan nauwkeurige inlichtingen aan Engeland te verschaffen Jozef was ineengekrompen, alsof hij een slag had gekregen. Tilde kreeg een kleur als vuur en ging een paar passen achteruit. Felici gloeide van schaamte en viel half in onmacht op een stoel neer. Maar Lori herhaalde zijn vraag: „Hoe is 't, spreek je niet? Kun je niet zeggen wat je plicht is?" Met den blik naar den grond stotterde Jozef eindelijk: „Wij moeten wachtenVader wil er niets van hooren Een angstkreet ontvlood aan Felici's lippen en die kreet deed Jozefs moed herleven. „Zoo waar God ons helpen zal, ik blijf je trouw," zei hij om haar te troosten. Zijn woorden werden echter overstemd door een geluid, dat klonk als een heesch gebrul. „Lafaard!" had Lori tandenknarsend uit geroepen. Hij stond dair als een roofdier, gereed tot den sprong. Zijn hand omklemde krampachtig den loop van zijn geweer. „Lafaard!" herhaalde hij „Ik heb het het zien aankomen! Nu nog uitvluchten en dan langzaam je uit de voeten maken, nietwaar? Wat komt het er op aan of dat meisje alleen blijft zitten in haar ongeluk? Maar, bij God! Bliksemsnel lichtte hij het geweer op. De haan was gespannen de vinger ging aan den trekker een knal! In het volgende oogenblik was de kamer gevuld met verstikkenden damp, die langzaam wegtrok door de geopende deur, waardoor Nolier zoo even ongemerkt verdwenen was Toen de damp was opgetrokken, bleek Hofer's Jozef ongedeerd. Hij had zijn arm over de oorlogsschepen, die op de wer ven van Bremen en Hamburg gebouwd worden. Het Berliner Tageblatt verneemt nu nog van welingelichte zijde, dat de Hamburgsche politie sedert 14 dagen een Engelschman in het oog hield, die zich uitgaf voor eeu handelaar in oude schepen en herhaaldelijk in de nabij heid van de werf van Blohm und Voss was gezien. Toen de man zich onlangs naar Bremen begaf volgde een beambte hem eu verloor hem ook op de terug reis naar Hamburg niet uit het oog. Eenige dagen geleden werd deze han delaar en tegelijk met hem een voor werker in hechtenis genomen. Tege lijkertijd werden te Bremen twee ar beiders en een vrouw gearresteerd en afzonderlijk naar Hamburg overgebracht. De vijf arrestanten heeten in het bezit te zijn van teekeningen en andere pa pieren over den bouw van Duitsche oorlogsschepen. Een andere Engelschman, die eenige dagen geleden weer naar Engeland is vertrokken, stond ook sedert eenigen tijd onder politietoezicht. Hij zou weer terugkomen. De politie vermoedt, dat hij de leidende man is, maar vreest, dat zijn arrestatie door de publiciteit die aan het geval is gegeven niet mogelijk zal blijken. De poliiie vreest zelfs, dat zij de vijf anderen bij gebrek aan vol doende bewijzen weer op vrije voeten zal moeten stellen. De Hamburgsche procureur-generaal heeft de zaak in handen. Hij heeft echter de autoriteiten te Berlijn van een en ander op de hoogte gesteld. Het Engelsch Lagerhuis heeft in tweede lezing een wetsontwerp aange nomen, waarin allerlei bepalingen zijn opgenomen voor de veiligheid van de mijnwerkers. Bij het debat zei minister Churchill, dat er in het Vereenigde Koninkrijk ruim een millioen menschen aan kolenmijnen werken en daarvan een 850,000 onder den grond. Verleden jaar is heó een schrikkelijk jaar voor de mijnwerkers in Engeland geweest. Er zijn er 1620 omgekomen. Volgens een bericht uit Brussel heeft de rechter uitgemaakt, dat er niet ge noeg bewijsmiddelen zijn om een ver volging te doen plaats hebben in zake den brand op de tentoonstelling. Het is nog niet bekend of de civiele pro cessen hun loop zullen hebben. Te Athene zijn berichten ontvangen uit de Dardanellen dat het anti Griek- sche boycot weer zeer scherp is ge worden. In een oproep tot de bevolking worden de Ottomanen uitgenoodigd de Grieksche schepen te boycotten. Dezelf de berichten komen uit Broessa. Te Smirna verdedigt het comité het ge bruik van de Grieksche werklieden bij het lossen der schepen. Ten gevolge van oproepen, welke door de Turksche om Felici geslagen en met het gevaar, waarin hij verkeerd had, scheen zijn standvastig heid teruggekomen te zijn. Met bliksemende oogen staarde hij Lori aan. Deze leunde tegen het venster; zijn geheele lichaam beefde als in hevige koorts. Een lichtstraal viel door de ruiten op zijn donker hoofd, dat langzaam op de borst zonk. Hij zag er uit om medelijden mede te krijgen, maar toch verried hij geen zwakte; zijn berouw drukte hem neer. Tilde stond naast hem en had beide handen om het geweer geslagen, dat zij hem op het laatste oogen blik ontrukt had. In de zoldering was een gat; daar was de kogel doorheen geslagen. Het binnenstroomende zonlicht omstraal de Tilde met een gouden glans, toen zij daar, hoog opgericht en met samengeknepen lippen stond. Zoo keek Berghofer, wanneer hij gehoorzaamheid afdwong tot eiken prijs. „Lori heeft niet geschoten I" sprak zij. „Het geweer ging af toen ik het hem uit de handen rukte." „Ik heb wel geschoten," klonk Lori's stem als uit de verte. Nu kwam Jozefs goede hart boven. „Geschoten of niet wij zijn nu quitte, Lori en ik! En nu moet de vrede terug- keeren! Ik vraag je nu de hand van je zuster! Ik heb het met vriendelijke woorden van mijn vader gedaan willen krijgen, maar nu moet het maar hard tegen hard gaan!" Dit was te veel voor Tilde; zij kon dit verwijt aan haar vader niet aanhooren. „Als vader weet, dat je eer op het spel staat," riep zij met hoogroode kleur, „dat het je plicht is, dan stemt hij onmiddellijk bladen verspreid zijn, stroomt de Mo- hammedaansche bevolking samen in de moskeeën en clubs, waar redenaars het stelselmatige anti-Grieksche boycot pre diken. De Times verneemt uit Buenos Ayres, dat Jara de dictator van Paraguay de opstandelingen heeft verslagen en uiteengejaagd. De aanvoerder der in- surgenten sneuvelden en hun andere voornaamste leiders werden gevangen genomen. Dictator Jara erkent overigens dat van zijn troepen vier hoofdofficieren en honderd soldaten ontkwamen. Naar verzekerd wordt hadden de op standelingen 300 dooden en gekwetsten. Er komen onrustbarende berichten Albanië. Vooral in het Westen spant het. Ongeveer 2000 gewapende Miridie- ten en andere stammen hebben zich verschanst in het gebergte. Zij wachten het voorjaar af om den opstand te be ginnen. Het heet, dat de beweging van Montenegro uit wordt aangestookt. In Si was zijn de reservisten opgeroe pen. Men brengt dit in verband met den toestand in Albanië. De Times verneemt uit Peking: Het verzoeningsgezinde antwoord van China op de jongste Russische nota is Zaterdag overhandigd. De Chineezen gelooven, dat het antwoord een alles zins bevredigenden indruk zal maken op de Russische Regeering. In China begrijpt men den oorlogzuchtigen toon van de pers niet, nu China zulk een verzoeningsgezinden geest aan den dag legt en terwijl de Russische regeering in een mededeeling aan de pers heeft verklaard, dat de mobilisatie van troepen in Toerkestan niet tegen China gericht is. Het Engelsche Lagerhuis heeft het personeel van de vloot op 134,000 man vastgesteld, zooals in de begrooting was aangevraagd. Een motie der radicalen om dit getal te verminderen is met 233 tegen 21 stemmen verworpen. De landverdedigingscommissie uit de Russische Doema heeft eeu motie aan genomen, waarin verklaard wordt, dat de Joden een verderfelijken invloed hebben op het leger en de wensch wordt uitgesproken, dat een wetsont werp zal worden ingediend, waarin de kwestie van den weerplicht der Joden geregeld wordt. Te Toulon hebben stakers een werk willige mishandeld en in zee gegooid. Gelukkig hebben matiozen den man bijtijds opgevischt. Een andere werk willige is alleen maar mishandeld. Te Denver in Colorado heeft het grauw de woning van een Japanschen koopman aangevallen en vernield. Dit is de eerste anti-Japansche muiterij, toe dat weet je ook wel!" Berghofer's Jozef rekte zich in zijn volle lengte uit en Felici keek met glinsterende oogen naar hem op. „Kom, Felici," zei hij, „maak je klaar. Wij gaan samen door het dorp; de mis is juist afgeloopen en morgen ga ja met mij mee naar mijn vader." Nogmaals liet Tilde's stem zich hooren. „Felici gaat met mij mee en jij praat met vader alleen." „Dat is mij ook goed," gaf hij toe. Daarna wendde hij zich tot den somberen man bij het venster. Hij maakte een eerlijken, trou wen indruk toen hij naast Lori stond. „Luister, Lori, je moet mij gelooven, als ik zeg, dat ik Felici trouw zal blijven. Ik meende eerst, dat het beter was te wachten tot vader zijn ergenis te boven was over jou en het dorp. Nu weet ik wat ik doen moet en nu vraag ik je nog eens: „Sta mij je zuster afl" De boeteling keerde het vermagerde, bleeke gelaat naar hem toe. „Ik meen dat er geen keus isMaar ik heb niets meer in te brengen. Ik heb je naar het leven gestaan 1 Ga het maar aangeven I" Jozef wilde antwoorden, maar Tilde was hem voor. Zij had in dit uur een rijkdom aan ondervinding opgedaan en stond ver boven haar broeder in helderheid van blik en vastberadenheid. „Gaat nu vooruit! Loop langzaam naar het dorp! Ik volg je 1" Naar het Duitsch. Wordt vervolgd).

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1911 | | pagina 1