el Land van Bensden en Allena, de Langstraat en de Bommelerwaard.
Levensstrijd.
Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden.
TVo. 3QS7Woensdag 27 September
W ederkeer igheid.
FEUILLETON.
1911.
Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementsprijs: per 3 maanden f 0.75,
franco per post zender prijs verhooging. Afzonderlijke
nummers 5 cent.
Advertentiën van 16 regels 50 ct. Elke regel
meer 77» ct. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdag
middag 12 uur ingewacht.
Doe een ander niet wat gij niet
wilt, dat hij u doet!
Prachtige les! Het ware te weoschen,
dat die door allen in praktijk werd
gebracht. Dan zou het huiselijk, het
maatschappelijk leven vele misstanden,
vele onaangename verhoudingen niet
zien geboren worden.
Reeds in de kinderwereld. Denk eens
aan het plagen, dat daar geschiedt.
Misschien alleen uit lust om zijn meer
derheid te toonen. Het wordt natuurlijk
alleen gedaan tegenover het kind, den
jongen, het meisje dat men aan kan,
waartegen men in phisieke kracht is
opgewassen, tegen een sterkere of een
die slimmer is, wordt het wel nagela
ten, wijl men vreest voor de droeve
gevolgen, die het na zich sleepen kan.
Op hoevele verschillende manieren
kunnen kinderen elkander plagen't Is
wonder hoe sommige van die kleine
menschjes daarin bedreven zijn, daarin
genot hebben terwijl zij zeiven er
volstrekt niet tegen kunnen en als men
het hen poogt te doen, op ruwe wijze
er tegen in gaan.
Dan het is iets wat men wel
licht van de wereld der oudere menschen
heeft afgeluisterd hoe kunnen jon
gens en meisjes uit de hoogte neerzien
op kinderen, wier ouders het in stoffe-
lijken zin wat minder hebben dan de
hunne, van wie de vader maar een
gewoon bedrijf uitoefent, terwijl hun
vader of aan de staatsruif eet en een
voornamen titel draagt of met coupon
netjes knippen zijn tijd zoek brengt.
Terwijl bij het kind van enkele jaren
iets van dat verschil nog niet wordt
bemerkt, komt het bg het grooter wor
den zoo scherp bij enkelen soms voor
den dag. Alsof dit hun, die op die
wijze worden bejegend, geen pijn doet!
Alsof die trotschen op geld of stand
het niet akelig zouden vinden, als hun
makker, wiens vader wat hooger staat
of nog wat rijker is dan de hunne,
hun daarom uit den weg ging!
Waarlijk de les: Wat gij niet wilt
mag wel degelijk aan de jeugd
worden ingescherpt.
Nog staat ons levendig voor den
geest een tafereel uit onze jeugd. Een
van de scholieren had een onzer kame
raden een leelijk woord toegeworpen
over zijn vader en daarbij een minachtend
gebaar gemaakt.
Wij namen de partij voor den be-
(39
XXVI.
Beeken en spruitjes vloeiden weer. Het
was alsof de zon duizend wonden gestoken
bad in het aardelijf, waaruit nu vloeide het
bloed der bergen. Op de weide van den
Hochfluhhof was de laatste sneeuw gesmol
ten, maar ook hier was de grond niet bij
machte geweest, al het vocht te verzwelgen,
dat de hemel had laten afregenen, en in
twintig zilveren stralen drupte het water
over de Fluhwand heen, in de diepte.
Furrer liep zijn grasland op en neder,
speurende en zoekende, zooals hij gedaan
had, toen het herfst geweest was. Toen hij
achter de schuur kwam en de rand naderde,
werd zijn gezicht somber. Hij stampte op
den grond, om de vastheid van den bodem
te onderzoeken en zijn zware schoenen
zonken nu nog dieper dan in het najaar in
den drassigen grond. Daarbij scheen het,
alsof de weide zich uitrekte; in de schuur
en in den bodem gaapten tal van breede
scheuren.
Furrer stiet een geluid uit van toornen
ging toen met groote passen terug naar zijn
huis. In de Raadszaal schreef hij een brief,
een grove, scherpe brief, waarin hij Christaan
Russi aanklaagde van moedwillige benadee
ling. Toen hij klaar was met schrijven, keek
hij met welgevallen op zijn werk neer. Hij
stond op en richtte zich op in volle lengte.
Hij had gewacht op een gelegenheid om
leedigde op. Na schooltijd zou er af
rekening worden gehouden. Wij stonden
ze op te wachten, de heertjes, toen zij
naar huis gingen. Een geregelde veld
slag werd geleverd. Builen in het gelaat,
scheuren in de kleeding waren aan
beide zijden het gevolg er van.
In de wereld der groote menschen
is het nog wat anders dan een weinigje
plagen of uit de hoogte op elkander
neerzien, al wordt dat daar ook ge
vonden, meer dan menigeen denkt.
Geplaagd wordt de buurman, door
dat men hem de zonneschijn in zijn
tuintje ontneemt of door een piano juist
te plaatsen aan die zijde van den muur
aan welks zijde hij of zijn kind nacht
rust geniet.
Waar zouden wij eindigen, indien
we alle plagerijtjes wilden opnoemen,
die buren, soms van zeer deftigen stand
ten minste naar hun meening
tegenover hun buren uithalen.
Och, hoe zou het hun grieven, als
iemand het hun aan deed
Jammer, dat niet allen, die hunne
medemenschen zoo zonderling bejege
nen, zich de vraag stellen: Hoe zou
het mij smaken, indien men op die
wijze zich tegen mij gedroeg; zou ik
dat aangenaam vinden?
Doch meer is er dan dat.
De hebzucht speelt zoo'n groote rol.
Er wordt onrechtmatige winst berekend,
er wordt van anderen zooveel mogelijk
gehaald. Het geschiedt op eene manier,
dat niet de openbare macht er zich
mede kan bemoeien, maar desniettemin
verdient het een grove naam.
Indien gij, die dat doet, eens zoo
werd bestolen.
De zinnelust is machtig in de wereld.
Er zijn jonge en oudere mannen, die,
dien prikkel gehoorzamende, zich zeiven
niet beheerschende, de rol van verleider
speler tegenover menig meisje of vrouw,
die ouders, broeders en zusters hebben.
Indien dit eens gedaan werd tegen
over hunne kinderen, hunne zusters!
De neiging tot heerschen openbaart
zich soms in uwe bejegening. Zijn er
niet werkgevers die den arbeiders, man
nen, die de vroomheid met ruwe woor
den soms menige wonde toebrengend,
tegen komen?
Hoe zoudt gij u gestemd gevoelen,
als men alzoo tegen u deed?
O, doe dan niet wat gij niet wilt,
dat men n doet
Er is nog hooger levensregel, die
ook een regel der wederkeerigheid kan
genoemd worden.
zijn vijand te kunnen aanvallen, eu nu was
die gelegenheid daar. Maandenlang had hij
werkeloos moeten toezien, hoe Russi voet
voor voet op hem won; maar nu zonden
de kansen verkeeren en de strijd openlijk
worden ondernomen. Hij plakte een post
zegel op de envelop en gaf den brief aan
een der meiden, om hem naar de post te
brengen. Toen begaf hij zich naar de paarden
stal, waar hij wist, dat hij Tobias zou aan
treffen. De jonge man was bezig om een
ziek paard te behandelen.
„Tobias", begon de oude man, toen hij
zijn kleinzoon zag, „ik heb Russi aange
klaagd".
Tobias deed zij n best om bedaard te blij ven,
ofschoon het bericht hem pijnlijk trof.
„Het grasland begint te scheuren en te
hellen, ik heb het ook gezien," merkte
hij kalm op.
„En de schuur begint ook bedenkelijk
te doen," knorde Furrer. „Het vee moet er
uit, en het hooi moest je er ook maar uit
halen, dunkt mij."
„Overmorgen is de kleine schuur klaar,
dan zullen we alles overbrengen."
De Praeses staarde somber voor zich uit.
Zijn vuisten waren gebald.
„Hij jaagt ons uit ons eigen land, de
schelm! Maar nu is het genoeg geweest,
nu zal ik hem mores leeren."
„Dus u hebt hem aangeklaagd, groot
vader? Is die aanklacht al in zee?" vroeg
Tobias.
„Ja, waarom?" De oude man keerde
zich met een ruk tot den vrager.
„Omdat ik vrees, dat ze u niet veel baten
zal," liet Tobias bescheiden, maar met vast
heid hooren.
„Zoo! heb ik misschien geengelyk?"
„Gelijk, zeker! Maar Russi heeft geen
ongelyk!"
Hij luidt: Doe een ander wat gij
wilt dat men u doet.
Men beseft bij eenig nadenken dat
deze veel hooger eischen stelt dan de
eerstgenoemde.
Het is een positieve eisch tegenover
den negatieven, waarvan wij zoo even
spraken.
Moeilijk valt het dien regel evenwel
te vervullen.
Is het al vaak in strijd met onze
zelfzucht, ons boos humeur, de zinne
lijke neiging om een ander niet te
doen, wat men zelf niet gaarne onder
vindt, nog veel moeielijker is het om
dien positieven eisch te gehoorzamen.
Het is dus een eisch aan hoogstaande
menschen.
Wat wilt gij wel het liefst dat men
u doe?
Nietwaar, laagstaande begeerten zijn
als van zelf uitgesloten. Indien iemand
daarop ten antwoord gaf: „Ik zou
gaarne geld willen ontvangen, zoodat
ik mij in weelde baden kon", dan be
grijpt ieder dadelijk, dat zoo iets on
mogelijk wederkeerig gedaan zou kun
nen worden.
Dergelijke dwaze eischen zijn dus
geheel buitengesloten.
Wat hebt gij het liefst dat men u
doe
Daarop is maar één antwoord, het
welk tegelijk eene belofte, die der
wederkeerigheid, inhoudtBehandel mij,
leef met mij als uw broeder, uw zuster
zie in mij een menech, die komen wil
en kan tot hoog, edel menschelijk leven;
laat met het oog daarop uwe genegen
heid, uwe toewijding aan mijn geluk
mijn deel wezen. Help mij ik zal u
steunen.
Dat verlangen staat het hoogst.
Dat men bovendien in het huiselijk
en maatschappelijk leveu elkander in
het gevlei komt, gaarne een genoegen
doet, elkaar even helpt in gaoeielijke
omstandigheden, elkaar zoo nu en dan
ook in stoffelijkert vorm een bewijs van
welwillendheid geeft, 't is te be
grijpen, maar boven dat alles staat die
eisch der wederkeerigheid, boven om
schreven.
Zie in den mensch, die naast u staat,
een mensch en waardeer hem als zoo
danig.
Een mensch, dat is niet maar een
wezen dat eten en drinken en zich
kleeden moet en daarvoor dient te ar
beiden, niet maar een wezen, dat na
volbrachten arbeid eenige ontspanning
wil genieten, waarvoor eenig geld
„Hoedat?"
„Omdat het stuk van het grasland, waarop
de schuur gebouwd is, toch vroeg of laat
naar beneden zou zijn gestort. Er is te veel
water in het land en te weinig steun van
onderen. En dan, de zwakke plaats in den
wand, waardoor de verschuiving plaats
heeft, is een leemlaag, die buiten het terrein
van het graafwerk ligt. Russi zal er niet
veel aan kunnen doen, denk ik!"
„Zool En waarom hebben wij dan nooit
van verschuivingen gehoord, zoolang die vent
niet in den berg is begonnen te boren en
te breken?"
„Toeval!" meende Tobias. „Ik wou, dat
u die aanklacht niet hadt ingediend; u zult
er geen pleizier van beleven."
„Dat wil ik toch nog eens zien I Maar er
is meer, wat die vent op zijn kerfstok heeft,
en nu moet het er dan maar van komen.
Hij of ik, een van ons beiden moet er
onder!"
Toornig stapte Furrer verder.
Een oogenblik lang kwam het Tobias
voor, dat hij goed zou doen, om den ouden
man terug te roepen en hem alles eerlijk
op te biechten, maar toen schoot het
hem te binnen, dat het oogenblik al heel
slecht gekozen was, om de vredes-onder-
handelingen, die hij zich voorstelde, in te
leiden.
De oorlog was nu uitgebroken tusschen
Russi en Furrer. Het proces was in vollen
gang.
Terwijl de eene week de andere volgde,
in tragen slakkengang, werd de strijdvraag
behandeld. Deftige heeren, met gouden
lorgnets en zwarte tasschen kwamen. Ge
zamenlijk bezochten zij 't grasland en keken
naar de schuur, maar zij waagden zich niet
te dicht aan den rand. En dan gingen zij
weer met Furrer mede naar diens huis, waar
noodig is, en die ook rusten wil, waar
voor hij een leger behoeft, neen,
ook als aan al deze noodzakelijke levens
voorwaarden voldaan is, is hij nog niet
mensch.
Dat is eerst het geval als in hem
of haar de lust ontkiemt, om langs den
weg der zelfbeheersching te komen op
het pad der zelfverwezenlijking, als hij
gevoelt slechts edele gedachten te mogen
denken, reine neigingen te mogen
voeden, om straks neer te leggen in
woord en daad.
O, ziet elkander als zoodanig aan.
Dat te worden is u het liefst, daarbij
gesteund te worden door anderer aan
moediging, voorbeeld en woord zoo ge
notvol, dat anderen te doen worden
een arbeid, die gelukkig maakt.
Dat is de wederkeerigheid, die steeds
meer in o nze huizen, in onze maat
schappij dient beoefend.
Wetten, door de staatsmacht inge-
stSld, kunnen de eenige juiste verhou
ding tusschen menschen en menschen
niet doen komen.
Dat kan alleen als steeds meerderen,
ten slotte ieder, de ongeschreven wet,
dat is taal des harten, verstaat, die
uitnoodigt tot die wederkeerigheid, in
den tweeden regel beschreven.
Dan worden de nevelen weggevaagd,
dan gaat een licht, de zon der broeder
liefde over onze maatschappij op.
Buitenland.
Zaterdag heeft zich een bloedig fa
miliedrama afgespeeld op het slot Rich-
lingen, in de buurt van Hannover.
De kunstschilder Huver, aan wien het
slot vroeger had toebehoord, schoot er
zijn vrouw, zijn zoontje en ten slotte
zich zelf dood. Reeds een paar weken
geleden had Huver, wien hot uit gebrek
aan bestellingen zeer slecht ging, tegen
verscheiden personen in het dorp Rick-
lingen gezegd, dat hij spoedig een eind
aan de ellende zou maken.
De vreeselijke daad werd ondekt, toen
een meisje uit 't dorp, dat bij de familie
Huver uit schoonmaken ging, niet werd
binnengelaten, ondanks haar herhaalde
lijk kloppen. Zij liep naar den burge
meester en deze liet de deur met geweld
openen.
Toen men de kamer van den schilder
binnentrad, vond men daar voor den
spiegel het lijk van de 30-jarige mevrouw
Huver, slechts in haar hemd gekleed,
op den grond liggen. In zijn bedje lag
het driejarig zoontje van het echtpaar,
terwijl Huver zichzelf in een zijkamer
van het leven had beroofd.
zij zich een glas wijn lieten smaken,
vervolgens reden zij naar Weiier, waar zij
bij Russi afstapten en waar zij evenzoo een
glas wijn dronken, om vervolgens met erg
geheimzinnige gezichten den terugtocht te
aanvaarden. Vier weken later sprak de
rechtbank te Neudorf recht.
Furrer ontving het bericht des avonds,
toen hij met zijn volk in de woonkamer
zat. Hij greep naar zijn bril en scheurde
den brief langzaam open. Aller oogen rust
ten op hem, want allen wisten dat de tijding,
die nu was aangekomen, van het grootste
gewicht was voor den ouden man. Zijn
gezicht werd vaalbleek. Hij stond op en ging
naar de Raadskamer. Toen hij niet terug
kwam, ging Tobias hem na.
„Wat is er, grootvader?" vroeg de jonge
man.
„Verloren!" zeide Furrer. „Ik had het
wel kunnen voorzien; er is geen recht en
geen gerechtigheid meer te vinden, daarginds
in Neudorf, waar de vreemdelingen de baas
zijn. Maar ze zijn nog niet van me af. Ik
ga in appèl 1"
„Ik zou het er bij laten, grootvader. Een
flinke steunmuur en de weide blijft behou
den. Dat zal u een paar duizend franken
kosten, maar wat is dat voor u?"
Furrer keerde zich met vlam menden blik
tot den spreker. „Houd je mond, jongen
dat begrijp jij niet, ik weet, wat
ik doe!"
Van toen af was de Praeses gestadig ten
prooi aan een zenuwacntigen toestand. De
wil, om Russi en diens plannen te dwars-
boomen, dreef hem voort, als iemand die
door zware schuld gefolterd wordt. Alles
wat hij deed, deed hij met zenuwachtige
gejaagdheid. Middelerwijl bracht bijna elke
dag nieuwen grond voor zijn toorn en haat.
Het proces was in behandeling bij het Ge-
Vermoedelijk heeft de ongelukkige eerst
zijn vrouw doodgeschoten, die voor den
spiegel staand heur haar kamde, ging
toen naar het bedje van zijn zoontje en
doodde het kind door een schot in den
slaap. De dood moet bij alle drie personen
onmiddellijk zijn ingetreden.
Huver, de zoon van prof. Huver, uit
Posen, had in den laatsten tijd zeer met
armoede te kampen. Het slot Richtin
gen, dat oorspronkelijk aan zijn vrouw
had toebehoord, moest hij eenigen tijd
geleden verkoopen. Van de geringe op
brengst had het gezin tot dusverre ge
leefd. In de laatste dagen was de deur
waarder niet van den vloer. De Huvers,
die het slot nog eenigen tijd mochten
blijven bewonen, zagen een voor een
alle meubelen wegdragen. Huver had
herhaaldelijk getracht, in Hannover be
stellingen te krijgen, maar daarmee geen
succes gehad.
In het stedelijk ziekenhuis te Triëst
meldde zich dezer dagen een oude man
aan, die verzocht opgenomen te worden,
daar hij zich buitengewoon zwak en
moe gevoelde en geheel alleen in de
wereld stond. Dat de man moe moest
zijn begreep men, toen bleek, dat hij
van Weenen naar Triëst was komen
loopen. Wie schetst de verbazing van
den directeur van het ziekenhuis, toen
de grijsaard mededeelde, dat hij 104
jaar oud was. De oude heer toonde zijn
papieren en zijn pas, die volmaakt in
orde waren; men ging aan het infor-
meeren en het bleek, dat men inder
daad met een 104-jarige te doen had.
Een 104-jarige die een voetreis van
eenige honderd kilometers gemaakt had
met een vrij zwaar pak waarin heel
zijn hebben en houwen op den rug.
Robert Srymanski, zoo heet de krasse
wandelaar, is in het gasthuis opgeno
men en wordt daar verpleegd. Zijn ge-
heele kapitaal: 5 Kronen en 94 Heller,
dat hij als vergoeding voor de verple
ging aanbood, heeft men hem maar
laten houden.
Frank Milles is te Ohio, in zijn
vliegtuig zittende, levend verbrand,
tengevolge van het ontploffen van een
reservoir.
De vlieger Castellane is in Elmera
(New-York) met zijn vliegtuig gevallen.
Hij bleef op de plaats dood.
Wolff's agentschap bevestigt, dat last
is gegeven om de twee Engelschen, die
te Emden onder verdenking van spio
nage in hechtenis genomen zijn, op vrije
voeten te stellen.
Men seint uit Dover aan de Tel.:
Een jonge man, Mannering geheeten,
is Zaterdagmorgen van Spicer af in
rechtshof. Furrer ging keer op keer naar
Neudorf en wendde al zijn invloed aan,
die nog altijd niet gering was, maar eerst
na weken kon de uitspraak bekend worden.
Inmiddels was men met de verbouwing
van de oude herberg „De Os" gereed ge
komen. Het nieuwe gebouw zag er modern
en fraai uit en reeds na weinige dagen be
gonnen er zich vreemdelingen te vertoonen,
logeergasten, die voor ettelijke weken logies
besproken hadden en kort daarop was het
getal gasten al tot over de twintig gestegen.
Het stille bergdorp, de heerlijke natuur en
de gunstige ligging van Fruttnellen vielen
blijkbaar zeer in den smaak der touristen.
Maar het zou erger worden. In een spoed
vergadering van den Gemeenteraad moest
de Praeses, met bleeke lippen en fonkelende
oogen de mededeeling doen, dat het kan
tonnale bestuur aan Russi, op diens aan
vraag, verlof had gegeven, om het bergpad,
dat van Weiier naar Fruttnellen leidde, te
verbreeden en te bestraten. Voor den vorm
werd Fruttnellen uitgenoodigd om, wan
neer tegen dat plan bedenkingen mochten
bestaan, die te doen kennen aan de Re
geering. t -
Op die vergadering en op de acht dagen
later bijeengeroepen openbare bijeenkomst
van stemgerechtigden vertoonde Furrer zich
nogmaals in al zijn kracht. Ja, hij was en
bleef de Praeses van Fruttnellen, de man
die bijna een menschenleeftijd lang het wel
en wee van zijn dorp met kracht en moed
ten beste geleid had. En eenstemmig werd
dan ook besloten om de rechten der Ge
meente te handhaven en geen toestemming
te geven, tot het verbreeden van het bergpad,
voor zoover dit over Fruttneller grond liep.
Roman naar het Duitsch.
(Wordt vervolgd).