Het Land van Hensden en Allena, de Langstraat en de Bommelerwaard.
Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden.
No. 3104Zaterdag 23 November
FEUILLETON.
EERSTE BLAD.
Voorbeelden.
De opstand in China.
Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementsprijs: per 3 maanden f 0.75,
franco per post zender prijs verhooging. Afzonderlijke
nummers 5 cent.
1911.
Advertentiën van 16 regels 50 ct. Elke regel
meer 71/* ct. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdag
middag 12 uur ingewacht.
Leeringen wekken,
Voorbeelden strekken.
Al eeuwen en eeuwen heeft men in
gezien dat 't plicht was de menschen
te vervormen tot reiner en edeler wezens,
want men wist dat de mensch nog niet
was wat hij kon zijn, ook dat hij niet
was wat hij moest zijn.
Dat streven is ook nu nog merkbaar.
Wat doen de ouders hun best niet
om hun kinderen op te voeden tot
flinke mannen en vrouwen, tot flinke
leden in de maatschappijAls het kind
iets heeft gedaan, wat niet goed is naar
't oordeel der ouders, dan wordt het
kind hierop gewezen. De ouders doen
dit in het belang van het kind. 't Kind
ziet echter 't kwade van zyn doen niet
altijd in. 't Gebeurt dan ook wel dat
het kind zich nogmaals en nogmaals
aan 't zelfde kwaad schuldig maakt.
Dan treden de ouders iets anders tegen
over het kind op. Ze zien dat hun
woorden geen voldoende uitwerking
hebben op het kind en daarom gaan
ze over tot bestraffing. Veelal helpt een
bestraffing, als woorden niet hielpen.
De ouders doen goed hun kind te be
straffen wanneer 't noodig is.
Maar zouden de ouders nog niet
meer kunnen doen?
Zeker, door zich zeiven als een goed
voorbeeld aan hunne kinderen te stel
len, zouden ze nog beter hun doel
kunnen bereiken
Wij allen weten dat de leugen een
groot kwaad is. Wanneer men zijn
kinderen op een leugentje betrapt, dan
is men er bij om hen op 't kwade hier
van te wijzen, en wanneer het kind
zich later nog eens en ndg eens aan
een leugentje schuldig maakt, dan weet
men het kind ook te straffen. Dat is
goed ook. Geen middel mag men eigen
lijk, zoo noodig, ongebruikt laten om
dit kwaad in zijn kind te bestrijden,
want o, de leugen is zoo'n groot kwaad
en ook is ze de oorzaak van zooveel
ander kwaad. En vele ouders, die zoo
hun best doen hun kinderen voor dat
kwaad te beschermen, werken bij hun
kinderen dat kwaad juist in de hand,
al is 't dan misschien ook onbewust.
Maar ze doen het en daarop komt het
aan in dezen, 't Voorbeeld, dat die
II uderstroora.
Naar het Duitsch
van
ERNST Z1HM.
(8
Flori gevoelde diepe schaamte. Een snik,
die geleek op een smartelijken kreet, ver
brak de stilte en stoorde Leni in haar slaap,
die zich omkeerde alsof ze wakker was ge
worden. Ze kon echter niet zien, dat de
jongen zijn verhit gelaat in het hooi begroef
en dat tranen rolden uit de fonkelende
oogen, die in geen jaren hadden geschreid.
Even later stond Flori op: hij daalde de
ladder zoo behoedzaam af als hij die was
opgeklommen en bevond zich in den veestal.
Hij dacht dat Jost hern^ wel zou toeroepen.
Maar de zieke voet had den armen man
eindelijk een uurtje rust gegund en Jost
sliep even vast als de twaalfjarige geite
jongen naast hem.
Den volgenden morgen vond Leni Flori
al bezig met de koeien, ofschoon ze voor
dag en dauw was opgestaan. Het viel haar
op, dat hij er bleek en vermoeid uitzag.
„Ben je ziek?'' vroeg ze, toen ze hem
goeden morgen wenschte; „je ziet er uit of
je doodziek bentl"
Hij keek haar schuw aan, en sloeg de
oogen haastig neer, toen hij haar blik ont
moette. Hij kon haar toch niet zeggen, dat
hij den ganschen nacht voor de hut had
gestaan en zich de vreeselijkste verwijten
naar het hoofd had geslingerd
„Ik ik heb niets," stotterde Flori.
De oogen van Leni bleven op hem rusten
hij voelde dat het bloed hem naar de
wangen steeg. Hij keerde z'ch om en liep
met zijn melkemmer tusschen de koeien
ouders hun kinderen geven, is dus niet
goed. Als kinderen nog jong zijn, dan
weten ze niet beter of wat vader en
moeder doen dat is goed. Dus beschou
wen ze het ook niet als een kwaad als
vader of moeder eens een leugentje ge
bruikt. De leering van vader en moeder
en van de juffrouw in school is wel
steeds geweest dat ze nooit mochten
jokken, maar vader of moeder deed
het toen en toen zelf ook al en
voorbeelden strekken. Voorbeelden blij
ven kinderen veel beter in het geheugen
dan woordendat is nu eenmaal zoo.
Nu mag men met woorden de kinderen
zeggen dat jokken o zoo leelijk is, als
men door zijn daden het tegendeel
zegt tot de kinderen, dan zullen ze 'fc
laatste gelooven, want voorbeelden
strekken.
Men moet zich dus zeiven als een
goed voorbeeld aan zijn kinderen stellen
Maar helaas hoe weinig ouders
zijn er, die dit doen De meesten maken
zich wel eens schuldig aan iets, wat
ze in hun kinderen willen bestrydeu,
en als de kinderen daarvan zelf getuige
zyn, dan zullen de woorden, waarmee
men 't goede beoogt, niets uitwerken
dan zal 't voorbeeld der ouders, wat
niet goed is, worden nagevolgd.
Bijvoorbeeld: Ge zit met vrouw en
kinderen om de tafel. Er komt een
vriend van u de straat in en ge ver
moedt dat hij u en de uwen een be
zoek zal brengen. Ge zijt om de eeu
of andere reden echte»* niets op een
bezoek van dien vriend gesteld. De vriend
schelt aan uw deur en het dienstmeisje
gaat de deur openen. Hij vraagt of
meneer en mevrouw ook thuis zijn.
Uw dienstmeisje komt u zeggen dat
mijnheer die-en-die er is en dat die u
gaarne zou willen spreken. In bijzijn
van uw kinderen draagt ge uw dienst
meisje op dat ze maar moet zeggen
dat mijnheer en mevrouw niet thuis
zijn, en de bezoeker gaat heen.
Lachend zegt ge tegen uwe vrouw
ziezoo, daar zijn we af.
Nog een ander voorbeeldGe hebt
bezoek gehad van een zekere mijnheer
en mevrouw 5 mijnheer was een vroegere
studiemakker van u. Gij en uwe vrouw,
ge hebt beiden ze heel vriendelijk en
voorkomend behandeld tijdens het be
zoek. Als mijnheer en mevrouw aan
stalten maken om heen te gaan, dan
zegt ge: wat een haast, blijf nog even
zitten, want uw bezoek is ons werkelijk
door naar een bruin dier, dat afgezonderd
lag en hem met slaperige oogen aanzag.
„Zeg 's, Flori, wou je den stier melken?"
riep Leni vroolijk lachend, toen hij den
emmer op den grond zette.
„Ben je mail" antwoordde hij spottend,
terwijl hij het reusachtige dier naderde en
een schop toediende om het op te jagen.
De stier bleef liggen. Toen pakten zijn grove
vuisten hem bij de horens; de spieren
zwollen op bij den geweldigen ruk. De stier
rees waggelend overeind.. Alle schuwheid
was nu geweken. Lachend en fluitend liep
hij naar zijn koeien terug.
„Wat heeft Mani je gedaan, dat je 'm
opjaagt?" Dit was de eerste maal, dat de
dochter van Zwyer den knecht op strengen,
bevelenden toon toesprak.
„Met dien moet ik bakkeleien zoolang als
ik hier ben," antwoordde Flori, zonder zich
om haar boosheid te bekommeren, en hij
lachte zoo overmoedig, dat zyn vroolijkheid
Leni's drift bedwong.
„God mag weten, wat voor zonderling je
bent!" zei ze hoofdschuddend, terwijl ze zich
omkeerde en naar de hut terug ging.
,,'t Is nou tijd voor je om naar huis te
gaan, zou je niet denken riep Flori haar na.
„Goeden dag!" ze knikte en verdween.
Een uur later zaten ze aan het ontbijt en
toen dit was afgeloopen, maakte Leni zich
gereed te vertrekken. Flori gtond onder aan
den Alp, toen ze het pad naar het dal wilde
inslaan.
„Je kan zeggen, dat ik voor alles zal
zorgen."
„Anders niets?"
„Anders niets!"
„Goeden dag, Flori
Hij greep de hand, die ze hem toestak
en vergat die weder I03 te laten. Plotseling
zei hij„Hierboven komen die anderen
niet die, die twee! Zeg aan je vader, dat
hy me hier moet laten!"
heel aaDgenaéim. Eindelijk echter ver
trekken ze en ge vraagt hun toch
spoedig eens weer terug te komen. Uw
kinderen hebben dit gehoord. Nauwe
lijks echter is de deur achter hen ge
sloten of ge zegtbah, wat vervelende
lui; ik hoop dat ze ons voortaan maar
met rust laten.
Wat moeten uw kinderen wel niet
denken Gij hebt hen altijd voorge
houden nooit te jokken en ge geeft hen
er als 't ware les in. Uw leeringen
wekken wel op tot navolging, maar uw
voorbeelden nog meer.
Zoo gaat het in uw huis, zoo gaat
het ook in de maatschappij.
De daden en de woorden, de voor
beelden en de leeringen, ze zijn vaak
te veel met elkander in strijd. De woor
den en de leeringen zijn heel mooi,
maar met de daden en de voorbeelden
bestrijdt m m wat men met de woorden
en de leeringen beoogt.
Dat men hiermede toch eens reke
ning hield
rijk zou daartegenover beweren, dat al
het afgestane gebied in het vergelijk
is opgesomd.
Uit New-York wordt aan de Lokal-
Anzeiger geseind: Castro, de gewezen
president van Venezuela, bericht, dat
hij een groote overwinning heeft behaald,
waardoor hij, naar hij zegt, in het bezit
van de regeering gekomen is.
liuite.ieia.ied.
Eene nieuwigheid zal in het Belgische
leger worden ingevoerd: De hond als
trekdier. Men heeft gevonden dat de
mitrailleusen, goed en doelmatig ge
plaatst op een klein affuit van bijzonder
stelsel, zeer goed door Belgische trek
honden kunnen worden voortbewogen.
De genomen proeven hebben uit
muntend aan de verwachting voldaan.
De Daily News teekent bij het be
richt, dat Perzië zich naar het ultima
tum van Rusland zal schikken en ver
ontschuldigingen zal aanbieden voor
beleedigingen die het niet begaan heeft
aan, dat Rusland geen verontschul
diging van Perzië verlangt, maar Per-
zië's noordelijke provincies. Rusland zal
die inpalmen, tenzij de binnengedron
gen Russische troepen weer terugtrek
ken. De handhaving van de bezetting
zou gelijk staan met een schending van
de overeenkomst met Engeland aan
gaande Perzië en met een verdeeling
van Perzië.
Volgens de Action zou er ook om
trent het op Kongo betrekking heb
bende gedeelte van de Fransch-Duitsche
overeenkomst reeds oneenigheid zijn.
Duitschland zou beweren dat in het
aan den Kongo en den Oebangi gren
zende gebied, dat door Frankrijk is af
gestaan, ook de eilandjes, die tegenover
dat gebied liggen, begrepen zijn. Frank
Nauwelijks had hij die woorden gesproken,
of hij keerde Leni den rug toe. Haar vingers
deden pijn, want hij had haar hand woest
omklemd. Ze begon te dalen en spreidde
de vingers uit, die ze krachtig wreef.
Het was of zijn hand de hare wederom
drukte.
IV.
Flori was sinds lang teruggekeerd van
den Hoornalp. Een jaar was nu bijna ver-
loopen sedert hij bij Zwyer in dienst was
gekomen. De dorpsvoogd was over zijn
knecht tevreden. Op den Hoornalp had hij
gedurende drie weken het werk van Jost
moeten verrichten; Zwyer was toen zelf op
den Alp komen kijken, waar hij alles in
orde vond. De knecht, die nu weer kon
loopen, was vol lof over zijn plaatsvervanger.
„Laat me hier, baas," had Flori verzocht,
die wist dat de boer was gekomen om hem
thuis te halen.
Het verzoek had Zwyer verwonderdtoch
meende hij te begrijpen waarom Flori dezen
wensch had geuit. De boer antwoordde, dat
ze nog dienzelfden avond samen naar Far-
nigen zouden terugkeeren, doch het volgend
jaar zou hij als knecht naar den Alp wor
den gezonden. De jongen moest het bevel
van zijn meester gehoorzamen. Na zijn terug
keer was hij gewillig aan het werfc gegaan
eiken dag had hij zijn taak met den grootsten
ijver volbracht. Toch had zijn voorkomen
iets van een hond die stokslagen vreest. De
boer prees hem dikwijls; Leni was zoo lief
tegen hem, alsof hij van kin.d af aan haar
beste vriend was geweest, en zelfs de boerin
liet merken, dat hij bij haar in aanzien was
gestegen. Toch bleef hij schuw en eenzelvig.
Dit kwam doordat er anderen waren, die
hem telkens aan de hut herinnerden, waar
zijn moeder woonde.
Nu de boer hem zoo gunstig beoordeelde,
waren de andere knechts en de dienstmeiden
hem vijandig gezind geworden. Nadat een
Te Chaves (Portugal) is een monar
chistische samenzwering ontdekt. Alle
sergeanten der garnizoenen waren over
eengekomen de repubjikeinsche officie
ren te vermoorden op het oogenblik,
dat de monarchisten zouden verschijnen.
Een sergeant zou dan het bevel over
het garnizoen genomen hebben.
Uit Parijs werd Donderdag gemeld:
Een trein, komend van Agé sur Poi
tiers, reed hedenochtend half acht dicht
bij Montreuil sur Bellay voorbij, toen
de brug door het water werd weggeslagen
en de geheele trein met locomotief, op
drie wagons na, in de rivier stortte.
Verscheiden reizigers trachtten zich
zwemmende te redden, doch alle schuiten
waren door de overstrooming wegge
dreven. De trein bestond uit vele wagons.
Het aantal slachtoffers is onbekend, doch
het is groot.
Volgens een later bericht zijn bij het
spoorwegongeluk een twintigtal per
sonen verdronkentien lijken zijn reeds
te voorschijn gebracht.
Twee locomotieven, twee tenders, drie
rijtuigen en twee goederenwagens zijn
in de rivier gestort.
Alles ligt onder water, behalve een
wagon, waarop zich 10 reizigers be
vonden, die op redding wachtten. Het
reddingswerk werd zeer bemoeilijkt,
doordat het water sterk gewassen was.
Volgens de Temps zijn er 22 lijken
geborgen en zijn er nog een dertig in
de wagens, die onder water liggen.
In den SeDaat zeide senator Jenot-
vier het bericht ontvangen te hebben,
dat de brug reeds 's nachts ingestort
was, terwijl de ramp eerst 's morgens
gebeurde, zoodat dus alle toezicht ont
broken zou hebben.
De soldaten slaagden er na boven-
menschelijke pogingen in, om de per
sonen, die op den wagon een toevlucht
gezocht hadden, te redden. Zij waren
verstijfd van de kou en stervende van
honger.
De Daily Mail verneemt uit Peking,
dat Joeansjikai zoowel door de Mantsjoes
als door de Chineezen gewantrouwd
van hen eens had gezien, dat Flori en Leni
in de schemering hand aan hand stonden
bij de deur van het huis, had hun afgunst
zich gelucht in allerlei hatelijke toespelingen.
„Wat die vent uit de goot zich wel ver
beeldde om te kijken naar de dochter van
het Riiti-erf," was een opmerking, die hij
meermalen moest aanhooren. Dan klemde
hij de tanden op elkaar van verbeten woede,
en zat hij eenige dagen lang bij de maal
tijden als op gloeiende fcolen, omdat hij
zich schaamde minder te zijn dan al die
anderen. In zulke dagen scheen het uit
hangbord van de;>3ehafli-herberg hem zoo
verleidelijk. Datl was het hem of hij dat
verned^rende&evoel van minderwaardigheid
in een roes moest bedwelmen, doch Leni's
oogen hielden hem terug. Die behoedden
hem om lichtzinnig den slechten weg weder
te betreden.
Op zekeren avond had hij bezoek ge
kregen. Helaas had juist Leni degene te
woord gestaan, die naar hem vroeg. Het
was een koude stormachtige Vinterdag ge
weest. Drie dagen lang üK.dë ijzige Noor
denwind de sneeuw egen de bergen ge
dreven, die yopt een* dilffle laag waren over
dekt,^wg.arlrmggiijkrdlin^nu gierde, die de
°k'Cc U 8*R 's»uren-in de richting van
ITflMfcakdeecUawrrelen. Juist toén de storm
het felst woedde en Flori in den stal aan
het werk was gegaan, na de deur zorgvuldig
te hebben gesloten voor het instuiven van
de sneeuw, waren de bruine planken weg
geduwd, en had hij Leni hooreff zeggen:
„Hij is zeker daar! Ga naar binnen! Blijf
toch niet in de sneeuw staan!"
Bits hadden die woorden geklonken uit
den mond van Leni, die toch gewoonlijk
lief en vriendelijk was voor ieder. Flori
begreep reeds wie hij zou zien, voor hij
Tschüli gewaar werd.
„Wat is er?" vroeg hij met fonkelende
oogen, terwijl hy 't hoofd omkeerde. Ja, Leni
wordt. Daardoor wordt de positie van
Joeansjikai in toenemende mate hache
lijk. De Chineesche regeering is feitelijk
bankroet en niet bij machte langer de
salarissen uit te betalen. De schatkist
is leeg.
Een telegram uit Tienstin van Woens
dag meldt, dat de toestand te Honan-
foe hachelijk is. De Europeesche vrou
wen nemen de vlucht. Ook de toestand
te Nanking moet hachelijk wezen. De
keizerlijke troepen daar zouden omsin
geld zijn door een krijgsmacht van op
standelingen, die hun in getalsterkte
de baas is en die allen toevoer afsnijdt,
zoodat de stad zich spoedig zal moeten
overgeven.
Joeansjikai heeft een stormachtig on
derhoud gehad met den Regent, toen
hij dezen mededeelde, onmachtig te zijn
om China te redden zoolang de Mant-
sjoe-dynastie aan blijft. Toen Joeansji
kai heen ging zeide hij tot den Re
gent„Gij kunt over mijn leven be
schikken maar ik ben niet in staat
meer te doen, wegens gebrek aan mid
delen en de leegheid van de schatkist.
De Daily Telegraph verneemt uit
Peking, dat de Japansche oud-minister
Katsoera zich door een medewerker van
de N i taj i - Ni tsj i heeft laten interviewen;
Katsoera verklaarde, dat de economische
en politieke belangen van Japan van
zoo overwegend belang zijn, dat Japan
het recht zou hebben onmiddellijk tus-
scheiibeide te komen, daar de Mantsjoe-
dynastie heeft opgehouden te regeeren.
Die uitlating van Katsoera heeft de
aanhangers van het Chineesche keizers
huis ten zeerste verontwaardigd.
Men verwacht te Peking ieder oogen
blik het uitbreken van een opstand in
Tibet tegen de Chineezen.
Uit St. Petersburg wordt aan de Lo-
kal-Anzeiger geseind: Uit Sjanghai
wordt gemeld, dat in 18 provincies van
Zuidelijk China de verkiezingen ten
gunste van de republiek zijn uitgevallen.
Deze zal Woetsjang tot hoofdstad krij
gen. Tot president van de centrale re-
publikeinsche regeering is generaal Li
gekozen.
De vermoording van Europeanen in
Sjensi aldus luidt een telegram uit
Peking van Donderdag blijft voort
duren. Ook 20,000 Mantsjoes zijn af
gemaakt.
De tweedaagsche bloedige slag bij
Hankou heeft voor geen der beide strij
dende partijen een overwinning opge
leverd 5000 dooden liggen op het slag
veld van Hankou onbegraven.
De mogendheden beraadslagen met
Joeansjikai, aldus luidt hetzelfde tele-
was bij de deur blijven staan. Nog nooit
had hij zijn moeder zoo verwenscht als op
dit oogenblik.
,,'k Kom 's vragen of meneer nog weet,
waar zijn moeder woont," begon Tschüli
op jammerenden toon.
„Och, schepsel! Laat me toch met rust!"
bromde Flori, terwijl hij de hooivork weder
om in het hooi stak.
,,'t Is koud thuis bij zulk hondeweer, en
hout kost geld! Je hebt nog niet veel af
gegeven sinds je aan 't verdienen bent! En
het gaat je nog wel zoo goed?"
„Ben ik je soms wat schuldig?" vroeg hij
ruw. Zijn blik viel onwillekeurig op Leni,
en in haar oogen meende hij te lezen dat
een kind altijd eerbied is verschuldigd aan
de moeder.
Tschüli's mondhoeken trokken omlaag;
ze begon te snikken en kermde.
„Een arme vrouw als ik krijgt niet veel
dank van jelui; van jou zoo min als van
je broer".
Flori stoof woedend op. „Ruk uit en
wacht bij 't huis."
Hij duwde het oude mensch de deur uit
en wachtte tot Leni zou volgen, terwijl hij
een houding aannam alsof hij wilde vragen:
„Wat heb jij hier nog te maken?" Het
jonge meisje trad naar buiten in de sneeuw,
moeder en zoon alleen latend. Eerst nn
bemerkte Bennet dat Tschüli waggelend
voor hem heen liep; ze struikelde telkens
en tuimelde tegen de deur van het huis,
die ze aarzelend en tastend trachtte te
openen. Zijn grove vuisten pakten haar beet.
„Blijf hier wachten."
Met een smak gooide hij de deur voor
haar dicht, waarop hij naar zijn kamer trok
en zijn geldzak voor den dag haalde. „Langer
dan twintig jaar heeft ze je toch te eten
gegeven," zei hij bij zichzelf. „Betaal haar
dit terug".
(Wordt vervolgd).