Pet Land van Hensden en Altena, de Langstraat en de Bommelerwaard. De Nobelprijzen. Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden. No. 3210Zaterdag 21 December. 1912. Met het oog op de a.s. Feest dagen zal ons blad in plaats van op 25 Dec. en 1 Januari, daags te voren verschijnen. Heeren Adverteerders en cor respondenten gelieven hiermede rekening te houden. FEUILLETON. UUD VAN ALT^ VOOR Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG. Abonnementsprijs: per 3 maanden f 0.75, franco per post zender prijs verhooging. Afzonderlijke nummers 5 cent. Advertentiën van 16 regels 50 ct. Elke regel meer 77i ct. Groote letters naar plaatsruimte. Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdag middag 12 uur ingewacht. Onze lezers zullen wel eens gehoord of gelezen hebben van de z.g. Nobel prijzen, zonder dat ze iets meer hier van wisten, en het is daarom, om hun beter op de hoogte te stellen, dat we hun in dit artikel eens een en ander over het ontstaan der Nobelprijzen wil len mededeelen. Alfred Nobel werd den 21 October 1883 te Stockholm geboren. Zijn vader was toen nog ingenieur in deze stad. Vier jaren na de geboorte van den jongen Alfred vertrok de vader naar St. Petersburg, waar hij een groote machinefabriek en gieterij oprichtte. Zijn gezin bleef voorloopig in Stock holm achter. In 1842 vertrok echter ook dit naar de Russische hoofdstad. De jonge Alfred was toen nog maar 9 jaar oud. Na een tijd van studie werd hij in de fabriek zijns vaders werkzaam gesteld. In die fabriek wer den toen veel snelvuurgeschut en tor pedo's vervaardigd. Vooral de Rus sische regeering was langen tijd een goeden afnemer voor hem. Niet lang bleef de zoon in de fabriek werkzaam. Al spoedig zond de vader hem naar Amerika, om hem nog beter in het vak te doen bekwamen. Vier jaren bleef hij aldaar. Teruggekeerd in St. Petersburg, toegerust met meerdere kennis, was hij met succes in de fa brieken zijns vaders werkzaam. Na den Knm-oorlog deed de Russische regeering zijn bestellingen echter elders en hier mede was ook het lot beslist van No bel's fabrieken te St. Petersburg. Zoo zeer ondergingen de fabrieken den in vloed van het wegblijven der Russische bestellingen, dat de familie Nobel in 1859 naar Stockholm terugkeerde, Al fred Nobel, inmiddels 26 jaren oud geworden, legde zich bijzonder toe op de studie der scheikunde. Zijn leven was er een van voortdurenden arbeid, vol van gevaarlijke proefnemingen. Een (15 „Nu zijn de wonden litteekenen, maar toen ik vluchtte, waren zij nog open. Ik dacht te stervenIn de steppen, in de wouden zag ik den dood, overal den dood Ik had geen kracht meerMaar van verre voelde ik mijn dorpAls de avondwind den rook medebracht, zeide ik tot mijzelf: Die komt van mijne hut... Moeder heeft het avondeten bereidzij zijn daar allenen ik ben er niet. Ik voelde, ik zag mijn dorp. Eiken nacht hoorde ik onze herders fluiten en onze klokken luiden, eiken nacht voelde ik bij mijheel dicht Hij zweeg en boog het hoofd. „Wat voelde je, mijn jongen Petro aarzelde een oogenblikdaarna vroeg hij droevig: „Moeder Domna, zeg mij de waarheid. Oliana is getrouwd, is het niet?" „Neen, neen, zij is niet getrouwd. Zij wachtwaarop Ik weet het niet.1' Een straal van vreugde verhelderde het vermagerde gelaat van den vluchteling en als tot zichzelf mompelde hij „Dus behooren die vlechten, die ik ge zien heb aan niemand?" „Wat, wat heb je gezien?" „O, niets", antwoordde hij. „Ik heb ge droomd „Dat je die vlechten gezien hebt „Ik heb gedroomd „Ja, ze behooren haar nog, en zy zyn mooi dezer proefnemingen bracht hem tot de ontdekking van het nu heden ten dage zoo bekende dynamiet. Deze ont dekking is het gewichtigste feit in Al fred Nobel's levensgeschiedenis geweest. Ook heeft deze ontdekking hem de meeste inkomsten bezorgd. Want in bijna alle landen van Europa, richtte hij dynamietfabrieken op, welke hem allen groote winst afwierpen. Op 58 jarigen leeftijd bouwde hij zich te San Remo een villa, waar hij zijn verdere levensdagen sleet. Den 10 September 1896 overleed hij aldaar, ongehuwd en een kapitaal nalatende van 40 millioen kronen, ongeveer 26 millioen gulden. Hiermede hebben we het voornaamste uit Alfred Nobel's leven gezegd. In zijn testament bepaalde hij dat van de rente van zijn nagelaten ver mogen elk jaar 5 prijzen, elk van 90,000 golden, zouden worden uitgekeerd:één voor de beste ontdekking op het gebied der physiek, één voor die op dat der scheikunde, één voor die op dat der geneeskunde, één voor het beste let terkundig werk en één voor het ver dienstelijkste streven op het gebied der broederlijkheid. Volgens zijn wil moeten de vier eerste prijzen toegekend worden door de Zweedsche koninklijke academie der wetenschappen en de 5de prijs,'de z.g. „vredesprijs", door een commissie van vijf leden uit de Noorweegsche Storthing. De uitreiking dezer prijzen geschiedt altoos op den lOen December, den sterfdag van Alfred Nobel, te Stock holm, gewoonlijk in tegenwoordigheid van het Zweedsche koningspaar. Onze lezers weten nu iets van het ontstaan der Nobelprijzen. Wij zijn er van overtuigd dat allen die iets voor de wetenschap, de kunst en den vrede gevoelen, nu voortaan op den lOden December met dankbaarheid en hoogachting zullen denken aan hem, die de stichter was van de prijzen en door deze op zoo waardige wijze de wetenschap en de vredesbeweging steunt en aanmoedigt. Wij kunnen hieraan toevoegen dat sinds de dood van Alfred Nobel tot aan 1912 reeds een 50 prijzen zijn toe gekend, waaronder 5 prijzen aan Neder landers. Er zijn er waarschijnlijk, die het wel wat vreemd vinden dat een man als Alfred Nobel, die bijna geheel zijn bezit verworven heeft door het uitdenken en vervaardigen van oorlogsgerei, en dan van het allermoorddadigste dat die vlechten. Het is alsof zij al het goud van het rijpe koren hebben overgenomen. Het is alsof er licht uitgaat van haar haren." „Dat God u een lang leven geve, moeder Domna. Zal ik haar zien? Zeg!" „Misschien, wie weet het?" Na een oogenblik stilte hernam de vrouw „Luister, Petro, deze rots heeft een diep hol, dat ik alleen kendaar moetje overdag wonen. Ontsteek geen vuur en verlaat het alleen 's nachts. Ik ga zonder een oogenblik tijd te verliezen naar het dorp terug, ik moet me haasten. Ik ben oud, weet je, ik kan niet meer loopen zooals de wind, en toch moet je eten. Op het oogenblik, dat de maan opkomt, zult gij alles hebben. Men zal het je brengen." „Wie, moeder Domna9" viel de jonge man in met zulk een kloppen van het hart, dat hij ervan verbleekte. „Misschien een zwaluw vrees niets, mijn jongen." En voordat hij tijd had zich te herstellen, stond de oude vrouw op en verdween in het woud. VH. De zon stond hoog, toen Domna in het dorp terugkeerde. Eene zenuwachtige kracht, welke plotseling was opgewekt, had haar eene ongewone vlugheid van beweging ge geven, en zonder een oogenblik stil te staan had zij den afstand afgelegd, die het dorp van het woud scheidde. Zij ging regelrecht naar de hut van Yerina, en daar aangekomen, liet zij zich op een bank neer. Zij maakte den linnen zak los, die de kruiden bevatte, welke zij in den morgen geplukt had, trok hare schoenen uit en haalde diep adem. „Oliana," sprak zij tot het meisje, „zou je bang in het bosch zijn, 's nachts als de maan opkomt?" zoo iemand een prijs kan stichten voor het bevorderen van den vrede. Nobel moet echter eens gezegd hebben: „Ik zou een stof of een machine willen vervaardigen van zulk een verwoestende werking, dat daardoor de oorlog gansch onmogelijk werd." Het was dus blijk baar bij zijn uitvindingen de bedoeling niet om den oorlog zoo bloedig moge lijk te maken, maar wel om door de groote verschrikkelijkheid ervan ze bij de volkeren onmogelijk te maken. Buitenland. De Times verneemt uit Lissabon, dat de oneenigheden in het kabinet een gevaarlijk stadium bereikt hebben. Er dreigt een breuk. Telkens vallen er heftige tooneelen in de Kamer voor tusschen de partijen, die door het kabi net gerepresenteerd worden. De minis terpresident heeft gezegd niet te zullen aftreden voor er een nieuw kabinet ge vormd is. Van sommige zijden wordt op gewelddadige verwijdering van het kabinet en het instellen van een mili taire dictatuur aangedrongenin invloed rijke kringen wordt verzekerd, dat het leger in elk geval de orde zal weten te handhaven. Brieven uit Lissabon maken melding van een ernstige poging tot het ver wekken van oproer, die echter niet van de monarchisten maar van een deel der republikeinen is uitgegaan. De poging is, naar gezegd wordt, door de waak zaamheid der regeering verijdeld. Een aantal afgevaardigden, tot de oppositie behoorende, die met het tegenwoordige bestuur ontevreden zijn, zouden zich van de hulp van een deel der troepen hebben verzekerd om 't kabinet te doen vallen en een militaire dictatuur in te stellen. De regeering werd echter in tijds met 't plan in kennis gesteld, de verwachte gebeurte nissen blijven uit, daar de samenzweer ders ontdekt hadden dat de regeering met hun plannen bekend was. Tot de samenzweerders behoorde ook Machado Santos die bij de October-revolutie een rol heeft gespeeld. Te Cnellas, een voorstad van Lissabon, is een kruitfabriek in de lucht gevlogen, waarbij een man gedood is. Op het station Rocio is een bom ont ploft. Er werd een man zwaar gewond. In het Roer-gebied richt het hooge water groote verwoestingen aan. Aan de mijn Bonifazius is het werk tot aan de galerij gestaakt, omdat het water in de electrische centrale kortsluiting Oliana zag haar verbaasd aan. Lachend antwoordde zij: „En de wolven, moeder Domna!" „De wolven men spreekt er meer van dan er zijn. Kent gij den weg naar den Serednii-rots „Zeker ken ik dien. Daar vindt men de mooiste champignons en de beste noten." „Goed, wat de wolven betreft, die heb ik nooit gezien, Yerina," zeide zij, zich tot de moeder wendende; ,je hebt immers nog hemden en kleeren van je overleden man?" „Zeker, Domna, waarom vraag je het?" „Je moet uit je kast twee hemden, twee pantalons, een paar sandalen en een overjas nemen, een oude of een nieuwe, dat doet er niet toe, maar dat alles moet je geven." „Wie is de arme, aan wien ik het geven moet?" „Een arme, armer dan een vogel, die geen nest heeft. Je zult het geven, Yerina?" „Zeker, ik zal niet weigeren; maar waar is hij die vogel zonder nest?" „En zonder brood," voegde de oude er bij. „Het brood en wat er bij behoort zal ik geven, want als je geeft wat ik je opnoemde, zult ge al genoeg gegeven hebben. Maak alles klaar, als de maan opgekomen is en er geen menschen meer op de velden zijn, dan zal de vogel zonder nest veeren Vinden om zich te dekken." „Oliana, die aandachtig luisterde, trachtte die vreemde taal te begrijpen. Haar hart beefde, een onbestemde vrees maakte zich van haar meester. „Moeder Domna", sprak zij eindelijk, „wat gebeurt ex?" „Een vogel wordt door honden vervolgd en hij komt om; je moet den vogel niet laten sterven." „Domna „Gij zult niet spreken dan in het woud, als de maan is opgekomen." veroorzaakt heeft. Tuinen en weiden staan blank. hn de kolenmijn Minister Achenbach te Mengede, Westfalen, is Woensdag morgen een ernstige ontploffing van mijngas geweest, waarbij 52 personen gedood en 9 gewond werden. Van de laatsten zullen waarschijnlijk nog eenige sterven. Vele lijken zijn afschuwelijk verminkt. Deze bedekt men met doeken, om den familieleden, die in dichte scharen weenend om het gebouw van de mijn staan, den vreeselijken aanblik te besparen. Verscheiden lijken zijn on herkenbaar. Heden, Zaterdag, worden de slachtoffers in een gemeenschappelijk graf gelegd. Havelock Wilson heeft uit naam van het dagelijksch bestuur van de Engel- sche Nationale Unie van Matrozen en Stokers een omzendbrief verspreid, waar in met staking wordt gedreigd. Het reedersverbond zoo heet het verder heeft de reeders aanbevolen, het volk met Nieuwjaar een aanmerke- lijken opslag van loon te bewilligen, maar het volk beklaagt zich, dat het verbond heeft gehandeld zonder de wenschen van het volk te raadplegen. Men verlangt nu een samenkomst met de reeders op 30 dezer om te spreken over de instelling van een loonraad. Wordt dit verzoek niet toegestaan, dan zullen zij een behoorlijke verhooging van loon eischen en dien eisch zoo noodig met een staking doorzetten, te beginnen op een dag, dien alleen het dagelijksch bestuur kent. Woensdag heeft op den straatweg tusschen BrusselBreda, nabij de Bel gische gemeente Rumpst, een verschrik- kelijk auto-ongeluk plaats gehad, waarbij baron Van Zuylen van Nyevelt gedood, mejuffrouw De Bassompière, eeredame van prinses Clémentiue, mejuffrouw Wood en baron Goffinet ernstig gewond werden. Het Hbld. van Antwerpen geeft hier over de volgende bijzonderheden: Om 9 uur kwam uit de richting Brus sel een groote auto en moest, wegens herstelling van den weg, een eindweegs naast den straatweg rijden. Weder op den straatweg willende komen, geraakte de auto in eene put, die veroorzaakt was door de werken en die men niet aangevuld had, zoodat de aarde zelfs nog geheel en al los was. Het wiel zakte er bijna tot aan de as in en, door de groote vaart der auto, brak het wiel. De auto maakte een geweldigen sprong, met het ongelukkig gevolg dat de vier inzittenden uit het rijtuig op den straat weg werden geslingerd. De persoon die aan het stuurwiel zat, de heer baron Van Zuylen van Nyevelt, werd verscheidene meters ver wegge slagen en op slag gedood. Het slachtoffer moet met geweld met het hoofd tegen de steenen terecht ge komen zijn, want de schedel was open geslagen en de hersens waren er uit gespat. Van de inzittenden werd mevrouw De Bassompierre het ergst van al ge kwetst; zij werd in stervenden toestand opgenomen en men vreest dat zij hare wonden niet zal overleven. De twee andere inzittenden: mej. De Woot de Trixhe en baron Goffinet, onder-luitenant bij de jagers te paard, in garnizoen te Bergen, waren minder erg gekwetst. Volgens nader bericht, is mej. De Woot ook aan de gevolgen overleden. Het oude (sociaal-democratische) mij n- werkersbond heeft zijn leden in het Saar-gebied aangezegd, dat zij in geval er een staking uitbreekt daaraan deel moeten nemen. Op de rijksbank te Hamburg is van een bankierslooper 75,000 mark aan papieren gestolen. Een medewerker aan de Tagliche Rundschau heeft over het dreigende conflict tusschen Rusland en China nopens Mongolië een onderhoud gehad met den Chineeschen zaakgelastigde.te Berlijn, K. T. T. Wang. Laatstgenoemde legde de volgende verklaring af, nopens de inzichten ten dezen van de Chineesehe regeering Rusland streeft er naar, Mongolië los te maken van China en de Mongoolsche vorsten onder Russisch protectoraat te brengen en onafhankelijk te maken van China. De onderhandelingen worden in Peking gevoerd tusschen den Chi neeschen minister van buitenlandsche zaken en den Russischen gezant Kru- penski. China weigert echter met de grootste beslistheid, op de Russische eischen in te gaanhet heeft uitdruk kelijk geprotesteerd tegen de Russische plannen, De Republiek heeft de territo riale integriteit van het Chineesehe Rijk in haar vaandel geschreven en zal het eerder tot het uiterste laten komen dan toe te staan, dat Mongolië van China wordt losgemaakt. Het kan niet geloochend worden, aldus Wang, dat er gevaar voor een oorlog bestaat, ai lijkt het ook, dat het conflict de laatste dagen iets van zijn scherpte heeft ver loren. Te Londen hebben kiesrechtvrouwen weer eens, uit wrok, dat zij nog niet tot de stembus zijn toegelaten, hun „En die vogel?" „Hij zal ook spreken. Maak alles gereed, zooals ik je gezegd heb." Hierop verliet de oude vrouw de hut. Moeder en dochter zagen elkander aan, ter prooi aan een vreemden angst. „Domna weet alles," sprak Yerina, „men moet haar gehoorzamen." „Moeder, als hij het was?" „Zwijg." De twee vrouwen legden het linnen, de jas en de sandalen gereed en wachtten het opkomen der maan af. De maan kwam op. Domna keerde terug met haar vollen zak, dien zij aan Oliana overhandigde. „Dit is het uur," sprak zij, „laat ons gaan." Zij verlieten het huis en langs de paden, welke door de korenvelden slingerden, be gaven zij zich op weg naar den Serednii-rots. Geen woord werd gewisseld. Zij hielden niet stil, dan om Domna tijd tot herademen te geven, en terstond hervatten zij haar weg te midden van de rogge en de tarwe. Eindelijk, daar is het bosch, in slaap, zwijgend, vol schaduw en schrik, die de eenzaamheid en de nacht doen ontwaken. Oliana trilde en, door eene bijgeloovige vrees aangegrepen, zei zij heel zacht: „Moeder Domna, ik ben bang „Vrees niets, het woud kent mij." „En de wolven?" „De wolven kennen mij." Zij begaven zich in het hooge hout; er heerschte een diepe stilte, de nachtegaal sliep nog. „Moeder Domna," prevelde Oliana, „men zou zeggen, dat engelen tusschen het woud en de sterren doorgaan." „Het is het uur waarop ze voorbijgaan „Hoort gij ze?" „Ja, daar heel hoog, de koelte heeft ge zucht Zij komen met de koelte." „Moeder Domna, waar gaan we heen?" Vrees niets, daar de engelen onder de sterren doorgaan „Ik vrees niets meer." Zij hield op. „Moeder Domna, hebt gij de voetstappen gehoord?" „Dat is de vogel zonder nest, die zyn veêren gaat halen om zich te dekken." Een heftige trilling deed Oliana beven. „O, Domna, Domna, mijn hart voelde hetmijn ziel zeide heten ik geloofde niet. Domna, het is dus waar?" „Komaan, vooruit hij heeft honger 1" „Gij hebt hem gevonden, gij hebt hem gezien „Zooals ik jou zie." „Hij heeft tot u gesproken?" „Zooals ik met jou spreek." De twee vrouwen zwegen, de nachtegaal ontwaakte. „Ik zal hier uitrusten," sprak de oude vrouw, terwijl zij zich op een steen neder zette, die boven het hooge gras uitstak. „Mijne beenen dragen mij niet meer xoe lang, je weet het, bij de groote rots. Als hij je gezien heeft, zal hij weten Oliana, op dat oogenblik geschokt door een aandoening, die in staat was sterkeren dan zij was te ontstellen, bleef aan den grond genageld staan. Haar hart bonsde, haar kracht begaf haar. „Hij is teruggekeerd mompelde het arme meisje. Ik heb hem gezien eea nachteen keer slechts." „Hij heeft honger 1" herhaalde Domni streng. Deze woorden trokken Oliana uit hars verdoovingzij raapte de zakken op, welk» aan hare voeten lagen, en, gelukkig en wan- 1 hopend tevens, opgewonden door vreugd» en verstikt door snikken, snelde zij naar d« groote rots. (Wordt vervolgd), nwmi Rutheen3che Roman.

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1912 | | pagina 1