Hel Land van Heusden en Allena. de Langstraat en de Bommeierwaard. HANDEL IK VROUWEN. Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden. No. 3220. Zaterdag 4 Januari FEUILLETON. OIjIANTA. Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG. Abonnementsprijs: per 3 maanden f 0.75, franco per post zender prijs verhooging. Afzonderlijke nummers 5 cent. 1913. Advertentiën van 16 regels 50 ct. Elke regel meer 71/» Groote letters naar plaatsruimte. Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdag middag 12 uur ingewacht. C' tAftD VAN AU VOOR De heer Mr. A. de Graaf, voorzitter van het Nationaal Comité ter bestrij ding van den handel in vrouwen, heeft dezer dagen in de te Amsterdam ge- hooden jaarlijksche vergadering van het Comité een rede gehouden over den handel in vrouwen, waarin hij zooveel belangrijks zeide, dat wij meenden goed te doen hier en daar uit die rede een brokje te nemen, opdat ook onze lezers meer bekend zullen raken met dit groote kwaad in onze hedendaagsche zoo „be schaafde" maatschappij. Door meerdere welvaart, meerdere luxe, grootere vrijheid, het losser wor den van den gezinsband zijn de zeden losser geworden. Hierdoor heeft de prostitutie zich toegang verschaft tot kringen voor welke ze vroeger ontoe- gankelyk was. Daar is de ontucht wel minder grof van vorm, maar dan ook veel meer verfijnd en des te gevaarlijker. Intus- schen heeft de praktijk bewezen, dat waar de ontucht nog gereglementeerd heerscht en de bordeelen gesloten zijn, het kwaad in niet zoo groote mate heerscht als waar het tegenovergestelde het geval is. Te ontkennen echter, dat in het al gemeen het kwaad zeer bedenkelijke afmetingen blijft behouden, zoude ge tuigen van gebrek aan ernst en moed. Maar evenmin als voor den achteruit gang, de toenemende zedenverwildering, kan men de oogen sluiten voor moreelen vooruitgang, die dikwijls de verwach tingen verre overtreft. Het een zoowel als het andere is aan den dag gekomen op de laatste conferentie te Brussel, waaraan spr. eenige beschouwingen wydde. Een eenigszins prawhistorischen indruk maakte daar de Parpsche poli- tieprefect Lepine, die de conferentie als gast bijwoonde en een pleidooi kwam houden voor de reglementeerint;. Bij de levendige discussie, naar aanleiding hier van gehouden, nam niemand het voor de reglementeering op en bleek de stem ming er algemeen tegen. Niet van ge ringe beteekenis acht men, dat op de conferentie, te houden in 1913, zoo goed als zeker het veroordeelend vonnis over de reglementeering gestreken zal worden. In het buitenland is men in dit opzicht nog zeer weinig gevorderd, met name in Duitschland, waar de bordeelen of ficieel opgeheven, maar verre van ver dwenen zijn. In Rusland wordt de of- (19 Youri trok van zijn kar halfgevulde zak ken want hij zou nooit de kracht hebben een vollen op te lichten; met moeite hief hij ze op zijn rug. Hij had er zoo zes of zeven een steile, nauwe, wankele trap op te dragen. Plotseling viel Bourdak iets in. Met een sprong was hij bij den wagen, met een greep nam hij de halfgevulde zakken koren, die op elkander waren gestapeld, ook dien, welken Youri reeds op zijn rug had, en, een liedje fluitend, bracht hij ze ineens aan den top van de ladder. Youri bekwam niet van zijn verbazing. Zijn vluchtige en vreesachtige blik zocht de redfen van deze onverwachte beleefdheid te begrijpen. Sémène lachte. „Je bent mij reeds vergeten," zei hij tot den jongen man. „Ik wilde je herinneren dat ik er nog ben." „Welnu „Welnu, je moet er aan denken, dat mijne kracht nog altijd dezelfde is." „Maar ik weet het," mompelde Youri bövöndi „Je weet het? Dat is heel beleefd van je; maar wat je nog niet weet, dat ga ik zeggen als je voortgaat over Oliana en mij leugens en laagheden te verspreiden, danJe hebt je zakken in mijn armen gezien, is het niet? Je hebt ze gezien?" „Ik heb ze gezien." flciael gereglementeerde prostitutie zelfs indirect door de liefdadigheid gesteund. Spr. wees erop, dat het congres te Londen een nieuwe phase zal inluiden in den strijd tegen den vrouwenhandel in de koloniën. Natiën, die toestanden als thans in Engelsch Indië heerschen, blijven dulden, verbeuren daarmede haar naam van christelijke, en van beschaafde natie. Spr. herinnerde er ook nog aan, dat er op de conferentie te Brussel debatten zijn gevoerd over de vraag, of de in ternationale organisatie zich ook moet bezighouden met het onderzoek naar, en de bestrijding van handel in jeug dige knapen met onzedelijke doeleinden. Hiertegen werden vele formalistische bezwaren geopperdmen voerde aan, dat men in strgd met de statuten zou komenmaar algemeen zag men in, dat de statuten er voor de organisatie zijn, en niet de organisatie voor de statuten. Het resultaat van de debatten was, dat het vraagstuk op de confe rentie te Londen aan de orde zal komen. Wanneer wij de oogen naar buiten Europa richten, zien wij Egypte met zijn brutalen vrouwen- en meisjeshan del en zijn slappe berechting van de handelaars. Alle Europeesche naties zuilen hier moeten samenwerken, maar het initiatief zal moeten uitgaan van Engeland. Het blijkt echter, dat de hooge re- geeringscommissaris Lord Kitchener, voor de zaak geen belangstelling heeft. De eenige hoop, die overblijft, is, dat het vraagstuk op do officieele regeeringsconferentie, als daar iets van komt, ter sprake komt. Verder denken wij aan Buenos Ayres, een hel op aarde, op zedelijk geoied, die jaarlpks honderden vrouwen en meisjes uit den Balkan tot zich trekt en te gronde doet gaan. Pogingen zul len wot den gedaan om in den Balkan nationale comité's te vestigen of dit ge makkelijk zal gaan meent spr. te moe ten betwijfelen. Meer resultaten kan men verwach ten van toezicht op de booten en de emigratie. Naar aanleiding van de besluiten der Brusselsche conferentie, inzonder heid met het oog op de aan het Neder- landsche comité opgedragen rapporten over de bestrijding van den vrouwen handel in de koloniën en het toezicht op de booten, deed de voorzitter eenige mededeelingen. Ten aanzien van het eerste onder- „Zoo schavuit, je bent minder dan een zak. Als ik het nu nog eens hoor! je weet de rest? Antwoord!" „Ik weetsteunde Youri, nauwelijks verstaanbaar, versteend van schrik, verbijs terd door deze indrukwekkende kracht, welke in staat was tot zooveel wonderen. „Je hebt gezien," herhaalde Bourdak, „denk dan aan hetgeen je gezien hebt. En nu, bedank je mij niet eens? Zonder mij had je morgenavond op je buik gekropen. Zeg gauw: dank je wel, anders haal ik de zakken weer terug." „Neen, neen, doe dat niet," klaagde de ongelukkige. „Zeg dan: dank je, en op de knieën, duivel die je bent!" „Sémène, ik dank je," was het nauwelijks verstaanbare antwoord. „Op de knieën 1" herhaalde Bourdak op een toon, die geen weigeriDg toeliet. De verschrikte Youri knielde neer. „Dank je," stamelde hij. Safrona hield zich vast van lachen. Youri hijgde van woede, hij was bleek, niet in staat iets te doen. „Moeder Safrona," zei hij, toen Bourdak verdwenen was, „het is dus waar?..." „Wat, wat is waar?" „Dat die schurk de minnaar van Oliana is. Hebt gij dan niet gehoord wat hij heeft gezegd?" „Onreine ziel, die je bent. Ik heb alleen gehoord, dat je een lage lasteraar bent. Ik herhaal het je: als je voortgaat met den duivel te heulen, dan zal je geen natuur lijken dood sterven." „En toch zal ik doen wat ik wil. Hij denkt dat ik bang voor hem ben Ik bang voor hem? Loop heen." „Vergeet niet wat ge hebt gehoord en werp zeide spr., dat het voornemen is om het advies van den gouverneur- generaal af te wachten op de nota, welke de minister van koloniën hem zal doen toekomen. Mocht het in Indië komen tot op richting van een informatiebureau, aldus spr., dan zijn onze wenschen voorloopig vervuld en zullen we moeten nagaan welke stappen verder moeten worden genomen. Luidt het advies, zooals ver wacht kan worden, ongunstig, dan zul len we een zelfstandig onderzoek moe ten instellen, wat groote kosten zal vereischen, welke we echter kunnen bestrijden. Het ligt in de bedoeling dit mede te deelen op de conferentie te Londen en de medewerking van het nationaal comité in Engeland in te roepen, hetwelk in eigen koloniën zelf standig nog niets gedaan heeft. Die medewerking zou dan moeten bestaan in het instellen van een dergelijk onder zoek en eveneens in het doen van stap pen om te komen tot oprichting van een informatiebureau in Engelsch-Indië. Wat het tweede punt aangaat, wees spr. erop, dat men eigenlijk overal onder politie-verordening staat, behalve op de de groote booten. Daarom wil het Na tionaal Comité op de Londensche con ferentie het denkbeeld verdedigen, om vrouwelijk toezicht op alleen reizende meisjes op de groote booten in te stel len een toezicht, bekostigd door de maatschappijen en uitgeoefend door vanwege de regeeringen op voordracht van de nationale comité's aangestelde ambtenaren, gelijk reeds in Denemar ken bestaat. Dat ingrijpen, hóé dan ook, tegen den handel in vrouwen noodzakelijk is, is onze lezers nu wel duidelijk, denken we. Met hun op bovenstaande te wijzen zouden hun oogen open gaan voor het kwaad, dachten we, en zullen ze zich er mede voor gaan inspannen dat kwaad uit te roeien. IBtaitenland. De burgemeester van Chantily is te Parijs gearresteerd onder verdenking Zaterdagnacht gepoogd te hebben, twee dames op haar villa te Le Perreux te vermoorden. Hoewel de beide dames ernstig werden Jverwond, kwam hulp nog intijds opdagen, de dader nam de vlucht. De verdenking viel dadelijk op den burgemeester van Chantilly, van wien de echtgenoot van een der dames gezien: je bent minder dan een zak, en dat is de waarheid. De arm van Sémène staat gelijk met het rad van den molen, dat is ook waar." „Ach, jelui zijn medeplichtigen." „Min kereltje, slang." Youri zweeg, en gebroken van vermoeid heid, nadat hij den eersten halfgevulden zak had opgetild, terwijl dikke droppels zweet hem langs het gelaat liepen, begon hij zijn graan in den trechter te werpen, zonder echter aan het einde van zijn werk te komen. „Werkelijk, hij zal op vier pooten gaan klimmen," zei de vrouw. „Hij zal er tot morgen mee bezig zijn." Zij had medelijden met deze zwakheid, en zelf nog krachtig ondanks hare jaren, bood zij den jongeling hulp aan. „Zie eens," zei zij, ,.je blaast als een emidse." „Het is die schurk, die mij mijne gezond heid heeft benomen." „Ik heb je altijd zoo gekend." En met vaste en vaardige hand hielp zij hem. Met sissende en afgebroken ademhaling vervolgde Youri: „Als ik eene vrouw haddie werkte zou ik beter zijn." „Ja, juist, zij zou moeten werken, opdat jij dikker werd." „Zij zou wel moeten." „Dat is niet gezegd." „En gijhebt gij mijne zakken niet geleegd? Welnu zij zou het ook moeten doen." „Of zij zou er je instoppen „Ik wileen sterke vrouw hebben opdatzij alles kan doenen zij mij mooie kinderen opvoedt." een groot schuldeischer geweest was. De politie deed een huiszoeking bij den verdachte en verschillende com- promiteerende stukken werden ontdekt. Ter confrontatie werd hij naar het ziekenhuis gebracht, waar zijn slacht offers verpleegd werden. Zij herkenden hem onmiddellijk. De burgemeester van Chantilly, stond als een verkwister, die veel schulden had, bekend. Onder de Bretonsche visschersbevol- king heerscht groote opwinding over het besluit van het meerendeel der fabrieken van verduurzaamde sardines, om de eischen van de visschersbonden niet in te willigen en het bedrijf stop te zetten. Een aantal arbeiders, die trots liet verbod van de vakvereeniging, met de loon voorwaarden van een fabriek te Douarnenez genoegen genomen had, werd door een vijandige menigte be dreigd. De Times Q9eft 'n telegram uit Peking, waarin er op wordt gewezen, dat China het Nieuwe jaar begint met het niet- nakomen van zijn geldelijke verplich tingen. De vervallende termijnen van de schadeloosstellingen uit den Boksers opstand konden niet worden voldaan. En nu is Rusland zoo seint de Times-man niet bereid om met uit stel genoegen te nemen. Het dreigt zelfs zich schadeloos te zullen stellen door beslag te leggen op de een of andere bron van inkomsten van China in Mantsjoerije. Dè Times correspondent acht het niet geheel onmogelijk, dat de Chineesche regeering mocht Rusland die be dreiging ook werkelijk ten uitvoer bren gen welke toch al zwak staat, daar door zou worden ten val gebracht. Bij een proces, dat te Pittsburgh ge diend heeft, werd een getuige gehoord van 101 jaar, zekere „tante" Morgan. Het bleek, dat deze voor zichzelf en voor een 28-jarige ziekelijke nicht met hand werken het levensonderhoud verdiende. „Tante" zelf vindt hier niets vreemds in. Haar vader was 112 jaar geworden, haar moeder 121. Voorloopig blijft zij nog aan den slag. De machinisten van de stoomtraw lers van Geestemünde, Breemerhaven en Norderham staken op last van de sociaal-democratische vakvereeniging, die van de reeders erkenning eischt van het sociaal-democratische werfdepöt. Meer dan 200 trawlers liggen stil. De correspondent te Washington van de Londensche Times seint, dat de Amerikaansche bladen het in hooge De oude vrouw zag hem aan met een blik waarin spot flikkerde. „Mooie kinderenherhaalde zij schamper. „Zeker, ge kunt ze hebben." „Wat zegt gij?" „Ik zeg, dat je heel mooie kinderen kunt hebben." Hierop trok de vrouw zich terug. Youri bleef in den molen om op zijn meel toe te zien. „Mijn hemel", zei Safrona bij zichzelve, „het is om het te besterven van lachen. Mooie kinderen Hij Verderf komt van hem." „De nacht nadert, ik ben nog ver van het dorp," sprak Sémène, toen hij op een avond van een naburig vlek kwam en door de korenvelden liep, welke zich tot den zoom der bosschen uitstrekten. De bekoring van dezen prachtigen avond hield zijn ziel zeker gevangen, zonder dat hij iets begreep vaa deze geheime dingen; want hij verhaastte zijn schreden niet, en met den neus in der lucht en de oogen starend in de verte, liep hij als een droomer. Te midden van deze kalme avondsche mering en de rustige en verrukkelijke natuur werd Sémène ondanks zichzelven een mijme raar, en hij liet zijn blik in de ruimte dwalen. Zijn slavische ziel sleepte hem mede; de on ontwikkelde droomde zonder het te weten. De nacht viel, de sterren bezaaiden het blauw van den hemel. Sémène bevond zich nu op het pad, dat uitliep op het onmetelijk woud op deze grens werden menschelijke voet stappen onmerkbaar, nog verder verdwenen zij geheel. De wandelaar, die zich verlaat had, wierp een blik op het woud en mompelde: „Wat is het donkerVoor al het goud der wereld zou ik er op dit uur niet in willen gaan." mate oneens zijn over de quaestie of ex-president Castro, die onderweg is van Frankrijk naar de Vereenigde Sta ten, in de Unie behoort te worden toe gelaten. Deze quaestie berokkent den regee- ringsmannen te Washington veel zorg. Maar de bovendrijvende meening is, naar h6t schijnt, dat aan Castro, als „ongewenscht immigrant", de toegang tot de Vereenigde Staten dient te wor den ontzegd. Thans wordt uit New-York gemeld, dat Castro besloten heeft Zaterdag per America "naar Europa terug te keeren. De autoriteiten hebben aan Castro doen weten, dat het besluit was genomen, hem niet. toe te laten, maar dat men hem de schande van te worden gedepor teerd gaarne wilde besparen. Hij gaat dus nu maar „vrij willig" terug. Naar in de Amer. bladen wordt te verstaan gegeven, heeft de New Yorksche geheime politie het plan ontdekt voor de vorming van een geheim comité in de Vereenigde Staten, 't welk een in val in Venezuela wilde voorbereiden. Te Berlijn is weer een gelddrager van een expeditie-firma in het gebouw van de Rijksbank voor 9100 mk., die hij in een omslag in zijn zak had, bestolen. De bedoeinen van Zejana hebben in Tripoli het vuur geopend op een voor uitgeschoven Italiaansche post aan den Noordelijken sector nabij de kust. De Italiaansche troepen verstrooiden de bedoeinen, die aanzienlijke verliezen leden. Aan Italiaansche zijde werden 6 man gedood en 13 gewond. Na afloop van het gevecht bombardeerde het schip Bausan de kust in de buurt van Zejana. Na La Stampa meldt, hebben de Ita lianen aan de kust van de Sidrabaai (in Tripoli) troepen ontscheept. Er moest tusschen Bengazi en Mesrata een punt bezet worden, eensdeels om den doorvoer van contrabande te verhinderen, ander deels om de Italiaansche heerschappij te bevestigen. De inboorlingen daar, die bekend staan als te benooren tot een zeer oorlogszuchtigen stam, boden eeni- gen tegenstand, maar werden door de Italiaansche troepen gemakkelijk ver strooid, zonder verliezen aan hun kant. Het Duitsche dorp Hohenwerder was reeds eenige weken lang in opschudding door de verdwijning van een 5-jarig meisje. Eenige dagen geleden bekende de moeder van het kind, dat zij het had laten doodhongeren, teneinde er zich van te ontdoen. Hetzelfde had zij in Februari met haar jonger kind, dat eerst 6 maanden oud was, gedaan. Toen de vrouw naar de gevangenis werd over- Eensklaps stond de jongeman, die eenige passen achteruit had gedaan, stil. Hij had iets donkers, zonder gedruiscb, zien voorbij gaan, een menschelijke gedaante inneveligen omtrek. Was het een visioen? Sémène rilde, Het was op het pad dat hij moest overgaan, dat hij de schim had zien verschijnen en zich weer verliezen in den nacht, en de reus, sterk om de rotsen te doen splijten, beefde nu als een blad. Verlamd door schrik, bleef hij een oogenblik als aan den grond ge nageld staan; zijne oogen sprongen uit hun kassen, koud zweet liep van zijn voorhoofd. Plotseling kwam een gedachte bij hem op die den man de krachten weer teruggaf, welke hem hadden verlaten. „Zou het Youri niet zijn, die mij in den val wil laten loopen Ik weet, dat hij een oud geweer heeft. Zou hij het niet zijn?" Sémène sprong als een tijger op, besloten zich te verdedigen en zijn vijand te ont wapenen, indien de worsteling begon. Het smalle pad liep langs de geheele lengte van den zoom van het woud; de rogge, hoog om een paard te verbergen, vormde aan beide zijden een haag. Toen de jongeling gekomen was aan de plek, waar hij meende dat de hinderlaag was, keek hij aandachtig om zich heen. Niettegenstaande de duisternis zag hij, dat de korenaren licht werden bewogen; hij bespeurde lichte beweging, die snel loopen door het kóren veroorzaakte. Het geluid verwijderde zich in de richting van het woud. Klaarblijkelijk was daar ie mand die vluchtte. Ongetwijfeld Youri, gewapend met zijn geweer, een voordeelige plaats zoekende, van waar hij verraderlijk zou kunnen vuren. (Wordt vervolgd.) Rutheensche Roman.

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1913 | | pagina 1