Het Land van Heusden en Allena. de Langstraat en de Bommeierwaard.
Vrede door recht.
Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden.
No. 3240. Zaterdag 13 Haart.
FEUILLETON.
De Geheimen eener
kleine stad.
IKF*r'jji
w
VOOR
Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementsprijs: per 3 maanden f 0.75,
franco per post zender prijs verhooging. Afzonderlijke
nummers 5 cent.
1913.
Advertentiën van 16 regels 50 ct. Elke regel
meer 71/» ct. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdag
middag 12 uur ingewacht.
Is de oorlog verdedigbaar?
Neen
Immer», Diets is vóór den oorlog te
zeggen en ólles er tegen
De oorlogen kosten millioenen en
millioenen aan geld, die óoders, nut
tiger besteed kunnen worden. De oor
logen bezorgen aan duizenden en duizen
den mannen in de kracht huns levens
een ontijdigen dood, waardoor niet al
leen rouw en droefenis in hunne fa
milies, maar ook nog gebrek en ar
moede onder de volkeren gebracht wordt.
En werd nu door den oorlog nog recht
gedaan aan de partij die het recht aan
zijn zijde heeft! Maar ook dót is het
geval nog niet eens. Immers, de win
nende partij, dat is in de meeste ge
vallen die partij, welke over de meeste
kanonnen en soldaten beschikt, dus d«
sterkste partij, die partij immers wordt
gerekend het recht aan zijn zijde te
hebben! Want in den oorlog is het
recht aan den sterkste! De zwakkere
partij moge in werkelijkheid het recht
aan zijn zijde hebben, verliest hij door
zijn zwakheid den strijd, dan heeft hij
daarmede ook zijn recht verloren, al
thans dan wordt gerekend dat hij he*
recht niet aan zijn zijde heeft. Want,
zooals gezegd, in deu oorlog is het
recht aan den sterkste, aan die partij,
die door zijn overmacht de overwin
ning behaalt in den strijd!
De oorlog is dus op geen enkel punt
verdedigbaar!
Wèl is ze, zooals we aangetoond
hebben, op alle punten te veroordeelen
Maar mag ze dan nog telkens en
telkens weer uitbreken, nu hier, dan
daar in de wereld?
Neen
Er moet een einde gemaakt worden
aan het oorlogen, aan dit grootste der
bestaande ongerechtigheden, die boven
dien millioenen en millioenen aan geld
en duizenden en duizenden aan men-
schenlevens kost/
Hóé een einde aan de oorlogen ge
maakt moet worden?
Leo Tolstoï meende dat het zou
kunnen, indien alle landen tot ont
wapening besloten. Zeker, dan zouden
de oorlogen tot het verleden behooren,
want dan zou een oorlog onmogelijk
r geworden zijn. Maar zou dan voor deu
strijd met de wapenen niet een an
deren strijd in de plaats komen, een
strijd tusschen de staten op economisch
gebied? Wij vreezen er voor Ook zóó'n
strijd mag niet mogelijk zijn. De oor
logen dieneD dus ónders voorkomen te
worden! Er zijn er, die willen dat één
der groote mogendheden met zijn ont
wapening zou beginnen. De andere mo
gendheden zullen dan wel volgen,
meenen ze. Maar welk land zou hierin
de eerste willen zijn? Zelfs Engeland
durft het niet aan, ondanks zijn mach
tige positie. Ook zou zoo'n ontwape
ning in haar gevolgen vrijwel gelijk
zijn als die, welke Leo Tolstoï propa
geerde. Een ander voorstel is, dat de
staten zich zouden verplichten hun be
langen bij verdragen te regelen en alle
geschilpunten aan een scheidsgerecht
te onderwerpen.
Op de laatste Haagsche Vredescon
ferentie, waarbij dit voorstel ingediend
was, waren alle staten in beginsel het
met dit voorstel eens. Het is dezen
weg dan ook dien het op moet met
het willen voorkomen van oorlogen.
De 9tateu moeten hun belangen regelen
bij verdragen en mocht het dan toch
nog eens gebeuren dat er een geschil
ontstond tusschen twee of meerdere
staten, dan moest er een scheidsgerecht
zijn, hetwelk die geschillen zou hebben
te behandelen en er uitspraak over zou
hebben te doen. Dan zou er recht ge-
laan woideü in zulke geschillen. Jam
mer dat de staten meenden dat niet
alle geschilpunten aan de beslissing van
een scheidsgerecht onderworpen konden
worden. De geschilpunten, waarbij de
levensbelangen van een staat betrokken
zijn, zouden niet voor een scheidsge
recht gebracht kunnen worden, meen
den ze. Toch zouden ook zulke geschil
punten voor het scheidsgerecht moeten
komen, want gebenrde dit niet, dan
zou het tóch nog enkele malen op oor
log uitdraaien. Wel zou dan toch be
reikt zijn, dat de oorlogen tot enkele
beperkt bleven, maar, dit ia het doel
niet, want de oorlog moet gehéél ver
dwijnen en daarvoor is het dan noodig
dat ólle geschilpunten aan de beslissing
van het scheidsgerecht onderworpen
worden. De totstandkoming van zoo'n
internationale rechtstoestand zou na
tuurlijk medebrengen dat die rechtstoe
stand gevestigd moest worden op de
basis dat de levensbelangen van eeD
staat onaantastbaar zijn, dat wijzigin
gen in de politieke kaart alleen aan
gebracht zouden mogen worden na uit
spraak van het scheidsgerecht, na over
weging of die wijzigingen al of niet
noodzakelijk zijn, en aldus op de been
(3
Het kleine, pittige vrouwtje van den redac
teur meende weliswaar, dat zij zich zooiets
van de officieren niet kon voorstellen en
dat zij 't met het volste vertrouwen op een
proef durfde laten aankomen, maar haar
geleerde ega vertelde haar dan zulke ver
schrikkelijke verhalen uit de Napoleontische
oorlogen en hoe toen de onmenschelijke
soldateska met de schoone sekse was om
gesprongen, dat het kleine vrouwtje ten slotte
haar pittige fantazie het zwijgen oplegde.
En zóó was 't ook beter.
De soldaten, en vooral de kavalleristen,
zouden zich in Posemuckel nooit gelukkig
hebben gevoeld. Het plaatsje was nu een
maal niet geschikt voor een eskadron. Niet
dat 't te klein en te vervelend was, verre
van dienl Maar huzaren-officieren leggen
een geheel eigenaardigen maatstaf aan, wat
betreft de eischen van een goed garnizoen.
Soms voelen zij zich meer thuis op een
dorp dan in 'n residentie.
Rare lui, die kavalleristen
n.
In een klein achterhuisje aan een afgelegen
steegje te Posemuckel zat het gezin van den
barbier Lawendel aan den avonddisch.
Op de groote, ronde tafel walmde een
dik talklicht, dat wedijverde met den damp
van een grooten schotel aardappelen. En
de handen en handjes tastten gretig toe,
opdat hun eigenaren niets te kort zouden
komen bij deze gewichtigste levenstaak.
Waar het hart vol van is, vloeit de mond
van over. Maar als de mond vol is, dan
zwijgen allebei.
Zoo ook hier.
Eerbiedige stilte heerschte in. de kleine,
mat verlichte kamer.
Het gezin bestond uit zes personen.
Met den rug naar de met blinden gesloten
vensters zat de heer des huizes, de barbier
Lawendel. Met bewonderenswaardige han
digheid bevrijdde hij de aardappels van
hunne dunne schil, brak ze dan met de
vingers open, doopte de eene helft in het
reusachtige zoutvat, wierp de spijs met 'n
zekere gratie in den mond en trok dan rare
gezichten, als het heete brokje op de tong
brandde.
Zijn geest scheen echter niet aan dezen
arbeid deel te nemen; zijn kleine, listige
oogjes, die uit het magere vossegezicht tuur
den, schenen de naaste omgeving niet te
zien, doch staarden rond in de ijle ruimte
en bewezen duidelijk, dat zijn gedachten
ver toefden van den aardappelschotel.
Naast hem zat zijn wederhelft, die een
volkomen tegenstelling met haar heer en
gebieder vormde, want terwijl hij er klein,
mager, nietig en listig uitzag, was juffrouw
Sabine kogelrond en vet, met een 'n weinig
afgezakte buste, een hoofd welks haardos
eerder deed vermoeden dat haar man er
dagelij ks pogingen tot verwoestingop pleegde,
dan dat hij dien liefderijk en beroepsmatig
verzorgde en coiffeerde. Ook haar gezicht
was rood en dik, plomp, eentonig, en om
den mond en de kin lag een trek van ver
beten ergernis en kijfzucht; uit de grijze
oogjes spraken stelselmatige ontevredenheid
en onverstoorbare slechte luim.
De overige vier kauwende huisgenooten
gesteld, zou er, dunkt ons, geen bezwaar
tegen kunnen zijn om ook de geschil
punten, waarbij de levensbelangen van
een staat betrokken zijn, aan het scheids
gerecht voor te leggen. Het geval zou
zich kunnen voordoen dat een staat
zich niet hield aan een tusschen deze
en een andere staat gesloten verdrag.
Wat dan gedaan moest worden Niet
naar de wapens grijpen, natuurlijk
Volgens mej. Anna B. Eckstein, uit
Boston, die hier in ons land een aantal
lezingen gehouden heeft ten voordeele
van de vredesbeweging, zouden de staten
moeten besluiten tot een economischen
boycot van zoo'n staat. Mej. Eckstein
gelooft dat zoo'n maatregel stellig af
doende zou zijn. Het is een tweesnij-
Iend zwaard, hetgeen ons hiermede in
de haud gegeven wordt, want ook
óndere staten worden er door getroffen,
hetgeen mej. E. toegeeft, maar ver
schrikkelijker wonde dan de oorlog
brengt het niet toe. In ieder geval moe
ten de oorlogen verdwijnen en de weg,
om hiertoe te komen, is het sluiten
van verdragen tusschen de staten en
de instelling van een scheidsgerecht,
werkeude als hierboven beschreven.
Mannen van naam op het gebied van
de vredesbeweging zeggen het ons.
Buitenland.
Omtrent de wet op den driejarigen
dienstplicht in Frankrijk, meldt de
Figaro, dat de begrootingscommissie
uit de Kamer in haar gisteren gehou
den vergadering de aanvraag der regee
ring om een buitengewoon militair cre-
diet van 500 millioen frank afgewezen
heeft. Het is waar, zegt het blad, dat
slechts ld ledeD van de commissie aan
wezig waren toen gestemd werd. Acht
waren tegen, vijf leden vóór het crediet.
Een aantal academici en hoogleeraren
van de universiteit te Parijs aan wier
hoofd Anatole Franoe staat, publiceert
een manifest, waarin voor overijling bij
de beraadslagingen over het militaire
wetsontwerp gewaarschuwd wordt en
ook gewezen wordt op de ernstige ge
volgen van den algemeenen driejarigen
dienstplicht. In het manifest wordt o.a.
gezegd, dat de legerwet invloed zal heb
ben op het intellectueeleen economische
Frankrijk, terwijl het tevens een terug
gang der Fransche beschaving met zich
brengen zal.
Hedenavond wordt er in het Panthéon
te Parijs een betooging tegen den drie
jarigen dienstplicht gehouden, die door
professoren van de Sorbonne bijeenge
roepen is. Vele bekende hoogleeraren
bastonden uit de zichtbare gevolgen vau de
liefde hunner ouders.
In de eerste plaats een groot, dik meisje
met 'n dom gezicht, van zoowat twintig
jaar. Al haar hartstochten schenen zich te
hebben geconcentreerd in de maag
Verder zaten er drie slappe bengels tus
schen de zestien en dertien jaar, die even
eens begeerig de aardappels verslonden, alsof
ze een langen vastentijd tegemoet gingen.
Sabine onderbrak het lange zwijgen en
zei, terwijl ze haar man een nijdigen blik
toewierp
„Laat voor de wurmen toch ook wat
overJij wilt altijd alles voor jou alleen
hebben; aan vrouw en kinderen denk je
van je leven niet."
De barbier haalde onverschillig de schou
ders op en stak nu, inplaats van een halven,
'n heelen aardappel in den mond.
Sabine's wangen werden nog een tint
rooder.
Kijvend riep ze haar echtvriend toe:
„Zul je nu haast ophouden met eten?"
„Ja!"
En de barbier wierp een aardappel, dien
hij juist had opgenomen, weer in den schotel
en stak kalm zijn handen in de zakken.
„Eindelijk," ging Sabine hoonend voort.
„Meneer heeft zich opgeofferd 1 Als men zich
zat heeft gegeten, dan zet men 'n zalvende
tronie, steekt de handen in de zakken en
de beenen onder de tafel alsof men zeggen
wil: zie je wel wat ik al niet voor jelui
doel"... Bah, huichelaar!
Zelfbewust glimlachte de barbier voor zich
heen en keek Sabine uit de hoogte aan.
En die keef lustig voort.
„Ja, ja, dat is zoo je manier I Als jij je niet
zullen het woord voeren. Men vreest
voor onlusten in het Quartier Latin.
Op de Fransche onderzeeboot Foucault
is bij Cherbourg een ontploffing in de
machinekamer ontstaan, waarbij 8 man
gekwetst zijn. De autoriteiten hebben
een onderzoek bevolen, omdat reeds
eerder een dergelijk ongeval op de
Foncault heeft plaats gehad.
Ook op de Fransche onderzeeboot
Coulomb, van 't zelfde type als de Fou
cault, is een ontploffing voorgekomen.
Er is niemand gewond, doch de ma-
terieele schade moet zeer groot zijn.
Het Engelsche parlementslid King
wil den minister van binnenlandsche
zaken een middel tegen de hongersta
king aan de hand doen. Hij zal in het
Lagerhuis onder 's ministers aandacht
brengen, dat volgens de jongste weten
schappelijke proefnemingen met patiën
ten die niet in staat zijn, om voedsel
op te nemen, traan vaD zeekoeien, eiken
dag goed in de poriën van de huid in
gewreven, zulke patiënten weken lang
in het leven kan houden. King zal
vragen, of deze behandeling niet in de
plaats zou kunnen komen van het ge
dwongen voeden van hongerstakers.
Na de verwoede pogingen van Garros,
die het steeds maar hooger en hooger
bracht, is Edmond Perreyon, verbonden
aan de school van Blériot, er Dinsdag
in geslaagd 6000 M. hoog te vliegen.
Tegen 11 uur haalde hij zijn eendekker
uit de loods en 25 minuten later steeg
hij op met het doel het hoogterecord
te breken.
De gracieuze vogel verdween uit 't
gezicht en na korten tijd ontwaarde
men weer aan den blauwen hemel een
stip. Langzamerhand werd het vliegtuig
zichtbaar. De kranige vlieger landde
vlot na een vlucht van 1 uur 7 min.
Toen bekend was, dat hij de 6000 M.
bereikt had heeft het publiek Perreyon
gehuldigd.
Perryon is den 14den Juli 1882 te
Parijs geboren. Den 17den December
1910 haalde hij zijn getuigschrift op een
Blériot en is een van de eersten geweest,
die het militaire brevet gehaald heeft.
Woensdag is een poging tot brand
stichting in het Britsch Museum te Lon
den ontdekt. Ze wordt op rekening der
kiesrechtvrouwen gesteld omdat ze is ge
pleegd in een alleen voor vrouwen toe
gankelijk waschlokaal. Het museum
bestuur heeft een onderzoek ingesteld
om de brandstichters te ontdekken.
De Engelsche kiesrechtvrouwen zijn
aardig op weg om zich in het geheele
land gehaat te maken. Zij hebben nu
tal van menschen op kosten gejaagd
kunt verantwoorden, dan houdt jij je van
den domme, maar je fouten verbeteren,
zorgen voor vrouw en kinderen, ho maar!
O, 't is afschuwelijk, aan zoo'n man geketend
te zijn... Wie en wat ben je eigenlijk, met
je praats?... Een verloopen slagersknecht,
die z'n vak eraan gaf omdat het hem niet
deftig genoeg toescheen en een nog slechter
barbier werd. Als ik had geweten, dat je
zoo'n doeniet was, zou ik me wel tienmaal
bedacht hebben eer ik je hongerlijdersleven
ging deelen!"
Met de grootste kalmte keek Lawendel
z'n vrouw aan.
„Je bent onbillijk, Sabine, 'n Poosje is't
ons slecht gegaan, dat ontken ik niet, maar
alle begin is moeilijk. Ik geef toe, dat ik'n
slecht barbier was, daar mijn hand door het
eeuwige vleeschhakken slecht was geworden
en ik haast evenveel menschenbloed vergoot
als ossenbloed. Mijn klanten kregen altijd
souvenirs mee op 't gezicht. Maar dat is
eigenlijk maar bijzaak."
„Zóó? Voor ons niet, hoorantwoordde
Sabine. „Wat waren de gevolgen van je
onhandigheid? Dat de andere barbiers de
heele cliënteele kregen en hun vrouwen in
fluweel en zijde kleeden, terwijl jij metter
tijd tot den bedelstaf vervalt
„Ho, ho, niet zoo voorbarig!" viel La
wendel, nog altijd kalm, haar in de rede.
„Denk je, dat mijn eerzucht bevredigd is
met het barbierschap Dan ken je mij niet.
Ik bén een barbier van den geest, en daar
om hij wierp zijn vrouw een triomfan
telijken blik toe en daarom zullen al
mijn vakgenooten spoedig voor mij in het
stof buigen, eerder dan je denkt. Nög staan
de armzalige schilaardappels en het groote
zoutvat op tafel, maar weldra komt de tijd,
dat 's middags en 'a avonds hier de vleesch-
potten van Egypte zullen dampen naast een
door hun ongefrankeerde brieven te
zenden, waarin een gedrukt pleidooi
voor vrouwenkiesrecht was gesloten. De
geadresseerden hadden voor die brieven
30 cent strafport te betalen.
Te Nottingham heeft een verbitterde
menigte een lokaal waar kiesrechtvrou
wen spraken, bestormd en de spreeksters
en hun aanhang afgerost.
UitGenève wordt gemeld, dat Schiebli,
de thesaurier van de Oud-katholieke
kerk, tevens gevolmachtigde van de
EidgenossischeBank, gevlucht is wegens
door hem gepleegde verduisteringen ten
bedrage van 200.000 frs. Hij had o. m.
geld moeten afdragen aan de Roomsch-
katholieke kerk voor het verhuren van
de Onze-Lieve-Vrouwe-kerk aan de Oud
katholieken.
De Times ontving uit New York weer
een bericht over de misstanden welke
in het politiekorps daar nog schijnen
te bestaan.
Een onlangs tot gevangenisstraf ver
oordeelde bordeelhoudster, zekere juffr.
Hertz, heeft bij den ambtenaar van het
O. M. een volledige bekentenis afgelegd
over haar betrekkingen met de politie.
Twintig jaar lang waren hare bordeelen
met oogluikende toestemming van de
politie geopend gebleven. Al dien tijd
was haar door de politie de hand boven
het hoofd gehouden; maar zij had er
flink voor moeten betalen en wel volgens
een vast schema.
Haar onthullingen, die door schrif
telijke bewijzen gestaafd worden, zijn
naar het heet uiterst compromittant
voor tal van hooggeplaatste politieman
nen in N. Y. en bekende locale politici.
De commissie voor de verzoekschrif
ten uit den Duitschen Rijksdag heeft
de regeering in overweging gegeven de
wetgeving op de schadeloosstelling aan
onschuldig veroordeelden te herzien.
Aanleiding daartoe gaf het geval van
een Thuringsch leerlooier, August
Brehm, in 1892 veroordeeld wegens
brandstichting in zijn zaak met het
oogmerk de verzekeringssom op te strij
ken.
De man kreeg 5 jaar, werd echter na
4 jaar vrijgelaten om zijn goed gedrag.
Twee jaar later wist hij revisie van
zijn proces te bewerken en werd on
schuldig verklaard.
Tijdens zijn gevangenschap was zijn
zaak, geschat op een waarde van f 240.000,
geheel verloopen. Na zijn onschuldig-
verklaring is hem een schadeloosstelling
van f 1356 toegekend. Brehm, die
nu 65 jaar en arm is, heeft destijds dat
luttele bedrag geweigerd.
In een Dinsdag te Mexico (stad) ge
houden ministerraad werd hel besluit
schuimende flesch bierHet begin is er
al, Sabine Kijk maar!
En dit zeggende tastte hij in zijn wijden
broekzak en hield zijn vrouw op de vlakke
hand vijf blinkende thaler voor.
Zij bekeek het geld met verbijsterende
belangstelling.
„Man, hoe kom je opeens aan dat vele
geldriep ze uit, en haar stem klonk ietwat
angstig.
„Cliënteele, vrouw, cliënteele," antwoord
de hij met stralenden blik. „Eerlijk verdiend.
Pin ik zeg je, dat er nog meer komt, dat
ook jij in zijde en fluweel kunt gekleed
gaan. De menschen beginnen zich al met
waren hartstocht door mij te laten scheren,
al krab ik ze ook 'n beetje."
„Maar hoe
„Hoe dat in z'n werk gaat?... Heb je
nooit van den steen der wijzen gehoord?
„Jawel, jawel, in 'n oud sprookjesboek
De steen der wijzen, dien iedereen zocht
en nooit vinden kon
„Precies!" viel Lawendel haar in de rede,
terwijl hij de vijf thaler weer in z'n zak
1 iet rinkelen. „Maar ik heb hem gevonden."
Sabine greep haar man bij den arm.
„Hoe? Waar? Wanneer?
Hij keek haar uit de hoogte aan.
„Dat is mijn geheim. Geniet jij maar van
de weldaden die mijn geest over je uitstrooit,
maar vraag verder niets. Vrouwentongen
zijn praatziek. En als je babbelt zou alles
weer in het niet terugzinken en werden wij
armer dan te voren Doch nu zullen wij
'steeds hooger stijgen, tot duizelingwekkende
hoogte Maar nu genoeg. De plicht roept
mij Goedennacht. Gaat allen slapen ik
moet gaan
UïmQ VAN ALTEN*
(Wordt vervolgd.)