Hel Land van Hensden en Allena, de Langstraat en de Rommelerwaard.
Een Volksuniversiteit.
Rika's Liefde.
Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden.
No3278. Zaterdag 26 Juli, 1Q13,
FEUILLETON.
UND VAN ALTE^
VOOR
Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementsprijs: per 3 maanden f 0.75,
franco per post zender prijs verhooging. Afzonderlijke
nummers 5 cent.
Advertentiën van 16 regel» 50 ct. Elke regel
meer 71/» ct. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdag--
middag 12 uur ingewacht.
Te Amsterdam heelt zich een ver
eeniging gevormd, die zich ten doel heeft
gesteld de instelling van een Volksuni
versiteit en hierdoor voor de Amster-
dam8che burgerij van alle klassen de
gelegenheid te openen tot meer alge-
meene ontwikkeling en hoogere bescha
ving.
De cursussen zullen in twee afdeelin-
gen worden gesplitstdo eerste afdeeling
voor hen, die alleen lager onderwijs
hebben ontvangen of zich met dezen op
eene lijn stellen, de tweede afdeeling
voor hen, die een of andere soort van
middelbaar of hooger onderwijs genoten
of wel door eigen studie meenen dezelfde
hoogte van ontwikkeling bereikt te
hebben.
Mannen en vrouwen van alle klassen
onzer samenleving en van alle hoogten
van ontwikkeling kunnen, mits den acht
tienjarigen leeftijd bereikt hebbende, de
cursussen volgen.
De cursussen zullen duren van No
vember tot Maart en de lessen zullen
eenmaal per week, 's avonds, gegeven
worden.
Het lesgeld per cursus voor de eerste
afdeeling bedraagt f 1.50, dat per cursus
voor de tweede afdeeling f 3,00.
Wie echter méér betalen kan, mag
dat doen.
Het minimum lesgeld is evenwel f 1.50
en f 3,00.
En dit is zoo weinig dat het voor
niemand, die een cursus wenscht te
volgen, een bezwaar kan zijn.
We juichen dit plan der vereeniging
Volksuniversiteit Amsterdam toe, om
dat het een poging is om hen, wier
dorst naar kennis niet voldoende be
vredigd kon worden door het onderwijs
dat zij genoten hebben in de dagen dat
zij de school bezochten, tegen slechts
weinig kosten meer algemeene ontwik
keling en hoogere beschaving te ver
schaffen.
En hun, die het initialief namen tot
de instelling der universiteit, komt ons
aller hulde toe voor hun prijzenswaar
dig streven.
Dat het niet aan leerlingen zal ont
breken, daarvan zijn we haast over
tuigd.
Immers, de zucht naar meerdere ont-
LOUISE ROTH.
(1
„Ho, bruintjes I"
Een lang aangehouden gefluit volgde.
Het half volwassen meisje, dat aan het
grassnijden was, stak het roodharig hoofd
op. Een stofwolk omhulde het voertuig,
maar alleen Martin Huber kon zoo fluiten
en de wagen hield dan ook al bij haar op.
„Klim op vos en je mand ook!" klonk
het kort.
Bewonderend hingen Rika's blikken aan
den breedgeschouderden jongen man. Zooals
hij daar, wijdbeens, op den leegen wagen
stond en met vaste hand de wel doorvoede
Ardenners stuurde, was hij een toonbeeld
van kracht. Hij lette niet verder op het
meisje, al zijn opmerkzaamheid was op de
paarden gericht. In Rika's oogen lichtte het
eigenaardig.
Het was avond. De arbeiders kwamen
van het land terug. Er waren vele jongens
onder. Ze lachten spottend bij het zien van
het roodharige meisje op Martin's wagen,
maar niemand waagde een opmerking, want
ze kenden zijn vuisten.
Het dorp was bereikt. Vredig lag het daar
in de avondschemering.
„Ho!"
De paarden stonden stil en op weinige
passen lag het huis van Rika, die zich klaar
maakte om af te klimmen. Liefkozend gleed
Martin's zweep over de glanzende ruggen
van de dieren, Eerst toen het afstijgen van
Rika te lang duurde, keerde hij zich om.
„Nu ben je haast klaar?"
wikkelig is groot bij ons volk en wordt
nog steeds grooter.
En al mag nu die zucht naar meer
dere ontwikkeling misschien bij de
meesten zijn oorzaak vinden in de
wensch naar een betere maatschappe
lijke positie, waarvoor, om die te ver
krijgen, in de allereerste plaats meer
dere ontwikkeling noodzakelijk is, en
al mag die meerdere ontwikkeling door
enkelen misschien om de ontwikkeling
zélve gewenscht worden, de behéèfte aan
die meerdere ontwikkeling, de zucht naar
meerdere kennis bestkét.
En daarmede moet rekening gehou
den worden.
En dat heeft de vereeniging Volks
universiteit Amsterdam gedaan.
Jammer is het dat alleen de Amster-
damsche burgerij de lessen aan de Volks
universiteit aldaar zal kunnen volgen!
Want niet-Am8terdammers zullen na
melijk niet van de instelling kunnen
profiteeren
Dien indruk hebben wij althans ge
kregen bij lezing van het verspreide
programma, omdat hierin alleen gespro
ken wordt van de Amsterdamsche bur
gerij.
Hoevelen buiten Amsterdam, niet-Am-
8terdammer8 dus, zouden niet eveneens
gaarne een cursus aan de universiteit
volgen
Velen misschien zelfs wel tegen be
taling van een hooger lesgeld
Het kan echter niet zijn
Bij hun is echter eveneens de be
hoefte aan gelegenheid tot meerdere
ontwikkeling ontstaan.
En moet ook daaraan niet voldaan
worden
Zeer zeker
Waar die behoefte bij het volk be
staat, daar moet in die behoefte voor
zien worden.
En kan van particuliere zijde die ge
legenheid tot meerdere ontwikkeling
niet verschaft worden, zooals dit te Am
sterdam het geval is, dan moet van
gemeente- of rijkswege de helpende hand
geboden worden.
Voor meerdere ontwikkeling van het
volk kan misschien wel genoeg, doch
nooit te veel worden gedaan.
Alleen door ontwikkeling kan het
volk tot welvaart komen.
En die welvaart, hebben we noodig.
Voor die welvaart van ons volk is
Toen zag hij, dat de magere armen moeite
hadden om de mand er af te krijgen. Hij
strekte zijn hand uit en hiel]) haar. Daarbij
trof haar een medelijdende blik. De jongen
had plotseling het gevoel, als moest hij het
meisje iets vriendelijks zeggen.
„Ben je nog niet van school af?"
„Neen. Met Paschen."
„Zoo. En dan?"
Rika haalde de schouders op. „Moeder
is nog altijd niet goed bij het hoofd."
„En dan moet jij bij haar blijven. Net
als een vogel, waarvan de vleugels zijn vast
gebonden. Nu, wees maar goed voor haar I"
Martin reed verder.
Het meisje hield de hand boven de oogen
en keek hem na, tot de wagen verdwenen
was. Met een zucht keerde zij zich om. De
mand op den rug, ging ze langzaam naar
een kleine hut, de armoedigste van het heele
dorp. Een vrouw, met donker haar en bleeke
ingevallen wangen, zat voor den drempel.
Ze had een kussen op de knieën en hare
handen wierpen ijverig de houten klossen
van haar kantwerk dooreen. Naar deze on
rustige beweging scheen de vrouw een goed
deel van haar innerlijke onrust af te leiden.
Een schuwe blik trof de terugkeerende
dochter, die de moeder niet groette, in het
algemeen nooit een vriendelijk woord tot
haar zei de en slechts het noodzakelijkste
met haar sprak.
Rika stond stil en keek zwijgend naar haar
moeder. Daarbij hoorde ze Martin weer
zeggen„net als een vogel, waarvan de vleu
gels zijn vastgebonden." Zoolang ze zich
kon terugkenken, had ze de ontoerekenbare
moeder opgepast. Als een wilde kat, was
ze opgesprongen, wanneer de kinderen van
het dorp de zonderlinge vrouw hadden
bespot. Ze kon niets uitrichten tegen de
overmoedige bende en werd bovendien nog
uitgescholden om haar rood haar.
„Hoe heet je vader?" werd er geroepen.
„Ik heb nooit een vader gehadschreeuw
de ze dan en haar oogen fonkelden.
Toen was Martin, de zoon van den buur-
het dan ook dat we vragen om daar,
waar bij het volk behoefte bestaat naar
gelegenheid tot meerdere ontwikkeling,
die gelegenheid in het leven te roepen.
Buitenland.
Uit Maudetuy, aan de Portugeesche
grens, wordt gemeld, dat reizigers uit
Portugal verzekeren, dat de beweging,
die op het oogenblik gaande is, van
veel belang is. Zij zeggen dat de repu
blikeinen zeiven den toestand zeer ern
stig achten.
De eigenaar van het valsche parel
snoer, dat Maandag in het Bosch van
Boulogne gevonden is, heeft zich bij
de politie aangemeld. Het is een ver
tegenwoordiger van een fabriek van
valsche edelgesteenten en de man deel
de mede, dat hij het snoer in het Bosch
verloren had. Hij had aan een van zijn
vrienden voorgesteld om, bij wijze van
reclame, den halsketting, die aan den
juwelier Salomons ontstolen is, na te
maken. De waarde van het snoer val
sche paarlen bedraagt 400 frank.
Aan de kantoren van Carnegie in de
Vijfde Avenue te New-York werd dezer
dagen een paket bezorgd, aan Carnegie
persoonlijk geadresseerd. Het zag er zeer
verdacht uit en werd daarom aan de
politie overhandigd. Die vermoedde dat
er een bom inzat en loste er op een
eenzame plaats geweerschoten op. Toen
geen ontploffing volgde, werd het pak
geopend en bleekeen Limburgsch
kaasje te bevatten.
Te Hamburg is zekere vrouw Mars,
de vrouw van een sleepersknecht in
hechtenis genomen, die verdacht wordt,
twaalf jaar geleden haar vader, en ver
leden jaar ook haar broer en haar stief
vader uit den weg geruimd te hebben
met arsenicum. Verleden jaar Juli had
zij een tijdje bij haar broer te Dantzig
vertoefd; korten tijd nadat zij vertrok
ken was, stierf hij. Spoedig na haar
aankomst te Gross-Gryaliken in Oost-
Pruisen stierf ook haar stiefvader Schere-
lies. Enkele weken later keerde vrouw
Mars naar Hamburg terug en nam haar
70 jarige moeder mee. Daar kwam het
tusschen beiden tot heftige tooneelen.
Haar moeder zegt, dat zij bang was,
dat haar dochter ook haar naar het leven
zou staan en dat zij 's nachts haar
spaarbankboekje altijd onder haar hoofd
kussen had.
De vrouw had zich reeds de spaar-
man, die nu knecht was op een groote
boerderij buiten bet dorp, gekomen en had
de plaaggeesten weggejaagd. Hij had het
zoo dikwijls gedaan dat men haar ten slotte
met rust gelaten had.
„Rika, kom je haast? De geit wil voer!"
riep een stem uit het huis daarnaast.
Het meisje schrikte en liep haastig weg
met haar mand.
Vrouw Huber dulde geen onregelmatig
heid. Rika moest voor de geit zorgen en
daarvoor kregen haar moeder en zij van
de buurvrouw een maal eten. „Anders
waren ze al lang verhongerd," was de flinke
vrouw gewoon te zeggen.
Ze had vóór dertien jaren de zwartharige
vrouw met het nog zeer jonge kind in den
letterlijken zin van de straat opgenomen.
Niemand wist van waar die twee kwamen;
de vrouw bezat geen papieren, die daar
omtrent inlichting konden geven en haar
verstand was te verward om het te doen.
Daar de pastoor meende, dat zij, naar haar
dialect te oordeelen, uit Bohemen moest
zijn, heette zij in het vervolg „deBoheem-
sche". Vrouw Huber had een medelijdend
hart; ze nam de vreemde met haar kind
bij zich op en gaf haar een tijdlang de kost.
Dat was geen kleinigheid. Want ze had al
voor zes kinderen te zorgen. Daarbij kwam
nog dat zij zelf en haar man ieder ook nog
een maag hadden en juist geen kleine ook,
want werken op het land maakt hongerig.
Vrouw Huber echter was een practische
vrouw. Toen ze op een goeden dag ontdekte
welke mooie kant de ongelukkige vrouw
kon maken, ging ze daarmee naar den pas
toor. Die moest raadgeven en hij deed het
goed ook. De kant werd naar een winkel
in de stad gezonden en daar verkocht. Zoo
had de Boheemsche een goed stuk geld
kunnen verdienen, maar er kwamen dikwijls
dagen en weken, dat ze niets deed dan
somber voor zich uitstaren en geen hand
verroerde. Zoo was het altijd nog gelukkig,
dat ze, met haar kind, in de kleine hut naast
kaar weldoeners, een blijvend onderkomen
bankboekjes van hare vroegere slacht
offers toegeëigend.
Toen haar broer verleden jaar ge
storven was, vertelde zij bij de begrafenis
aan de aanwezigen, dat dit een gevolg
was geweest van vreugde over het weer
zien met haar.
Uit Zürich werd Woensdag aan de
Berliner Lokal Anzeiger geseindVol
gens mededeelingen van het Zwitsersche
centrale metreologische instituut zijn de
verwachtingen voor het weer zeer on
gunstig en wanneer er in de eerstvol
gende 12 uur geen verandering komt,
vreest men voor watersnood. Óp 1800
meter hoogte is de temperatuur nog
steeds boven het vriespunt, zoodat geen
verandering te wachten is. Alle rivieren
en beken zijn reeds zeer hoog gestegen.
Blijkens een telegram over den nood-
lottigen brand in een fabriek te Bing-
hampton (staat New-York), waren de
meeste arbeidsters aan het werk op de
derde verdieping, toen de brand uit
brak. Toen het brandsignaal weerklonk,
dachten zij eerst dat er een proef werd
genomen om het personeel te oefenen
in het snel en ordelijk ontruimen van
het gebouw. Maar al ras sloegen de
vlammen door de trapgangen naar boven.
Er speelden zich in het gebouw vreese-
lijke tooneelen af; de nooduitgangen en
brandladders bleken onvoldoende. Tal
van vrouwen sprongen uit een raam'
Volgens de laatste raming zijn er tus
schen de 50 en 60 dooden. Verscheiden
employees worden vermist. Twaalf men-
schen zijn doodelijk gekwetst.
Door het weggooien van een niet ge
doofde sigaret was de brand ontstaan.
Central News geeft van den afloop
van den brand nog de volgende lezing
Tot dusver (Woensdag) zijn 22 lijken
geborgen. Nog ongeveer vijftig lijken
liggen onder het puin en er zijn in
het hospitaal 65 vrouwen ondergebracht.
Vele van haar zullen niet herstellen.
Het fabrieksgebouw bleef den ganschen
nacht brandenen een menigte van
vele duizenden was om den brand saam-
gestroomd. De politie had om de plaats
waar de brand woedde een cordon ge
trokken om te beletten, dat er roeke-
looze pogingen zouden worden gedaan
om in het brandende gebouw door te
dringen. Slechts met de grootste moeite
slaagde zij er in, de menigte op een
afstand te houdende nabestaanden
der verongelukte werksters willen met
alle geweld de lijken uit de vlammen
halen. Geen der geredden heeft een be
vond. Vrouw Huber hield een wakend oog
op Rika. Ze had haar ten doop gehouden,
maar er was nooit een genegenheid voor
haar petekind in haar hart ontstaan. Rika
was van het begin af een gefloten karakter
geweest. Liever waren ze verhongerd, dan
dat ze om een stuk brood gevraagd zou
hebben.
„Je krijgt niet eens een dankje er voor,"
bromde vrouw Huber hoofdschuddend, toen
Rika een potje met soep gevuld had en
weer naar haar hut ging.
Werktuigelijk lepelde Rika haar soep op.
Altijd zou ze hier in het dorp moeten blijven,
altijd en eeuwig! En dat alleen om haar
moeder. Een nijdige blik trof de vrouw, die
tegenover haar zat. Ja, Martin had gelijk:
„net als een vogel, waarvan de vleugels zijn
vastgebonden." Ze zag de fijne, witte handen
van haar moeder en hoe bleek en smal haar
gezicht was. Ze zag er zoo heel anders uit
dan de andere vrouwen van het dorp. „Wees
maar goed voor haar" had Martin ook ge
zegd. Met schaamte bekende Rika, dat ze
niet altijd goed was geweest voor haar
moeder.
De Boheemsche keek verwonderd op, toen
Rika, na het eten niet, zooals gewoonlijk,
in een hoek kroop, maar bij haar kwam
zitten.
„Ik zal het garen voor u opwinden," zei
ze kort.
Dat had ze nog nooit gedaan. Een vrien
delijke trek gleed over het zenuwachtige
gezicht van de vrouw.
Van nu af vertoefde Rika iedere minuut,
die ze niet in school, of bij den boer, om
te helpen, doorbracht, bij haar moeder. Haar
harde stem nam een zachteren klank aan,
wanneer zij met haar sprak.
„Je bent niet meer zoe stekelig, vos,"
prees Martin, die 's Zondags thuis was en
dan wel eens een oogenblik bij de buren
kwam.
Hij was de eenige, die Rika „vos" mocht
hoorlijke verklaring kunnen geven, hoe
het vuur eigenlijk was aangekomen.
In de New-Yorksche Sing-Sing gevan
genis brak Woensdagavond een brand
uit, die een geheelen vleugel van het ge
bouw heeft vernield. De schade beloopt
375,000 gulden. De gevangenen, in dat ge
deelte opgesloten werden met behulp van
andere gevangenen, die zich steeds goed
hadden gedragen en mitsdien eenig ver
trouwen genieten, in andere cellen over
gebracht.
Nog een gruwelijke brand wordt uit
de Vereenigde Staten gemeld. Blijkens
een bericht uit Jackson, in den staat
Mississippi, zijn bij een brand in het
gebouw der tucht-hoeve te Oekley vijf-
en-dertig gedetineerde negers omge
komen.
Een ongewone moord is in het bosch
van Vincennes gepleegd. Daar waren
zes jongens aan het spelen toen er drie
onaangenaam uitziende individuen met
revolvers in de hand uit een boschje te
voorschijn kwamen. Ze gingen op een
bank in de buurt van de jongens zitten.
Plotseling stond de middelste man op.
Hij liep op de spelende knapen toe en
op hen wijzende, riep hij tegen de beiden
andere: wie zal 't zijn Een hunner riep
terug: Die daar! En koelbloedig mikte
de eerste boosdoener met zijn revolver,
schoot en een jongen viel neer, doodelijk
getroffen door een kogel in het hoofd.
De speelmakkers van den neergeschoten
knaap namen de vlucht. Men verwacht,
dat de dader gepakt zal worden. Het
slachtoffer werd naar een politie-post
vervoerd, maar was dood toen hij er
aankwam.
Volgens den Romeinschen correspon
dent van de Corriere della Sera heeft
kardinaal O' Connel, aartsbisschop van
Boston, die eenigen tijd te Rome heeft
vertoefd, aldaar het plan geopenbaard, in
Amerika een vereeniging van katholie
ken op te richten, welke zich ten doel
zal stellen het benoodigde geld in te
zamelen om een strook gronds te koopen,
waardoor het Vaticaan met de zee zou
worden verbonden. De paus zou hier
door gelegenheid krijgen van zijn vrij
willige gevangenis uit zeiltochtjes op
het water te maken.
Cecille Meyer, de vrouw van den spoor
wegwachter die den jongen graaf Kwi-
lecki nog altijd als haar zoon erkend
wil zien, is van het vonnis van het
Landgericht te Breslau, waarbij haar
noemen, zonder dat ze dit een scheldwoord
vond. De handen in de zakken en verge
noegd fluitend, keek hij naar het werk van
de Boheemsche.
„Wat een raar soort werk! Net goed voor
iemand, die niet wel bij 't hoofd is," zei hij
Paschen kwam en Rika zou aangenomen
worden.
Alle andere meisjes vlochten een krans
van myrthen,die ze zelf hadden opgekweekt,
zooals dat gebruik was in het dorp. Rika
alleen had er geen.
„Ze heeft niet eens voor bloemen gezoigd,"
bromde vrouw Huber, die haar petekind
een jurk had gegeven.
„Dat komt wel, moeder," zei Martin.
Een uur later klopte hij aan het raam
van de hut.
„Daar, vos, heb je zoo'n ding. De tuinman
van het landgoed heeft hem gemaakt."
Met groote oogen keek Rika naar den
wonderschoonen myrthenkrans. „Die is
veel veel te mooi voor mij," stotterde zij.
„Wel neen, wel neen!" zei Martin, met
een verlegen blik naar haar roode haren en
opgewekt voegde hij eraan toe: „Zet hem
maar eens op!"
Rika deed wat haar gezegd werd.
„Wel, wel, je leelijke haar ziet er nu heel
anders uit."
Reeds luidden de klokken. Rika snelde
naar de kerk.
Gedurende de geheele plechtigheid dacht
ze aan de bewondering van Martin; deze
hield haar veel meer bezig dan de woorden
van den geestelijke het deden. Haar eerste
gang, zoodra zij de kerk verlaten had, was
naar den vijver. Die diende haar als spiegel.
Hel scheen de zon en met een nog nooit
ondervonden gevoel van behagen, verdiepte
Rika zich in haar beeld. Martin had gelijk,
ze zag er heel anders uit. Maar, toen ze den
krans afzette, waren haar haren weer even
leelijk als tevoren.
Naar het Duitsch
VAN
(Wordt vervolgd.)