Het Land van flensden eu iltena. de Langstraat en de flommelerwaard.
Door Schade en Schande.
Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden.
No. 3341Zaterdag 7 Haart.
FEUILLETON.
Het onderwijs hier te lande
en in het buitenland.
UwD VAN ALTE^
VOOB
Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementsprijs: per 3 maanden f 0.75,
franco per post zender prijs verhooging. Afzonderlijke
nummers 5 cent.
1914.
Advertentiën van 16 regels 50 ct. Elke regel
meer 71/i ct. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdag
middag 12 uur ingewacht.
De beer M. E. Sadler zegt in zijn
werk over het voortgezet onderwijs van
de landen rondom ons o. m. het vol
gende:
„In al deze landen is de aandacht
der openbare meening gevestigd op het
probleem van het voortgezet onderwijs.
En allerwege komt men tot dezelfde
conclusies. Ten eerste, dat er behoefte
is aan verdere beperking van den ar
beidsduur van jeugdige personen. Ten
tweede, dat de wet alle werkgevers,
hieronder ook begrepen de regeerings-
departementen, fabrikanten, handelaars
en zij, die jeugdige bedienden houden,
de verplichting moet opleggen de jonge
lieden onder de 17 jaar cursussen in
technisch en algemeen vormend onder
wijs te lateo volgen gedurende minstens
4 uren per week, op tijden dat zij niet
te vermoeid zijn om er met vrucht van
te genieten. En ten derde, dat de staat
krachtige pogingen moet aanwenden
om de gemeentebesturen en plaatselijke
autoriteiten te steunen bij de organi
satie van het voortgezet onderwijs."
De openbare meening hier te lande
denkt er iets anders over dan die in
de landen rondom ons.
Zoo zijn er bijvoorbeeld in ons land
nog 140 gemeenten, of 12 pCt. van
geheele aantal, waar geen herhalings-
onderwijs gegeven wordt. En van die
140 gemeenten behooren er 69 tot één
provincie, tot Limburg namelijk. Dédr
ziet men dus niets in van de noodza
kelijkheid van herhaliegsonderwijs. In
het geheel zijn er maar 47.000 leer
lingen, die de herhalingsscholen be
zoeken. Een flink aantal nog, zullen
sommigen misschien zeggen. Doch laten
we hier even op antwoorden dat het
aantal der kinderen, dat van verder
onderwijs verstoken blijft, op 200.000
kan worden geschat.
Deze cijfers laten duidelijk zien hoe
men hier in ons land over het herha-
lingsonderwijs denkt.
Dat moet echter anders worden
Gelukkig kan al geconstateerd worden
dat de overtuiging in steeds breeder
kringen veld wint dat leerplicht voor
het voortgezet onderwijs de eerste
voorwaarde is om tot een eenigzins
afdoende zorg voor de opvoeding der
jongelieden te komen
Laat Duitschland ons tot voorbeeld
zijn, waar de ontwikkelingsgang van
ALICE IN CLAUDE ASKEW.
46)
En niet alleen de Squire leed onder die
spanning. Als een schaduw hing zij over
het geheele gezin, verdeeld in zichzelf en
door den geest van oneenigheid gescheiden.
Wie zou de dood tot zijn eerste offer
kiezen, den vader of den zoo a Dit was een
gewichtige vraag het was meer, het was
een levensquaestie.
„Ik zal je overleven," had de Squire
zeven jaar geleden tegen Launcelot geroe
pen. „Geen kluit aarde, geen grashalm van
Chalton zal aan jou of de jouwen toebe-
hooren. Je weigert, afstand te doen van je
aanspraken, maar ik zal ze vernietigen door
je te overleven."
Stierf Launcelot het eerst, dan moest het
landgoed, volgens het testament van zijn
grootvader, op Mark overgaan. Het deed
er niet toe, dat Launcelot vrouw en kind
had, die konden zonder een cent terug-
keeren, van waar zij gekomen waren.
En zoo zou het stellig gaan ook. Op het
vreeselijke bericht waren zij haastig naar
Chalton gekomen, en ondanks huu diepe,
treffende smart werden zij door Mark, zijn
vrouw en hun moeder met koele minachting
behandeld. Indien echter Launcelot, al was
het maar vijf minuten, langer leefde dan
zijn vader, dan zou de kleine John de heer
van Chalton zijn, erfgenaam van het land
het voortgezet onderwijs het verst voort
geschreden is en vele staten en steden
een systematische regeling met leerplicht
hebben ingevoerd
De heeren E. J. van Det en F. L.
Ossendorp hebben een diepgaand onder
zoek gedaan naar het herhalingsonder-
wijs hier te lande en in het buitenland
en daarvan rapport uitgebracht, waarin
ze o.a. het volgende zeggen
Al bestond de leerplicht tot het veer
tiende jaar, dan nog mocht het als
gebiedende eisch gelden dat de kinderen
niet van verder onderwijs verstoken
blijven, maar tenminste nog twee jaren
voortgezet onderwijs genieten. Een
voortgezet onderwijs van één jaar is
van te weinig beteekenis. Nu er geen
leerplicht tot 14 jaar bestaat, diende
het voortgezet (herhaling»-) onderwijs
zich minstens uit te strekken over drie
of meer jaren.
En even verder
Heel wat werkgevers toonen niet de
minste belangstelling in de meerdere
of mindere ontwikkeling hunner jeug
dige arbeiders, vele ouders en kinderen
bekommeren zich er evenmin om, waar
door te laat eindigen met het werk en
de te langen arbeidsduur het op tijd
zoowel als het geregeld komen vaak
belemmeren.
Rapporteurs zeggen dat het gevoelen
vrij algemeen is dat verbetering voor
namelijk gezocht moet worden in de
volgende maatregelen: a. het onderwijs
moet in verband gebracht worden met
de practijk, b. het onderwijs moet kos
teloos gegeven worden, c. het onderwijs
moet gegeven worden in de dag uren,
d. het aantal uren moet belangrijk
worden uitgebreid, e. het volgen van
het herhalingsoDderwijs moet worden
verplicht gesteld, f. de werkgevers moe
ten verplicht worden hun jeugdige ar
beiders voor het volgen van het her-
halingsonderwijs vry te geven.
Is het noodig dat wij er hier nog
eens op wijzen van hoeveel belang het
onderwijs, göèd onderwijs, voor een
ieder is?
Latèn we vertrouwelijk zijn, lezer:
hebt ge uzelveu niet meermalen ver
weten dat ge in uw jonge jareri op
school zoo slecht uw best hebt gedaan
en hebt ge ook niet meermalen de ver
zuchting geslaakt: och, kon ik die jaren
nog maar eens overdoen, wat zou ik
dien tijd dan aders besteden
Ouders, dringt er daarom by uw kin
deren op aan dat ze hun schooljaren
niet verbeuzelen, moedigt heu aan by
de studie, doet alles wat ge kunt, opdat
uw kinderen volop van het onderwijs
zullen kunnen genieten, en moeten ze
dan eindelijk de school verlaten, om
hun plaats op kantoor of in de werk'
plaats in te nemen, dat ze dan van de
gelegenheid tot herhalingsonderwijs ge-
b uik gaan maken
Buitenland.
goed, waarvan zijn vader den korten tijd,
die hem nog zou overblijven, bezitter zou
wezen.
Wie zou het zijn? Mark, toch reeds een
rijk man, Mark, die de achting van buren,
knechts en pachters verbeurd had, Mark,
die kinderloos was, en waarschijnlijk nooit
een zoon zou hebben, op wien hij den naam
en de tradities van de Holts zou kunnen
overdragen of John, die met zijn krach
tig figuurtje de rechte lijn vertegenwoor
digde, die beloofde, alles te zullen worden,
wat een Holt moest wezen, en voor wien
zijn grootvader, de Squire, zijn armen had
geopend toen het kind aan zijn bed was
gebracht? Wie zou het zijn? Dat was de
groote vraag.
Wat de Squire het liefst zou willen, was
niet twijfelachtig. Launcelot was zijn eerst
geborene, en John was Launcelot's kind.
Er was getelegrafeerd om Veronica, doch
zij had niet dadelijk haar post kunnen ver
laten. Bij haar aankomst werd zij door Sir
Frederick Hornby ontvangen, en ernstig
bespraken zij samen het geval. Het was niet
waarschijnlijk dat één van ae beide patiën
ten den dag zou doorkomen.
„Wie zal het eerst gaan?" vroeg zij met
trillende lippen.
Hij schudde het hoofd, want ook hij be
greep den toestand zeer goed.
„Ik vrees dat het Launcelot zal zijn,"
meende hij. „Hij verminderd hard. Pijn
heeft hij niet, en daar moeten wij dankbaar
voor zijn, maar hij is bezorgd over zijn
vrouw en kind. Hij begrijpt, geloof ik, n et,
dat hij en zijn vader een wedloop met den
dood houden; hij is tenminste overtuigd,
dat hij het eerst zal gaan. En hij is er
zeker van, dat zoodra hij dood is of in ieder
geval zoodra hij begraven is, Madge en de
Een ongewone aanslag wordt uit Re-
miremont gemeld. Een jongen van 17
jaar, bediende op het kantoor van een
fabriek te Remiremont, ging eergis
teren naar zijn werk, toen hij door twee
individuen werd overvallen. In een
oogwenk bonden zij hem aan armen
en beenen, staken een prop in zijn mond
en nadat ze hem hevig geslagen en ge
schopt hadden, sleepten de boosdoeners
den knaap een eind voort en hingen
hem toen met het hoofd naar beneden
aan een tak van een boom op, waarna
zij de vlucht namen. De jongen zou
zeker omgekomen zijn zoo zijn gereutel
niet door twee mannen gehoord was,
die op eenigen afstand voorbijgingen;
zij bevrijdden hem. De jongen had in
een van zijn aanranders met zekerheid
een man herkend, die Zaterdagavond
laat op het kantoor, waar hij nog zat
te werken, was binnengedrongen, blijk
baar om te stelen, maar door hem op
de vlucht gejaagd was.
De sneeuwstorm die het noordoosten
van de Vereenigde Staten heeft geteis
terd moet wel heel bar geweest zijn;
en vooral New-York heeft veel geleden.
De storm heeft 36 uur aangehouden;
hij heeft negentien meDSchen het leven
gekost. De aangerichte schade loopt in
de millioenen dollars. De straten van
New-York zitten dik onder ijs en sneeuw.
Zoo goed als alle telegraafverbindingen
van New-York met het omliggende land
zijn vernield; en ook de treinen komen
lang niet alle en dan nog slechts
met veel vertraging binnen. Ver
scheiden treinen worden vermist; de
betrokken maatschappijen weten zelfs
niet waar zij zijn blijven steken. Zoo
staan tusschen New-York en Albany
vier treinen. Er zijn tal van schepen
vergaan; en de lijst van de rampen, die
hebben plaats gevonden, is nog lang
niet volledig binnen. In den staat New-
Jersey is wel de meeste schade aangericht.
Een hevige orkaan heeft de Cook
eilanden (Polynesië) geteisterd en vooral
op Atioe en Mauki groote verwoes
tingen aangericht. De storm ging ge
paard met een zeebeving.
Naar aanleiding van een particulier
kleine John van Chalton zullen verwijderd
worden, en dat zij een wanhopigen strijd
om het bestaan zullen moeten voerenje
weet, dat zij slechts heel weinig hebben
kunnen sparen. Het is zeker meer dan waar
schijnlijk, dat het zoo zal gaan. Mark ge
draagt zich als een ellendeling, hij heeft
zijn stervenden broeder niet bezocht me
vrouw Holt trouwens ook niet en als
men ziet, hoe beiden de arme Madge be
handelen, zou men denken, dat zij geen recht
heeft, de aarde te betreden, veel minder
dit huis. De jonge mevronw Douglas Mer-
ridew bezit meer menschlievendheid, zij is
heel vriendelijk en hulpvaardig."
„Ik heb nooit een sterfhuis gezien, waar
zooveel verdeeldheid heerschte," ging hij na
eenig zwijgen voort. „Denk maar eens even
na, dan zal je het begrijpen. De verzoening
van den Squire met Launcelot had de
anderen reeds zoo woedend gemaakt, dat
zij onder verschillende voorwendsels het
huis verlieten. Na het ongeluk moesten zij
natuurlijk terugkomen, en toen schenen zij
het als een beleediging te beschouwen, dat
Madge en John hier ook waren. Ik heb
ronduit moeten zeggen, waar het op stond,
dat verzeker ik je, zoodat ik nu met geen
vriendelijke oogen word aangezien, en zij
zouden mij zeker de deur gewezen hebben,
als de Squire er niet op had aangedrongen,
dat ik dokter Pritchard zou wegsturen, en
de behandeling op mij nemen. De Squire
gaf ook last, dat er om jou getelefoneerd
zou worden hij is Goddank volkomen
bij zijn bewustzijn, ondanks de pijnen die
hij lijdt maar daar zij weten, hoe je over
alles denkt, moet je maar niet verwachten,
dat de verdere familie je vriendelijk zal
ontvangen. Alleen mevrouw Merridew heeft
mij verteld, dat zij het heerlijk vond, je te
telegram publiceert de Times een brief
van Benton's zuster, den toestand in
Mexico betreffende. Deze dringt er op
aan, dat de Engelsche regeering han
delend zal optreden, inzake het gebeurde
met haar broeder. Reeds zijn er twee
weken voorbijgegaan en men is nog
niets verder gekomen.
De Londensche bladen wijden aan
dacht aan dezen brief en betoogen, dat
het rechtsgevoel van het Engelsche volk
diep gekrenkt is, en zij spreken de hoop
uit, dat president Wilson dit ook zal
beseffen.
De Servische minister van buiten-
landsche zaken heeft den Servischen
gezant te Sofia opgedragen opnieuw
krachtige stappen te doen, ten einde de
in vrijheidsstelling van de in Bulgarije
gevangen gehouden Serviërs te be
werken.
De Berlijnsche correspondent der Köl-
nische Zeitung noemt het bericht in
een Parijsch blad, dat graaf von Dohna-
Schlobitten, de Duitsche militaire ge
volmachtigde, uit Rusland is terugge
roepen in verband met de ontstemming
die tusschen beide regeeringen is ont
staan naar aanleiding der militaire mis
sie van maarschalk Liman von Sanders,
ten eenenmale onjuist. Tot de terug
roeping was reeds besloten, lang voor
de missie vertrok.
Het congres van Russische exporteurs
heeft een motie aangenomen, waarin
gezegd wordt, dat de Duitsche uitvoer-
premiën nadeelig werken op de Rus
sische nijverheid en het dus noodig is
om het voorbeeld van Canada te volgen
en een aanvullend recht te heffen bij
invoer van artikelen, waarbij premie
wordt verleend.
Omtrent de Afrikaansche ballingen
en na verschillende besprekingen met
de afgevaardigden der Engelsche ar-
beidersvereenigingen schrijft de Lon
densche correspondent van de N. R. Ct.
van 3 dezer:
Ik verneem van den heer Poutsma
zoo juist eenige bizonderheden over zijn
en zijner lotgenooten en medestanders
toekomstplannen.
„Wat verwacht u nu eigenlijk pre
cies van de groote beweging voor uw
zaak en wat bedoelt u en bedoelen de
anderen met „dat u in elk geval terug
gaat naar Zuid-Afrika?" Aldus mijn
vragen.
De heer Poutsma bleek in zijn hart
nog niet zoo heel hoopvol. Ik had hem
juist het Reutertelegram getoond (hij
had de ochtendkranten nog niet gele
zen), waarin de verwerping wordt ver
meld van de amendementen op hat ver
banningsartikel in de indemniteitswet.
zullen weerzien. Wij hebben hier drie ver
pleegsters, het was niet gemakkelijk die zoo
dadelijk te vinden, maar ik ben blij, dat
jij er bent" met de innigste sympathie
zag hij haar aan „want ik weet wat je
gevoeld moet hebben, toen je het verschrik
kelijke bericht ontving, en nu kan je Laun
celot helpen verplegen tot het laatste
oogenblik."
„Hoe is het gebeurd vroeg Veronica
zacht.
Het eenvoudige grijs van het verpleegsters
gewaad stond haar goed. Ook wie haar niet
kende, moest zien, dat haar aanraking zacht
was, dat zij met lichte schreden door een
vertrek kon gaan, dat haar stem bedarend
werkte, dat zij altijd het rechte zou doen
op het rechte oogenblik, en dat het hulp
brengen voor menschelijke kwalen voor haar
geen beroep was, maar een aangeboren be
hoefte.
De tijd was over haar heengegaan, zonder
haar te deeren. Hornby vond dat zij er
niet ouder uitzag dan vijfentwintig. En hoe
dierbaar was zij hemHij kon de gedachte
niet verdragen dat zij leed, en toch wist hij
dat zij niet enkel treurde om den naderen
den dood van iemand dien zij liefhad, doch
tevens om het verlies dier liefde zelf, van
alles wat voor den mensch het geluk uit
maakt. Als een vrouw schreit om haar man,
die gaat sterven, dan heeft zij toch zijn
liefde en het beste wat in hem is, bezeten.
Maar hoe zal zij treuren, die niets gehad
heeft, en toch trouw is gebleven tot 't einde?
„Als il haar maar mocht troostendacht
Hornby. „Doch haar hart daalt met Laun
celot ten grave."
Hij bleef er doodkoeltjes onder en zei
schouderophalend, dat hij niet meer had
verwacht. En wat de arbeidersbeweging
betrof, zeker, het zou verkeerd en jam
mer zijn, wanneer die niet was ont
staan. Ze had haar groot belang. Maar
dat ze ten slotte iets zou veranderen
aan de besluiten der Zuid-Afrikaansche
regeering, dat geloofde hij geenszins.
De Engelsche regeering, die zou heel
wat last met de zaak krijgen, zoowel in
het parlement als in het land. En zij
hij verzekerde me, dat hij het uit goede
bron wist en het klinkt geenszins on
gelooflijk was dan ook weinig ge
sticht over de handelingen van Botha
c.s.maar er iets aan doen was een
andere kwestie.
En het terugkeeren? Zeker, Poutsma
is vast van plan naar Zuid-Afrika terug
te gaan. Hij zal het psychologisch mo
ment afwachten; intusschen zal hier de
stemming worden voorbereid. Misschien
zullen een aantal van de voornaamste
arbeidersleiders hem naar Zuid-Afrika
vergezellen. Mogelijk zal hij te Kaap
stad aan land zien te stappen, mogelijk
onvoorziens te Pretoria opduiken. Zou
men hem arresteeren, dan breekt in
Engeland een geweldige staking uit.
Het kan ook zijn, dat voor die staking
een ander (eerder) oogenblik zal worden
gekozen. Ze is mogelijk in elk geval.
Een millioen mijnwerkers zijn bereid.
Gisterenmiddag was er een vergadering
van vertegenwoordigers van spoorweg
personeel 300.000 man waar een
stemmig in beginsel tot staking is be
sloten.
Uit alle macht protesteeren om der
wille van het beginsel, zonder hoop op
succes, ziedaar een kort begrip van
Poutsma's inzicht in den toestand.
Te Ulm kwam Maandagmiddag de
vrouw van den arbeider Marion in het
gerechtsgebouw raededeelen, dat zij hare
drie kinderen vermoord had. Men hecht
te eerst geen geloof aan hare bewering
maar een te haren huize ingesteld on
derzoek bevestigde de waarheid ervan.
In de huiskamer vond men haar vijf
jarigen knaap aan een haak van een
lamp hangen; aan den knop van de
deur hingen de lijken van haar vier
jarig dochtertje en haar jongetje van
vijf maanden. De vrouw moet in een
vlaag van verstandsverbijstering gehan
deld hebben, daar er anders geen en
kele reden voor de wanhopige daad te
vinden is. Toen zij het geval kwam aan
geven, maakte zij echter een heel ge
wonen indruk.
Bij de kanoDnenfirma Poetilof te St.
Petersburg hebben 1500 arbeiders het
werk neergelegd. Dit is een daad van
protest tegen het voorschrift, om den
Hij vertelde haar, hoe het ongeluk had
plaats gehad. Ondanks alle tegenwerpingen
had Squire Holt dien namiddag Diabola
willen berijden. Zij bleek hem te sterk te
zijn. Zij was nooit te vertrouwen, zelfs niet
in haar beste oogenblikken. Hij had er niet
aan gedacht, dat de jaren van werkeloosheid
hem verslapt hadden, en bovendien was zijn
gezondheid reeds lang ondermijnd, ofschoon
dokter Pritchard de ware oorzaak maar niet
had kunnen ontdekken. Hoinby legde aan
Veronica uit, wat den Squire eigenlijk
scheelde; zij was genoeg op de hoogte om
hem te begrijpen. Natuurlijk was het zeer
verkeerd, onder die omstandigheden een
vurig paard te willen berijden, en de ge
volgen waren dan ook ontzettend geweest.
„Maar Launcelot heeft zich prachtig ge
houden," zeide Hornby vol geestdrift, „en
hij aarzelde geen seconde toen hij het ge
vaar zag, waarin zijn vader verkeerde. In
de opwinding van het oogenblik scheen hij
echter niet te bemerken, dat de Squire reeds
was afgeworpen misschien waren de teu
gels ook wel om zijn handen geslagen hij
werd meegesleurd tot aan den rand van de
groeve, en hij zou erin gevallen zijn, tegelijk
met de merrie, als ik haar nog niet juist
bijtijds tot staan had kunnen brengen. Doch
voor den armen Launcelot was het te laat
door het rukken en bonzen over den grond,
of misschien door een trap van het paard,
was zijn ruggegraat gebroken."
Hornby vertelde niet, in- welk gevaar hij
zelf verkeerd had bij zijn pogingen om zijn
vriend te redden. Veronica scheen dit echter
te radenzij zag Hornby dankbaar aan, en
hij was tevreden.
„Arme arme Launcelot," fluisterde zij.
„Moest het zóó eindigen
DOOR
(Wordt vervolgd