Del Land van Heusden en iltena. de Langstraat en de Bommelerwaard.
Mijlpalen.
Door Schade en Schande.
Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden.
No. 3344. W7oensdag IS Maart. 1914.
FEUILLETON.
Advertentiën van 16 regels 50 ct. Elke regel
meer 71/» ct. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdag
middag 12 uur ingewacht.
Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementsprijs: per 3 maanden f 0.75,
franco per post zender prijs verhooging. Afzonderlijke
nummers 5 cent.
Wanneer de eenzame reiziger langs
de groote heirwegen zijn langen tocht
reeds uren aaneen heeft voortgezet en
nog altijd in het wijde verschiet, zoover
de blik reikt geen einddoel te bespeuren
is, dan zet hij zich nu en dan eens
terneder langs den kant van den weg,
om eenige oogenblikken te rusten. Hy
zit daar eenzaam, terzijde van den weg
dien hij afkwam en dien hij nog verder
moet atgaan.
Hoe gevoelt hij zich reeds verre van
het begin, maar verre ook nog van het
einde van zijn tocht. Hoeveel hij reeds
aflegde, wie zou het hem anders kunnen
zeggen, dan de enkele mijlpalen, die
hij voorbij schreed en terzijde waarvan
hij nu en dan de moede leden strekte.
Het zijn deze merkteekenen, die hem
vertellen van den afstand door hem
sedert het begin van zijn tocht afge
legd, maar die ook spreken van den
tijd en de ruimte die hem van zijn
einddoel nog verwyderd houden. En
de spraaklooze mijlsteenen worden door
hem als met zijn tocht vereenzelvigd,
zij krijgen als het ware stem en klank,
waar zij spreken van de vele uren die
hij langs hen voortliep, schrijdend van
mijlpaal tot mijlpaal. Als eenmaal, wel
licht na lange tijden de herinnering
aan zijn moeizamen tocht hem voor
den geest komt, dan zal deze onaf
scheidelijk verbonden zijn aan de merk-
steenen, die hem het schier eiudeloos
verschiet hielpen verkorten, en daarbij
duidelijk maakten wat hij reeds aflegde
van den langen weg en ook wat hij
nog af te leggen had.
Wat dezen eenzamen reiziger op den
langen weg overkomt, dat valt ook de
meesten onzer ten deel op den levens
weg. En het is zaak voor ieder, goed
acht te geven op de teekenen dier
mijlpalen langs zijn pad, wil hij den
weg blijven verkennen en geen vreem
deling zijn in eigen land. Reeds staan
daar mijlpalen op dien weg als wij nog
te jong zijn de beteekenis er van te
beseffen; het eerste schoolbezoek, later
de wisseling van kleine, naar „grootere"
scholen. Elk dezer mijlpalen sluit een
reeds afgelegd deel van onzen weg af
en doet een nieuw beginnen. Weder
later houdt het schoolbezoek voor goed
op en wordt, dikwerf reeds onder te
groote verantwoordelijkheid in verhou
ding tot zoo luttel ervaring nog, de
reis in het volle maatschappelijke leven
aanvaard. Ziedaar een mylpaal langs
door
ALICE en CLAUDE ASKEW.
49)
„Je kunt dadelijk bij mij komen, als je
mij noodig mocht hebben, ofschoon ik niet
geloof, dat dit bij dan Squire het geval zal
zijn," zeide hij. „Ik blijf vannacht in de
kamer naast die van Launcelot. Zij zullen
mij dadelijk waarschuwen als er eenigtee-
ken, is, dat het einde nadert, en dan laat
ik je roepen. Ik heb afgesproken, dat zuster
Geertruida, die nu rust, gereed zal zijn, om
je plaats bij den Squire in te nemen, zoodat
jij naar Launcelot kunt gaan. Hij heeft mij
verteld, dat je beloofde, bij hem te zullen
blijven. Ik heb Launcelot weer laten brengen
naar de kamer waar hij eerst lagde andere
is te dicht bij die van den Squire, en men
kan elkanders woorden verstaan," voegde
hij er ter verklaring bij.
Hornby vergezelde Veronica naar de ka
mer van den heer Holt, en sprak zijn patiënt
een paar bemoedigende woorden toe. Des
namiddags was Veronica even bij hem ge
weest, maar zij had niet lang mogen blijven,
want hij wilde gaan slapen.
„Het doet mij goed, dat ik je gezicht weer
even zie, Veronica," zeide hij, haar zijn hand
toestekend. „Ik heb je altijd als een dochter
beschouwd."
Hij zuchtte diep. „Was het maar in wer
kelijkheid zoo geweest! Wie weet, of je
den weg, die wel een der meest betee-
kenende mag genoemd worden. Immers
van hoeveel belang is het niet, dat het
deel van den weg, dat daarop volgt,
met lust en met een beider hoofd, maar
niet minder met een ernstig hart worde
afgelegd. Luchthartigheid toch deed
zoovelen reeds by den aanvang strui
kelen, en al vermag soms jonge veer
kracht spoedig de begane fouten te her
stellen, allicht is bij anderen te verge
lijken een achterstand ingetreden, die
niet zoo dra en zoo gemakkelijk weder
in te halen is.
Dan nadert na een meer of minder
aantal jaren het tijdstip, waarop een
ander leven zich met het onze vereenigt,
om voortaan samen den weg te vervol
gen; een nieuwe mijlpaal op den weg,
door zoovelen met vreugde tegemoet
gezien, met dankbaarheid later herdacht.
De kinderen die komen en opgroeien,
in het leven hun weg bereiden en zelf
zich weder een gezin stichtende zaken,
die begonnen worden, zich welhaast
uitbreiden en bloeien, het zijn alle
evenzoovele gebeurtenissen, die zich om
een jaartal of een datum heen groepee-
rend, en als de belangrijke merkteeke
nen van onzen levensweg zijn te be
schouwen, waarnaar deze zich laat af
meten. En dan, als straks het ziekbed
ODzer dierbaren gespreid moet worden,
dat wellicht een doodsbed worden zal,
hoevelen zullen dan dien dag, dat uur
van onvergetelijke spanning, in hun
herinnering bewaren, als een mijlpaal
op den weg, die een der liefste gedeel
ten voor goed voor ons heeft afgesloten.
Dit alles zijn slechts enkele grepen
uit den rijken voorraad van gebeurte
nissen, die den levensweg als het ware
in aparte vakken voor ons verdeelen.
Ook als volk, doch dan niet tot den
tyd van één menschenleeftijd beperkt,
komen soortgelijke mijlpalen voor, die
den weg waarlangs de ontwikkeling
van den staat ging, in ongelijke, maar
niet minder duidelijk afgebakende peri
oden verdeelen. Hoe is niet als een der
vele mijlpalen op dien weg der ontwik
keling van ons eigen gemeenebest, b.v.
het jaartal onzer vrijmaking van de
Spaan8cheo»erheersching te beschouwen,
die een periode van gansch anderen
aard in onze geschiedenis deed volgen,
als daaraan vooraf gegaan was. En
veel later het vei lies dier vrijheid in
Napoleontische handen, gevolgd weder
door een hernieuwd, ais het ware her
boren volk. En zoo wij over de grenzen
een blik werpen en naar de wereldge
beurtenissen zien van den laatsten tyd,
zelfs Mark niet tot een behoorlijk mensch
had gemaakt. Maar je hebt nooit van hem
gehouden en je hadt gelijk ondanks
alles bleef je aan Launcelot gehecht. O ja,
dat weet ik. Was ik maar zoo verstandig
geweest, om mij naar jouw opvattingen te
richten! Ik herinner mij nog," hij lachte
even „hoe je mij aanvloog toen Laun
celot voor het eerst de deur uitgestuurd
werd; je zei mij vlak in mijn gezicht, dat
Launcelot was, wat wij van hem gemaakt
hadden, dat hij dat ik de Bchuld droeg
van al zijn afdwalingen en eigenaardig
heden zijn oproerigen geest en je
hadt gelijk, Veronica, ai kon ik dat toen
niet inzien."
Het was een harder taak voor Veronica,
het ontroerde gemoed van den Squire tot
rust te brengen, dan dat van Launcelot;
zij slaagde slechts gedeeltelijk. Wat zij ook
deed, zij kon zijn rusteloosheid niet over
winnen, die minder voortkwam uit zijn
pijnen, ofschoon die soms ontzettend waren,
dan uit den angst, die hem folterde, en
waarvoor zij geen troost of raad vond.
Hij had een slaapmiddel ingenomen, doch
dit had niet de minste uitwerking. Hij
woelde roud in het groote bed, en ofschoon
Veronica hem het stilzwijgen oplegde, ge
hoorzaamde hij haar telkens maar een paar
minuten.
„Wat doet het er toe, of ik spreek of
zwijg?" vroeg hij. „Noch het een, noch het
ander zal den dood één minuut vroeger
doen komen."
Zij moest hem laten begaan. Zij zat naast
zijn bed en stond slechts op, wanneer zij
het een of ander voorschrift van den dokter
moest ten uitvoer brengen. En zoo slopen
de eindelooze uren voorbij.
wie zal dan kunnen ontkennen, dat
hetgeen in het vorige jaar in het Oosten
van dit werelddeel te aanschouwen viel,
niet als een belangrijk merkteeken, als
een mijlpaal van groot gewicht aange
duid moet worden, op den weg van
eeuwen, die leiden moest van Turksche
overheersching en chaostische verwar
ring, naar een staat van zaken op den
Balkan, Europa hopelijk niet langer
onwaardig.
Waar het steeds op aankomt, dat
is op het ontcijferen der vaak onduide
lijke hiërogliefen, die op de mijlpalen
langs den levensweg van volk of indi
vidu zijn ingegrift. Men moet zich
moeite geven om die teekenen van het
oogenblik, dat ons rasch voorbij snelt
te verstaan en te verklaren. Eerst dan
zal de reiziger zich op zijn weg vol
doende kunnen orienteeren, teneinde
zich te vergewissen, of hij op het goede
pad is en waar hij zich bevindt, om
evenals de eenzame man die langs de
groote heirbanen zijn langen tocht vol
brengen moet, eeD wijle terzijde van
den weg zich neder te zetten, en eenige
oogenblikken te rusten. Dan eerst kan
hij, de mijlpalen tellend die hij voor-
bijschreed op- zijn langen weg, krachten
verzamelen voor den verderen tocht,
den tocht naar het einddoel, dat het
oog in het verre verschiet vaak nog
wel niet ontwaart, doch dat, wie weet,
hoe nabij reeds ligt.
Buitenland.
Koning Albert van België heeft brie
ven gezonden aan de voorzitters der
Kamers om hun geluk te wenschen met
hun plan om een nationale betooging
ter eere van den vorigen koning, Leo
pold II, op touw te zetten. Koning Al-
bert zegt zich van ganscher harte bij
hun plan aan te sluiten en herinnert
er aan, dat zijn voorganger het bestaan
van België hecht en duurzaam maakte
door de stichting van het onvergelijke
lijke koloniale rijk. De Koning verzoekt
ten slotte aan het hoofd der inschrij
vers geplaatst te worden met een in
schrijving van 100,000 frank.
De New-Yorksche Luchtvaartclub
maakt bekend, datzij binnenenkeledagen
aan het bestuur van de tentoonstelling
te San Francisco toestemming zal ver-
leenen voor de wereldrondvlucht.
De duur van de vlucht zal worden
verlengd tot 120 dagen. Vliegers, die
niet geneigd zijn over den Oceaan te
vliegen, mogen hun machines per boot
verzenden.
De kust van de Zee van Azof, bij het
Hij legde zijn geheele ziel voor haar open.
Het was alsof geheel zijn verleden voorbij
zijn geest trok en uiting verlangde. Hij
ijlde niet zijn gedachtengang was ge
regeld in zijn zelfveroordeelingin de be
kentenis van zijn dwalingen en misslagen;
in zijn scherpe aanklacht tegen hen, die
hem hadden misleid, zoodat hij zijn hart
verbard had, totdat het te laat was.
De Squire stierf, zooals hij geleefd had.
Zijn driftige, vurige aard beheerschte hem
nog steeds. De nadering van den dood bracht
hem geen vrede met alle menschen. Hij
had gespot met de vermaning van den
predikant een zoon van den Eerwaarden
Nathaniël Hawkins dat hij niet mocht
rekenen op de goddelijke vergeving, indien
hij met vijandschap in het hart stierf.
Evenals vroeger vader, was de dominee
zeer bevriend met mevrouw Holt, die hem
waarschijnlijk ten gunste van haar zoon
bewerkt had. Want zelfs bij den naderenden
dood van haar man weigerde mevrouw Holt
de zaken van zijn standpunt te bezien, en
verklaarde zij openlijk, dat Mark volkomen
in zijn recht was, door eiken stuiver te
weigeren voor „die straatmeid en haar jong".
De Squire duldde haar in zijn kamer, of
schoon elke toespeling op Mark hem woe
dend maakte; en meer dan eens had me
vrouw Holt gesidderd van angst, dat zijn
toorn zich ook tegen haar zou richten.
„U verlangt dat ik vrede zal sluiten met
mijn zoon Mark, die onder mijn eigen oogen
zijn broeder besteelt zijn broeder Laun
celot, die zijn leven voor mij heeft opge
offerd, en dien ik jarenlang verkeerd be
oordeeld heb? Staat er niet iets in den
bijbel over het bestelen van weduwen en
weezen Ga terug naar degenen die u sturen,
kozakkendorp Achtyrskaja in het Koe-
bangebied, is tengevolge van een or
kaan door een hoogen vloed over
stroomd; 200 op het strand slapende
werklieden zijn weggespoeld en ver
dronken.
Nadere berichten stellen het totaal
aantal personen, die door het opzetten
van de vloedgolf zijn omgekomen, aan
zienlijk hooger.
Bij Achtyrskaja alleen verdronken er
200, bij Jasanskaja 150, en het totaal
aantal slachtoffers schijnt op ca. 1000
te moeten worden gesteld.
Dijken, spoorwegen en talrijke huizen
zijn door het water vernield.
Niettegenstaande de tegenspraak, dat
het Duitsche ministerie zich zou bezig
houden met het ontwerpen van nieuwe
militaire wetten, nemen de berichten in
de Duitsche pers vasteren vorm en
spreekt men o.a. van een vermeerdering
van het aantal officieren en een uit
breiding der cavelerie.
Zes Engelsche kiesrechtvrouwen, ge
wapend met ploertendooders en zware
hamers, hebben Zaterdag bij den mi
nister Mc Kenna de ruiten ingeslagen
en de deur zijner woning geforceerd.
Zij werden direkt voor den rechter ge
bracht en tot 2 mai nden gevangenis
straf met dwangarbeid veroordeeld.
Mevrouw Pankhurst is na een honger
en dorstkuur weer uit gevangenis los
gelaten.
Uit Temora (Nieuw Zuid-Wales) wordt
dd. 14 dezer geseind: Te middernacht
is aan het station Exeter bij Moss Vale
aan den spoorweg naar het Zuiden een
posttrein in botsing gekomen met een
losse locomotief. Dertien reizigers en
leden van het personeel werden gedood,
drie zwaar en twaalf minder ernstig
gewond. Een echtgenoot en twee doch
ters, die het lijk van de moeder verge-
zeldsn, werden op slag gedood. Een zoon
afschuwelijk gewond.
De R.-K. kerk te Neuss (Duitschland)
is Zaterdag bijna geheel door brand
vernield. Dit gebouw dagteekende uit
het begin van de 13e eeuw en bevatte
een schat van kunst. De uit den ge-
heelen omtrek te hulp geroepen brand
weer vermocht weinig tegen den vuur
gloed, toch kon het middenschip ge
deeltelijk gered worden.
Uit Athene seint men van 14 dezer
aan de N. R. Ct
Honderd gendarmen, onder bevel van
Hollandsche officieren, hebben gisteren
middag Starowa bezet. De Hollanders
zijn daarna gevangen genomen. Er zijn
versterkingen gevraagd. Albaneesche
dorpelingen zijn vertrokken om hun
hulp te verleenen.
vriend, en predik hun Christelijke liefde
voor. Als u mij wilt wijsmaken, dat ik mij
met God moet verzoenen, door aan zulk
een onrechtvaardigheid en wreedheid mee
te doen, dan sterf ik liever zonder uw
troostredenen dan moet ik er niets van
hebben."
Dat had hij den predikant toegeschreeuwd
en wel in zulke bewoordingen, dat de ach
tenswaardige, doch bekrompen man vol
afschuw en ontzetting het vertrek verliet.
Ook hierover sprak de Squire met Vero
nica. Vol bitterheid verklaarde hij, dat de
kerk zich tegen hem partij had gesteld, en
vertelde hoe zijn eerste vrouw, Lady Betty,
op haar sterfbed de diensten van een geeste
lijke had afgewezen.
„Ik herinner mij nog haar eigen woor
den: „Wij weten niet, hoe God over ons
zal oordeelen, John. Misschien is Zijn maat
staf niet van Hawkins, of zelfs die van de
familie Holt. De God, dien jullie vereert,
is er een, dien jullie naar je eigen behoefte
geschapen hebt en met zulk een God
wil it niets te doen hebbenDat zeide
zij, Veronica, de arme Betty, wier leven ik
bedorven heb, evenals dat van Launcelot,
door „plicht" och, wat heb ik dat woord
misbruikttoen er slechts „liefde" noodig
was geweest. En het is waar, wat zij zeide.
„Een God", dien wij naar onze behoefte
geschapen hebben. Het zou gemakkelijk zijn
voor Mark en zijn vrouw en zijn moeder,
als ik in vrede met hen stierfzijdenken
niet graag aan den vloek van eendoode
en daarom sturen zij mij den dominee op
het dak om mij voor te praten van de
Goddelijke vergeving op bepaalde voor
waarden! Zij maken God tot deelgenoot van
hun hebzucht en hun wreedheid! Betty
i
Dit blad teekent hierbij aan:
Men houde er bij al deze berichten
rekening mede, dat zij uit Grieksche
bron komen en de moeilijkheden waar
mee de nieuwe Albaneesche regeering
te kampen heeft, er allicht overdreven
in zullen worden voorgesteld.
Volgens een later bericht uit Athene
verkeeren de twee Nederlandsche offi
cieren, die te Starowa gevangen zijn
genomen, in levensgevaar.
De Nederlandsche officieren die in
Koritza door aanhangers van Essad pasja
waren gevangen genomen, zijn weer op
vrije voeten gesteld, maar de Albanee
sche gendarmerie is niet bij machte om
de plundering van Christelijke gemeen
ten door Albaneesche benden, te on
derdrukken. De opstand breidt zich uit.
De oproep van de voorloopige regeering
der opstandelingen waarbij alle mannen
van 18 tot 30 jaar worden opgeroepen
om zich .onder de vaandels der rebellie
te scharen, is met geestdrift ontvangen.
Van alle zijden stroomen de giften bin
nen ten bate van de schatkist der auto
nome regeering.
De correspondent van de N. R. Ct.
te Boedapest schrijft dd. 14 Maart:
Op den langen en kouden winter is
zonder overgang een zonnig en warm
voorjaar gevolgd, waardoor de geweldige
hoeveelheden sneeuw ia het hoogge
bergte plotseling zijn begonnen te smel
ten. En evenals in het vorige jaar ver
keeren de bewoners van een deel der
naburige laagvlakten weer in groot ge
vaar. In Hongarije grenst het hoogge
bergte onmiddellijk aan het laagland,
zoodat de rivieren, die in de vlakte bijna
geen verval meer hebben, in haar mid
denloop de groote hoeveelheid water
niet kunnen opnemen en afvoeren, die
zij in zulke tijden in haar bovenloop
uit het gebergte naar beneden brengen.
De Theisz, Iza, Roua, Torac, Talabor
en Viso hebben reeds een deel van de
provincie Maramaros overstroomdhet
land tusschen Maramaros-Sziget en Huszt
staat IVj meter onder water. De Theisz
stroomt zelfs in een andere richting en
wel naar Izlatina, waar een aantal ge
huchten in groot gevaar zijn; de wilde
stroom is met ontwortelde boomen,
deelen van huizen, huisgereedschap en
verdronken vee bedekt. Het spoorweg
verkeer van Boedapest naar Galicië is
gedeeltelijk verbroken; de spoorwegdam
tusschen Taraczköz en Nyeresh&z is
weggespoeld. De lager gelegen deelen
van Maramaros-Sziget staan eveneens
onder water. De spoorbrug bij Mojszin
werd vernietigd. De regeering heeft aan
den gouverneur der provincie 30.000
kronen gezonden, om in de eerste be
hoeften der noodlijdende bevolking te
kunnen voorzien.
In Zevenburgen is de toestand even
had gelijk, Veronica. Als God zóó is, wil
ik niets met Hem te maken hebben."
Met de grootste verontwaardiging sprak
de Squire dat protest uit tegen het eenvou
dige geloof, dat hij zijn leven lang onvoor
waardelijk had aangenomen, en Veronica
huiverde, want op dit oogenblik scheen
Mark's zonde haar nog grooter toe, dan zij
gemeend had: niet alleen dat hij zijn vader
zijn geld ontnam hij ontroofde hem ook
zijn God.
De groote klok op de binnenplaats sloeg
twee. In huis heerschte diepe stilte. Al den
tijd dat zij bij het bed van den Squire had
gezeten, had zij in spanning geluisterd naar
het minste geluid. Hornby had beloofd haar
te laten roepen, zoodra het noodig mocht
wezen, en dat kon ieder oogenblik gebeuren.
Zij verlangde ernaar, bij Launcelot te
zijn. Elk oogenblik was kostbaar voor haar.
Doch zij kon niet gaan zij moest blijven
zitten, en luisteren naar hetgeen de Squire
vertelde, en kijken naar de lange schaduwen,
die haar lamp wierp op de wanden, en de
tranen uit haar oogen houden, door haar
gedachten bij haar patiënt te bepalen. Maar
het was hard, heel hard, dat. zij niet kon
gaan tot den man dien zij liefhad, nu hij
aan den rand der eeuwigheid stond.
Onder het raam schreeuwde een pauw.
De Squire lachte grimmig.
„Dat doen zij altijd, wanneer er een Holt
sterft," zeide hij. „Dezer dagen zijn zij bij
zonder luidruchtig, omdat wij met ons bei
den zijn."
(Wordt vervolgd.)