b. 10 Opcenten op den accijns van al het vee, dat ter slachting wordt aan gegeven. c. 20 Opcenten op den accijns op suiker. d. 20 Opcenten op den accijns, ge lieven van wijn. Plan van aflos sing vrijwillige leening. Percen tage van het wer kelijk bedrag der leeuing, dat is af te lossen a pari. Amortisatieplan Gedwongen lee ning. Percentage van het werkelijk bedrag der lee ning, dat is te besteden voor af lossing of aan koop van schuld bekentenissen der leening. Jaar 1916 5 5 1917 5 5 1918 5 5 1919 5 5 1920 5 5 1921 5Vj 5% 1922 6'/j 6% 1923 7 7 1924 7% 7% 1925 8% 8% 1926 9 9 1927 9% 9% 1928 10% 10% 1929 11 11 100 100 I. Kosten te land op de oorlogsbe- grouting voor het loopende jaar werden buitengewone kredieten toegestaan tot een gezamenlijk bedrag van f 100 mil lioen: van 1 Januari tot 1 April 1915 zal nog minstensf30,000,000noodig zijn; II. kosten Ier zee: In Augustus en September werden van het extra-krediet uitgegeven ongeveer f 2% millioen. De minister van marine raamt de uitgaven per kwartaal op ongeveer f 1,200,000. dus van 1 Oct. 1914 tot 1 April 1915 rond f 2,500,000 samen 3,7 millioen, zoo dat de kosten der mobilisatie zijn te schatten op rond f 135,000,000. De verleende kredieten van te zamen f 105 millioen, zullen dus niet voldoen de zijn, indien niet voor April a.s. ge demobiliseerd wordt. De kosten der maatregelen van so cialen aard zijn nog moeilijker te ramen. Voor werkloosheidverzekering,bijdragen aan het Koninklijk Nationaal Steunco mité, kosten van of bijdragen in wer ken, die worden uitgevoerd ter tege moetkoming in de verminderde werk gelegenheid, kosten vallende op den toevoer van levensmiddelen en veevoe der, bijslag in maatregelen, die van wege gemeenten worden getroffen, ga ranties voor kredieten, waarbij het al gemeen belang is betrokken, voorschot ten aan gemeenten enz. moet gerekend worden op een bedrag van f 60,000,000. Kosten van vluchtelingen, waarvoor voorloopig werd aangevraagd 3 millioen, te stellen op f5,000,000. Maakt te zamen een lotaal van buitengewone uitgaven van f 200 millioen. Hetgeen de opbrengst der belastingen achterblijft bij wat verwacht mocht wor den, indien de crisis niet was ingetre den, is te stellen voor AugustusDe cember 1914 op 15 pet. van f 87 mil lioen, maakt rond f 13 millioen; 1915 op 15 pet. van f 200 millioen - f 30,000.000; 1916 10 pet. van f 200 millioen f 20,000.000; 1917 op 5 pet. van f 200 millioen f 10,000,000, te zamen f73,000,000, zoodat men komt tot een totaal bedrag van f 273.000.000. Verder bevat de nota, behalve een kort overzicht van de plannen der re geering, die zij nu in een ontwerp heeft van streek door het gillen, maar zij is er zeker van, dat er een paard was. En 't mijne was vastgebonden aan de poort van Orgères aan den grooten wegl 't Stond dus niet in het kreupelhout! Zij had de vlucht genomen, want zij meende, dat men de beide vrouwen ver moordde, en haar getuigenis is beslissend, zooals mijnheer De la Jarrière mij mede deelde. Wat is er in dit alles waar? Liegt dat meisje of verhaalt zij naar waarheid wat zij gezien en gehoort heeft? Had de ware moordenaar nog een ander paard in het hout verborgen? Welk een verwarring! of zou die over eenstemmen met hen, die ons in het ver derf storten? Dat meisje is in dienst van baron Raynaud Hoe komt het dat die naam mij telkens voor den geest komt. Wat kan er tusachen hem en mij bestaan? Soms heb ik mij wel eens verbeeld, dat hij vlammende blikken op u wierp; maar ik acht u zoo boven iedere verdenking verheven, dat ik die herinneringen verjaag, als zij weer in mijn ziel opdoemen en in wendig woedend op mijzelf wordt. Hebt ge al iets van mijn broeder gehoord 't Zou meer zijn dan ik zou kunnen dragen, als ook hij mij voor schuldig hield I Hoe dapper ik ook ben, die gedachte doet mij beven. Vaarwel, mijn arme HelenaWat was ik vroolijk toen ik van Orgères terugkwam. Wie kon zulk een ontwaken voorzien! Ik omhels u in gedachten met wanhoop Jan." Burggraaf César de Marcilles aan den graaf De Marcilles in de gevangenis te Laval. „Straatsburg, 10 November. Jan. Ik was niet in Frankrijk, toen de ge beurtenis plaats, die ons beiden in 't ver vastgelegd, een pleidooi^voor de ver kieselijkheid van een leening boven een oorlogsbelasting. In de 5e kolom van de le pag. moeten vervallen de regels: „Ten laste van de begrooting van dit fonds worden gebracht." Buitenland. De Londensche bladen berichten dat volgens mededeelingen uit Dover van bij de marine betrokkenen twee Duitsche onderzeeërs, die in den laatsten tijd 't Kanaal onveilig maakten, vernietigd zijn. Een andere onderzeeër die het vooral den schepen die de Belgische kust bombardeerden lastig maakte, werd ontdekt toen hij een aanval wilde doen en in den grond geboord. Het groote Duitsche hoofdkwartier heeft Maandagmiddag het volgende ambtelijk communiqué uitgegeven: De gevechten op den rechtervleugel werden gisteren wederom door slecht weer belemmerd. Wij kwamen slechts weinig vooruit. Bij het voorwaarts ruk ken, dat met groote moeite gepaard ging, namen wij een paar honderd Franschen en Engelschen gevangen. Verder werden twee machinegeweren buitgemaakt. In het Agonner Woud slaagden wij er in een sterk punt van de Fransche linie met een stormaanval te nemen. De bewering, van Fransche zijde gedaan, dat zij de Franschen bij Coincourt (zuidelijk van Matsal) een Duitsche afdeeling in wanorde hadden gebracht, is uit de lucht gegrepen. Daarentegen hadden hier juist de Fran schen aanzienlijke verliezen, terwijl wij geen enkelen man verloren. De Russische legatie te 's-Grxven- lage heeft de volgende mededeelingen ontvangen over de krijgsverrichtingen van het Russische leger: le. In Oost-Pruisen duren de ge vechten in de omstreken van Staluppö- nen, de Oostelijke doorgangswegen van de Masurische meren, evenals in die van Soldau voort. 2e. In de richting van Thorn teekende zich een Duitsche aanvallende beweging af op de beide oe vers van de Weichsel, naar Rypin en Weiclavsk, met verster king van troepen, onttrokken aan de omgeving van Lyck. In het Zuidwesten van Polen, bij Jxenstoehowo trekken de Duitschers run troepen samen op de grens. 3e. In Galicië heeft de Russische opmarsch tegen Dunactz geen tegen stand ontmoet. Wij hebben Krasno jezet en stormenderhand den llen November een versterkte stelling in de bergachtige streek van Sanok Turka genomen, den Oostenrijkers zware verliezen toebrengend. Deze ontruimen de streek. Een nederlaag is eveneens oegebracht aan troepenafdeelingen te asecna, in de Karpathen, op den weg naar Marmaros Sziget. Het Eindh. Dagblad verneemt uit Veghel Een brief van onzen vroegeren dorps genoot, den weleerw. pater v. d. Berg, jriester in Galicië (Oostenrijk) aan zijn amilie alhier, geeft ons een denkbeeld van de hevige gevechten, welke op het Oostelijk oorlogstooneel gestreden zijn. Z.E. schrijft o.m., dat op zekeren dag le doode soldaten moesten begraven worden. Daartoe werd een gracht ge graven, twee meter breed en 1 K.M. ang. De lijken werden er naast elkaar burg belast, waar ik de verpletterende tij ding uit de kranten vernam. Daarop volgde een brief van Helena. Helaas, die vrouw is uw ongeluk geweest want gij hieldtteveel van haar en wildet haar omringen met luxe en gemakken, die uw bereik verre te boven gingen, ik hoop haar nooit weder te zien! Ik heb mijn verzoek tot ontslag bij het ministerie ingediend en mijn eerste opwel ing was, mij een kogel door het hoofd te agen. Misschien heb ik dat alleen uit laf- leid gelaten, want mijn carrière is vernie tigd, en ik weet niet, waa,r ik de schande zal gaan verbergen, die van nu af aan onzen naam aankleeft. Toch is 't nog mogelijk, dat gij, trots al de feiten, die tegen u ge tuigen, onschuldig zijt, en schitterend wordt vrijgesproken. Ik zal dus het vonnis afwachten, voordat ik verdere maatregelen neem, maar hoe de beslissing ook moge luiden, onze eer is ver loren, indien niet de ware schuldige ge vonden wordt en de ballingschap alleen zal mij kunnen ontrekken aan de beleedigingen en de verachting der groote menigte. Aan u dank ik die vernedering. Voorloopig blijf ik hier, waar niemand mij kent en 't is onnoodig mij te schrijven! Als 't vonnis geveld is, zal ik mij in den vreemde vestigen, misschien in Zwitserland, zooals de politieke bannelingen of mij in Amerika, het toevluchtsoord der misdadi gers, die zich aan de wrekende hand der gerechtigheid weten te onttrekken, een woon plaats bereiden. Ik wensch geen halven cent van het fortuin onzer tante te ontvangen en, dank zij die belangeloosheid zal men misgchien wel willen gelooven, dat ik niet betrokken ben in een misdaad, waarvan ik het voordeel afwijs. Ik zal de heeren Besnou, die oude vrien den uit gelukkiger dagen, met het regelen mijner zaken belasten en ik zal spoedig ge- derf stortte, en met een zending naar Peters- j noeg 'fergeten zijn, want in mijn eer aan- in drie lagen in gelegd. Een ruwe be rekening geeft ons het verschrikkelijke getal van ruim 40.000 menschenlevens, in den bloei der jaren op het slagveld gebleven, en dat in eenige uren. De Köln. Volksztg. verneemt uit So lingen, dat de Engelsche regeering door bemiddeling van eenige groothandelaren van neutrale staten warenbestelliugen te Solingen beproeft over te brengen. De fabrikanten te Solingen weigerden de bestellingen, die van grooten omvang zijn. De Belgen verdedigen de laatste vier kante K.M.'s van hun grondgebied met leeuwenmoed. De vesting aan de Yser is sterker gebleken dan Luik en Ant werpen. Deze vesting heeft tot dusver het kleine stukje onafhankelijk België beschermd. De hoofdstad er van is Veurne. Dezer dagen hielden Belgische helden daar een intocht. Daarover schrijft men aan de „Tel." van Vlaam- sche zijde Te Veurne had een ontroerende plech tigheid plaats Ge moet de Markt van dat ranke fijne stadje kennen, een groot vierkant plein, door trapgeveltjes omzoomd en waarboven zoo kloek van uitdrukking 't Belfort, de Walburga- kerke en de St. Nic daas-toren verrijzen. Voor 't stadhuis stond de hooge ge stal te van koning Albertus. Zijn gelaat had een ernstige uitdrukking Ontroering greep den vorst tot in de ziel aan Daar, met de muziek voorop, kwamen de helden van de Yser aan, de lleen 12e regimenten infanterie, die de spoor lijn DixmuidenNieuwpoort verdedig den met de bajonet Geteisterde regimenten 't Muziekkorps niet meer volledig een obus had ver scheidene mannen gedoodpelotons door onderofficieren aangeleid, want de officieren waren gevallen. O, die sol daten velen de hand of den arm in 't verband, velen hinkeud, velen het hoofd omwonden. Bloed en groote plek ken slijk op de kleeren Sommigen als in lompen Eereteekenen altemaal getuigen van hoogen moed, van willen en kun nen^n durven Daar, kolonel Jacques, aan 't hoofd van zijn 12e regiment. Hij had meer gestreden, ook voor een heerlijke zaak, tot afschaffig van den gruwelijken slaven handel in Congo, tegen de Arabieren. Nu werd hij tweemaal gewond, maar wijken wilde hij niet En het volk, dat van dezen intocht getuige was, gedacht wel de gevallenen, de zware offers maar toch juichte, jubelde het nu ter eere van die helden, welke 't onbezette België zoo vol liefde en dus zoo moedig verdedigd hadden en in groepen regimenten tot de Leopolds orde verheven waren geworden. Veurne was de eerste stad, die den eersten Belgischen koning toejuichte, toen Leopold 1 uit Engeland in de buurt geland, hier zijn intrede deed. En Veurne heeft nu weer eenschoonen dag beleefd. Want, zeker, al is de strijd zelfs gruwelijk, al huiveren we bij de gedachte aan 't vergoten bloed, aan ijselijke wonden, de intrede van hen, die zoo hun plicht deden voor 't benarde vaderland, is schoon, is ontroerend, tref fend, aangrijpend en ik voel het, dat zelfs ruwe kerels daar te Veurne moes ten weenen als een kind! De Duitsche Rijksdag, die 2 Dec. bijeenkomt, zal zich deze zitting in hoofdzaak bezig houden met de behan getast, zal ik ook dood voor de wereld zijn. Vaarwel Jan! Indien gij niet zoo ongelukkig waart, zou ik u kunnen vervloeken! Uw broeder, César de Marcilles." Graaf Jan aan gravin Helena. „Ik heb, sedert ik achter de tralies zit, maar één brief ontvangen, van iemand, die mij dierbaar is, en die brief is van de hand van César. Indien ik nog eenigen moed had om het noodlot het hoofd te bieden, zou die brief mij den moed ontnomen hebben. Want ook hij veroordeelt ons beiden, zon der naar mijn verdediging te luisteren. César, mijn broeder! Terwijl ik die woor den neerschrijf, parelt het koude zweet mij op het voorhoofd. Als ook gij Helena! Ik durf niet verder, en toch wie weet, misschien is dat wel de oorzaak van uw stilzwijgen? Ik ben in de gevangenis opgesloten als in een graf, waarin zelfs de mijnen mij niet bezoeken kunnen en ik ben sedert de ontvangst van dien noodlottigen brief waan zinnig van smart. Welke misdaad heb ik dan toch begaan Overal voel en zie ik de hand van den onzichtbaren vijand. Sta ik dan daarin ge heel alleen? Mijn advocaat haalt verachtelijk de schou ders op als ik van dien geheimzinnigen man spreek en hem den vurigen wensch te ken nen geef om mij te kunnen verdedigen niet tegenover de wereld, maar tegenover u beiden, tegenover den broeder, die mij verlaat en vervloekt, en tegenover u Helena, die men misschien ten slotte van mijn schuld overtuigen zal. Dat is goed voor het groote publiek, zeide hij. Ik heb andere bewijzen noodig. Gij hadt hem die woorden eens moeten hooren uitspreken. Intusschen breekt hij deling van een tweede oorlogskrediet. De toegestane 5 milliard zijD, naar de Vossische Zeitung schrijft, nog wel voor maanden toereikend, maar niettemin wil de regeering reeds thans zorgen dat ook voor later de noodige gelden verzekerd zijn. Lord Roberts, die een kort bezoek bracht aan de Indische troepen in Frank rijk, waarvan hij kolonel commandant geweest was, vatte Donderdag koude eD overleed na een korte ongesteldheid door een aanval van longontsteking De overleden veldmaarschalk van het Britsche rijk werd 30 September 1823 in Britsch Indië te Khanywer geboren en hoeft daar voornamelijk naam ge maakt. In 1857 als luitenant onder scheidde hij zich bij het beleg van Delhi. Als generaal werd Lord Roberts in 1885 tot opperbevelhebber van de strijdmacht in Indië benoemd, welke hooge waardig heid hij bekleedde tot April 1893, toen hij voor goed zijn geboorteland verliet en daarmede het terrein van een roem- vollen werkkring. Voor zijn vele dien sten was hij tot pair verheven met den titel Lord Roberts van Kandahar en Waterford. Hiermede was eehter zijn militaire loopbaan nog niet geëindigd. Benoemd in 1895 tot veldmaarschalk, voerde hij eenige jaren het opperbevel over de troepenmacht in Ierland en sedert einde 1899 over de troepen in Zuid Afrika. Sedert dien datum tot zijn terugkeer naar Engeland December .1910 beëindigde hij den veldtocht tegen de Boeren. Tot 1904 voerde hij daarop het opper bevel over het Britsche leger. Doch ook na zijn uitreden uit de militaire loop baan deed lord Roberts van zich spreken als lid van het Hoogerhuis en voor namelijk wegens zijn ijveren om de weermacht te land van Groot-Brittan- nië en Ierland te verhoogen. Een der vluchtelingen uit Leuven die te Ritthem heeft vertoefd, heeft het volgende schrijven per bode medege geven Het is voor het oogenblik te Leuven en omgeving betrekkelijk kalm. Men is reeds bezig hier en daar barakken op te timmeren. Andere personen uit Leuven en omstreken wordt aangeraden hun^ woonplaats weder op te zoeken. Het Engelsche bijstandsfonds prins- van-Wales fonds bedroeg op het eind der vorige week ruim 46% millioen gulden. Voor het Eugelsche Roode Kruis heeft de Times ruim 7 millioen gulden ingezameld. l*laat»el|jk Nieuws. Voor Dames- en Kinderkleeding de Firma Taverne De Meere, Hinthamer straat 69, 's Hertogenbosch, het beste adres voor deze omstreken. Deze zaak is ook des Zondags van 10 tot 1 uur geopend. *lleus(leii, 18 Nov. De Gemeenteraad hield Dinsdag 17 Nov. een openbare vergadering, waarbij aan de orde werd vastgesteld: Voorstel van B. en W. tot verhooging van het maximum der heffing van den hoofdelijken omslag met f 500.Vaststelling Gemeente-begrooting 1915Rekening over 1913 en begrooting 1915 Godshuizen; Ingekomen stukken. Een verslag volgt in het volgend nummer. Werkendam- De heerJ. A.Tim mermans, ambtenaar ter Secretarie alhier, is aangewezen om behulpzaam te zijn, als bedoeld in de artt. 369 en 370 der Inva- liditeitsrente, ter verkrijging eener ouder domsrente. zich het hoofd voor mijn verdediging geeft zich onnoodige moeite om vernuftig een systeem op te bouwen en verwondert zich als ik zeg, dat ik slechts door de waarheid wil verdedigd worden. Maar alles getuigt tegen u, riep hij uit, toen hij mij daareven verliet. Als ik hem dan doe opmerken, dat een booswicht zorg gedragen zou hebben de voorwerpen, die tegen hem getuigen, te vernietigen, antwoordde hij mij, dat de misdaad mijn brein in verwarring had ge bracht, en dat ik het geld verborgen zou hebben, ais de voortvarendheid van mijn heer Bazouges dat niet verhinderd had. Die kleine rechter is het dagelij ksch on derwerp van gesprek en wordt tot in de wolken verheven. Helaas, ik schijn hem daarvoor als ladder gediend te hebben. Wee over den ellendeling, dien niemand wil zien, wiens brein dat helsche plan uitgedacht heeft en die de vernuftigste machinaties gebruikt heeft om raij aan den rechter over te leveren. Wat voor straf, wat voor mar teling kon ik voor hem uitdenken om kwaad met kwaad, schande met schande te vergelden! Hoe zal ik hem door het slijk sleuren. Met nijptangen zou ik hem de hand kunnen afrukken en met een gloeiend ijzer op den schouder brandmerken, als hij mij ooit in handen viell Die hoop bezielt mij en doet mij staande blijven! Ik zal geduld hebben en wachten Ik zal leven Jan. 27 November. Sedert acht dagen heb ik niemand dan den cipier en mijn advocaat gezien, die cipier is een oud millitair, die mij voor komend behandelt, en door hem verneem ik de geruchten der buitenwereld. Iedereen is tegen mij, en meer en meer spreekt zich de verwachting uit, dat ik niets meer te hopen heb. Dusseu-Woensdagmorgen ontstond bij de heer J. Snijders een begin van brand. Door het flink optreden der buren was men spoedig den brand meester, welke nog maar een kleine schade had aangericht. 's-C-raveiiioer Tengevolge eener grondverzakking aan de Hooge Brug is de provinciale weg van hiernaar W spik voor alle voertuigen nog steeds afgesloten. De schippersknecht J. D. is met zijn linkerhand beklemd geraakt tusschen dn klap van den vóóronder, met het gevolg, dat zijn pols is opengespleten. A.s. Woensdagavond zal ds. G. Klurn- per voorgaan in een dankure voor het gewas Sprang. Voor enkele dagen werd ten nadeele van V. O. een slijpsteen weg gehaald. Tot op heden bleef de dief on- Dekend. Aan het herhalingsonderwijs aan de o. 1. school alhier, hebben 7-jongens deel genomen. Ook aan de chr. schooi wordt dit onderwijs door enkelen gevolgd. J.l. Donderdagavond mocht onze predikant ds. A. F. Pop, het genoegen smaken, het chr. Prot. Militairen Tehuis te Kaatsheuvel te openen. Deze plechtigneid werd niet alleen door vele soldaten, kor poraals en onderofficieren bijgewoond, ook verschillende officieren waren op uitnoodi- ging ter plaatse. Zaterdagmorgen was de vrouw van zekeren C. v. Z., bezig met schillen van aardappelen. Toen zij hiermede gereed was, stond zij van haar plaats op en begaf zich in het achterhuis, waar zij plotseling ineen zakte. De ijlings ontboden geneesheer kon niets anders dan de dood constateeren. IV|jk. Donderdagmorgen ten 10 ure, hoopt de Raad dezer gemeente te vergaderen. Aan de orde zullen worden gesteld: 1. Ingekomen stukken. 2. Vaststelling der gemeente-begrooting en die der afdeeling Aalburg, voor het dienstjaar 1915. 3. Benoeming van een lid van de com missie tot wering van schoolverzuim, (af treding J. Mans.) 4. Goedkeuring van bestek en voorwaar den en teekening der openbare school en onderwijzerswoning te Aalbu'g. 5. Graafwerk Korenzand en Ebbe. By Kon. besluit d.d. 30 October 1914, no. 28, is aan deze gemeente, krach tens art. 53, der wet lot regeling van het lager onderwijs, eene subsidie van f 1200, verleend. Burgerlijke Stand. DeWerken en Sleeuwijk, van 613 Nov. Geboren Johannes, z. v. G de Hoog en T. van der Pijl; Martinus, z. v. Smits en J. 7an Burgel. Ingekomen van: Breda, J. M. Beek man. Vertrokken naar: Zwijudrecht, J. oiu Rijswijk en gezin. Giessen, over de maand Oct. Geboren: Antonia, d. v. J. L. Wes« terlaken en J. P. Westerlaken. Vertrokken naar: Vuren, H. P. de Cloe. Vrijhoeven-Cappel, van 15 Oct. 15 Nov Geboren: Hennij, d. v. J Gouda «u P. Struik; Anna, d. v. T. Wdenuu i en W. H. van Helden. INQËZONUEN. Over dit vooral in deze dure tijden zoo hoogst belangrijk onderwerp, zal van wegc de „Maatschappij tot N ut van 't Algemeen op Maandag den 23sten November 's avonds 7 uur, in het lokaal „Concordia'' een ge zellige bijeenkomst worden gehouden, die kosteloos toegankelijk is voor alle huis moeders en andere belangstellende vrouwen en mannen. Een leerares in de kookkunst zal, in den Waarom veroordeelt men mij dan niet'' Uit vervelling schrijf ik brieven w-lk ik weer verscheur uit vrees, dat men z lezen zal en uit die in woede geschreden woorden, nieuwe bewijzen voor mijn schuld zal putten. Wat kan men echter erger uitdenken >.m mij onmogelijke bekentenissen te te ontlok ken, dan de afzondering w arin ik mij nu bevind. Wat wreeder, dan de onbekeudtn-d waarin ik verkeer, omtrent alles wa' u be treft, u en die arme kleine Gabrielh-, en waaraan de gedachte alleen mij tranen in de oogen dringen. Mijnheer De la Jarrière wordt met den dag somberder, en als hij onder de gezwore nen hoorde, zou hij, dat voel ik, mij zoo goed als de anderen veroordeelen. Want hij gelooft met in mij, dat begreep ik van de i eersten dag af, maar toen had ik nog kracht om te strijden. Nu niet meer! Een enkele blik uwer oogen, een glimlach ran uw lippen, zou mij die teruu kunnen geven, maar ik kan u niet zien Den halven dag breng ik ioor, hangt-nd aan de tralies ran mijn vensters ah eeu matroos in het want van het schip en ik tracht met koortsachtige blikken de men- schen te onderscheiden, die de st aat op- en afgaan. En altijd niets Waarom zijt gij niet op dien weg terug gekomen, waar ik u eens zag? altijd heb ik hoop u daar terug te zien, uw oogen te ontmoeten, en uit uw aanblik de geestkracht te putten, die mij nu ontbreekt. Ik weet wel, dat het krankzinnig is daarop te hopen, maar er komen oogenblikken waarin mijn geest beneveld en de eenzaam heid doodend is. Ik verlang naar den dag der uitspraak, alles, de galeien, de depor tatie, het schavot zelfs zijn mij liever dan die onzekerheid! Goede en Goedkoope Maaltijden. (Wordt vervolgd.)

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1914 | | pagina 2