weerbaarheid van ons volk tot d^n hoog-
sten trap op te voeren, de wereldschok
kende gebeurtenissen om ons heen zul
len thans een ieder wel de oogen heb
ben geopend en hebben doen inzien,
dat elk onnoodig uitstel een misdaad
zou zijn tegen ons zelf bedreven.
De Vereeniging Volksweerbaarheid
doet daarom een beroep op het Neder-
landsche volk om van stonde aan alle
onverschilligheid ten aanzien onzer
nationale verdediging te laten varen
het spreke zich duidelijk uit, dat het
allerminst bedoelt aanvallend op te
treden, maar er voor wil zorgen onder
alle omstandigheden baas te blijven in
eigen huis, dat het daarom eischt, dat
de verdediging niet langer alleen worde
toevertrouwd aan een door loting daar
toe aangewezen gedeelte, maar aan allen,
die daartoe lichamelijk en geestelijk
geschikt zijn. Als het vaderland in ge
vaar is, moeten allen, die daartoe in
staat zijn, als geoefende mannen zich
zelf kunnen en willen geven om de
heiligste goederen van ons volk te
verdedigen,
Alleen daarin schuilt de hoogste ze
delijke kracht en de werkelijk eenige
kans op behoud van ons onafhankelijk
volksbestaan.
Het Nederlandsche volk erkenne als
gebiedende eisch van het oogenblik
invoering van:
Algemeene Dienstplicht
en voor hen, die daar nog buiten vallen
behalve de wegens gezondheidsredenen
geheel ongeschikten:
Oefenplicht.
Natuurlijk zullen hiermede grootere
persoonlijke en geldelijke offers gepaard
gaan, maar wat beteekenen die, tegen
over de hoogste belangen, waarom het
hier gaat!
Nederlanders, indien gij prijs stelt
op dien naam, indien gij de vrijheid,
bet erfdeel onzer vaderen, onverkort
aan uwe kinderen wilt nalaten, zorg
dan dat de fiere zinspreuk der Oranjes,
die in uw Rijkswapen is opgenomen,
niet slechts zij een schoon symbool,
maar de krachtige uiting van den wil,
die u bezielt, om allen, man voor man,
weerbaar te zijn, teneinde in waarheid
onverschrokken en vastberaden te kun
nen verklaren!
„Ik zal handhaven."
Het hoofdbestuur der
Vereeniging Volksweerbaarheid:
A. E. Dudok van Heel, Amsterlam'
kapt. vrijw. landstorm, Voorzitter;
E van Thiel, gep. luit.-kol, N.-I. L.,
's-Gravenhage, secretaris
J. M. van Gogh, gep. luit.-kol. N.-I. L.,
's-Gravenhage, penningmeester;
Mr. H. Verkouteren, Amsterdam;
Prof. M. Noordtzy, Kampen;
Mr. A. W. F. H. Sanger, Groningen
P. J. Geill, gep. kol. der inf., Breda
J. T. T. C. van Dam van Isselt, gep.
gen. maj., te 's-Gravenhage;
R. P. Verspijck, gep. luit.-gen., Utrecht;
C. F. H. Putman Cramer, gep. gen.-maj.,
Eindhoven
Mr. J. J. Heyse, Middelburg;
J. P. Runsink, Groningen
Jhr. E. von Bose, gep. luit.-kol. N.-I. L.,
's-Gravenhage;
Mr. E. J. Korthals Altes, oud-res. kapt.
der inf., Amsterdam
Prof. dr. G. Kalff, Leiden, eerelid.
Hun, die het met het bovenstaand
betoog eens zijn, wordt beleefd verzocht
hiervan blijk te geven door toezending
van visitekaartje of briefkaart aan het
secretariaat der Vereeniging Volks
weerbaarheid, Columbusstraat 75, 's-Gra
venhage.
hopeloozer toescheen, dan gedurende zijn
verblijf op de „Proserpina", en toen Touis-
saint den volgenden morgen op den trein
naar Lyon gegaan was, om zoo spoedig
mogelijk de omstreken van la Varenne te
bereiken, waar hij een onderkomen bij een
ouden vriend, een bouthakker, die op
eenigen afstand van 't dorp woonde, hoopte
te vinden, begaf hij zich weer op weg naar
de rue de Verneuil, om er nadere inlich
tingen in te winnen.
Hij werd te woord gestaan door de vrouw
van den portier, die als looper bij den
Credit Lyonnais in dienst was, en die toe
vallig vroeger zijn woning verlaten had. Zij
was een flinke vrouw van ruim vijftig jaar,
wat ouder dan haar echtgenoot, en in haar
gemakkelijken leunstoel gezeten, juist bezig
om op haar gemak een smakelijk ontbijt
te gebruiken.
Nauwlettend nam zij den binnentredende
door haar bril op; de indruk scheen gun
stig te zijn.
Wat is er van uw dienst? vroeg zij.
Ik ben gisteravond ook hier geweest.
Omstreeks middernacht?
Ja, juist!
Om naar een dame te vragen, die bier
gewoond heeft?
Naar mevrouw De Marcilles.
De tijd was niet heel beat gekozen,
om een fatsoenlijke jonge vrouw op te
zoeken, wanneer gij ten minste haar man
niet zijt, voegde zij er met een beteekenis-
vol knipoogje bij. Maar ik heb hooren
zeggen, dat de man ver weg is, en wel naar
een plaats vanwaar niemand terugkeert.
Hij schijnt overleden te zijn. Men zegt, dat
hij voor zijn dood moeielijkheden met de
justitie gehad heeft.
Maar de justitie kan dwalen, merkte
de graaf op zachten toon op, om de vrou
welijke Cerberus wat zachter te stemmen.
Het is meermalen gebeurd
■Buitenland.
De Belgische minister-president, ba
ron de Broqueville, die thans te Lon
den verblijft, is aldaar door een cor
respondent van de New-York World
geinterviewd.
De Amerikaansche journalist wees
er den minister op, dat in de Veree-
nigde Staten van Duitsche zijde werd
beweerd, dat de toestanden in Belgie,
wat den nood betreft, die door de
werkloosheid en andere gevolgen der
Duitsche invasie is ontstaan, overdre
ven zijn afgeschilderd en dat in de
komende maanden onder Duitsch be
heer, de hongersnood zal worden ver
meden door het heropenen der fabrie
ken en de algemeene hervatting van
het zakenleven en de industrie.
Baron de Broqueville antwoordde,
dat de algemeene toestand openlijk met
deze bewering in strijd is, en wel om
de volgende reden.
De oorlogsschattingen, die nog voort
durend aan iedere Belgische gemeente
worden opgelegd, hebben de hulpbron
nen van kapitaal in ons land doen
opdrogen; een van de bedoelingen
dezer schattingen was om Belgie's han
del en industrie te verwoesten. Daarbij
zou met geen enkel vreemd land liet
drijven van handel worden toegestaan,
zoodat er gedurende de Duitsche be
zetting geen markt zou zijn voor onze
productie, zelfs indien onze industrie
herleefde.
Van de burgerlijke mannelijke be
volking zijn er velen als gijzelaars
naar Duitschland gevoerd, en zij aan
wie het toegestaan is, in Brussel, Ant
werpen, of andere steden te blijven,
zijn beroofd van alle vrijheid van han
delen of beweging, zoodat het voor hen
onmogelijk is eenig beroep uit te
oefenen of het dagelijksch brood te
verdienen.
De requisities van voedsel, die zon
der ophouden in alle gemeenten wor
den gedaan, zijn niet alleen wreed,
maar zelfs ontzettend geweest en schen
den het tot dusver algemeen erkende
beginsel van internationale wetgeving,
dat de militaire bezetting van een land
de verplichting medebrengt, om te
zorgen voor het onderhoud der bewo
ners, die door de voorwaarden der be
zetting beroofd zijn van de gewone
middelen om het dagelij ksch brood te
verdienen.
Hongersnood is tot nu toe alleen
voorkomen door de voedselverschaffing
door de welwillende tusschenkomst
van de commissie tot ondersteuning
van Belgie, opgericht en ondersteund
door de edelmoedigheid der Ameri
kaansche en Engelsche volkeren en
de bewering, dat er eenige mogelijk
heid bestaat, dat door de herleving
van industrie en handel gedurende de
Duitsche bezetting onze landgenooten
zich zelf zouden kunnen onderhouden,
kan alleen worden verspreid met het
doel om het reeds ondragelijke lijden
van het Belgische volk te vermeerde
ren, door de eenige hulpbronnen te
doen opdrogen.
De „Vossische Zeitung" schrijft o.a.
dat het Russische leger door Von Hin-
denburg's overwinning tot den terug
tocht in Polen gedwongen ie, waardoor
het einddoel steeds nader komt.
„De „Post" zegt, dat deze overwin
ning ook van grooten invloed zal zijn
op den strijd in 't Westen, omdat nu
Duitsche troepen in 't Oosten vrij ko
men.
De Weensche bladen bespreken met
de grootste genoegdoening het succes
Getuige de Courrier van Lyon in de
zaak van Lesurgues.
Dat heb ik gelezenMaar wat hadt
ge van die dame noodig?
De portiersvrouw bekeek nauwkeurig den
vreemdeling, die er slechts met moeite in
slagen kon, zich onverschillig voor te doen.
Ik wilde haar alleen spreken, zeide
hij eindelijk verward, haar spreken en zien,
en haar een boodschap overbrengen van
iemand, die belang in haar stelt.
Woont die iemand hier in 't land?
Neen
Gij komt ook ver hier vandaan.
Wie regt u dat?
Uw kleeding is immers Engelsch, dat
zie ik gauw genoeg, mijn eerste man Ma-
loiseau was kleermaker, en de tweede, die
u gisteren ontving, is kantoorlooper. Dat
geeft geregeld werk en ook beweging, en
die heeft hij dringend noodig, want hij
wordt te dik!
Ik kom inderdaad van Liverpool en
ga er zoo spoedig mogelijk weer terug.
De oude vrouw ging met haar ontbijt
voort.
En du«, hernam graaf De Marcilles,
weet gij het adres van mevrouw De Mar
cilles niet?
Neen!
Heeft zij u dat niet opgegeven? Dat
is vreemd!
Misschien wilde zij niet Gij be
grijpt wel
Neen, waarom!
Misschien had zjj reden haar verblijf
verborgen te houden voor anderen.
Misschien kunt gij mij zeggen, tot
wien ik mij wenden kan?
O, Hemel neen, ik ken haar kenissen
niet. Zij kreeg, terwijl zij hier woonde maar
eens of tweemaal brieven.
En bezoek?
O, ja, veel, en heel deftig? Wacht
der troepen in Polen, waarbij ze doen
uitkomen dat 't de geweldigste slag is
geweest, welke de wereldgeschiedenis
kent.
Het „Fremdenblatt" schrijft, dat de
overwinning der verbondenen geen ver
rassing is, ze steunt op hechte grond
slagen.
De nederlaag der Russen zal op alle
politieke en militaire verhoudingen van
dezen wereldoorlog invloed uitoefenen.
Met Rusland hebben ook de andere
vijandelijke mogendheden, die op de
hulp van 't tsarenrijk rekenden, een
beslissende nederlaag geleden.
De „Neue Freie Presse" betoogt, dat
de overwinning een gevolg is van de
laatste meesterlijke plannen van de
veldheeren en legers der verbonden
keizerrijken.
Aan de Daily News werd Vrijdag uit
Noord-Frankrijk geseind:
De Duitschers hebben ten noordwes
ten van Rijsel opnieuw hun zware ka
nonnen laten spelen en Donderdagnacht
Armentières gebombardeerd. Gedurende
verscheidene uren vielen er twee gra
naten in de minuut in de stad. Onze
artillerie antwoordde met groote uit
werking van haar vuur.
De algemeene strijd, die zich nu ont
wikkelt, zal, naar verwacht wordt, ver
scheidene dagen duren.
Een majoor van de artillerie in het
Servische leger schrijft:
Weest niet terneergeslagen, wanneer
ge van schijnbare tegenslagen voor ons
leger leest. De oorlog duurt pas vier
maanden en wat beteekent dat voor
ons, die negen jaar vochten onder Ka-
rageorgevitsj en twee jaren onder Mi-
losh Obrenovitsj om nog niet eens
van alle oorlogen te spreken, waarin
wij, Serviërs, gewikkeld geweest zijn.
Wij hebben alleen wat rust noodig
nu en dan. De vijand erkent tot nu
toe 180,000 man verloren te hebben,
maar al verloren zijn er een millioen
bij Servië zouden zij niet krijgen.
Deze oorlog is wel de meest populaire,
dien wij ooit hadden; mijn mannen
lachen hartelijk wanneer zijgvernemen
van overwinningen waarvan Oostenrijk
gewaagt.
Dit is onze meest populaire oorlog.
De schitterende overwinning van Se-
mendra, waarin 6000 Oostenrijkers bui
ten gevecht gesteld werden, werd ge
wonnen door geoefende recruten, die
zingende naar het gevecht trokken.
Het waren grootendeels Macedoniërs,
die reeds even goede zonen van Servië
zijn als wij ouderen.
Onze verliezen zijn groot nu cn
dan ontmoet men menschen met vier
of vijf rouwbanden om den arm.
Alleen is het jammer dat onze rug
bedreigd wordt door Bulgaren en Al-
baneezen; hulp van Rusland, Frankrijk
of Engeland hebben wij natuurlijk niet
te verwachten maar alle eer van
het terugdringen van den vijand zal ons
dan ook alleen toekomen. Hoe zwaar
der de taak, hoe grooter de eer.
Volgens een bericht uit Italië aan
de Fransche bladen, is het Oostenrijk-
sche opleidingschip Beethoven op een
mijn gezonken. Alle adelborsten en ma
trozen die aan boord waren, zouden
verdronken zijn.
St. Petersburg, 19 December. Een of
ficieuze nota steekt den draak met de
Duitsche berichten over een algemeene
overwinning der Duitschers in Polen,
die er eenvoudig op berekend zijn, het
publiek in eigen land en in de onzij
dige landen te misleiden. In werkelijk-
eens, soms kwam er een mijnheer met
equipage, die de heele straat op de been
bracht
Hoe zag die er uit?
Do equipage? prachtig en paar
den
En de mijnheer?
Van middelbare lengte, mager en stijf,
maar zeker schatrijk
Hoe heet hij?
Dat kan ik u niet zeggen, omdat ik
het niet weet.
Gij kunt mij dus niets mededeelen?
Niets meer, 't spijt me, mijnheer.
Ik dank u, vaarwel!
Hij zag er zoo terneergeslagen uit, dat
de portiersvrouw medelijden met hem had
en hem nog toeriep:
Houd maar moed. Gij zult haar wel
vinden.
Tot wederziens!
In tegenwoordigheid der oude had de
graaf zijn uiterste best gedaan, om zich in
te houden, maar hij was aan de hevigste
wanhoop ten prooi.
Zijn vrouw, zijn innig beminde Helena,
ontving dus bezoeken van heeren, in plaats
van in haar eenzaamheid haar verloren
echtgenoot te beweenen; en wie kon de
man zijn, wiens equipage de buren aan 't
babbelen bracht, en die blijkbaar vrijen
toegang bij haar had in een tijd, dat zij
zich geheel aan haar smart had moeten
overgeven? Hij zocht in gedachten onder
al zijn kennissen, maar geen enkele zijner
vrienden kon zich zulk een luxe veroor-
deelen, of geleek op de beschrijving.
Plotseling viel hem een naam in. „Baron
Raynaud" prevelde hij en hoeveel moeite
hjj ook deed om de gedachte aan dien man
van zich te zetten, het lukte niet; hij alleen
beantwoordde aan het signalement van de
portierster. Een oogenblik dacht hij er aan,
naar haar terug te keeren en nog verder te
beid zijn de Duitschers uit Folhauof
naar de grens gedreven en zitten de
Russen hen op de hielen.
Behalve de rechtstreeksche slachtof
fers, zijn er, volgens de Engelsche bla
den, verscheidene ouden van dagen en
zieke menschen ten gevolge van den
schrik bij het bombardement van de
Oostkust van Engeland bezweken. In
het geheel zijn er 122 menschen om
gekomen, 175 zwaar gewond en 374
licht gewond.
De Matin zegt een serie van vier
postzegels in handen te hebben, die
zouden bewijzen dat Duitschland van
plan is geweest de onzijdigheid van
Zwitserland te schenden. De zegels,
waarvan de Matin er twee reproduceert,
dragen behalve het gewone opschrift
„Deutsches Reich" het woord „Schweiz"
in zwarte letters over het beeld van
Germania gestempeld.
Naar aan de Basler Nachrichten uit
Parijs wordt gemeld, zijn vier nieuwe
Russische dreadnoughts van het grootste
type zoo goed als gereed voor indienst-
stelling.
Het Antwerpsch Centraalbureel voor
inlichtingen aan Vluchtelingen te Roo
sendaal deelt ons mede, dat op't oogen
blik hongersnood is ingetreden in de
provincies Henegouwen en Luxemburg
en dat hongersnood in de overige Bel
gische provincies niet kan uitblijven.
Aan de grens bij Puttich (België)
heeft de Duitsche grenswacht den ruim
40-jarigen kippenkoopman Deprins, uit
het Belgische dorp Capelle, toen hij de
Nederlandsche grens wilde passeeren,
doodgeschoten. De man bracht regel
matig brieven uit Belgie naar Neder
land.
Zijn lijk is door soldaten gevonden
op Nederlandsch gebied. Vermoedelijk
is hij gedood, toen hij zich door het
prikkeldraad een weg baande. Het lijk
is naar Putten vervoerd. De justitie
doet onderzoek. (Hbld.)
Volgens een bericht van Duitsche
zijde heeft koning Christiaan van Dene
marken op de samenkomst der drie
Noordsche koningen voorgesteld dat de
Noordsche koopvaardijschepen door
Noordsche oorlogsschepen zullen gecon-
voyeerd worden, waardoor de oorlog
voerenden geen recht meer zouden heb
ben om de schepen te doorzoeken, wijl
dan vast zou staan dat de ladingen
uitsluitend voor onzijdige staten bestemd
zijn. Of er dienaangaande een besluit
is genomen, is niet bekend.
Het Petit Journal verneemt dat En
geland weer 80,000 man troepen naar
Vlaanderen heeft gezonden.
Wij lezen in de N. R. Ct. van Zon
dag o. m.
De Duitsche pers komt op tegen de
beschouwingen in Engelsche bladenover
de beschieting van onversterkte kust
plaatsen, waarmede Scarborough en
Whitby bedoeld zijn. Zij houdt staande
dat Scarborogh, zoowel als Hartlepool
een „bevestigde plaats in de verdedi
gingslinie der Engelsche oostkust" is
en dat Whitby door zijn sein- en kust
wachtstation eveneens onder arts. 2 der
Haagsche Conventie van 1907 valt en
dus aan beschieting rechtens is bloot
gesteld.
DeT&gliche Rundschau wijst er voorts
op, dat de Engelschen den Duitschers
vragen, maar hij vreesde achterdocht op
te wekken, en vervolgde zijn weg, toen hij
opmerkte dat een agent van politie hem
oplettend gadesloeg. Hij kwam op de Seine-
kade en richtte zijn schreden naar de Place
de la Concorde, door den tuin der Tuile-
rieën.
Aan de andere zijde van dat plein in
den faubourg Saint-Honoré woonde immers
baron Raynaud, en hij alleen kon de ge
heimzinnige bezoeker in de Rue de Verneuil
zijn.
Plotseling kwamen al de booze vermoe
dens tegen dien man weer terugwie an
ders kon den gruwelij ken aanslag, waarvan
hij het slachtoffer geworden was, bedacht
hebben! Wie, onder al zijn kennissen zou
de macht gehad hebben met zooveel sluw
heid en zoo ongestraft te handelen? Hoe
dikwijls was hij ook gedurende slapelooze
nachten aan boord der „Proserpina" ge
kweld door vreeselijken twijfel, dien hij
teve-geefs beproefde van zich te schudden!
Nu was die twijfel zekerheid geworden, de
sluier van 't geheim opgelicht, en hoe meer
hij er over nadacht, hoe vaster hij overtuigd
was, dat zijn vermoeden waarheid bevatte.
Deze was de knoop der intrige, de oorzaak
van zijn ongeluk te zoeken, en hij was de
speelbal, de onnoozele speelbal van de
listen en lagen van zijn tegenstander ge
weest.
Onder de groote boomen der Tuillerieën
doelloos rondloopend, schoot hem de waar
schuwing en de geschiedenis van don José
weer te binnen, wiens goed vertrouwen
even zoo wreed verraden was. Nu begreep
hij den medelijdenden blik, waarmede deze
hem had aangehoord, toen hij van zijn eigen
vertrouwen en van de groote liefde, die
'.ijn op zooveel mijlen afstands verwijderde
vrouw hem toedroeg, vertelde.
Een duivelsche glimlach school onder
dien blik vol medelijden, want hij, de
ten onrechte kwalijk nemen, wat zij
zelf doen, nl. open steden bombardee
ren. Engelsche vliegers hebben, om
slechts één voorbeeld te noemen, de
open stad Freiburg in Baden met bom
men bestookt en er het noodlot is
soms ironisch een Russisch onder
daan gedood.
Het blad meent dat de verontwaar
diging der Engelschen ook maar voor
gewend is, om de aandacht af te leiden
van de onvoldoende beschermii g der
oostkust. De beste schepen der Engel
sche vloot liggen, om ze buiten bereik
van Duitsche duikbooten te houden,
aan de westkust, in de Iersche Zee en
andere veilige wateren. Komisch viudt
het blad de verzekering van de admi
raliteit, dat zij haar vloottaktiek door
het voorval niet zal wijzigen. Dat klinkt
alsof zij zegt: „al schiet jelui onze heele
oostkust in elkaar, wij houden onze
dreadnoughts buiten schot."
Dat de beschieting indruk heeft ge
maakt, blijkt overigens uit de veel
hoogere verzekeringspremies tegen bom
bardement. In het begin van den oorlog
werden die op de oostkust afgesloten
tegen 5 of 10 shilling op 100 pond,
thans worden al prenaies van 30 shil
ling tot 5 pond gevraagd.
Tegen de verklaring van de admira
liteit, dat aan de beschieting geen mi
litaire beteekenis kan worden toege
schreven, halen Duitsche bladen het
oordeel aan van het Deensche blad Po-
litiken, 't welk betoogt dat het ver
trouwen op Engeland's heerschappij in
de Noordzee, bij alle handeldrijvende
volken verdwenen is. Gebleken is toch
aldus het blad dat Engeland niet
in staat is zijn oostkust tegen een aan
val van snelle vijandelijke kruisers te
beschermen.
Naar wij in een beschouwing van den
marine-deskundige van de Times lezen,
hebben de Duitschers voor den aanval
al hun sterkste linie-kruisers gebruikt:
de Derfflinger, Seydlltz, Moltke, Von
der Tann en Blücher.
De Italiaansche gezant te Konstanti-
nopel heeft de Porte inlichtingen ge
vraagd omtrent de bewegiug van vier
duizend Arabieren onder Turksch-Duit-
sche officieren, die tegen Tripoli is ge
richt. Wanneer geen bevredigend ant
woord wordt gegeven, dreigt de gezant
met afbreking der diplomatieke betrek
kingen.
De correspondent van de New York
Tribune geeft verslag van een dag, dien
hij heeft doorgebracht bij de Duitsche
zeemacht in Kiel. De Duitschers stellen
een groot vertrouwen in dein aanbouw
zijnde superdreadnoughts en onder
zeeërs. De geheele bemanning van twee
eskaders, bestaande uil kruisers voor
de hooge zee en slagschepen, worden
eiken dag gedurende vijf uur krachtig
geoefend in het vuren met kanonnen.
De Turijnsche Stampa zegt uit ver
trouwbare bron te vernemen dat de
mogendheden der Drievoudige Entente
een overeenkomst hebben getroffen in
zake de deelneming van 500.000 Japan
ners aan den oorlog in Europa. Deze zul
len in 't einde van het aanstaand voor
jaar op het Westelijk oorlogsfront ver
schijnen voor het geval de bondgenoo-
ten er dan nog niet in geslaagd moch
ten zijn om de Duitschers uit Frankrijk
en België te verdrijven. Voor dit doel
zouden bovendien een millioen man
van Kitchener's nieuwe leger, 700.000
man nieuwe Iudische troepen en de
koloniale hulptroepen gereed staan.
grijsaard, de oude millionnair, kende de
wereld, en had den tol aan zijn liefde be
taald, toen hij om harentwil had geleden,
en in een verwijderd land zijn haat en
zijn wroeging moest gaan verbergen.
Wie had nu gelijk gehad, hij zelf, de
blinde vol vertrouwen, of die andere, met
zijn vreeselijke ondervinding?
Deze en dergelijke gedachten benauwden
den armen banneling; op het punt den tuin
der Tuilerieën te verlaten, bleef hij plot
seling stilstaan.
Een zijner vroegere vrienden, een school
kennis nog, burggraaf De Piernay, kwam
van den anderen kant aan, hij zou zonder
twijfel weten, wat er van de gravin ge
worden was, en reeds wilde hij op hem
toetreden, toen de burggraaf een wantrou
wenden blik op den vreemdeling wierp en
zonder hem te herkennen langs hem heen
ging-
Jan durfde hem niet aanspreken! Wie
en wat was hij ook, een ontvluchte galei
boef!
Toch deed die ontmoeting hem weldadig
aan, want zij gaf hem de zekerheid, dat
die twee jaren hem zoodanig veranderd
hadden, dat zelfs zijn beste vrienden hem
niet herkende*!
Hij vervolgde zijn weg naar den faubourg
Saint-Honoré. Waarom, dat kon hij zelf
niet zeggen't was of hij er door een on
zichtbare macht heen getrokken werd;
misschien zou hij in de buurt van 't hotel
wel iemand ontmoeten, die hem inlichtin
gen geven kon.
Wordt vervotgd)