Hel Land van lleusden en Allena, de Langstraat en de Bommelerwaard.
Waarom?
Öe vmuw van den
lanm
Ég,
Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden.
No. 3425. Dinsdag 20 December 1Q14.
FEUILLETON.
und v/an
VOOIi
Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementsprijs: per 3 maanden f 0.75,
franco per post zonder prijsverhooging. Afzonderlijke
nummers 5 cent.
Advertentiën van 16 regels 50 ct. Elke regel
meer 7% ct. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdag
middag 12 uur ingewacht.
Vroeger hield men de tering, die
echte volksziekte in ons land, voor
ongeneeslijk. Maar sinds de genees
kunde in nieuwe banen werd geleid,
heeft men op vele zaken een andere
kyk gekregen. Voorkomen is beter
dan genezen", heet het nu. Men begint
daders te leven, veel dingen te laten,
weer andere te doen, men leeft meer
„op de gezondheid". Frissche lucht en
zonneschijn worden in schier elke
woning vrijelijk binnengelaten, waaruit
zij vroeger zorgvuldig geweerd werden.
En ook de tering, nu met den ge
leerden naam „tuberculose" aangeduid,
heeft men anders leeren beschouwen.
Is men er gauw genoeg bij, dan is ze
nog geneeslijk, dat zegt niet alleen
de theorie, maar de practijk heeft het
ook meermalen bewezen. Sanotoria's
zijn er opgericht, waar de patiënten
na ir voorgeschreven regels leven, en
daarvan dikwijls meer baat onder
vinden dan van geneesmiddelen. En
sedert het „Groene Kruis" hier en
daar vasten voet kreeg, sedert men
het werken en streven dezer vereeni-
ging leerde op prijs stellen, sedert dien
tijd is er in menige woning veel ver
anderd. Ramen open, gordijnen wegge
schoven. Wie dacht er vroeger aan?
Men zou er ziek van worden, meende
men. En nu wil men er gezond door
worden, of althans, zoo mogelijk, door
blijven. En het helpt niet, als men
het één- of tweemaal doet, maar wel
bij een geregelde doorzetting. We zullen
zoo een gezonder, krachtiger volk
krijgen.
Er worden wenken gegeven aan
jonge moeders betreffende het voeden
en verzorgen van hun kroost, baker
cursussen worden opgericht en veel
oude gebruiken afgeschaft, omdat ze
nadeelig werken op de ontwikkeling
van het jonge kind. Men had te strijden
tegen oude gewoonten en dwaze voor-
oordeelen, te kampen inet de vasthou
dendheid van een groot deel der vrou
wen. maar ook op dit terrein wint het
nieuwe zoo zoetjes aan veld.
Men ontvlucht de bedompte dans
zalen eu zoekt ontspanning in de open
lucht. Openluchtspelen komen meer en
De zolder diende tot bergplaats van Lerens
middelen, Btroo, hout en hooi en daarin
brachten de beide zoons hun nachten ge
woonlijk door. Naast de keuken tiiende een
houten schuurtje met rieten dak als werk
plaats gedurende den zomer, en daar werden
ook hun klompenmakersgereedschappen
bewaard. De armoedige woning, waarin
weer en wind vrij toegang hadden, behoorde
amt haar tien of twaalf roeden heidegrond
aan een landbouwer te Dannemarie, die haar
in gebruik aan de familie Rivo ard had
afgestaan, zoowel om den eigenaar van La
Varenne te plagen, als om de tien fazanten
die zijn huurders hem jaarlijks trouw op
brachten en die hun natuurlijk slechts een
schot kruit en wat hagel kostten.
Op 't zelfde uur, dat graaf De Marcilles
de kerk van Saint Phiilippe du Roule bin
nentrad, klopte zijn reisgenoot aan de woning
van Rivolard; weldra deed een verward
gedruisch zich vernemen, en riep men met
heesche stem:
Binnen I
Toussaint lichtte de klink op en trad
binnen.
Een man van dertig jaren ongeveer, het
gelaat bijna geheel door een rooden baard
bedekt, met een platten neus, levendige
oogen, en een stierennek, zat in een hoek
bij een leemen haard, waarop een vuur van
spaanders, den afval van zijn klompen
makerij, brandde; een groote herdershond
lag aan zijn voeten en begon op 't gezicht
van den vreemdeling te grommen.
meer in de mode en op vele plaatsen
is het Engelsche voetbalspel al reeds
ingeburgerd. De padvinders leggen te
I voet groote afstanden af en ook vol-
j wassenen nemeD wederom deel aan
'groote wandeltochten. Sport is nu het
modeartikel.
En waartoe doet men dit alles?
Om een tegenwicht te krijgen tegen
de zenuwachtigheid, waarmede velen
in onze dagen bezocht zijn.
We leven zoo snel, zoo druk, dat
er voor rustig bijeenzijn in de huiska
mer bijna geen tijd meer is. Onder 't
eten van een boterham gauw even de
courant doorgerend, en dan naar werk
plaats of kantoor. En de eischen voor
de verschillende betrekkingen worden
al maar zwaarder, de examens nemen
in aantal en moeilijkheid toe. 't Getal
zenuwpatiënten neemt steeds toe, de!
inrichtingen, waar deze overspannen
menschen verpleegd worden, zijn schier
niet meer te tellen. En ook 't aantal
krankzinnigen is zoo groot, dat de be
staande gestichten niet allen kunnen
opnemen en men steeds meer gebouwen
moet bijstichten. Tegen dat voortwoe
kerende kwaad wil men nu strijden, is
men reeds begonnen te strijden. Neen,
men wenscht niet geheel den ouden
tijd terug, toen het lichaam alles en
de geest niets was, maar met de op
peren ^alleenheerschappij van het
verstand is 't nu toch gedaan. Een ge
zond, krachtig lichaam heeft een on-j
schatbare waarde voor den mensch.
Dat ziet men nu in. En ook, dat veel
van die aangeplakte of ingestampte
kennis totaal geen waarde heeft, 't Is
klatergoud, waarmede men pronken en
anderen overbluffen kan, maar profijt
h-:eft men er niet van, de innerlijke,
werkelijke waarde van den mensch
wordt er niet door verhoogd, en zijn
levensgeluk evenmin, wel menigmaal
het tegendeel.
Maar soms schudden we het
hoofd of ballen we de vuist, al naar
de geaardheid van ons karakter en
onze gemoedstoestand. Daar ginds op
het slagveld in België en Polen, daar
stelt men kunstige machines op, om in
den kortst mogelijken tijd zooveel mo
gelijk menschen te kunnen dooden.
Gansche rijen worden weggemaaid, hij
houderden tegelijk verdwijnen ze in de
diepte van de zee. En de overwinnaar
juicht en dankt, en vergeet hoeveel
van zijn eigen volk mede verloren
Koest, Hector! zeide de man.
De kamer, die Tous-aint Vordon binnen
trad, was knap in orde, maar wonderlijk
gemeubeld.
Twee groote ledikanten van ruwe planken
in elkander geslagen, namen de eene zijde
in, enkele aarden keukengereedschappen
hingen langs de wanden, terwijl een ruwe
tafel en een paar stoelen zonder leuning
't meubilair uitmaakten. Twee geweren met
dubbelen loop, keurig onderhouden, boven
den schoorsteen opgehangen, trokken ter
stond de aandacht, en bewezen waarmede
de familie voornamelijk haar ko3t verdiende,
j Op 't zien van den binnentredende in zijn
uitheemsche kieeding scheen de man bij
j den haard meer verbaasd dan verlegen
hij zag den ander met zijn doordringende
oogen aan en vroeg op ruwen toon
Wat wilt gij
Waar is uw broeder, Simon? vroeg
Toussaint. Bij 't hooren van die stem,
zag de houthakker open zag den vreem
deling onderzoekend aan.
Ik vraag u waar Jacques is, herhaalde
j Toussaint, herkent ge mij niet?
Met één sprong was Simon overeind en
snelde met den uitroep „Vardonverheugd
op den doodgewaanden vriend toe.
Ja, die ben ik.
Arme vriend! Ik dacht dat ge dood
waart 1
Gij ziet dat dit niet het geval is.
Maar men heeft het toch verteld.
Wanneer?
Een maand of zeven, acht geleden.
't Was gelukkig een valsch gerucht.
Als men u hier eens herkende.
Ik zal niet lang blijven. Hoe gaat het
u allen hier?
Ga zitten, zeide Simon, terwijl hij
hem een stoel aanwees en het vuur wat
oprakeldedaarna vervolgde hij als ant-
woord op de vraag:
Ieder soldaat die in de loopgraven
en ieder zeeman die op de Noordzee
gewond is en in het hospitaal ligt,
heeft als persoonlijke kerstgroet van
koning George en de koningin een
kaart ontvangen, waarop het portret
van beide Majesteiten en een kerst-
wensch door hen zelf in facsimilé is
lafenis te brengen en hulp te verleenen, geschreven,
waar dat nog mogelijk is. Wonden
gingen, vergeet ook dat ook die ande
ren menschen zijn, straks misschien
nog vrienden van hen. En als dan de
slag voorbij is en de vijand verdwenen,
dan gaan hospitaalsoldaten en Roode
Kruismannen er op uit om de leven
den onder de dooden te zoeken, om
de Kent en de Leipzig door de Glas
gow in den grond geboord. De Corn
wall en de Glasgow zoeken thans de
Dresden.
worden gezuiverd en geheeld, ledema- J
ten gezet of geamputeerd. Men tracht
nog te redden wat niet geheel verloren
was. Prijzenswaardig is dat, en wij
stellen het werk van deze menschen
veel hooger dan dat van hen, die al
die jammer en ellende over duizenden
uitstorten.
Het dierlijke in den mensch treedt
in den oorlog wel ruw op den voor
grond.
En nog is het monster van den oor
log niet ter aarde geworpen.
Bij een huiszoeking ten kantore der I
gasfabriek te Warschau, toebehoorend
aan een Duitsche maatschappij te Des
sau werd 900.000 roebel aan goud in
beslag genomen, vermoedelijk voor
Duitschland bestemd.
BBuiteiilantl.
De Belgische Ondersteunings-com-
missie heeft van het Belgische minis
terie een cheque, groot 6000 pond
sterling ontvangen als kerstgeschenk
uit Nieuw Zuid Wales, Queensland en
Nieuw- Zeeland.
Twee schepen met levensmiddelen,
bestemd voor de Belgen, zijn uit New-
York vertrokken. De waarde der la
dingen wordt op 650.000 dollars ge
schat.
Van het stadje Nieuwpoort steekt
thans nog alleen een toren boven de
puinhopen uit; het plaatsje is verder
geheel verwoest.
Het Oberkommando te Berlijn wil
geen bepaald verbod uitvaardigen te
gen het houden van carnavalsfeesten,
doch rekent er op, dat in deze droeve
tijden geen enkele poging zal gedaan
worden tot het vieren van feesten.
Naar de Daily Chronicle uit Parijs
verneemt, verklaarde de legercom-
missie dat tusschen 17 Septembar^en
30 November 489,733 gekwetsten in de
hospitalen werden behandeld, waarvan
79 pet. weer naar de gelederen zijn
teruggekeerd, terwijl 2pet. stierven.
Er zijn thans 3968 legerhospitaleu, een
aantal dat ruimschoots in de behoefte
voorziet.
Niet best! de zaken gaan slecht! De
wachters te la Varenne zijn verdubbeld;
bij anderen in de buurt ook en de rechters
vervolgen ons. Jacques is in de gevangenis te
Melun voor twee maanden; 't was zoo'n
kostbare reebok, dien hij schoot. Ge weet
bij ondervinding welk een kwade buurman
die baron Raynaud is. Hij kan niet hebben
dat men op zijn goed een schot lost en wat
drommel, men moet toch leven! Hij zou
om een ellendigen patrijs iemand laten
hangen! Nu zult ge wel zeggen: waarom
stroopt ge dan, maar lieve hemel, dat zit
in 't bloed, daar kan men niets tegen doen
En Mélie?
Net als altijd, ze is nu naar Melun
om twee konijnen te verkoopen, den ge-
heelen buit van dezen nacht.
Gaat het haar goed
Niet slecht!
Denkt zij niet aan trouwen?
1 Wie zou haar willen hebben; ze is
frisch en goed genoeg, maar ge begrijpt uit
onze familie
1 En uw moeder?
I Aldoor woedend! Als zij dien Ray
naud eens te pakken kon krijgen, zou hij
een angstig halt uurtje doorbrengen. Maar
hij lacht om haar en geeft er niets omZij
zal niet voor vanavond thuiskomen, want
zij is in 't Bosch van Houx om strikken
te zetten. Maar nu gij zelf! Gij zijt dus
gered
Als door een wonder, met een vriend
Wij hadden het geluk de kust van Amerika
ten zuiden van Brazilië te bereiken
I Daar ben ik niet bekend zeide
Rivolard, dat is te ver.
Ge moest daar heenkomen; daar is
geld te verdienen.
Simon schudde het hoofd.
Geen gevaar? vroeg hij.
En wild neen maar, in over
vloed
De leden van het H. College heb
ben den Paus hun Kerstgroet aange
boden en hun wenschen voor den vrede.
De Paus verklaarde vervuld te zijn
ven de treurige gebeurtenissen der
laatste maanden en deze wenschen met
bijzondere gevoelens te ontvangen. Zijn
pontificaat was echter niet onder blijde
voorteekenen begonnen.
Het totale aantal Duitsche krijgsge
vangenen, tot 23 dezer in Rusland in
geschreven, bedraagt: 1140 officieren
en 131,937 manschappen; en aan Oos
tenrijkers: 3186 officieren en 221,447
man.
Vele Oostenrijksche gevangenen ver
zoeken als Russen genaturaliseerd
en tegen de Turken uitgezonden
te worden.
Het officieel® legerbericht, van het
oostelijk oorlogstooneel, van 24 Decem
ber luidt
In het dal van de Boven-Nagyag bij
Oekoemeroe is de strijd tot stilstand
gekomen.
In het dal van de Latorcza hebben
onze troepen gisteren verschillende aan
vallen afgeslagen waarbij de Russen
zware verliezen leden. Zij joegen een
vijandelijk bataljon uiteen.
In het dal van de Boven-Ung winnen
wij langzamerhand terrein in de rich
ting van den Uszoker-pas.
Aan het front in Galicië duren de
gevechten voort.
Aan de Beneden Nidu werden op 22
dezer meer dan 2000 en van 11 tot 20
Dec. in het geheel 43.000 Russen krijgs
gevangen gemaakt.
In de monarchie bsvinden zich reeds
200.000 krijgsgevangenen.
Telegrammen uit Buenos Aires bren
gen berichten omtrent den slag bij de
Falkland-eilanden.
De Duitsche vloot naderde de En
gelsche toen deze bezig was kolen in
te nemen.
De Engelsche vloot maakte onmid
dellijk stoom, maar da Duitsche, die
bemerkte, hoe de Britsche vloot sa
mengesteld was, vluchtte overhaast.
De Britsche vloot haalde haar echter
ia en noodzaakte haar tot een gevecht.
Zij boorde het admiraalschip! in den
grond. Daar werd de Nürnberg door
Ziet ge. beste La Brèche, hernam de
strooper, we zitten bier voor ons leven vast
wij zijn in den oorlog met baron Raynaud
en nu zou het eigenlijk desertie zijn als
we de schaapskooi verlieten, 't Zal ons
misschien onze huid kosten, maar hier zul
len we sterven.
Mijn reisgenoot komt zijn vrouw halen
zeide Toussaint, hij is gehuwd, en
ik kom Louise halen Simon Rivolard
aarzelde om antwoord te geven; hij bukte
om een paar spaanders op te rapen en die
op het yuur te werpende andere wachtte
tot hij daarmede gereed was en begon
toen
Ik wilde u een dienst vragen.
Welken?
Gij moet haar waarschuwen Gij
begrijpt, dat ik niet naar't dorp kan gaan
ik heb een langen omweg gemaakt om
hier te komen. Ik zal haar medenemen.
Wij zullen daarginds gelukkig zijn en for
tuin maken.
Zonder te antwoorden plukte Simon
Rivolard blijkbaar verlegen aan zijn baard.
Dat kunt gij mij niet we:geren, zeide
Toussaint.
Zonder twijfel.
Aan een oud vriend?
De houthakker nam een der handen van
Toussaint in zijn vereelte vuist en drukte
die innig.
Gij weet het, begon hij, ik ben u
alles, de vrijheid, misschien zelfs het leven,
verschuldigd, want men zou mij niet ge
spaard hebben, en ik schaam er mij over,
dat ik u in mijn plaats heb laten veroor-
deelen; maar men verwachtte eene andere
uitspraak, en zou u zonder dien vervloekten
baron vrijgelaten hebben. Ik zou voor u
door 't vuur gaan, maar nu had ik toch
liever gehad, dat gij mij niet over Louise
gesproken harlt. Waart gij zoo op dat meisje
i gesteld
De socialistische partij in Frankrijk
maakt een warm vaderlandslievend
manifest openbaar, waarin zij haar
houding in den oorlog uiteenzet. De
treffendste zin in het stuk is {deze
„wij strijden opdat de piovinciën, die
44 jaar geleden tegen hun wil geau-
nexeerd zijn, vrijwillig tot het vader
land van hun keuze terugkeeren."
Over de door België te betalen oor
logsschatting van 480 millioen francs
deelt de „Köln. Ztg." nog het volgende
mede
Bij de voorloopige besprekingen met
de vertegenwoordigers der Députation
Permanente" toonden deze zich geneigd
tot een zekere tegemoetkoming en zake-
lijko medewerking.
Vooral vond het voorstel van het
Duitsche bestuur het bedrag door schat
kistbiljetten op te brengen, die door
een, alle groote Belgische banken om
vattend consortium overgenomen en
door de nieuw op te richten circulatie
bank uitgegeven zullen worden, in
stemming bij de provinciale vertegen
woordigers. Zij juichen het toe, dat het
land voor een onmidd«llijke belasting
thans bespaard blijft en de dekking
der schatkistbiljetten tot vredestijd uit
gesteld wordt.
Met deze onderhandelingen worden
de requisities geregeld. Deze werden
tot dusver betaald met bons, welker
inwisseling na het sluiten van den
vrede zou plaats hebben. Nu zullen de
requisities met baar geld betaald wor
den. Bijzondere aandacht vroeg de kwes
tie van de betaling der te Antwerpen,
Gent en in andere stapelplaatsen van
het land gevonden goederenvoorraden,
over welke de afdeeling ruwe stoffen
van het ministerie van Oorlog beschikt.
De Belgische eigenaars zullen volledige
betaling voor de goederen krijgen, zoo
dra zij in Duitschland aangekomen en
Ja, zeker.
Eu nog altijd?
Meer dan ooit!
Ik dacht het wel maar gij moet
weten er zijn dingen gebeurd
La Brèche beefde over al zija leden.
Wat wilt gij daarmede zeggen riep
hij uit.
Louise was een flinke, eerlijke meid,
en ik geloof dat zij uw genegenheid ten
volle beantwoordde, want na uw vertrek
werd zij hoe langer hoe somberder en kwijnde
weg als sneeuw voor de zon. Zij was maar
de schaduw van vroeger.
Is zij dood? riep Toussaint uit, terwijl
hij opstond.
Neen, maar dat zou misschien beter
zijn. Haar moeder werd ziek, en haar
dagloon, dat toch al niet groot was, werd
dagelijks minder. Zij moesten toch leven,
en als men het ongeluk heeft niet in den
smaak van baron Raynaud te vallen, heeft
men 't hier te lande niet breed. Ten einde
raad, besloot Louise naar Parijs te gaan
om haar kost te verdienen en haar moeder
te kunnen ondersteunen. Hoe, zou ik u
niet kunnen zeggen. Maar 't was te laat
en de arme vrouw is spoedig gestorven;
al zijn wij niet rijk, wij hebben haar zoo
veel mogelijk geholpen, en ongelukkiger
wijze zaten mijn broeder en ik in dien tijd
altijd een van beiden achter slot en grendel,
en waren de verdiensten dus niet ruim.
Den avond dat haar moeder begraven was,
kwam Louise ons vaarwel zeggen en is den
volgenden dag met den trein vertrokken.
Sedert hebben wij haar niet teruggezien
Vertrokken!
De volgende maand wordt dat juist
een jaar.
Waar is zij?
Dat weet niemand.
Gij wilt het mij niet zeggen, Simon l
Ik verzeker u i
NIEUWSBLAD