Hel Land van Heusdeu en
Langstraat en de Bommelerwaard.
LENTE!
De vrouw van den Banneling,
Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden.
J\o. 343Ü Zaterdag 27 Haart
EERSTE BLAD.
FEUILLETON.
1913.
^UWB TiN.AUW4
VOOR
Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementsprijs: per 3 maanden f 0.75,
franco per post zender prijs verhooging. Afzonderlijke
nummers 5 cent.
Advertentiën van 16 regels 50 ct. Elke regel
meer 7 7» ct. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdag
middag 12 uur ingewacht.
Dichters hebben de lente bezongen
jaar op jaar hooren wy ziugen, het
lied van de lente. Geen jongmensch,
een beetje verliefd en een beetje ge
voelig voor poëzie, dat nooit heeft ge
zongen zijn vreugdelied voor het eerste
groen, de eerste bloemen, de eerste
vogelstemmen, waarvan hij genoot aan
de zijde der uitverkorene Geen meisje,
dat niet gedoemd was tot levenslange
nuchterheid, heeft het nagelaten heel
in 't geheim haar ziel af te luisteren,
wanneer die zong van lenteliefde
En toch de klacht is niet nieuw,
dat wij zoo ver blijven van de Natuur
en dat onze gemeenschap met haar zoo
weinig innig is. Er zyn lieden, en
zeker niet de eersten de beste, die be
weren dat wij niet genoeg leven met
met onze zintuigen en dit verzuim be
schouwen als een der oorzaken van
onze toenemende droefgeestigheid. Hoe
't ook zij, zeker is het dat menschen,
die haast het bovennatuurlijke vergen
van hun verstand en hun geestkracht,
doorgaans verzuimen te arbeiden aan
hun eigen geluk, door de spieren te
stalen, hun zintuigen te ontwikkelen,
zich, al is het maar één uur per dag,
over te geven aan den invloed, den
dadelijken invloed der Natuur. Zeker,
men doet nu, veel meer dan vroeger,
aan openluchtspelfietsen, voetballen,
tennissen enz. is zeker beter dan thuis
zitten, maar de band m<*t de Natuur
wordt er niet genoeg door versterkt.
Want hiervoor is noodigeerbiedige
aanschouwing en stille overgave. Maar,
nietwaar, hoe weinigen onder ons be
zitten genoegzame rustigheid van geest
om midden in hun drukke werkzaam
heid gedurende één uur in de vrye
Natuur te vergeten dat zij op de wereld
zijn om te zwoegen En toch, welke
zorgen ons ook kwellen, welke idealen
ons ook bezielen, wat ons ook drijft
tot bovenmatige krachtsinspanning,
enkele oogenblikken van std geluk per
dag zijn voor ons te vinden in de ge
meenschap met de Natuur. We gelooven
niet een stoute bewering te uiten als
we zeggen dat deze gemeenschap voor
ons een behoefte is, even groot, grooter
misschien dan de slaap. En stellig
44)
Daarna nam zij een rijtuig en begaf zich
naar bet hotel Raynaud, waar zij zich ge
durende een uur in haar kamer opsloot
om het verhaal van wat er den vorigen
avond in La Varenne voorgevallen was, te
boek te stellen.
Het eindigde aldus:
Wat moet ik doen? Dat vreeselijke
huis verlaten of er blijven om den strijd
voort te zetten? Zeg mij, wat gij wilt, en
ik zal u in alles gehoorzamen.
Een paar minuten over twaalven ging
zij naar den tuin en richtte haar schreden
naar het hek in de avenue Gabriel. De
meeste bedienden waren te La Varenne
en in den faubourg Saint-Honoré waren
slechts een paar concierges, tuinlieden en
stalknechts achtergebleven en niemand van
hen verwonderde zich over dat bezoek van
de vrouw des huizes, daar velen der tijdelijk
buiten Parijs vertoevende bewoners, daar
telkens even terugkom n onder 't voor
wendsel van noodzakelijke boodschappen
of andere dergelijke zaken.
De blinde was reeds op zijn post; toen
hij de jonge vrouw zag naderen, kon hij
zijn nieuwsgierigheid schier niet langer be
dwingen.
Welnu vroeg hij, zoodra zij den muur,
die hen scheidde, genaderd was.
Zg wierp een blik om zich heen, onder
zocht de boomgroepen in haar nabijheid
en de laan die naar 't hotel voerde, en
toen zij niets verdachts opmerkte, haalde
grooter is deze behoefte voor ons dan
de gezellige omvang met menschen.
Want veel meer dan de menschen ons
te zeggen hebben, deelt ons de Natuur
mede van het eeuwige Mysterie des
levens. Met vrienden kunnen we ons
zelfs eenzaam gevoelen, doch met de
Natuur nooit. Het weten, het waar
achtige weten met de ziel, dat wij op
de wereld niet alleen zijn, dèt geeft
ons het leven met de Natuur,, maar
dat wij slechts innig kunnen leiden als
wij onze zintuigen daartoe africhten.
Gaat u koesteren op een weide in 't
warme zonlicht, of leg u neer aan het
strand of op een duin. Yoel den wind,
die u door de haren speelt. Zie en ge
niet het schoone dat u omringt. En moet
ge u met iets minde:* tevreden stellen,
geniet dan van frissche morgenlucht,
eer ge aan uw werk gaat. Of, is ook
dat niet mogelijk, neem voor lief wat ge
kunt bereiken. Die wil, die kan toch
wel eenige oogenblikken bezoeken af
leggen aan bloemen. Laat er gerust de
bezoeken aan menschen voor schieten,
die u toch voor 't meerendeel onver
schillig zijn. Die gemeenschap met de
Natuur behoeft volstrekt geen weten
schappelijk waarnemen te zijn. Als we
maar eerst leeren met onze zintuigen
tijdelijk te genieteD, dan komen we
vanzelf tot waarnemen, ontdaan van
alle zoogenaamde mooidoenerij. En dan
zal het resultaat vaak verrassend zijn.
Planten, die we vroeger nooit hadden
bespeurd, al lagen we er midden in
't drukke bedrijf der insecten, het
rusteloos bewegen der vogels op de
boomtakken, van 't vee in de weide,
van 't gedierte der wateren aan onzen
voet, alles vraagt onze aandacht en
lokt tot stille genietingen uit.
Als we zoo doen, dan gaan we als
vanzelf voelen dat het leven niet is als
een cellulaire gevangenis, waarin we
opgesloten zijn met enkele bloedver
wanten en vrienden, om daar te ar
beiden voor onze belangetjes en te
klagen over ons verdriet. Zoo komen
we tot de ontdekking dat het leven
geen waarneembare grenzen heeft en
geen andere afscheidingen dan die de
menschen er zich in hebben gedacht.
In alles, wat waarneembaar is, een
groote kracht te bespeuren, dht is het
eerste begin der ware levenswijsheid.
En eindelijk, laat het niet zoover met
ons komen, dat we onze onrust mee
dragen in de heerlijke, vrije natuur
zij uit haar zak de enveloppe te voorschijn,
waarin zij haar brief gesloten had en
reikte hem aan den blinde over met de
woorden
Lees en antwoord mij.
Waar?
Hier.
Over een uur.
Goed.
De blinde verwijderde zich in de richting
der Seine, terwijl de barones den tuin weer
doorging, en, overtuigd dat zij het zwaarste
gedeelte van haar taak nu achter den rug
had, een oogenblik bij de tuinlieden bleef
staan, die bezig waren de bloemenmanden
te vullen en een alledaagsch praatje met
hen begon; want niet een enkelen blik had
Jan De Marcilles haar haar moed en geest
kracht teruggegeven. Hij was er immers
om haar te steunen en te helpen.
Hij ging met onzekere schreden verder,
totdat hij op den hoek van het Palais de
lTndu8trie èen timmerman tegenkwam, ge
kleed in een bombazijnen jas, wijde grove
broek en lompe zwarte schoenen, die hem
den arm bood om hem te helpen, en beiden
richtten nu hun stappen naar de avenue
Bosquet, voorafgegaan door den poedel, die
uit gewoonte aan het koord trok en zijn
bakje in den bek hield.
In het paviljoen aangekomen, wierp Jan
De Marcilles zich op een stoel, terwijl Tous-
saint Vardon hun viervoetige geleider los
maakte, en op 't gelaat van den graaf de
verschillende aandoeningen bespiedde, die
het lezen van den brief daarop te voorschijn
riep. Eindelijk wierp deze met den vreugde
kreet„Eureka, ik heb het gevonden,''het
papier op den grond. Nu wist hij welke
schuldige hand de boosdoeners betaald had
geen twijfel was langer mogelijk! zijn ver
moeden was bewaarheid!
Hij is het, juichte hij, hij is het!
Baron Raynaud
dat we onze blikken niet geduldig wil
len laten volgen de stappen van een
meeuw, die zicli koestert in het zon
licht, met de pootjes in een plas naast
de langzaam ebbende zee
De Lente, die nu weder een aan
vang genomen heeft, is de tijd ervoor
om tot die gemeenschap met de Natuur
te geraken.
Buitenland.
Boven Altkirch in den Elzas is Dins
dag een gevecht in de lucht geleverd.
Drie Fransche vliegers waren te Bel
fort opgestegen om bommen op brug
gen over den Rijn te werpen en drie
Duitsche vliegers trachtten hen dat te
beletten. Na een verwoeden strijd kregen
de Frauschen versterking en slaagden
er volgens den Parijschen correspon
dent van de Daily News in, de
Duitschers tot dalen te dwingen. De
Franschen keerden daarop naar Belfort
terug, blijkbaar zonder hun doel te
hebben bereikt.
Het Belgische leger, dat op 3 Augus
tus den veldtocht is begonneu met 6
divisies infanterie en 1 divisie ca-
velerie, telt thans naar de
Temps mededeelt nog steeds 6
divies infanterie, terwijl .de cavalerie
met een divisie is vermeerderd. De
troepen zijn volgens het Fransche blad
uitstekend gewapend en uitgerust, iedere
eenheid heeft de normale sterkte en
bet voorgeschreven kader. Het leger is
in den laatsten tijd met eenige duizen
den recruten aangevuld. Het aantal
mitrailleuses is belangrijk toegenomen
en de Belgische artillerie is met eenige
zware stukken aangevuld.
Het Engelsche persbureau maakt een
groot aantal uittreksels uit brieven
openbaar die op Duitsche krijgsgevan
genen van Nieuw-Kapelle zijn gevon
den. Zij toonen duidelijk aan, welk ge
brek aan levensmiddelen erin Duitsch-
land heerscht. Er wordt in deze brieven
bitter geklaagd over de hooge prijzen
van het voedsel, en de algemeene in
druk dien men uit dezen correspondentie
krijgt, is. dat er ontegenzeggelijk gebrek
wordt geleden onder de arme klassen
in Duitschland en dat men, hoewel nog
altijd hopend op een overwinning, hier
en daar ongerust begint te worden en
zelfs twijfel begint te opperen.
Londensche bankiers deelen in de
„Times" mede, dat het hun opgevallen
is, dat het goud dat zij uit Skiudina-
vië ontvangen, bestaat uit sovereigns
Ja.
La Brèche brulde letterlijk van verruk
king; nu zou men eindelijk kunnen han
delen. Zij hadden denzelfden vijand en hun
wraak kon nu voltrokken worden, want
daar de schuldige eindelijk bekend was,
bestond er geen reden om langer met de
voltrekking der straf te wachten.
Wat zullen wij doen?
Kom, zeide de graaf, ik zal het u
zeggen.
Hij had een paar woorden geschreven,
en beiden begaven zich op weg langs
dezelfde route, die zij zooeven hadden af
gelegd. In de Champs-Elysées richtte de
blinde alleen zijn schreden naar de avenue
Gabriel. Helena was weder aan het hek en
hij gaf haar een briefje ovi r, dat deze
woorden bevatte:
Ik heb Boissy gemeubeld gekocht.
Morgen zullen we het betrekken. Cesar heeft
aan 't eind van 't bosch van Chütillon, dat
ons van de eigendommen van baron Ray
naud scheidt, een oude bouwvallige kapel
ontdekt- In twintig minuten kan men die
van La Varenne per rijtuig of te paard
bereiken. lederen dag zult gij daar onder
een gebroken kapiteel mijn instructies
vindeu. Houd moed. Binnen een paar dagen
zal alles u t zijn, zij schijnen mij een eeuw
toe, maar de eer is waard, dat uen er voor
lijdt en strijdt.
Zij schreef aan de achterzijde van een
portret van haar dochtertje, dat zij altijd
bij zich droeg: Ch&tillonkapelgebroken
kapiteel verscheurde toen het briefje in
duizend stukken en verstrooide ze in den
wind. Op 't zelfde oogenblik voelde zij het
branden van een teederen kus op haar
hand, terwijl een stem, die al de snaren
van haar hart deed trillen, haar toefluis
terde Houd moed, spoedig zien wij elkander
weder
Als van een zwaren last bevrijd, trad zij
anno 1872, met aan de eene zijde een
schild en aan de keerzijde de buste
van Koningin Victoria.
Het is bekend dat een groot deel
van de oorlogsschatting, door Frankrijk
aan Duitschland betaald in 1872, be
stond uit toen nieuw aangemunte En
gelsche sovereigns. In datzelfde jaar
werd de Duitsche Rijksoorlogskas ge
borgen in den Juliustoren te Spandau
(Brandenburg). Daar werden in de kel
ders de 72 millioen in goud van
Frankrijk voor noodgevallen bewaard.
Thans zou die Duitsche schat aange
broken zijn en wordt met dat goud de
import uit Skandinavië betaald bij ge
brek aan export goederen.
Aan het „Berl. Tgbl." meldt men
uit Krakau In Galicië zijn, seint de
Korr. Norden, ongeveer 100 steden en
6000 dorpen door de oorlogsgebeurte
nissen zwaar getroffen. De schade wordt
geschat op 2 milliard Kronen, 250 dor
pen ziju geheel vernield, 800.000 paar
den en anderhalf millioen stuks vee
door de Russen meegenomen benevens
alle voorraden graan en levensmiddelen.
In Polen zijn meer dan 200 steden en
meer dan 9000 dorpen geheel of ge
deeltelijk vernield; de schade is hier
drie milliard.
Naar de Turijnsche „II Momento"
uit San Remo verneemt, hebben zich
eenigen tijd geleden verscheidene hon
derden Fransche deserteurs bij de Itali-
aansche grensautoriteiteu aangemeld,
met het verzoek op Italiaauschen bodem
te worden toegelaten.
Zij verklaarden niet langer in het
Fransche leger te willen dienen wegens
den vreeselijk afmattenden dienst in de
loopgraven en wegens de verschrikke
lijke verliezen, welke de Duitschers
hun, vooral door huu artillerie-vuur,
geregeld toebrachten.
Uit Kopenhagen wordt aan de Pa-
rijsche pers gemeld, dat volgens de
Deensche bladen, een groote menigte
zich voor het gebouw van den Duit
schen Rijksdag verzamelde, gedurende
de laatste zitting.
Een groot aantal arbeiders-vrouwen
drongen door tot onder de vensters
van de vergaderzaal en riep om brood.
De politie moet uitgebreide maatregelen
hebben getroffen, om deze onlusten,
welke zich dagelijks herhalen, te onder
drukken.
Volgens de Deensche bladen verbiedt
de censuur in Duitschland van deze
gebeurtenissen melding te maken.
het hote! weer binnen zij durfde weer ho
pen, zij had :ijn vergiffenis verkregen! Wat
ging haar nu de rest nog aan? Jan leefde,
Jan beminde haar nog altijd! Weldra zou
den zij weer vereenigd zijn, daar buiten
liet alles haar onverschillig. Hij kon haar
opdragen, wat hij wilde, al zijn bevelen
zouden blindelings ten uitvoer gelegd wor
den! Zij bestelde een rijtuig en begaf zich
naar de magazijnen van het Louvre om een
voorwendsel voor haar reis te hebben, en
het gebruik van haar tijd te kunnen ver
klarenzij dwaalde daar eenigen tijd rond,
kocht enkele benoodigdheden en liet zich
toen naar het statiou van Lyon brengen,
waar zij den trein van vier uur naar Mon-
tereau nam.
Een vroolijk troepje wachtte haar daar op.
De markies de Parsay en Marcella met
nog andere dames en heeren te paard,
vormden t-en soort eerewacht, die in draf
den weg naar La Varenne insloeg, terwijl
de barones, in haar legante victoria, volgde,
welker wielen het stof in de straten der
dorpen, die zij passeeren moest, opjoegen
en waar niemand haar en dien schitterenden
ruiterstoet zonder een gevoel van jaloezie
naoogde. Niemand kon vermoeden welk
onweer op 't punt stond los te barsten over
die grooten der aarde, die in hun onbezorgd
heid zich verheven waanden boven de ram
pen en de zorgen, die hun nederiger mede-
menschen vaak treffen.
Terwijl de barones en haar geleide den
weg naar het kasteel aflegden, had Anton,
de kamerdienaar van den baron, met den
proviandwagen langs een veel korter weg
het kasteel bereikt en trad nu de vertrekken
van den baron binnen, waar deze hem vol
ongeduld verbeidde. Anton was den baron,
dien hij als 't ware had zien geboren wor
den, en dien hij nooit verlaten had, van
harte genegen, en vermoedde niets van wat
er tusschen zijn meester en diens echtge-
Aan de „Daily News" wordt uit
Rome gemeld, dat een half millioen
man Oostenrijksche troepen in Tyrol
en de Trentino geconcentreerd zijn.
Uit vrees voor een inval hebben de be
woners de dorpen tusschen het Lugano-
en Gard&meer ontruimd. Het Oostelijk
gedeelte van de stad Rovereto is met
den grond gelijk gemaakt, waarna er
vestingwerken aangelegd zijn.
Uit Antwerpen bericht men
Bij een bomaanval door een Engel-
schen vlieger op de Cockerilwerf werd
een duikboot vernield; 4 werklieden
werden gedood, 16 zwaar gewond en
vele andere lichter gewond.
De gevechten in den Karpathensec-
tor van den Oeszokerpas tot den pas
van Konieczna duren voort. In de
jongste twee dagen werden wederom
krachtige aanvallen van den vijand af
geslagen en 3300 Russen krijgsgevangen
gemaakt.
In het gevecht om de hoogte bij
Wyszkow werden de vijanden uit hun
stelling verdreven en acht officieren
en 685 man gevangen genomen.
Aan de andere fronten gebeurde niets
bijzonders.
Naar de Daily Express uit Athene
verneemt, hebben de bondgeaooten aan
de Golf van Saros troepen ontscheept
op het schiereiland Gallipoli. Na aan
komst van nieuwe transporten zal van
daar uit een algemeene aauval op de
forten aan de Dardanellen beginnen.
Uit Ziirich wordt bericht, dat het
Japansche consulaat alle Japansche
onderdanen in Zwitserland telegrafisch
heeft opgeroepen.
De Westminster Gazette schrijft naar
aauleiding van den aanslag door vlie
gers op Hoboken, dat indien de Duitsche
duikbooten die daar gebouwd worden
moderne vaartuigen zijn, zij alleen via
de Schelde de zee kunnen bereiken,
wat een inbreuk op de Nederlandsche
onzijdigheid ware. De duikbooten zou
den alleen overland kunnen worden
vervoerd, desnoods uit elkander ge
nomen, indien zij zeer klein waren en
slechts geringe waarde voor krijgsver
richtingen ter zee bezaten. Het blad
maakt hieruit de gevolgtrekking, dat
Duitschland voornemens zou zijn de
Nederlandsche onzijdigheid te schenden.
noote omginghij meende dat er een gewoon
mondain liefdesintrigetje in 't spel was,
en dacht er verder niet over na.
Wat is er gebeurd? vroeg de baron.
Ik ben om kwart over tienen in het
kasteel gekomen.
Mevrouw
Was er toen nog niet, maar kwam
even later!
Per rijtuig?
Dat geloof ik welik was in het ka
binet van mijnheer den baron. Mevrouw
ging terstond naar haar kamers en bleef
daar ongeveer een uur. Vervolgens is zij
in den tuin gekomen en naar 't hek in
de Avenue Gabriel gegaan. Ik volgde haar
van verre door een boschje, dat daar langs
loopt.
Ga door
Ik zag duidelijk dat mevrouw een
brief aan een bedelaar gaf, die daar klaar
blijkelijk zat te wachten
Welken bedelaar
Een blinde met een witten poedel.
Zijt gij zeker, dat zij hem dat papier
gegeven heeft?
Zoo zeker als ik leef, mijnheer de baron.
Vervolgens?
Is nevrouw weer naar haar kamer
gegaan, waar ze weer een uur gebleven is
toen is zij voor de tweede maal naar 't hek
gegaan. Daar g-benrde toen het tegenover
gestelde van den eersten keerde blinde
gaf haar op zijn beurt een brief, dien zij
met aandacht las, waarna zij het papier
verscheurde en de stukken rondstrooide.
Ik heb toen gewacht, totdat zij naar binnen
gegaan was, om de plaats die zij verlaten
had, op te zoeken.
En toen?
(Wordt vervolgd in het bij voegsel).