0
Hel Land van Hensden en Altena, de Langstraat en de itommeierwaard.
GELUK.
De vrouw van den Banneling,
Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden.
No. 3454. Zaterdag ÏO April
EERSTE BLAD.
FEUILLETON.
1915.
VOOR
Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementsprijs: per 3 maanden f 0.75,
franco per post zender prijs verhooging. Afzonderlijke
nummers 5 cent.
Advertentiën van 16 regels 50 ct. Elke regel
meer 77i ct. Groote letters naar plaatsruimte,
Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdag
middag 12 uur ingewacht.
Een paar jaar geleden lazen we eens
een Fransch sprookje van een wedden
schap, aangegaan tusschen „Dame For
tune" en „Bouhomme Bonheur", ofte
wel de Fortuin en het stille, eenvoudige
Geluk.
Mevrouw Fortuin is, naar zij ver
klaart, op weg naar een jong echtpaar,
dat zij gelukkig wil maken, en met
Baas Geluk wedt zij dat zij dat heel
best kan doen zonder zijn medewerking.
In den beginne lijkt het dan ook of
de zwierige Madame de weddenschap
zal winnen. Door de jonge echtgenooten
wordt zij met vreugde en eerbewijzen
ontvangen. Geen wonder voorwaar
Want zij bezorgt het jonge paar een
hoogen prijs uit de loterij, en de spe
culaties, die de jongelui na dit buiten
kansje ondernemen, gelukken alle.
„Over een jaar zal ik betalen", zegt
Baas Geluk tot Mevrouw Fortuin, „en
dén zullen wij eens zien". En toen
nam hij haar mede naar een visschers-
gezin, dat in bekrompen omstandig
heden verkeerde, maar waar man en
vrouw niettemin in liefde gelukkig en
tevreden waren. Madame Fortuin bood
aan hen één van beiden mede te
nemen; zij zouden den betrokkene rijk
met aardsche goederen zegenen. Maar 't
eenvoudige visscherspaar weigerde. Man
en vrouw weigerden van elkaar te
scheiden zij bedankten voor de schit
terende aanbiedingen der Mevrouw
en bleven wie zij waren. En ziet
na verloop van een jaar heeft Bon-
nomme Bonheur de weddenschap ge
wonnen. Het zoo buitengemeen door
de Fortuin begunstigde jonge paar kon
het geluk niet vinden, ondanks zijn
rijkdom. En het arme, in zeer bekrompen
omstandigheden verkeerende visschers-
paartje in de hut aan den kant der
zee is nog gelukkiger dan te voren.
En de zwierige Madame Fortune erkent
gaarne haar nederlaag, en aan de
Liefde geeft zij één harer kostbaar
heden voor het arme visschersgezin.
Nietwaar, lezer, de afloop van de
weddenschap is niets verrassend. In
de moraal van het sprookje is ook
niets nieuws. En desalniettemin is het
49)
Watl gaat ge dan Parijs verlaten?
Dat is best mogelijk.
Moeielijkheden genad?
De griffier aarzelde even en ging toen
voortonaangenaamheden, misschien.
Martha Ribout antwoordde oprecht:
Een volslagen breuk.
En als om de schande, die haar dreigde
te treffen te ontgaan, voegde zij er zonder
valsche schaamte bij.
Ik ben schandelijk bedrogen, maar
't is mijn eigen schuld.
Bedrogen informeerde Besnou vrien
delijk
Ik behoef het niet te verzwijgen. Men
denkt altijd dat de mannen beter zijndaD
het geval is, en houdt ze voor halve hei
ligen voor e rlijke lieden ten minste,
en dan staat men versteld als men hoort
Wat dan toch
Dat het tegendeel het geval is
Zoo, zoo, zeide de griffier, gij schijnt
hartsgeheimen te hebben.
En zeer gewichtige ook.
Gij zijt dus bedrogen
Ja, op allerlei manier. Ik kon dat aan
zulk een ouden vriend, als gij zijt wel ver
tellen. Gij administreert de goederen van
wijlen de freule?
Ja, en daarbij doe ik zooveel moge
lijk mijn best om het iedereen mar den
zin te maken, den pachter van La Brousse,
zoowel ais anderen. Uw vader is een flink
man, Martha 1
niet ondienstig het af en toe nog eens
voor ons zeiven te herhalen dat geluk
niet bestaat in uiterlijken glans, in
pracht en rijkdom, in roem en eer.
Al wie daarin zijn geluk zopkt, hij
komt vroeg of laat tot de erkenning
dat het niets is dan „een handvol nietig
slijk".
Geluk is iets zeer betrekkelijks. Wat
den een „gelukkig" maakt is voorden
ander iets totaal onverschilligs. En
zulk geluk 't is vaak zoo kort van
duur, zoo vluchtig als het bezoek van
een vlinder aan een bloem; zoo onge
stadig als het zo met je op een buiïgen
Aprildag, dat nauwelijks vroolijk door
het venster kijkt, of het gaat alweer
schuil achter de grauwe sombere wolken.
Ieder onzer, die van het echte geluk
iets kent, hij weet dat het niet komt
van buiten af, maar van binnen uit.
't Geluk is een gezindheid. En die dat
weten, komen meer en meer tot de
erkenning der wijsheid van het woord,
door Chamisso aan een liefhebbende
vrouw in den mond gelegd: „Glück
ist nur die Liebe". Het geluk is te
zoeken in liefhebben. Liefhebben, in
de eerste plaats ons gezin, het krin
getje om ons heenmaar liefhebben
óók onze plichten, ons werk, onze
vrienden en ons verder afstaande mede-
men8chen. En wie dat goed beseft, hij
kén nooit volkomen ongelukkig zijn.
Want er is zooveel, waaraan wij onze
liefde kunnen geven, een liefde, die
alle moeilijkheden uit den weg ruimt,
ze zelfs niet ziet, maar er overheen
springt. Menschen, gedragen door zulk
een liefde, zullen bergen verzetten.
Maar de vraag blijft of wij ook dén
het volmaakte en duurzame geluk ge
vonden hebben. Ons geheele leven is
immers een voortdurend zoeken en
streven, en het wijze woord van den
Athener Solon uit de grijze oudheid
blijft waar, nu en altijd, ,,dat niemand
gelukkig is te noemen vóór zijn dood".
Want lijden zal ons niet bespaard
blijventeleurstellingen van allerlei
aard zullen ons niet worden onthouden.
Vaak zal de liefde verspild en slecht
beloond blijken. Maar zij, die van deze
liefde getuigen, zij willen zijn als de
zon en zeggen „Wat vraagt de gouden
zon naar loon? Zij geeft haar schat
van gloed en stralen." Zeer zeker
zullen allen, die in dezen zin „geluk
zoekers" zijn, ondervinden dat, evenals
in het Fransche sprookje, Bonhomme
Bonheur samengaat met de Liefde.
Tegenover den groeten ontbinder van
liefdebanden getuigen zij ook dat
„Liefde sterker is dan de Dood."
Waar zij liefde moeten derven, ge
voelen zij zich geroepen tot meerdere
liefde geven. En dat bewustzijn is hun
althans een Licht op den weg naar
het Geluk.
■Buitenland.
In een Eugelsch blad lezen wij, dat
de oudste vrijwilliger, die in het Fran
sche leger dient, luitenant kolonel Royal
is, een gewezen officier van 70 jaar, die
bij het uitbreken van den oorlog als
vrijwilliger dienst in het leger nam,
omdat de leger-voorschriften hem be-
letten zijn oorspronkelijken rang in de
{gelederen in te nemen. Bij den slag
aan de Marne is de oude heer wegens
dapperheid tot tweede-luitenant bevor
derd en hem werd de zorg voor het
regiments-vaandel toevertrouwd. Royal
is sedert nog tweemaal eervol vermeld
en thans in zijn ouden rang hersteld.
Hem is het bevel over een regiment
in het actieve leger opgedragen.
Martha zuchttede Ribouts waren inder
daad eerlijke lieden en overal in den omtrek
geeerd en geacht, hoe zouden zij het op
nemen, als zij vernamen dat Pidon, haar
vroegere verloofde de ware schuldige aan
den moord van Orgères was. Zij zou het
van schaamte besterven, en had wel willen
wegvluchten, ver weg, waar men haar niet
zou kennen. Bovendien voelde zij niet, dat
zij bescherming noodig had, dat zij zelf
gevaar liep betrokken te worden in die
noodlottige zaak, waarvan de bekendheid
alleen haar al in gevaar bracht, en gaarne
gaf zij zich over aan iemand, die haar kon
voorlichten, en beschermen tegen de ge
varen, die haar omringden, en die haar in
de toekomst schenen te bedreigen.
De griffier volgde met aandacht de ver
schillende gewaarwordingen, die zich op
haar gelaat afspiegelden.
Hebt gij zorgen vroeg hij plotseling.
Zij beet op haar lippen en bleef het
antwoord schuldig, de trein rolde in den
duisteren nacht voort, en de coupé werd
slechts spaarzaam door het flikkerende
lampje verlicht; zij waren de buitenwijken
van Parijs al lang voorbij, en hadden de
lichten der gaslantaarns, die van alle zijden
in de duisternis flikkerden, uit het oog
verloren.
Vriendelijk riep Besnou allerlei beelden
uit het verleden voor zijn reisgezellin op;
hij vertelde haar van de familie De Mar
cilles, die door de misdaad van Orgères
in zoo diepen rouw gedompeld wasvan
den onschuldig veroordeelden graaf Jan,
van zijn schitterenden broeder Cesar, wiens
carrièie gebroken was en die uit wanhoop
zijn vaderland verlaten had.
Hebt gij hem vroeger gekend zeide
hij.
Ja.
Is dat al lang geleden
Ja.
Maarschalk von der Goltz Pasja, die
de Roemeensche hoofdstad op zijn terug
reis naar Konstantinopel verliet, ver
klaarde aan verschillende journalisten,
dat het Duitsche westerfront door de
Franschen en Engelschen onmogelijk
door te breken zal zijn. De operaties
in Rusland zullen minstens een maand
gestaakt dienen te worden als gevolg
van overstroomingen. Een landing van
de troepen der geallieerden aan de
Dardanellen zou voor hen een catastrophe
beteekenen.
Daar de Engelsche regeering bijna
alle op het eiland Man varende passa
giersbooten in beslag heeft genomen,
vreest de bevolking, die het in het
reisseizoen van de zomergasten moet
hebben, ernstig in haar middel van
bestaan bedreigd te zullen worden. In
de wetgevende vergadering van het
eiland is de zaak ter sprake gekomen
en daarop besloten een afvaardiging,
bestaande uit den ondergouverneur, den
speaker en andere leden naar de regee
ring te zenden, om haar te bewegen,
zooveel mogelijk van die passagiers
booten vrij te laten.
Eitel Friedrich is Woensdag kennis
gegeven, dat hij Donderdagmorgen om
4 uur de territoriale Amerikaansche
wateren moest hebben verlaten, anders
zou zijn schip geïnterneerd worden.
En daarna
De commandant van de Prinz Eitel
Friedrich heeft aan den ontvanger van
de in- en uitvoerrechten te Newport
News den wensch te kennen gegeven,
dat zijn schip geïnterneerd zou worden,
omdat de hulp, die een vertrek mogelijk
zou maken, uitbleef. Het schip zal aan
de marinewerf van Norfolk geïnterneerd
worden.
Naar de Nouvelliste van Lyon uit
Duinkerken verneemt is de ruim der
tienjarige kroonprins Leopold van België
bij het 12e Belgische linie regiment
ingelijfd.
De Engelsche treiler Zarina is in de
Noordzee in de lucht gevlogen. De uit
negen koppen bestaande bemanning
wordt vermist.
't Is niet bekend of het schip door
een torpedo is getroffen of op een mijn
is-geloopen.
De Army and Navy Gazette van 3
dezer zegt naar de Kölnische Zeitung
meldt dat het Engelsche publiek,
in Fransche statistieken lezende over
het gebrek aan officieren in Duitschland,
denkt, dat het Eugelsche leger er in
dat opzicht althans beter aan toe is.
Maar het is tijd, openlijk te erkennen,
dat h st verlies aan Engelsche officieren
verschrikkelijk is geweest. Gemiddeld
heeft Eugeland maandelijks 700 offi
cieren verloren. Al keeren er velen,
van hun wonden genezen, naar het leger
terug, is het gebrek toch groot, vooral
onder de oudere officieren, die het
moeilijkst te vervangen zijn. En als
het zoo bij den verdedigenden oorlog
is geweest, hoe zal het dan worden als
het aanvallen wordt I Er moet dus bijtijds
een groote inrichting voor de officieren
worden gesticht.
Uit Amerika wordt gemeld
Aan den commandant van de Prinz
Tot het derde contingent, dat nu van
Nieuw-Zeeland zal vertrekken ter aan
vulling van de expeditiemacht in Egypte
behoort ook een afdeeling van de oor
spronkelijke bewoners van Nieuw-Zee
land, de Maoris, een 500 tal mannen
sterk. Volgens de „Times" hebben de
Maoris, in hun natuurstaat geduchte
krijgslieden, na zoovele jaren van vrede
en beschaving nog niets van hun krijgs
haftigheid verloren.
Ge waart ongeveer even oud
Wij verschilden maar een jaar.
Hij hield veel van u, Martha.
Met een droevig lachje antwoordde zij
Ik geloof het wel. Weet gij ook wat
er van hem geworden is
Ja, maar dat is een geheim.
Leeft hij nog
Hij leeft en koestert maar één wensch,
den naam van zijn broeder in eere te her
stellen. En dat zullen we bereiken.
Door hen, die de misdaad gepleegd
hebben te ontmaskerener is geen ander
middel en wij zijn daar al druk mede bezig.
En, vroeg zij aarzelend, zijt gij hen
al op 't spoor
Beter dan dat, wij weten alles.
En behendig vertelde de griffier, terwijl
hij de weerspiegeling harer aandoeningen
op Martha's gelaat volgde, de geschiedenis
van den diefstal en den moord te Orgères
zonder weliswaar de daders te noemen,
wees hij hen zoo duidelijk aan, dat ver
gissing onmogelijk was.
Eindelijk hield hij op, zag haar ernstig
aan en vroeg
Is dat alles niet waar
Zij durfde niet ontkennen en bewaarde
het stilzwijgen, waarop hij, om haar ver
trouwen te winnen, vervolgde
Gij waart altijd een braaf meisje,
Martha, en niemand zou u durven verden
ken gij kunt in dat gruwelstuk toch
niet betrokken zijn?
O neen, dat zweer ik u, kreet zij.
Ik zou de eerste zijn om u te verde
digen, als men er op zinspeelde, hernam
hij maar beken maar eerlijk dat
gij ook alles weet
Dat is zoo maar eerstsedert
een paar dagen. De Rubicon was overge
trokken en een volledige bekentenis volgde.
Zonder een woord achter te houden, ver
haalde Martha nu van de onthullingen van
Cabiral, van den schrik, die haar bevangen
had en van haar vlucht, waarvan Pidon
vergeefs beproefd had haar terug te houden.
Met vaderlijke ontferming stelde Besnou
haar gerust, en beloofde haar te zullen be
schermenalleen raadde hij hiar aan, ge
durende eenigen tijd niet in Parijs te ko
men, en haar schuilplaats verborgen te
houden, want de schurken, die den moord
van Orgères gepleegd hadden, zouden voor
niets terug deinzen om wie hun gevaarlijk
werd uit den weg te ruimen.
Langzamerhand vestigde Martha al haar
hoop op de bemoeiingen van burggraaf
Cesar, van wien zij niet anders wist, dan
dat hij schatrij k was, en allen die hem bij
zijn werk hielpen, rijk zou maken. Besnou,
dia nu eens welsprekend en teeder, dan
weer als 't noodig was, dreigend en ruw was
opgetreden, had reden om over zijn reis
tevreden te zijn; toen zij te Mayenneaan
gekomen waren, bracht hij zijn reisgenoote
onmiddellijk naar het kantoor van zijn
broeder den notaris, waar zij schriftelijk
haar verklaring herhaalde en te vijf uur
des avonds nam zij bezit vaneen paviljoen,
in het kasteel van Marcilles, dat zijn mees
ters scheen af te wachten en waarvan de
griffier haar welwillend den sleutel had ter
hand gesteld, met de woorden
Slaap wel, niemand zal u daar zoeken.
De vriendin van Pidon was naar het
vijandelijke kamp overgeloopen en 't dos
sier van den griffier een belangrijk stuk
rijker geworden. Graaf Jan De Marcilles
wist nu genoeg I
Tand om tand.
I.
Op het land.
Al de vrees en de twijfel, die Jan De
Marcilles zoo lang vervolgd en zijn leven
vergald hadden, waren nu als met een
Het Engelsche ministerie van handel
maakt bekend, dat in de maand Maart
33 Engelsche stoomschepen, met een
gezameulijken inhoud van 61.382 ton
verloren zijn gegaan. Daarvan werden
er 26 met 49.449 ton inhoud door Duit
sche duikbooten tot zinken gebracht;
een, van 115 ton, is op een mijn ge
loopen. Omgekomen zijn in 't geheel
217 man.
Zeilschepen zijn er 35, met 8110 ton
inhoud, verloreu gegaan, waarvan er 3
(4908 ton) door onderzeeërs in den grond
zijn geboord. Omgekomen zijn 44 man.
Van Hasselt is Zaterdagavond een
trein vertrokken naar Luik, waarin 163
dienstplichtige Belgen uit de provincie
Limburg, die als krijgsgevangenen ver
voerd worden, naar Duitschland. Het
aantal arrestaties is aanzienlijk toege
nomen in de laatste twee weken. Onder
de gearresteerden bevond zich ook een
enkele oude man, wiens zoon gevlucht
was Het station te Hasselt was afge
sloten de burgers werden geweerd om
ongeregeldheden te voorkomen.
Naar de „Tel." uit goede bron ver
neemt, is door bemiddeling van den
bisschop van Luik van de Duitsche
militaire overheid verkregen, dat geen
vrouwen gearresteerd worden, wanneer
haar zonen gevlucht zijn. De gemeenten
moeten daarvoor nu een losprijs be
talen, bovendien wordt nog de gewone
boete opgelegd. Uit verschillende Liin-
burgsche dorpen zijn gevangenen naar
Duitschland gebracht.
Tengevolge het zeer ongunstige weer
waardoor de wegen in modderpoelen
zijn herschapen, is de laatste dagen aan
het oostelijk front weinig actie geweest.
De „Morning Post" verneemt uit
Kopenhagen, dat volgens telegrammen
uit Weenen, ondanks de officiëete tegen
spraak de geruchten aanhouden dat
Oostenrijk vrede weuscht, desnoods on
afhankelijk van Duitschland. Men ge
looft dat deze geruchten niet geheel
en al ongegrond zijn.
De Duitsche onderzeeboot U 29 is
van zijn laatste onderneming tot nu
toe niet terug gekeerd. Volgens eeu
bericht van de Engelsche admiraliteit
gedateerd 26 Maart is de boot met de
geheele bemanning vergaan en moet
dus als verloren worden beschouwd.
tooverslag verdwenen. Hij wist, wat hij
weten wilde, en dank zij de slimheid van
den griffier van Mayenne, en de trouw van
zijn Helena, kende hij de rol, die ieder
gespeeld had in het drama, dat hem ten
verderve gevoerd had. De moeder van zijn
Gabrielle had hem de bekentenissen, die
den baron in een oogenblik van groote op
winding ontsnapt waren, trouw overge
bracht; baron Maxima Raynaud had niets
achtergehouden en de bekentenis liet aan
helderheid en volledigheid niets te wenschen
overhij had er integendeel een soort vaa
genoegen in gevonden om door de grootte
van zijn misdrijf, de grootte van zijn liefde
te bewijzen. De veroordeelde van Laval was
dus volkomen op de hoogte van de schuld
zijner vijanden, die hij treffen wilde, maar
wat voor hem voldoende was, zou niet
genoeg zijn om de rechters te overtuigen
en hun tegenwerpingen tot zwijgen te bren
gen. Men zou Cabiral beschuldigen omge
kocht te zijn en zelfs de onthullingen van
Martha Ribout op rekening eener ijver
zuchtige opgewonden vrouw schrijven bo
vendien kon baron Raynaud zijn biecht
eenvoudig ontkennen.
Ieder weet hoe moeielijk het ia onzen
tijd is, om recht te verkrijgen, en ook dat
het nog honderdmaal moeielijker is zich
dat zelf ongestraft te verschaffenwant de
gendarmes waken met bijzondere zorg voor
misdadigers van het soort van baron Ray
naud en beschermen hen tegen de aanval
len hunner vijanden, en de dienaren van
de Heilige Hermandad helpen gaarne met
hun sterke hand lieden als Guillard, op
dat zij rustig zouden kunuen genieten van
de opbrengst hunner wandaden, die zij slim
genoeg waren om voor de politie verborgen
te houden.
Wordt vervolgd in het bijvoegsel