Hel Land van Heusden en 4ltena, de Langstraat en de Bommelerwaard. Spelen met vuur. De vrouw van den Banneling. Uitgever: L. J. VEERMAN,- Heusden. J\o. 3475. Woensdag 23 Juni 1915 FEUILLETON. ^Uni VOOR Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG. Abonnementsprijs: per 3 maanden f 0.75, franco per post zender prijs verhooging. Afzonderlijke nummers 5 cent. Advertentiën van 16 regels 50 ct. Elke regel meer 77i ct. Groote letters naar plaatsruimte. Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdag middag 12 uur ingewacht. Er is in den laatsten tijd een on miskenbare strooming in een deel der Nederlandsche openbare meening merk baar, die aanstuurt op, althans blijk geeft van sympathie met een mogelyk andere houding van ons vaderland, dan tot dusver aangenomen tegenover het groote Europeesche conflict. Deze wijziging onzer houding zou dan vol gens die nieuwe zienswijze hierin moe ten bestaan, dat wij onze neutrale houding moeten laten varen en ons daadwerkelijk in den bruisenden oor- logsstroom moeten werpen. Aan wel ken oever van dien stroom, dat geven zij zeer duidelijk te verstaan, al wordt het niet met evenzoovele woorden ge zegd. Zy willen dat Nederland onver- wijlt partij kiest en het zoo langen tijd in rust gelaten zwaard uit de scheede trekt, om de balans der kan sen van dezen wereldoorlog te doen doorslaan. Hun meening, die nochtans die is van, naar wij vertrouwen, een besliste minderheid onzer medeburgers, vindt ijverig propaganda in een deel der organen van onze vaderlandsche openbare meening, en meer dan éen blad geeft aan deze meer oorlogszuch tige zienswijze uiting, hetgeen vooral in den laatsten tijd dan ook niet na gelaten heeft in het buitenland bijzon dere aandacht te trekken. Zelfs is men over onze grenzen reeds tot de stil zwijgende conclusie gekomen, dat de uitbre.ding der maatregelen van defen sieven aard door onze regeering aan hangig gemaakt, wellicht rechtstreeks verband kunnen houden met een oor logszuchtige stemming van een overi gens klein deel der bevolking. Wij achten dat alles in hooge mate afkeurenswaardig. Immers, het kan niet zijn, dat het prijsgeven eener neu trale houding, hoe moeilijk deze ook overigens moge zijn, aan een land ten goede komt, wanneer daar geen alles overwegende redenen toe nopen; deze redenen kunnen voortspruiten uit het krenken van 's lands rechten, uit het tekort doen aan 's lands eer, uit het in gevaar brengen of benadeelen van 'slands levensbelangen. En, hoe ern stig de tijden ook zijn, hoe zeer ook Nederland, gelijk de andere neutraal 71) Een besteller bracht een telegram voor den griffier Athanase Besnou binnen, en bij het doorlezen daarvan, verspreidde zich zulk een uitdrukking van inwendige vreugde en voldoening over 't gelaat van den braven man, dat al de leden van 't gerechtshof er door getroffen werden, en een naast hem zittend advocaat, Petitbon, zich tot hem vooroverboog en fluisterend vroeg: Wat voor nieuws? Besnou knipte guitig met de oogen, gaf een toestemmend teeken met het hoofd en antwoordde zacht:. Vanavond pas! Petitbon wierp een steelschen blik op den president, wiens mager, tanig gelaat een scherp contrast vormde, met al de blozende welgedane koppen rondom hem. Die blik was zoo spottend, dat Bazouges, die volstrekt niet van gebrek aan respect of van critiek hield, den advocaat bij zich riep, die met zijn baret in de handnader- kwam. Ben ik de oorzaak van uw vroolijk- heid, mijnheer Petitbon? vroeg hij met zijn scherpe, onaangename stem: Maar, mijnheer de president! Ik meende op te merken Wat dan toch, mijnheer de president. Een zekere vroolijkheid. Ik ben inderdaad heel opgewekt. Ik zal niet zoo onbescheiden zijn om u naar de oorzaak daarvan te vragen. Zij gaat u toch aan, mijnheer de president. gebleven landen, vaak uiterst moeilijke oogenblikken doorgemaakt heeft en nog doormaakt, van een opzettelijke krenking onzer eer, levensbelangen of rechten, in dien zin, dat wij daarvoor vergelding mogen en moeten eischen met het zwaard uit de scheede, daar- vaD kan, de zaken helder beschouwend en nuchter beoordeelend, moeilijk sprake zijn. Het wil ons dan ook voorkomen, dat zij, die Nederland roekeloos in den oorlog zouden willen storten, hoe war me vaderlanders zy zich overigens ook mogen heeten, te zeer hun zelfbeheer- sching, zoo noodig voor ieder onzer in deze tijden van opwinding, uit het oog verloren hebben. Hebben dezulken, is men geneigd zich ernstig af te vragen, dan geheel vergeten, wat het beteekent zijn land in het groote wereldconflict te betrek ken, zonder dat daar alles overwegende dwangredenen voor aanwezig zijn Deze redenen, zoo zij al bestaan moch ten, te kennen, behoort immers niet tot hun bevoegdheid, doch is het uit sluitend eigendom der regeering, die meer dan een onzer volkomen op de hoogte is van de verschillende om standigheden in de buitenlandsche re- geeringskringen, die ten deze op onze houding van beslisten invloed moeten zijn. Aan haar, onze regeering, aan onze koningin, staat een weteuschap ter beschikking, die noodzakelijkerwijze niemand meer deelachtig kan zijn. Welnu, daar, waar men dus den internationalen toestand in het alge meen, en de positie van ons vaderland zeer in het bijzonder beoordeelen kan, is van een oorlogszuchtige tendenz niet alleen in de verste verte geen sprake, maar wordt integendeel omtrent» de door Nederland te volgen politiek niemand, ook maar éen oogenblik, in het onzekere gelaten. „Nederland," aldus luidden nog dezer dagen de woorden van onzen eerste-minister, „Nederland wil den vrede". En dat het dezen kan willen, daarvoor heeft het zich ten oorlog voorbereid en ge troost zich de grootste offers, juist om dat het zoo krachtig mogelijk wd zijn, ten einde te kunnen blijven, wat het isvrij en zelfstandig. Die vrijheid en zelfstandigheid is ons hoogste goed, dat wij niet beter kunnen dienen, dan gelijk wij nu reeds vanaf het begin van den wereld brand deden, waakzaam te zijn en ons sterk te maken. En zulks niet om aan oorlogszuchtige neigingen, zoo deze waarlijk bij enkelen onzer aanwezig mochten zijn, voedsel te geven, doch om den vrede willende in de onge twijfeld zeer moeilijke tijden, die nog wachtende zijn, aan alle omstandighe den het hoofd te kunnen bieden. Die omstandigheden, zij zullen vooral naar mate de tijd vordert en, gelijk eenmaal immers moet geschieden de vrede naakt, uiterst moeilijk voor ons zijn. j immers, er kunnen, zoowel vooi het geval dat de overwinning aan de ge allieerde toevalt, als indien deze door hunne tegenstanders behaald wordt, belangen in het spel komen, die in elk geval met de Nederlandsche belangen in lijnrechte tegenspraak zijn. Wan neer dan dat oogenblik ons niet vol komen waakzaam, niet volkomen voor bereid mocht vinden, dan lijdt het geen twijfel of aan ons volksbestaan, aan onze rechten, aan onze eer, zou een onherstelbare krenking toegebracht kunnen worden, die te voorkomen waard is dat elk rechtgeaard vader lander, elk naar de mate zijner krach ten, zich de grootste opofferingen daar voor getroost. Mocht echter blijken, dat ten slotte alle vredelievende po gingen schipbreuk zouden lijden, wel nu laat dan, doch eerst dan, ons volk toonen, zich van zijn rechten zoo be wust te zijn, zijn eer zoo hoog te wil len houden, dat het niet aarzelt naar het voorbeeld der vaderen te handelen en zijn belagers van het lijf en uit zijn erf te houden. Mogelijk, gelijk een ieder onzer vurig zal hopen, bphoeft dat alles niet te geschieden de onberekenbare kan sen van dezen wereldoorlog, de niet te onderkennen wisselvalligheden ook in het moderne krijgsbedrijf, de onna- speurlijkheden eener altoos werkzame diplomatie, dat alles baant den weg voor wellicht nog geheel andere uit komsten, dan die van te voren kun nen overzien worden, en waarbij de kansen, dat wij niet daadwerkelijk in het wereldconflict medegesleurd wor den, waarlijk niet gering behoeven te zijn. Daarom is het verwekken in ons land van een oorlogssteraming, gelijk thans hier en daar maar al te zeer blijkt, in zoo groote mate afkeurens waardig. Immers, door deze stemming Mij? Ja, u. Hoe dan? Met uw sterk gevoel van rechtvaar digheid zal het u zeker genoegen doen te vernemen, dat er een rechterlijke dwaling begaan is... die hersteld zal worden. Een dwaling? Een zeer groote zelfs. Gij zegt? Een zeer groote dwaling. En in welk land, als ik u vragen mag? In Frankrijk. Kort geleden? Ja, en neen, ongeveer zeven jaar. De president richtte zich verbaasd over eind. Gelukkig, vervolgde de advocaat, dat de waarheid aan het licht gekomen en ge constateerd is. Bazouges herademde, dan kon het ook de zaak van Marcilles niet betreffen, want dan zou de herstelling te laat komen, daar graaf Jan een prooi der haaien op de reede van Cayenne geworden was, en vriendelijk vroeg hij Wilt ge vanavond onze gast zijn, mijnheer Petitbon, mevrouw Bazouges zal verheugd zijn u ten harent te zien. Ik neem met genoegen haar vriende lijke uitnoodiging aan, mijnheer de presi dent. Mag ik hopen, dat gij mij dan zult mededeelen, welke groote ongerechtigheid er ontd -kt is, en hoe dit hersteld kan worden? Zooals gij verkiest, mijnheer de pre sident; en de advocaat nam met een be leefde buiging afscheid, en bepleitte even later met weinig overtuiging een twistzaak over een scheidingsmuur. De president hoorde afgetrokken toe; zijn gedachten waren elders. Het blauwe papier van het telegram ging van hand tot hand en telkens aan te wakkeren, moet ook het oor logsgevaar vermeerderen. "Wij zagen nog onlangs hoe het opwekken eener oorlogsstemming bij de Italianen, de oorlogskansen verhaast en een strijd doet uitbreken, die wellicht achterwege had kunnen blijven. Zulk een stem ming ook bij ons aan te wakkeren, staat gelijk met en moet in zijn mo gelijke gevolgen even gevaarlijk ge acht worden als het spelen met vuur. Daarvan behoort elk burger, die zijn land liefheeft, en het niet wil prijs geven aan de ontzettende gevolgen, zich niet alleen te onthouden, doch hij moet ook degenen, die blijk geven de in dezen tyd ons allen opgelegde zelf- beheersching te hebben verloren, kracht dadig tot de orde roepen, voor aleer het te laat mocht zijn. Yl. Ct. Ouitenland. Het voornaamste slagveld van Euro pa blijft nog altijd Galicië. De reus achtige veldslag voor de poorten van Lemberg wordt met weergalooze ver bittering gevoerd. Het is de tweede slag bij Lemberg; de eerste in Septem ber vorig jaar, liep zeer ongelukkig voor de Oostenrijkers af. Toen stonden zij alleen tegenover de Russen, die de overmacht hadden, thans zijn er ver moedelijk meer Duitsche troepen dan Oosteurijksche, die de Russen van het Oostenrijksche gebied willen verdrijven. Volgens het Oostenrijksche communiqué hebben de Oostenrijkers het westelijk deel van Grodek veroverd. Volgens Duitsche berichten hebben de Russen tusschen Grodek en Lemberg sterke verschansingen opgeworpen. Het slag front loopt nu van de Tanew-rivier in zuid-Polen, via Grodek naar den Dnjester. De hoofdaanval op Lemberg geschiedt van het westen uit door Mackensen; de Duitsch-Oostenrijksche legerkorpsen voor den Dnjestr, (Zuid- Oost Galicië) doen meer dienst als drij vers en opjagers van het Russische wild. Daar Oostenrijk gedreigd heeft de kathedralen van Milaan en Venetië door een luchteskader te laten bom bardeeren, heeft, volgens de Roma, de Paus een forschen brief aan Keizer Frans Jozef geschreven, waarin hij hem en de heele keizerlijke familie met de ergste vergeldingsmaatregelen dreigt, in geval deze eerbiedwaardige gebouwen van het katholicisme niet zouden wor den ontzien. De Paus is, volgens ge- als een der advocaten of der rechters den inhoud gelezen had, slaakte deze een kreet van verbazing en sloeg een medelijdenden blijj op den armen Bazouges. Toen eindelijk de beurt aan den procu reur, wien de promotie van den president de hoop op bevordering den bodem had ingeslagen, gekomen was, verspreidde zich een glans van levendige voldoening over diens eerlijk, open gelaat, dat de president zich spijtig op de lippen beet. Zeven jaren! van dien tijd af dateerde de zaak Marcilles, de misdaad van Orgères, waarover hij later zoo vaak had nagedacht, want niettegenstaande het voorzichtig stil zwijgen der heeren Besnou, en de geheim zinnigheid, waarmede zij hun nasporingen in 't werk stelden, wist de president heel goed, dat er gewerkt werd, om een her ziening van het vonnis ten voordeele van den veroordeelde van Laval te krijgen; en zou nu die gerechtelijke dwaling in een landstreek waar groote misdaden zoo zelden voorkomen, geen betrekking kunnen hebben op de misdaad te Orgères? Hoe langer hij er over nadacht, hoe vas ter het denkbeeld in zijn ziel wortel schoot! Hij had al meer dan eens gelegenheid ge had om op te merken, hij weinig hij bemind was, en nu kwam de zichtbire voldoening der advocaten, die hij vaak zoo lomp be handelde, en de glans van victorie op het gelaat van den procureur, van wien hij wist, dat hij zijn persoonlijke vijand was, deed zijn gevoel van onrust nog vermeer deren. Hij had wel twee tientjes willen geven, al was hij anders ook zeer vasthou dend om dat blauwe papier, dat zooveel vreugde onder de heeren opwekte, en dat de oplossing van het raadsel moest bevatten, eens ooder zijn oogen te hebben, maar nie mand bood het hem aan, en zijn waardig heid liet niet toe, er om te vragen. Intusschen ging de zitting voort; de kwestie van den scheidingsmuur liet hem koud; hij was ongerust en niet op zijn gemak, en kon een drukkend voorgevoel niet van zich afschudden. En juist dien avond moest er groote receptie bij den president zijn. Tweemaal in het jaar opende mevrouw Claire Athénais Bazouges, geboren Pitoche, haar salons, die men veilig kon aannemen, dat niet voor rekening van den staat ge meubeld waren, zooals de gebouwen van de onderprefectuur, voor de wereld van Mayenne. Da Bazouges waren nooit rijk geweest, en hadden zich nooit ruim kunnen bewegeD, zoodat de kleine woning van den president bijna armoedig ingericht was Ongelukki gerwijze wist Claire Athénais dit gebrek aan luxe niet door aangeboden lieftalligheid te vergoedenzij wist altijd wat azijn door haar vriendelijkheid te mengen, en gaf ook niet al te veel geld uit voor haar partijen, want al was zij trotsch als een pauw en praatziek als een papegaai, zij was tevens hoogst zuinig en 't is waarlijk geen wonder, dat al die onaangename eigenschappen het aantal harer vrienden niet vermeerderd hadden, of dat de ijverzuchtigen haar ooit de onrechtvaardige promotie hadden kunnen vergeven. De president wist dat zeer goed, maar zoolang de zaken goed gingen, was hij onverschillig voor de ijverzucht en den haat, die zijn despotisch karakter en zijn benoeming tot president hem op den hals hadden gehaald; nu echter vreesde hij, dat mocht hij ten val komen, allen zich ten zijnen koste zouden vroolijk maken. Hij zat als op heete kolen, en kon het aan het slot der zitting niet langer volhouden, maar wendde zich tot den griffier, die zich juist van toga en baret ontdeed, met de woorden: Een enkel woord, als 't u belieft. Besnou boog. Ik ben tot uw beschikking. noemd blad, besloten, ook voor de stengste maatregelen niet terug te dein zen. Volgens de Köln. Ztg. verklaart de Romeinsehe Tribuna, dat men te Kairo een belangrijk verraad van militaire geheimen ontdekt heeft. Het krijgsplan van de onderneming tegen de Darda- nellen is door een hooggeplaatst Grieksch personage, die officieel van het plan kennis droeg, aan Turkije medegedeeld. Daardoor was de militaire overheid in gelicht aangaande de troepenlandingen van de Engelschen en de Franschen en was het mogelijk, steeds op de juiste plaats met een overmacht op te treden. Te Kaïro neemt de verbittering tegen de Grieken toe. Een uitzetting van Grieken op groote schaal is op til. Te Alexandrië zijn al onlusten tegen de daar gevestigde Grieken voorgevallen. In de grensplaats Bocholt is men druk in de weer om binnenkort munitie voor 't Duitsche leger te kunnen maken. De benoodigde machines, in 't begin van den oorlog te Lodz, in Russiscb- Polen, in beslag genomen door de Duitschers, zijn al geplaatst. Geïnter- terneerde Russische burgers, die vroeger in de munitiefabrieken te Lodz en andere plaatsen gewerkt hebben, zijn reeds aangekomen en moeten deze ma chines bedienen. Het Russische ministerie van finan ciën heeft, naar de „Temps" meldt, voorgesteld een koffie-monopolie in te voeren, dat jaarlijks netto twintig mil- lioen roebel in de schatkist zou doen vloeien. Over de spanning tusschen Grieken land en Engeland wordt gemeld, dat onlangs ernstige Grieksche onlusten op het eiland Lemnos zijn uitgebroken, naar aanleiding van het hijschen der Engelsche vlag, hetgeen door de Grie ken voor een bewijs van annexatie werd gehouden. De opstand werd op bloedi ge wijze onderdrukt. De ijzerkooplieden Robert Hethering- ton en Henry Arnold Wilson, leden van de firma William Jacks Co., zijn Vrijdag te Edinburg tot zes maanden gevangenisstraf en een boete van 2000 pond sterling veroordeeld. Men weet, dat hun ten laste gelegd was, dat zij ijzererts, dat te Rotterdam was aange bracht, na het uitbreken van den oor log aan Krupp en andere Duitsche firma's hadden laten afleveren. Bewijs mij een dienst als 't u belieft. Gaarne. Zonder onbescheiden te zijn, welk nieuwtje deed daareven de ronde onder u? Waarlijk, ik durf het u niet zeggen. Zeg het gerust. Het betreft, zeide Besnou, terwijl hij zijn toga aan den kapstok hiDg, een van uw slachtoffers. Slachtoffers? riep Bazouges, hij nam den schijn aan zijn geheugen ter hulp te roepen, maar was inwendig al vast over tuigd, van wat hij te hooren zou krijgen. Ja, herinnert gij u Ik geloof niet, dat ik iemand's beul ben geweest. Jawel. Inderdaad? Moet ik uw geheugen ter hulp ko men Ja gaarne. In de groote zaak van Orgères, bij voorbeeld Orgères? Uw groote triomf. De graaf De Marcilles? Ja juist. Hij is dood. Gelooft gij dat? Al heel lang, antwoordde de presi dent, die moeite had om zijn kalmte te bewaren. Ik heb het ook geloofd, zoo goed als gij- En nu? Geloof ik het niet meer. Zoo! Ik ben even zoo zeker dat hij leeft, als ik vroeger zeker was van zijn onschuld. En wat bracht u op die gedachte? Lees dit, zeide Besnou, terwijl hij hem het blauwe papier overreikte. Cesar Bazouges doorliep den inhoud zijn gelaatskleur werd van rood, bleek, en IBL4D

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1915 | | pagina 1