Hel Land van Heusden en illena, de Langstraat en de Bomrueierwaard
LIEFIIE.
VASTHOUDEN
onze Meeding.
Comb. PEER k CLOPPENBURG,
Bij dit nr. behoort een Bijvoegsel.
V aderlandsliefde.
FEUILLETON.
Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden.
No. 3480. Zaterdag ÏO Juli
aan het beste
is een echt Hollandsche Karaktertrek.
Hierdoor laat het zich verklaren waarom
onze clientèle immer wêer den voorkeur
geeft aan
Magazijn voor Heerenkleeding
VOÜR
Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementsprijs: per 3 maanden f 0.75,
franco per post zender prijsverhooging. Afzonderlijke
nummers 5 cent.
Advertentiën van 16 regels 50 ct. Elke regel
meer 71/, ct. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdag
middag 12 uur ingewacht.
De liefde tot zijn land is ieder aan
geboren. Zijn land heeft men, ouder
geworden, ook lief gekregen om het
vele goede en schoone, dat het ons
aanbiedt. Zoo hebben wij ons ook lee-
ren hechten aan 't vele, dat ons tot
gewoonte, tot een onafscheidelijk deel
van ons bestaan is geworden. Zelfs in
kleinigheden, die we oogenschijnlijk
zonden kunnen missen, uit zich onze
gehechtheid aan het land, waar we zijn
geboren en onze opvoeding hebben ge
noten.
Wij alleen kennen de uitdrukking:
„hoe is hier alles anders 'an bij ons".
Zeker, in den vreemde waarder ren wij
in den regel eerst iecht, wat in het
gewone, dagelijksche leven ons van
weinig of geen beteekenis toeschijnt en
dat ons t.och het leven zoo kan ver
aangenamen. Zoodat genoemde uitdruk
king dan ook een veelomvattende be
teekenis heeft.
Zijn land heeft men lief. Dit wil
natuurlijk volstrekt niet zeggen dat men
blind moet zijn voor 't volle goede en
betere, dat een ander land ons aanbiedt.
Maar toch is er veel waars in het lied
je „Holland bovenal!,, Liever echter
zouden we, meer algemeen opgevat,
zeggen: „het vaderland bovenal".
Toch zij men met deze rechtsspreu-
ken voorzichtig. Want in den loop der
tijden hebben de opvattingen zich ge
wijzigd. Wat heel natuurlijk is, daar
wij allen product zijn van de omstan
digheden, zooals die zich door de ont
wikkeling hebben gevormd. Wat vroe
ger nog gangbaar kon zijn, kan het
nu niet altijd meer wezen. En dat wel
geheel of bijna geheel door wijziging
van verschillende factoren, welke wij
ziging we niet kunnen tegengaan. Zeer
terecht zegt zeker schrijver, in dit ver
band beschouwend „Nooit zag 'k in
onzen tijd nog menschen, die zich kleed
den met een vijgeblad".
Veel is uit den tijd. De wereldge
schiedenis is door den loop der om
standigheden slechts geworden wat zij
is. Vandaar dat het een ijdele vraag
is: wat er geschied zou zijn, als..De
loop der tijden bemoeit zich niet met
het veronderstellende a 1 s. Maar wel
zal de loop der tijden klaarheid bren
3)
„Gij verstaat mij, vrees ik, verkeerd.
Indien mijn vader niet door podegra ver
hinderd was geweest uit te gaan, zou hijzelf
tot u gekomen zijn om u namens mij ten
huwelijk te vragen."
„Uwe vrouw worden Ik riep zij uit,
terwijl een donkere blos hare wangen
kleurde.
„Hebt gij dan niet geraden dat ik u liet
kreeg?" vroeg hij op zachten toon: „Mij
dunkt, het was toch zoo licht verklaarbaar.
Ik zag u telkens vol engelengeduld met
Bertha bezigik won berichten naar u in f
een ieder bevestigde mij slechts in mijn
geestdrift voor u. Zelfs mijn vader, wien
ik het eerst mijne gevoelens toevertrouwde,
verklaarde aanstonds hoezeer hij met mijne
keuze ingenomen was. Indien gij er in toe
stemt mijne bruid te worden, dan zullen
wij ons vestigen in het oude huis, dat,
dank zij uw bijzijn, weer geheel zal her
leven. Ik bezit een onafhankelijk fortuin;
het zal u aan niets ontbreken om gelukkig
te zijn; een ieder zal u op de handen
dragen. O! ik bid u, slechts één woord, een
enkel woord van hoop."
Het jonge meisje, dat tegenover hem had
plaats genomen, wrong krampachtig de
handen ineen.
„Ik kan u niet zeggen, mijnheer" sprak
zij met haperende stem„hoezeer uw aan
zoek mij treft. Gij moet, beter dan iemand
anders, weten dat ik niets ter wereld bezit
en slechts van eigen arbeid leef.
Menige familie zou er tegen opzien een
eenvoudige leerares in haar midden op te
gen in veel, wat tot nog toe verborgen
bleef, of niet voldoende naar voren wordt
gebracht.
Zijn land heeft men lief. Yelen on
derschrijven deze gedachte, maar ver
geten wel eens haar algemeenheid. Door
bijeen te houden wat niet bijeen be
hoort, is al heel wat onheil gesticht.
De wereldgeschiedenis leert ons van
oorlogen, ter wille van onafhankelijk
heid en zelfstandig volksbestaan ge
voerd. Natuurlijk, vele geweldige bot
singen moesten komen, wijl alle ge
gevens aanwezig waren. En bet is, he
laas, een opmerkelijk verschijnsel dat
domheidsmacht of starheid van begin
selen zooveel ellende hebben gebracht.
Zijn land heeft men lief. Het volk,
dat het land der vaderen bewoont, dat
zijn bodem bebouwt en ten koste van
veel inspanning vruchten uit zijn schoot
haalt, heeft eigenaardigheden, waardoor
het zich van andere volken onderscheidt.
Gelijk de bergbewoner zich hecht aan
zijn bergen en geniet van de heerlijke
berglucht en zich op den duur niet
thuis gevoelt in de lage landen, zoo
zoo zal omgekeerd de bewoner van de lage
landen zich hechten aan de vlakke velden.
Wetten en verordeningen moeten zijn
overeenkomstig den volksaard, wil men
het geluk van het volk in zijn geheel
bevorderen. Karaktereigenschappen kan
men misschien door verschillende maat
regelen onderdrukken, ze uitrooien kan
men nooit. Wat natuurlijk niet betee-
kent dat de beschaving en ontwikke
ling, in goede banen geleid, geen groo-
ten invloed heeft ten goede. Elke on
derdrukking, door hoogere machten uit
geoefend, wreekt zich ten slotte o ver-
biddelijk.
In den loop der tijden zijn de machts
posities der verschillende, zoogenaamd
beschaafde volken ten zeerste gewijzigd.
Alles wisselt de tijd. De oplossing van
veel, wat om oplossing vraagt, moet
gevonden worden. Wat geslapen heeft
zal eindelijk ontwaken. En de slaper,
wakker geworden, moet op verstandi
ge wijze worden tegemoet gekomen.
Het ontwaakt bewustzijn moet op ver
standige en vooral op menschkundige
wijze worden geleid tot bereiking van
levensgeluk. Want per slot van rekening
moeten we toch allen zooveel mogelijk
het geluk des levens deelachtig wor-
den. En een ieder vindt het dan toch
zeker het best op eigen terrein, temid
den van veel wat hem lief is geworden.
ituilcnland.
Hoewel de oorlog tusschen Oosten
rijk en Italië nog niet veel resultaten
oplevert, moeten aan beide zijden toch
reeds ongeveer 50 000 dooaen en ge
wonden zijn gevallen. Het aantal ge
vangenen is niet bekend, althans hier
omtrent zijn geen betrouwbare gegevens
te verkrijgen.
Onlangs had eene verschrikkelijke
ontploffing plaats in Je munitie dyna-
mietfabriek te Ochtra, 6 K.M. van
Petersburg gelegen. Nadere bijzonder
heden zeggen, dat de schok zoo hevig
was, dat te Petersburg ontelbare vën-
sterruiten sprongen. Evenals bij een
hevig onweer hoorde men den donder
rollen en zag men bliksemflitsen door
de lucht klieven; hooge vuurzuilen
stegen ten hemel; het schouwspel was
verschrikkelijk. De fabriek en de sta
pelplaatsen werden vernield; de ma
chinerieën in het nabijliggend meer ge
slingerd de huizen in de omgeving
werden eveneens verwoestomstreeks
500 menschen werden gedood en 800
verwond.
Aan een door de Amerikaansche Ka
mer van Koophandel te Parijs gegeven
banket verklaarde minister Viviani:
Door de regeering van de republiek als
gast te noodigen heeft uw college de
nemendat gij en de uwen boven dat voor
oordeel verheven toont te zijn, daarvoor
alleen reeds ben ik erkentelijk. Ik zal het
mijn leven lang niet vergeten, en mij trotsch
rekenen waardig te njn geacht in uw kring
opgenomen te worden, maar daar waar men
zooveel ontvangt, mag men geen koper in
ruil voor goud geven, en slechts eene groote
liefde zou hier op kunnen wegen tegen alles
wat gij mij aanbiedt
Mark zag haar met een blik vol smarte
lijke ontroering aan.
„En" zeide hij langzaam: „gij wilt mij
stilzwijgend te kennen geven dat gij deze
niet voor mij gevoelt? Hoe zou het eigen
lijk ook anders kunnen? Gij hebt nooit
aan mij gedacht en kent mij ter nauwer-
nood. Mijn uiterlijk heeft ook niets dat u
voor mij kan winnenmaar ikze f draag u
zulk eene groote teederheid toe, dat ik er
'niet aan wanhoop u van lieverlede te doen
gevoelen hoe zoet het is oprecht bemind
te worden. Ik zweer u bovendien dat niets
mij te veel zal zijn om u gelukkig te ma
ken. Obeproef het slechts of gij niet lang
zamerhand aan mijrf bijzijn kunt gewennen.
Geef mij nog geen antwoord, zoo dat on
gunstig mocht zijn; wacht daarmede ten
minste nog eenige maanden. Laat mij een
weinig hoop."
„Ik zou het willen, mijnheer; maar is
het niet ridderlij ker u vooraf te bekennen
dat daarop geen kans bestaat Ik draag u
veel achting toe; de stap dien gij heden
doet is zoo belangeloos, dat ik u daarvoor
een ware vriendschap schenkmaar van
een warmer gevoel, vrees ik. dat nooit
sprake zal kunnen zijn, en zonder dat mag
ik uwe vrouw niet worden."
„Hebt gij dan iemand anders lief vroeg
de jonge man neerslachtig.
„Neen," antwoordde zij met een weemoe
dig glimlachje„en ik geloof zelfs dat ik
het leven door zal gaan zonder ooit het
gevoel gekend te hebben, dat zulk eene
voorname rol speelt in het leven der vrouw.
De ernst van het bestaan heeft zich daartoe
te vroeg aan mij opgedrongen. Ik heb geen
tijd tot droomen gehad."
„Maar die tijd zal voor u aanbreken,
zoodra elke zorg voor uwe toekomst ver
dwijnt. Ik bid u, zend mij niet geheel
hopeloos heen; onderzoek uzelve, en zie
gedurende eenige weken tenminste of gij u
niet met dat denkbeeld verzoenen kunt."
Helene had den moed niet deze bede af
te slaan, en zij beloofde hem over twee
maanden een beslist antwoord te zullen
geven, maar eischte tevens van hem dat
hij haar gedurende dat tijdsverloop niet
zou bezoeken en dat zij elkander alleen in
Bertha's tegenwoordigheid zouden weder
zien.
Toen hij haar verlaten had, vergat zij ge
heel en al aan het werk te gaan en bleef
in diep gepeins verzonken. Waarom had
zij zijn aanzoek niet vol dankbaarheid aan
genomen? Zonder een mooi mensch te zijn,
bezat Mark van Woensdrecht een aange
naam uiterlijk en was er veel edels en goeds
in hem. Hij verdiende ruimschoots de ge
hechtheid eener vrouw; zij gevoelde zelfs
vriendschap voor hem; waarom dan kon
zij niet besluiten hem naar het altaar te
volgen, en uit zijne hand alles aan te nemen
wat het leven zoetheid verleent?
Zij hield van hare jeugdige leerling;
Bertha's vader was een man die haar den
grootsten eerbied inboezemdemen zou haar
vol liefde in haar nieuwen familiekring
ontvangen, terwijl zij thans geheel alleen
op de wereld stond en dagelijks moest
vechten tegen den diepen weemoed, dien
het bewustzijn harer eenzaamheid haar
verspreidde.
En toch, toch
Was zijn vermoeden dan gegrond geweest
dat zij een ander liefhad? Maar hoe zy
gemeenschappelijke roem in herinne
ring willen brengen van de Ameri
kaansche en Fransche helden, die in
dertijd een broederbond sloten. Gij hebt
hulde willen brengen aan de edele natie,
die, trouw aan hare tradities, haar
grondgebied, huis en haard en haar on
afhankelijkheid verdedigt, waarvoor zij
reeds zoo vaak in het krijt trad. Gij
hebt ons volk niet lichtzinnig en lucht
hartig geloofd; gij staat niet verbaasd
nu het blijkt ernstig en sterk te zijn-
Gij hebt niet gemeend, dat onze mee.
ningswisseling als vrije mannen een
beletsel zouden zijn voor eendracht en
eenheid van wil. Gij hebt niet geloofd,
dat ons volk slechts in staat was tot
een enkel heldhaftig élan om daarna
plotseling weer ineen te zinken, gij, die
de schitterende eigenschappen van ons
volk kent en weet dat onze weerstand
het bewijs levert, dat deze tijd van be
proeving noch onze materieele noch
onze moreele krachten sloopt. Mocht
deze beproeving voortduren en de dagen
van strijd zich verlengen, weet dan,
dat Frankrijk niet uitgeput is en even
min berustend, maar gewapend en ge
organiseerd gereed staat en verlangend
is naar den strijd, zeker van overwin
ning met behulp van zijn onbedwing
bare bondgenooten, die dezelfde zaken
verdedigen.
De fabrikant Jean Ganss uit Fran-
ook in haar hart zocht, zij vond er geen
enkel mannenbeeld. Neen, de eenige aan
wien zij telkens dacht, was haar weldoener,
Paul Heil berg; maar zij zou het niet graag
gewaagd hebben hem te beminnen; hij
stond zoo onmetelijk hoog boven haar ver
heven, en daarenboven wist zij hem ver
loofd met eene andere, die vrij wat beter
bij hem voegde; neen, neen! Zijne herin
nering kon haar niet beletten te trouwen!
Zij zou dus in allen ernst beproeven wat
zij aan Mark beloofd hadhem beter leeren
kennen, en zichzelve onderzoeken om te
zien of hij geen veld won in haar hart.
Misschien zou zijne teederheid haar van
lieverlede winnen; zij hoopte het en toch
vreesde zij dat het nooit zou zijn. Enkele
dagen later keerde zij naar Bertha terug;
de heer des huizes had haar laten verzoe
ken voortaan na de les steeds thee te blij ven
drinken, en men ontving haar met even
veel hartelijkheid, alsof zij reeds deel uit
maakte van het gezin; zonder dat men
daarom op iets zinspeelde.
III.
Ook voor den volgenden Zondag werd
zij ten eten gevraagd bij de familie, en in
dien stillen, huiselijken kring, waar de
grootste eendracht heerschte, begon zij te
gevoelen hoe zoet het zij n moest een eigen
haard te bezitten, en hoe weinig eene vrouw
berekend is voor de zware taak geheel op
eigen wieken te drijven. Ja, Mark had ge
lijk gehad in zijn taktiek; indien zij dan
al niet teederder voor hem persoonlijk ge
stemd werd, zij geraakte onder de betoo-
vering van al wat hem omringde en was
als een verkleumd vogeltje, dat nalangde
winterstormen t$ hebben getrotseerd, zich
ten laatste onder de eerste stralen der len
tezon voelt ontdooien.
De jonge man geleidde haar dien avond
Hoogenstaenweg 22—24
's-HERTOGENBOSCH.
kenthal, die tot 255,000 mark boete is
veroordeeld, omdat hij voor de Duit-
sche verdedigingsbelasting valsche op
gave van vermogen en inkomen had
gedaan, had in Januari 1914 zijn ver
mogen als 737,265 mark opgegeven,
terwijl 't belastbaar vermogen 1,819,464
mark bedroeg; en zijn inkomen op
80,347 mark, terwijl het 163,205 mark
bedroeg. Zijn aanslag in de belasting
werd 6159 mark, terwijl het 18,909
mark had moeten zijn. Voor de ont
doken 12.750 mark moet hij nu 255,000
mark betalen.
Holt, die beproefde Morgan te ver
moorden, doodde zich door uit het raam
in zijn gevangenis te springen ter
hoogte van 15 meter.
Men neemt aan dat Holt eigenlijk
Müller heet en vroeger als professor
in het Duitsch aan de Harvard-univer-
siteit onder verdachte omstandigheden
verdween na den dood van zijn vrouw
in 1906.
De gevangenis-geneesheer is over
tuigd dat zijn geestvermogens gekrenkt
waren.
Volgens een ander bericht zou Holt
zich met een revolverschot van het
leven hebben beroofd.
Telegrammen uit Rome maken gewag
van'n uitbarsting der Vesuvius, die ge
paard gaat met onderaardsch gerommel.
als naar gewoonte huiswaarts, en zeide op
straat plotseling:
„Het is waar ook, Helene, ik vergat ge
heel en al u te vertellen dat een uwer
vrienden door een groot ongeluk is getrof
fen."
„Een mijner vrienden herhaalde zij
ongeloovig„Ik heb er geen buiten u en
de uwen
„Wij hopen spoedig meer dan vrienden
te zijn," sprak hij teeder: „maar gij hebt
mij immers vol geestdrift gesproken van
den schilder Heilberg? Hij was u vroeger
behulpzaam, niet waar?"
„Ja, maar ik sprak hem slechts eens, en
waarschijnlijk herinnert hij zich mijner
niet. Ik hoop toch niet, dat gij hem be
doelt
„Ja. Hij moet plotseling blind zijn ge
worden."
Het jonge meisje ontstelde en vroeg
haastig
„Zijt gij daar wel zeker van Hij is nog
zoo jong, en geen week geleden nog zag
ik hem op de tentoonstelling van oudheden."
„Het is dan ook een noodlottig toeval
geweest. Een zijner kennissen moet hem
bezocht hebben, en zijn nieuwjachtgeweer
hebben bekeken, de lading ia onverwacht
losgebrand, ik weet niet juist hoe, en hij
heeft er het gezicht bij verloren. Misschien
is het linkeroog te redden maar het rech
ter is in elk geval verloren."
„Dat is een vreeselijke ramp, ook voor
de kunst."
„Gelukkig voor hem, dat hij op het punt
staat zulk een rijk huwelijk te aluiten. Hij
was nog te jong om geld over te hebben
gelegd, en zijne eenige broodwinning is
daarbij voor goed verspeeld."
Wordt vervolgd)
1915.