voor Het laud van Ifeusden en Altena, de Langstraat en Bommelenvaard.
lil Oorlogstijd.
LIESJE VAN DEN LOMPENMOLEN,
Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden.
iVo. 3402Zaterdag 21 Augustus 1013.
Bij dit nr. behoort een Bijvoegsel.
FEUILLETON.
Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementsprijs: per 3 maanden f 0.75,
franco per post zender prijs verhooging. Afzonderlijke
nummers 5 cent.
Advertentiën van 16 regels 50 ct. Elke rege
meer 71/, ct. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdag
middag 12 uur ingewacht.
't Ligt niet in ons voornemen in
helle kleuren een schril tafereel op te
hangen van alle ellende, die wij in
deze ongelukkige tijden beleven.
Wat wij op het oog hebben is een
boek van den bekenden Zuid-Neder-
landschen kunstenaar Stijn Strsuvels,
waarin hp, open en bloot, in den vorm
van een dagboek, zijn aandoeningen
en ervaringen der oorlogsmaanden be
schrijft.
In dat boek treffen ons uitingen als
deze
30 Juli 1914: Wij beklimmen het
hoogste punt van den Kluisbergen
op de kruin neergevleid, waar heel
Vlaanderen en het Walenland als een
kleurenbord voor ons open ligt, maken
wij beschouwingen ovei den oorlog, en
de mogelijkheid wordt besproken om
van hieruit een veldslag te zien
De verbeelding gaat een gangen
de heerlijkheid van het grandiose
schouwspel wenscht het verlangen
naar de werkelijkheid, om inderdaad
de legerscharen te zien op-ukken, om
van den aanblik te genieten en door
ondervinding te weten wat eigenlijk
een aanval is en wat een artilleriege
vecht te beteekenen heeft, hier uit de
hoogte gezien.
Ziedaar, een uitdrukking van iemand,
die zeer zeker staat in de voorste ry
der hedendaagsche Vlaamsche letter
kundigen.
Als de naam van Stijn Streuvels
ons niet behoedde voor de te maken
gevolgtrekking, zouden we moeten
concludeeren dat dit een uiting is van
iemand, die lijdt aan leegte der ziel
dezulken toch scheppen behagen in
alles wat buitengewoon is, ook al mede
omdat hun de zoo noodige afwisseling
ontbreekt.
Het schijnt dus dat we moeten aan
nemen dat de stilte van het landleven
dat de auteur zoo meesterlijk in een
artistiek licht weet te stellen, hem
parten heeft gespeeld. Misschien was
de kunstenaar getroffen door het bui
tengewone, terwijl de mensch niet be
sefte wat zou gebeuren in al zyn af
schuwelijke wreedheid.
Zieleleegte.
Hoe minder afwisseling in het da-
Vertaald door B.
9)
Veertien dagen waren sind.- dat Pinkster
feest verstreken. De rozen in den tuin van
Erving bloeiden en de vogels kweelden hun
hoogste liederen uit.
Zeer dikwijls had Liesje in dien tus-
schentijd d en weg naar het slot afgelegd,
ofschoon zij gemeend had dien slechts zel
den meer te zullen betreden. Maar Nelly
was ernstig ziek geweest en de oude Hen
drik had haar, op verlangen van de patiënte,
bij haar ziekbed gehaald. Uren achtereen
had Liesje in het hooge, sombere vertrek
gezeten en de van koorts gloeiende hand in
in de hare gehouden.
Op het kasteel was gedurende die twee
weken veel voorgevallen.
Army was van een kort bezoek aan tante
Stoiheim teruggekeerd en had haar toe
stemming gekregen, terwijl van Blanka's
vader een in de vriendelijkste bewoordingen
gesteld schrijven was ontvangen, waarin hij
het jonge paar zijn zegen schonk. Army
had zijn verloofde een keurig équipage ten
geschenke gegeven. Zijn rijpaard, dat er
voor werd gespannen, gedroeg zich in het
begin wel een beetje wild, doch Blanka
was een soldatenkind en kende geen vrees.
Zij was weder de beminnelijkheid zelve ge
worden en had uit eigen beweging verklaard,
dat zij haar drift van dien avond hunner
verloving ten hoogste betreurde, doch dat
het de schuld was van het onweder, dat
haar altijd zenuwachtig maakte.
Army was de gelukkigste verloofde, dien
gelijksche leven, des te meer belang
stelling voor iets, dat als buitengewoon
wordt beschouwd. Op een dorp of in
een stil plattelandsstadje zal iets, dat
afwijkt van het gewone, dadelijk de
aandacht trekken. Een ongewoon ge
kleed voorbijganger zal voor menschen
in een stille straat wonende, urenlang
de stof opleveren voor allerlei beschou
wingen. En als de opgeschoten straat
jeugd er dan nog bij te pas komt, is
het relletje voor goed ontstaan en is
de stof voor conversatie ruimschoots
aanwezig voor die menschen.
Ledigheid is [des duivels oorkussen.
Wij kennen ze allen, de straatslij-
pers van professie, gestokt en gedast,
die, door de omstandigheden daartoe
in staat gesteld, echte parasieten der
samenleving, toch iets moeten doen
om hun vrijen tijd dood te slaan.
Voor hen is, bij alle zieleleegte, een
hollend paard, een paar kyvende vrou
wen, een omgeslagen auto, een gebeur
tenis in het zoogenaamde bestaan.
Wilt ge de bijzonderheden weten van
dergelijke gewichtige gebeurtenissen,
vraag er dan onze wandelaars maar
naar. Tien tegen één, dat ge niet ver
geefs aanklopt.
Nu moeten we niet meenen dat die
professioneele straatslijpers menschen
zijn, die behagen scheppen in auderer
leed of ongeval. Och neen, het kunnen
beffe brave menschen zijn. Alleen de
verveling speelt hun parten. En de
behoefte aan afwisseling, om voedsel
voor geest en verbeelding te garen,
doet hun overal bij zijn. Zoodat we
dit verschijnsel ook wel aantreffen bij
hen, die hun gewone, alledaagsche
sleurleven leven en niet geleerd heb
ben het persoonlijke bestaan te ont
dekken en te ontginnen.
Men moet en kan dezulken veel
toegeven en vergeven. Want de toe
vallige omstandigheden, waarin iemand
geplaatst is, zijn voor zijn leven door
gaans beslissend, en dat leven zoekt
uiting op verschillende wijze, die, na
tuurlijk, niet altijd even waardig is.
Opmerkelijk is het, dat in den regel
groote gebeurtenissen het waardigst
worden gedragen. Aan tijden van oor
logswee, van besmettelijke ziekte, die
het land teistert, weet men zich in
den regel wonderlijk wel aan te pas
sen. Buitengewone natuurverschijnselen
vat men gewoonlijk op als onvermij
delijke feiten. Men zal trachten te
men zich denken kon, tenminste zoo kwam
het Liesje voor. Hij kwam dikwijls aan
het ziekbed zijner zuster en zijn gelaat
straalde steeds van geluk en trots, wanneer
hij haar een groet bracht namens zijn
verloofde.
Deze was slechts ééns in de ziekenkamer
verschenen, maar haar tegenwoordigheid
had het jonge meisje zoo zenuwachtig ge
maakt, dat zij, toen Blanka haar verliet,
in hevig snikken uitbarstte.
Laat haar toch niet spoedig weerkomeD,
klaagde Nelly. Mij wordt het zoo angstig te
moede in haar nabijheid en de geur van
parfumerieën, dien zij verspreidt, veroor
zaakt mij altijd hoofdpijn.
Van Liesje had Blanka niet de minste
notitie genomen. Grootmama kwam nooit
in de ziekenkamer, zoolang zij wist, dat
Liesje daar vertoefde en Sanna mompelde
zoo iets van eigenzinnigheid, en dat zij
evengoed een zieke kon verplegen, als het
domme meisje van den lompenmolen. Dat
is weer zoo'n idee van de jonge barones!
Toen Hendrik met de boodschap was
gekomen, of juffrouw Liesje op het slot wilde
komen ter verpleging van freule Nelly, had
hij tevens de familie Erving in kennis ge
steld met de verloving van zijn jongen
meester.
Thans begreep tante Mie de droefheid
van haar lieveling, doch niettemin was haar
een steen van het hart gewenteld, „Een
liefde, die niet beantwoord wordt, sterft
spoedig aan verval van krachten" had zij
gefluisterd en een welgemeend „Goddank"
was er op gevolgd.
Eindelijk was het herstel ingetreden. Voor
de geopende ramen lag Nelly op de sofa,
met welgevallen de frissche boschlucht in
ademende. Zij richte dankbare blikken op
Liesje, die naast haar zat en met baar
praatte.
Er bevond zich niemand bij de beide
herstellen wat vernield en verwoest is
en de menschelijke hulpvaardigheid
viert dan haar hoogste triomfen.
Een treffende tegenstelling dus tus-
schen het buitengewone in zijn ver
schillende phasen.
En niet altijd zal het ons gelukken
de roerselen der menschelijke ziel te
ontdekken.
Hetgeen tot voorzichtigheid maant.
Buitenland.
Aan de Fransche bladen wordt ge
meld, dat de Duitsche vlootvereeniging
een oproep aan haar leden heeft ge
richt, om 5000 met machinegeweren
gewapende motorbooten ter beschik
king van de regeering te stellen.
De „Osservatore Romano meldt,
dat de moeilijkheden tusschen Enge
land en Duitschland inzake de aan
sporing door den Paus tot uitwisse
ling van geheele invalide krijgsge
vangenen, thans gelukkig overwonnen
zijn.
Engeland stemt er in toe, de be
manningen van duikbooten als ge
wone krijgsgevangenen te behandelen.
Duitschland keurt het voorstel goed.
De Britsche regeering betuigde den
Paus haar warmen dank.
De wanhopige tegenstand, hoe krach
tig ook, die de Russen op verschillen
de fronten bieden, kan niet beletten,
dat de verbonden legers overal voort
rukken.
In de ruimte tusschen Weichsel en
de Boeg, waarin de legers van prins
Leopold van Beieren met snelle op-
marschen in oostelijke richting opruk
ken en den Boeg reeds overschreden,
heeft Von Mackensen bij zijn opmarsch
in noordelijke richting den Boeg bijna
bereikt, terwijl zijn rechtervleugel den
Boeg reeds overschreed.
Zoo wordt dus de positie der Rus
sen in Brest-Litowsk van twee kanten
bedreigd.
In het noorden rukken de Duitschers
bij Drogitsyn, in het zuiden de Oos
tenrijkers bij Wlodawa over den Boeg.
De omtrekkende beweging naar Brest-
Litowsk wordt dus voortgezet.
De meening van sir Edward Grey,
dat nog deze week een beslissende slag
zal worden geleverd bij die otad, begint
een kans van waarheid te kr gen, in
dien tenminste de Russen daar den
slag zullen aanvaarden, en den terug
tocht niet verder voortzetten.
De mogelijkheid voor esn terugtocht
naar het noorden, in de richting Wil-
vriendinnen, want er was bezoek op het
slot. Blanka's vader was gekomen om met
de familie de noodige voorbereidselen te
treffen voor het huwelijk.
Eensklaps klonk het geluid van stemmen
en hoefgetrappel tot de ziekenkamer door.
Hoor, zij komen van den wandelrit
terug I zeide Nelly. Kom, Liesje, dat moeten
wij eens zien!
Eenigszins langzaam, daar haar krachten
nog niet ten volle waren wedergekeerd,
stond zij op en trad aan het venster. De
geheele familie was op het slotplein bijeen.
Blanka zat nog te paard in haar lang, zwart
amazonenkleed, het kleine hoedje met den
zwarten veder op het goudblonde haar. Het
paard was onrustig, doch zij zat vast in
den zadel en klopte het edele dier lief -
koozend op den hals. Army was reeds van
zijn goudvos gesprongen en maakte zich
gereed zijn verloofde bij het afstijgen be
hulpzaam te zijn. Haar vader naderde, druk
gesticuleerend, tusschen de beide baronessen.
Nelly's moeder blikte op naar het venster,
waarachter de beide meisjes stonden, en
groette vriendelijk naar boven. De oude
barones keek onverschillig, zonder te groe
ten, doch de kolonel bleef staan, nam be
leefd zijn hoed af en glimlachte. Toen
hoorden zij, dat hij vroeg wie die onbe
kende jonge dame was, doch het antwoord
konden zij niet verstaan.
Een poosje later duidde een luid gesprek
in de belendende kamer aan, dat het ge
zelschap was binnengetreden. Liesje hoorde
duidelijk den ouden heer Derenberg zeggen
Het spijt mij, mevrouw de barones, dat
die zaak zoo weinig in uw smaak schijnt
te vallen, intusschen
Schijnt zij u meer te behagen, kolonel,
viel de oude barones in de rede.
Pardon, ik kom slechts als gemach
tigde van gravin Stontheim, doch wil niet
ontkennen, dat het ook mij zóó het raad-
naDunaburg, bestaat nog, Jmaar de
kans dat ook die afgesloten zal wor
den, neemt nu toe, nu ook Kowno ge
vallen is, en de beweging der Duit
sche legers naar Wilna kan worden
voortgezet.
Bovendien schijnt de val van Neo
Georgiëfsk aanstaande en moet aange
nomen worden dat Ossowits het nu
ook niet lang meer zal kunnen uit
houden.
Tegen Krupp's 42 cM. geschut eu de
zware Oostenrijksche houwitsers blijkt
geen vestingwerk bestand, zoodra die
vuurmonden dicht genoeg erbij ge
bracht en behoorlijk opgesteld kunnen
wordende onstuimigheid der Duit
sche stormaanvallen doet voorzeker het
overige.
Kowno was wellicht de sterkste
vesting van het Russische rijk, en
heeft ook geruimen tijd aan de bele
geraars weerstand geboden.
Het werd niet alleen door een gor
del van forten omringd, maar de lig
ging was uiterst sterk.
De stad ligt ten oosten van de sa-
menvloeing der belangrijke zijrivier
Wilna met de Njemen; ten zuiden
vloeit de Jesja in de groote rivier en
vlak bij de westelijke forten mondt
een andere kleine zij vier, de Newjasja,
uitde vesting ligt dus als het ware
in een knooppunt van rivieren en wat
dat voor belemmeringen oplevert tegen
een aanval vooral uit het westen in
dit geval dat kan men zich bij
deze moderne verdedigingsmethoden
voorstellen.
Niet zoozeer het bezit van deze ves
ting zelf komt er intusschen het meest
op aan voor de Duitschers, maar de
gevolgen. Wilna ligt nu voor hen
open, op nog geen 100 KM. afstands.
En Wilna is niet alleen, met het
reeds veroverde Warschau en het sterk
bedreigde Riga, de voornaamste stad
van westelijk Ruslandhet is tevens
het belangrijkste spoorwegknooppunt,
daar er niet minder dan zes lijnen
samenkomen.
De verliezen der Turken in den
laatsten slag op Gallipoli bedragen
27.000 man. De Turken zijn bezorgd
over de staking van den doorvoer van
schietvoorraad, waartoe Roemenie en
Bulgarije nu zijn overgegaan.
Het Hamburger Fremdenblatt meldt
dat de regeering te Petrograd een aan
schrijving heeft doen toekomen aan de
provinciale gouverneurs, waarin wordt
bevolen, kostbaarheden enz. uit plaat
sen die in gevaar zouden kunnen ko
men, niet meer als tot dusver
zaamst toeschijnt. U moet mij toegeven,
dat Army nog te jong en te onervaren is,
om uit den warboel neem mij het woord
niet kwalijk, mevrouw de barones te
geraken, waarin de bezittingen van Deren
berg verkeeren. Daartoe is een bekwaam
landhuishoudkundige noodig, ten minste
wanneer het ons gelukken kan de ver
vreemde goederen weder terug te koopen.
Het bosch, bijvoorbeeld, is zoo goed als
verloren. De tegenwoordige eigenaar, een
fabrikant hier in de buurt boe beet hij
ook weer? zal het onder geen enkele
voorwaarde willen afstaan, en wat is zulk
een landgoed waard zonder bosschen?
Zou Erving het bosch niet willen van
de hand doen? riep de oude barones uit.
Ha ha, dan kent u hem slechtBij derge
lijke lieden komt het er slechts op aan,
hoe hoog het bod K Om een kleine winst
verschachert dat volk zijn zaligheid. Ik
wed met u, wat gij wilt. Bied hem maar
iets meer en het bosch is uw eigendom.
U zoudt de weddenschap verliezen,
barones. Hellwig heeft hem, op last van
graviD Stontheim, reeds gepolst, doch een
weigerend antwoord ontvangen. Overigens
De oude dame viel hem luid lachend in
de rede.
Misschien hebt u toch wel gelijk,
Derenberg, want deze parvenu haat, zooals
alle zijn gelijken, den adel en ons in het
bijzonder. Plebaglio! voegde zij er verach
telijk in hare moedertaal bij.
Overigens, ging de kolonel met ver-
beffing van stem voort, stel ik er geen be
lang in, te weten op welken voet u met
dien man staat. Ik wil er slechts alleen op
wijzen, dat de verwarring in de nalaten
schap van wijlen uw zoon schrikbarend is.
Woekeraars, makelaars, onderhandsche ver
koop, eerste, tweede, derde en vierde hypo
theek en de hemel weet, wat nog meer.
Kort en goed, gravin Stontheim acht
op te zenden naar Petrograd, doch naar
Moskou.
De begrootingscommissie uit den
Dnitschen Rijksdag, heeft de maatre
gelen voor het nieuwe oorlogsjaar be
sproken.
Minister Delbruck heeft o. m. ver
klaard
Tengevolge van de aanvankelijke
onderschatting der aanwezige voorra
den en groote spaarzaamheid is aan
het einde van het vorige oogstjaar een
onverwachte overvloed van aardappelen
gebleken. De rijkscommissie voor de
voorziening der aardappelen heeft der
halve meer dan 10 millioen centenaars
aan gemeenten, atijfselfabrieken, droge
rijen en branderijen kunnen verstrek
ken. De voorziening van aardappelen
is voor de toekomst verzekerd.
Het graanoverschot van het vorige
oogstjaar bedraagt 7 millioen dubbele
centenaars, de nieuwe oogst zal waar
schijnlijk 50 millioen opbrengen. Daar
van is voor de voeding der bevolking
ten hoogste 15 millioen noodig, voor
zaaigraan 7 millioen, zoodat 28 mil
lioen dubbele centenaars voor veevoe
der beschikbaar blijven.
Ook aan vleescb zal geen gebrek zijn
en het gewone suiker verbruik is door
dezen oogst mede verzekerd.
Op de Chineesche kust heeft een
verschrikkelijke storm gewoed, waar
door alleen in Kanton 10.000 men
schen om het leven zijn gekomen.
Op de Woesoengrivier zijn 50 groote
schepen vergaan.
Vijf zoons van den landeigenaar
Penner uit het dorp Zalldorf in Saksen
zijn gesneuveld. De zesde en laatste
zoon heeft nu dienst genomen, zeg
gende „of naar de overwinning of naar
mijn broeders".
Uit Londen wordt dd. 18 Augustus
geseind
Naar het persbureau meldt, hebben
Zeppelins in den afgeloopen nacht een
bezoek gebracht aan de oostelijke
graafschappen, waar zij bommen wier
pen. Zij werden door de afweerkanon-
nen beschoten. Men gelooft dat er een
Zeppelin geraakt werd. De luchtpatrouil
les waren weliswaar in de weer, doch
de atmosferische omstandigheden wa
ren moeielijk, zoodat de luchtschepen
konden ontkomen. Eenige huizen, als
ook een kerk en andere gebouwen
kregen schade.
Naar gemeld wordt, zijn de slacht
offers 7 mannen, 2 vrouwen en 1 kind
gedood, 15 mannen, 18 vrouwen en 3
kinderen gekwetst.
het beter, alles te laten zooals het is. Zij
wenscht, zooals ik straks raeds de eer had
u te zeggen, dat Army ook na de bruiloft,
die in den herfst is bepaald, in dienst blijft.
Zij zal het jorige paar ruimschoots van
middelen voorzien en mocht later blijken,
dat Army inderdaad aanleg heeft voor
grondbezitter, dan zal zij hem een landgoed
koopen, dat onmiddellijk in staat is,
winsten af te werpen. Het slot zijner voor
vaderen blijft Army's eigendom natuurlijk
en kan nog altijd dienst doen als een aan
genaam zomerverblijf. Nietwaar Army,
jij zult nog wel 'n tijdlang den uniform
willen blijven dragen.
Zeker oom, ik moet mij onderwerpen,
doch ontkennen wil ik niet, dat het mij
zwaar valt, de gedachte, op Derenberg te
blijven wonen, te moeten laten varen. Zij
was altijd mijn lievelingsidee.
Doch de m ij n e niet, viel Blanka hem
haastig in de rede. Ik ben het in alle op
zichten met tante Stontheim eens. Dat heb
ik onlangs ook reeds verklaard.
Je weet niet, antwoordde Army met
bevende stem, welk een betoovering zulk
een stamslot uitoefent. Jij kunt het niet
weten, want je hebt nooit dat trotsche ge
voel gekend, den voet op eigen bodem
neder te zetten. Mij zal de verandering zeer
smartelijk vallen, geloof mij
Om 's Hemels wil, riep de jonge damt
uit, nu wordt hij waarlijk sentimenteel
Ik begrijp niet, hoe men zóó gehecht kar
zijn aan een oud ratten- en uilennest! Mi
komt de kleinste villa in onze residents
duizendmaal aanlokkelijker voor, dan di
vervelende, verlaten
Stil kinderen 1 sprak de kolonel, laa
ieder zijn meening voor zich houden. Jij
Blanka. hangt evengoed van tante Ston;
heim af, als Army. Laten wij dus over di
zaak niet langer twisten.
Wordt vervolgd.)