voor Hel Land van Heusden en Altena, de Langstraat en de liommelcrwaard. LIESJE1 DEN LOMPENMOLEN. Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden, /Vo. 3301. Woensdag 22 September 1013. FEUILLETON. Unb Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG. Abonnementsprijs: per 3 maanden f 0.75, franco per post zender prijs verhooging. Afzonderlijke nummers 5 cent. Advertentiën van 16 regels 50 ct. Elke rege meer 71/* ct. Groote letters naar plaatsruimte. Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdag^ middag 12 uur ingewacht. De wereldoorlog, die op eenmaal aan zoovele verhoudingen in het leven der volken een gansch ander aanschijn schonk, en die zooveel wat recht stond onderstboven keerde, heeft ook in economisch opzicht een geweldigen omkeer in den staat van z iken ge bracht. Terwijl aan den eenen kant het geheele bedrijfsleven van tal van rij ken stilstaat of grootendeels belemmerd wordt, waardoor de economische draag kracht zich aanzienlijk ziet inkrimpen, hebben de financieele eischen, door de oorlogsuitgaven gesteld, een reusachti- gen druk op datzelfde verzwakte draag vermogen der naties gelegd. Het is deze wanverhouding tusschen „kunnen" en „moeten" in het econo misch leven der verschillende landen, die tot uitdrukking komt in het aan merkelijk verlaagd crediet dier landen, hetgeen op zijn beurt met het sterk verlaagde koerspeil der betrokken staats fondsen aan den dag treedt. Waar blijkens de jongste opgaven de oorlog aan de Engelsche schatkist per dag een uitgave van 42 millioen gulden, van de schatkist van Duitsch- land in dezelfde 24 uur 40 millioen gulden vordert, terwijl de oorlogson- kosten der andere oorlogvoerende lan den alle naar verhouding zijn, daar spreekt het vanzelf dat het normale evenwicht tusschen de ontvangsten en de uitgaven van al die rijken gan- schelijk verstoord is. Slechts door het aangaan van milliarden-leeningen kan aan dien van dag tot dag hooger stij genden geldnood, althans voor het oogenblik, tegemoet gekomen worden, terwijl aan later tijd de zorg wordt overgelaten, hoe uit dien ontzaggely- ken schuldenlast te geraken. Het is alleszins begrijpelijk, dat te midden dier reusachtige verwoesting van wereld kapitaal, ook de economi sche gesteldheid der onzijdig gebleven landen den weerslag in meerdere of mindere mate ondervindt der alom in getreden verlaging van den volkswel vaart. Ook ons land heeft al aanstonds bij het uitbreken van het wereldconflict, zijn deel in de algemeene teruggang der welvaart ernstig ondervonden naar mate de oorlog zich in voortgang had zien toenemen. De uitgaven ten behoe ve van het Rijk zijn ontzettend ge stegen tengevolge van den langdurigen mobilisatie-toestand, welke uitgaven deels rechtstreeks dienen voor militaire doeleinden, anderdeels worden aange wen! ter bestrijding van de maat schappelijke gevolgen uit den mobili satie-toestand voortvloeiend. Wordt door het ministerie van oor log op reusachtige bedragen uit 's lands middelen beslag gelegd voor het te velde en op voet van oorlog houden dier honderdduizenden manschappen, ook door het ministerie van landbouw handel en nijverheid wordt aanspraak gemaakt op millioenen ter bestrijding van den druk, waaronder de bevolking voor een zeer groot deel zucht als gevolg van de groote economische crisis, tweeling-zuster van den Euro- peeschen oorlog. Onze regeering tracht daarbij het economiche leven in ons land zooveel mogelijk in rechte banen te voeren of te houden, en steunt in velerlei op zicht den handel en de industrie. Daarnevens wordt zoo goed als mo gelijk is te gernoet te gekomen in de reusachtige stijging van tal van levens behoeften, terwijl ook de omvangrijke moeilijkheden uit een wijd om zich heen grijpende werkloosheid bestreden worden en hare gevolgen worden ver zacht. Dat alles gaat gepaard met reus achtige uitgaven, die, naar mate de ellendige toestand, in de geheele we reld thans ingetreden, voortduurt, eer toe- dan afnemen zullen. Dat aan de schatkist daardoor zeer zware eischen worden gesteld, ligt voor de hand, en hoe betreurenswaard dat alles ook moge zijn, wij hebben er ons, noodge drongen bij neder te leggen, beden- kende hoe wij, tot dusver, aan nog veel zwaardere rampen zijn mogen ontkomen. Teneinde den staat der rijksinkom sten in overeenstemming te brengen met dien der rijksuitgaven, kan het niet anders of de eerste moeten aan- zienlijk toenemen, en daarvoor is slechts een uitkomst mogelijk: belas;iug-ver- 'nooging. Ook hiertegen kan rederlij- kerwijze weinig ingebracht worden. Alleen hebben wij recht daarop, dat door de gestelde machten de nieuwe, 19) Dan zou ik genoodzaakt geweest zijn, zonder die toestemming te huwen, ant woordde hij koel. In zulke dingen schertst men niet. Zij heeft mij haar woord ge geven en ook haar ouders zouden hoogst waarschijnlijk zich er niet tegen verzet heb- hen, indien zij niet wilden verhinderen, dat hun kind zou moeten verblijf houden in het huis waar hun oude vijandin troont en die zijt gij, grootmama! Ik? I De barones sprong driftig op. Bespottelijk! Mij waren die lieden totaal onverschillig tot op heden. U hebt de kleine nooit mogen lijden, hield hij vol. Neen, omdat ik het niet passend vond, dat zij met Nelly omging, als ware deze hsars gelijke. Een oogenblik bleef het stil in het vertrek. 'De hertog zal mij niet vergeten heb ben, Army, sprak de oude dame. Ik hecht geen geloof aan zijn bereid willigheid, antwoordde Army, maar in het gunstigste geval zou het nog slechts een droppel water op een gloeien den steen zijn Mij blijft geen andere uitweg over dan Amerika. Eensklaps voelde hij plotseling, dat een hand op zijn schouders gelegd werd. Army, klonk de zachte stem zijner moeder, wat zegt ge? Wil je weg... weg? Hij schrikte en trachtte haar gerust te stellen, dooh de roodgeweende oogen zagen hem uitvorschend aan toen sloeg hij de de zijne neder en wendde zich af. Cornelia, je weet dat ik dat zachte, onhoorbare binnensluipen niet verdragen kan, berispte haar schoonmoeder, doch Cornelia lette er niet op. Haar hart stond stil bij dat enkele woord: Amerika. Almachtige God, is er dan niemand, lie ons helpen kan? Ik sterf als je ons verlaat. Dat is het laatste, het zwaarste! Ween niet, mama, beangstig u niet, zeide Army, zonder haar aan te zien. Ik blijf Neen, neen, ik weet wat je doen wilt. Je zult heimelijk heengaan, zonder afscheid te nemen. Eens zal ik 's ochtends ontwaken en geen zoon meer hebben. Kan je dat van je verkrijgen, Army, waar je weet, dat je mij nooit zult wederzien? Is er dan geen uitweg meer? Mijn hemelriep Army uit, maak zoo goed mogelijk over allen verdeeld wordt. Daar zijn toch ontelbaar velen die waarlijk geen stijver aandraaien van de belastingschroef meer zouden kunnen verdragen, zonder zich ernstig in hun bestaansvoorwaarden bedreigd te zien. Bij tienduizenden immers zijn ze te tellen, die tengevolge der mobilisatie en de heerschende werkloosheid, reeds zeer in hun economisch weerstands vermogen geschokt zijn. Reeds zullen tal van dezen in gebreke moeten blij ven aan hun gewone verplichtingen jegens den staatdoor die verplichtin gen nog grooter te maken zou de staat en zichzelf en hen bovendien niet an ders dan een kwaden dienst bereiden. Het zal daarom een vraagstuk van omvattende en verre strekking zijn, dat opgelost dient te worden, wil de nieuwe belastingdruk naar behooren over de schouders verdeeld worden van hen, die daartoe het best in staat zijn. Een belasting derhalve naar draag kracht en toepassing met een groote omzichtigheid en kennis van zaken, zij de leuze, wil men de crisis niet nog meerdere slachtoffers zien maken. Zonder nu in bijzonderheden om trent het vaststellen der verschillende categorien te willen afdalen, zouden wij nochtans reeds omtrent een tweetal categorien burgers bepaalde voorschrif ten willen zien vastgelegd: eenerzijds zij, die behooren tot de gemobiliseer- den, anderzijds zy, die van de huidige omstandigheden uitermate profiteerden, en nog profiteeren. De eerste categorie dunkt ons reeds zoo zwaar belast te zijn, door den stil stand van zaken, het opgeven eener betrekking, het teniet gaan van be- staansvooruitzichten enz., dat het on billijk zou zijn, hen nog meer te tref fen door een nieuwen belastingdruk. De gemobiliseerden derhalve zouden wij gaarne van nieuwe verplichtingen ontheven zien, doch des te meer eischt de billijkheid, dat zij, die vaak grove, ja reusachtige winsten uit den oorlogs- j toestand weten te halen, winsten, waarvan zij in normale tijden zelfs niet gedroomd zouden hebben, ten- j minste een deel daarvan aan den staat s uit keeren, teneinde de lasten hunner andere medeburgers naar vermogen te verlichten. Of hierbij sprake moet zijn van een periodieke heffing, dan wel van een heffing in eens, laten wij aan de be- meer. Zij had haar vader immers zoo ge willig gehoorzaamd, toen deze haar had voor oogen gehouden, hoe ongelukkig zij aan zijn zijde zou worden. Haar vader had haar er natuurlijk op gewezen, dat hij, Ar my, haar slechts om haar geld wilde trou wen. En dan de tweede oorzaak, Baron Frits enjLisetteMaar wat kwam 't er eigen lijk op aan? Weldra zal in zijn garnizoens plaats het volgende praatje rondgaan: „Heb je 't gehoord? Luitenant von Deren- berg is er van door, tot over z'n ooren in de schulden 1 Dat ligt zoo in de familie, zijn vader heeft zich ook doodgeschoten..." Zoo iets gebeurt dagelijks, nauwelijks de moeite waard er over te spreken. Het bleeke gelaat zijner moeder, de lieflijke oogen zijner zuster, kwamen hem voor den geest. Eenmaal in den vreemde, zou hij een brief ontvangen, die hem de tijding zou brengen van het overlijden zijner trokken regeerings-autoriteiten over zij toch zullen en kunnen nagaan, zij het dan ook niet in alle gevallen, hoe groot de omvang der bedoelde oorlogs winsten is. Zijn zij vastgesteld, dan dient de staat onverwijld en onverbiddelijk tot aanslag over te gaan. Wanneer ment weet, dat de oorlogs winst in ons land door ondernemingen en particulieren behaald, rond geschat een milliard gulden bedraagt, dan dunkt ons, is er gereede aanleiding om van deze duizend-millioen gulden extra winst, de geheele gemeenschap te laten mede-profiteeren, en vooral de zooveel economisch zwakkere medeburgers den druk der tijden te helpen verlichten. Het spreekt vanzelf, dat het vraag stuk van evenredige draagkracht nog tal van moeilijkheden oplevert, zoo wat aangaat het belasten van particulier kapitaal dat niet door den crisis ge leden heeft, alsmede van de groote inkomsten. Wij willen echter met het boven staande volstaan, om te doen zien, hoe voor alles de billijkheid by den nieu wen druk, die ons ongetwijfeld zal worden opgelegd, niet uit het oog mag worden verloren. Wij hebben daarbij genoegzaam vertrouwen in het beleid en de wijsheid onzer regeering, dat zij eenerzyds de zwakken zal weten te sparen, anderzijds de sterkeren zich niet te laten ontsnappen, ten einde te verkrijgen, waartoe wij overigens allen willen en moeten medewerkeneen gezonden staat onzer Rijksfinanciën. Yl. Ct. ltuitevilaud. Mr. Bonck White, eeu Amerikaan- sche journalist, die zoo juist in Lon den aangekomen, na een reis van vier maanden door de oorlogvoerende lan den en verschillende andere Staten, als vertegenwoordiger van het groote Amerikaansche „Sunday Newspaper" - Syndicat, heeft aan een vertegenwoor diger van de Daily Chronicle" het vol gende verklaard Ik keer naar Amerika terug om aan de Amerikanen te zeggen, dat de oor log onbeslist zal moeten eindigen. Ik ben overtuigd, dat de Britsche vloot onoverwinlijk is, maar ik ben evenzeer overtuigd van de onoverwinnelijkheid van het Duitsche leger. Ik zou niet weten, hoe Duitschland ter zee zou kunnen overwinnen, maar evenmin hoe Engeland de overwinning te land zou behalen en zonder dat zoowel te land als ter zee door dezelfde partij de overwinning wordt behaald, zal zeker geen der mogendheden den vrede kunnen dicteeren. In zeker opzicht zal deze oorlog worden vergeleken bij de pogingen van een walvisch om een stier te be strijden. Mr. White heeft een bezoek ge bracht aan Konstantinopel en gereisd door Griekenland, Bulgarije, Roemenie, Oostenrijk-Hongarije, Duitschland en Frankrijk. Zijn meening is, dat de toestand van Turkije veel gunstiger voor de gealli eerden is dan het Engelsche publiek over het algemeen aanneemt. Er dreigt nl. in Turkije een belang rijke sociale omwenteling. Duitschland dat in werkelijkheid Turkije geheel in zijn macht heeft, doet al het moge lijke om den heiligen oorlog aan te wakkeren, waardoor het echter juist het zwaard tegen zich zelf keert. Zoo heeft de Duitsche regeering de laatste slachting der Armeniërs, die door het nageslacht het grootste bloedbad zal worden genoemd, dat de geschiedenis kent, zooveel mogelijk aangemoedigd. Ook is de toestand met het oog op de Christenbevolking in Turkije van zeer ernstigen aard. Tal van Grieken, ongeveer het derde deel van de geheele Grieksche bevolking, maken zich ge reed om te vluchten. In Konstantino pel zelf heerscht groot gebrek aan kolen nu de kolenaanvoer belet wordt door de Russische vloot in de Zwarte Zee. In Duitschland zeide mr White begint een groot deel van het volk er aan te wanhopen of wel eenige de finitieve beslissing ten gunste van Duitschland zal worden verkregen en velen voelen, min of meer bewust, dat ieder menschenleven en iedere mark, die nog aan den oorlog worden geof ferd, volkomen verspild worden. D. Ct. Volgens een telegram aan Engelsche bladen wordt in Washington officieel te kennen gegeven, dat ingeval de Duitsche nota over de „Arabic"-geschil onbevredigend mocht blijken, een scherpere nota door Amerika zal wor den gezonden. Deze nota zou praktisch gelijk staan met een ultimatum. mijn strijd niet nog heviger door uw klach-moeder. Hij had niet aan haar sterfbed ten. Er is geen uitweg. Met nieuwjaar komt het tot een uitbarstig, er zijn wisselschul- gestaan, niet haar laatsten blik opgevangen. Hij sprong heftig op. Daar vielen zijn den onder, de gijzeling wacht mij, ik kan oogen op de plek, waar de beeltenis van geen officier blijven, wat blijft mij dan Agnes Mathilda, dat hij van de familiezaal over? Denkt u, dat ik mij er prettig naar zijn kamer had doen overbrengen, onder gevoel? Het moet nu eenmaal. 'omdat het zoo op haar geleek, gehangen Hij verliet met haastige schreden het had. Toen zij haar woord jegens hem brak, vertrek. Een oogenblik aarzelde hij, want had hij het afgenomen en op den vloer hij verbeelde zich een gil zijner moeder te gezet met den beschilderden kant tegen den hooren, toen ging hij verder en haalde eenmuur. Zoo stond het er nog. brief uit den binnenzak van zijn uniformHij draaide het om en hing het weer op te voorschijn en opende hem. j de vroegere plaats. Hoe zagen de treurige Juist, de dans begint 1 fluisterde hij oogen hem onweerstaanbaar aan 1 Een naam- bij 't doorlezen. loos verlangen maakte zich van hem mees- Dezen morgen had hij nog hoop gekoes- ter. terd. Liesjes belofte had hem als een vrede- Neen, weg met die herinneringen! boodschap in het oor geklonken. Het waren Alle vrouwen zijn gelijk. Is er één zonder zulke kinderlijke oprechte woorden, voort gekomen nit een onbedorven, rein meisjes- hart, dat voor hem klopte vol ware, innige, ongeveinsde liefde. Ware liefde? Neen die bestond niet nukken Geen enkele, niet één l i gedachten verdiept hoorde hij niet, hoe de kamerdeur zacht en onhoorbaar werd geopend, hoe een bleek meisjesgelaat bedeesd naar binnen keek, hoe een slanke gestalte aarzelend naar hem toetrad. Mid den in het vertrek stond zij stil; haaroogen vestigden zich op het goudgelokt vrouwen hoofd op de schilderij en reeds maakte zij een onwillekeurige beweging, als wilde zij heenvlieden, toen hij zich omwendde. Liesje, stamelde hij, Liesje, jij hier? Zoek je Nelly? Zij keek hem met verhgen blikken aan. Neen, antwoordde zij, ik kom om jou de angst dreef mij hierheen. Je moeder was bij ons en vertelde, datje van plan waart O, ga niet heen, Army, ga niet heen Ik zou het niet overleven 1 De laatste woorden klonken als een nood kreet. Hedenochtend heb je mij laten gaan en thans -- Ach, het smartte mij zoo, toen je wegging, doch nog duizendmaal heviger is mijn smart, omdat ik weet, dat je mij niet lief hebt, dat je mij slecht begeert ter wille van Dat heeft je vader je gezegd, Liesje. JaEn is het dan niet waar, Army Ofschoon ik aanvankelijk nog twijfelde, werd het mij duidelijk toen je moeder bij ons kwam om hulp, ten einde te verhoeden dat je ver weg zoudt gaan, toen moest ik wel gelooven, waartegen mijn hart zich ge welddadig trachtte te verzetten. Zij heeft bij je vader voor mij gebe deld Dat is te veel Zij heeft je zoo lief, Army, en wist niet, dat je mij dat mijn vader ach, ga niet heen! Ik ben hierheen gesneld, toen je moeder dat verschrikkelijke woord „Amerika" uitsprak, om je nog eens te smeeken, in naam van allen, die je lief hebben ga niet heen Sidderend vouwde zij de handen en zoo stond zij daar, als de verpersoonlijking van de alles overwinnende liefde van een vrou wenhart, waaraan hy zooeven nog getwij feld had. Wees niet trotsch, Armyvervolgde zij en met moeite kwamen de woorden haar over de lippen terwille van je moeder en vaD mij. Ik zou mijn leven lang rampzalig zijn door het bewustzijn je niet te hebben gered. Laten wij kameraden zijn, Army, oude kameraden als voorheen. Een lange pauze volgde. Hij hield zijn gelaat afgewend en zag voor zich, de armen stijf over de borst gekruist. Zij zag hem smeekend aan, terwijl een pijnlijk gevoel van schaamte haar benauwde.; Eensklaps hoorde zij voetstappen en haas tige, welbekende schreden. Tante Mie, fluisterde zij. Zij komt mij halen! Doch op hetzelfde oogenlr ik stond Army naast haar en trok haar beschermend aan zijn borst. Verleg n en angstig zonk haar hoofdje tegen zijn schouder aan. Zij dacht, dat hij het luide kloppen van haar hart moest kunnen hooren. Daar werd de deur geopend en onwille keurig drukte zij zich dichter tegen hem aan, ieder oogenblik verwachtend een wel bekende stem dreigend en verwijtend tot haar te zullen hooren spreken. Doch neen, alles bleef stil. De oude vrouw op den drempel bleef roerloos staan, de oogen rustten met een smartelijke uit drukking op het tafereel, dat zij aanschouw de. Daér, in het hooge, halfdonkere ver trek, juist onder den uit herthoorn ver vaardigden luchter, stond een jong paar. Hij had zijn arm om haar slanke leest ge slagen en drukte haar vast tegen zich aan. Met sombere blikken keek hij de oude vrouw aan, als was hij vertoornd op haar, die hun beider samenzijn stoorde. Zoo stond het jonge paar als een beeld van rein geluk. Dus tocuDus tochTegen de liefde en den dood is geen kruid gewassen! Vertaald door B.

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1915 | | pagina 1