"Wij lezen in de N. R. Ct. De militaire medewerker van de Times schrijft in een artikel over den toestand op den Balkan: De Duitschers en Oostenrijkers kun nen daartoe geen groot leger zenden, en zelfs de troepen, die zij al hebben gezonden (een 300,000 man), hadden reeds een onguustigen invloed geoefend op de operaties op andere fronten. De vijand stelt zich bloot aan nieuw ver lies van manschappen en munitie. Hij streeft een verwijderd doel na langs een weg, die door Griekenland en Roe menië wordt bedreigd, terwijl de ge- allieerdeu sterk zijn door hun macht ter zee. De zuidelijke Russische legers ziji uog in een positie, die sterk den opmarsch over den Donau bedreigt en we zullen nog wel heel wat meer van deze zijde hooren. Ti Egypte is onze positie sterk en zu kan uog veel sterker worden ge- rna Op geen plaats ter wereld i3 h >r ons gemakkelijker een groote f namen te brengen uit Engeland, B Indië, Australië en Nieuw-Zee- lat» i. Üuze zeemac t geeft ons een groote macht in handen over de ge beurtenissen in de Oostelijke helft van de Mi l'iellandsche Zee; en door samen- w ki g van het leger met de vloot ku O-n wij een warme ontvaugst be- •i o aan len Turksch-Duitschen aan- v il <»p Etrypte. De loop der gebeurte- issen hreugt tot de onverbiddelijke gevolgtrekking, dat wij, bondgenooten i'. de Midd*dlandsche Zee, door gemeen schappelijke krachtsinspanning die stra tegische reserves moeten scheppen, die wij thans ontberen en die toch noodig zijn om de zaken in het naburige Oosten te beheerschen. De beheersching van dit deel van de wereld zou niet door het. bezit van Konstautinopel al leen door de een of andere mogendheid verkregen worden. En nog minder zou de heerschappij van het Oosten van zelf toevallen aan die mogendheid die baas is in Konstantinopel. Indien dit wel het geval was, dan zou Turkije reeds eeuwenlang die heerschappij heb ben bezetenmaar niets daarvan is waar. Zelfs de tegenwoordigheid van 300 000 man Duitsche troepen aan den Gouden Hoorn kan daarin geen vol komen wijziging brengen. De beheersching van den toestand wordt alleen verkregen door de ver eenigde vloot-, leger- en politieke macht van de om de heerschappij strijdeude partijen en in een dergelijke worsteling hebben Eugelaud, Frankrijk en Italië niets te vreezen, als zij vereend van zin en met den wil om to overwinnen handelen. het geval natuurlijk op de hoogte ge steld. Echter zal zij waarschijnlijk geen termen kannen vinden in te grijpen. De Belgen immers, kunnen op hun plekske doen wat zij willen, al trekken zij daarbij een eigenaardig profijt van de onschendbaarheid van ons grond gebied. Aan het „Berliner Tageblatt" wordt geseind, dat na de volkomen misluk king van de Russische doorbraakpogin gen tegen het Duitsch-Oostenrijksche front Boekowina-Bessarabië, waarbij de Russen groote verliezen geleden hebben, enkele dagen volkomen rustig verliepen, terwijl de Russen troepenverplaatsingen uitvoerden. Klaarblijkelijk dwingt gebrek aan munitie den Russen tot een nieuwe gevechtsmethode. Na een korte artil lerie-voorbereiding brengen zij daarbij niets ontziende de cavalerie en infan terie in het veld, die gewoonlijk van het vuur der Duitsch-Oostenrijksche artillerie veel te lijden hebben. Drie dergelijke gecombineerde aanvallen van infanterie en cavalerie eindigden met zware verliezen voor de Russen vooral het regiment kozakken uit de Don werd daarbij bijna geheel vernietigd. Onder de gesneuvelden waren twee hooge officieren, w.o. de regimenis commandant. verslag van een gesprek met een Ru- meniër, nauw verwant met Bratianu en met een bijzondere opdracht vanwege het Rumeensche ministerie van Buiten landsche Zaken pas te Petrograd aan gekomen. Deze Rumeniër verklaart met nadruk dat het leger en het volk ge heel aan de zijde van de geallieerden staan en dat allen overtuigd zijn, dat Rumenië eerlang zijn onzijdigheid zal opgeven. Hij zei verder: Nu wij klaar zijn, kunnen wij rekenen op een leger van 600.000 man, waarvan de sterkte, als er maar munitie beschikbaar is, tot 1.000.000 opgevoerd kan worden. Het Rumeensche ministerie van Bui- tenl. Zaken heeft al in de passen van de Karpathen de maatregelen genomen, welke dienstig leken. Daar is een leger van 320 000 man samengetrokken. i*laatsel(ik ïlieuni. Naar wij vernemen, moet van Bel gische zijde te Baarle-IIertog, het Bel gisch gedeelte van Baarle-Nassau, een toestel voor draadlooze telegrafie zijn opgericht. Er wordt vermoed, dat dit toestel niet het minst voor de verkrij ging van strategische berichten omtrent de opstelling der Duitsche troepen zal dienen. De Duitscbe legerautoriteiten echter, kunnen hier niets tegen doen, omdat Baarle-Hertog geheel door Hol- laudsch grondgebied is omgeven en zij het plaatsje dus niet kunnen bezetten, zonder ons grondgebied te betreden. Indien het bericht omtrent dit toe stel juist is en daar is vrijwel geen twijfel aan, want de masten moet ieder kunnen zien is onze regeering van De „Daily Mail" verneemt uit New- York, dat de „America" een intervieuw publiceert met prof. Delbrück, waarin deze zeide, dat de vredesvoorwaarden, die Duiiachland hoopt te verkrijgen als president Wilson of de paus als bemid del ars optreden, o. a. omvatten den afstand van koloniën als Oeyanda en Fransch en Belgisch Congo als een ver goeding voor de ontruiming van Frank rijk en België, en de betaling van een schadeloosstelling aan Duitschland, die naar Delbrück meent, door Engeland behoort ie worden betaald. Delbrück meende dat president Wil son en de paus spoedig den vrede zou den kunnen tot stand brengen. „Gaat gij heen?" vroeg Editb. „Naar de mijnen." „Komt gij daarna terug?" „Ik blijf slechts kort weg. Edith herademde. Hoeveel aandeelen kan ik krijgen vroeg zij. „Is één voldoende?" „Wat is de prijs?" „Tienduizend dollar." „Geef mij er vijftig.,' „Is dat niet te voel?" vroeg Gray, schijn baar verrast. „Neen, kan ik dan geen half miliioen daaraan besteden? Ik houd van emotie, en ik wil een levendig aandeel nemen in de ontginning en dat kan ik niet als ik niet met eene behoorlijke som meedoe." „Uw emotie kan slechts prettig zijn. De aandeelen zullen snel stijgen en ruime vruchten afwerpen. In één jaar zullen zij betaald zijn." „Waarom wilt gij ze mij verkoopen, als het voordeel zoo groot zal zijn?" vroeg zij. „Alleen om u genoegen te kunnen ver schaffen." „Ik zou ze hebben aangenomen, als gij ze mij had aangeboden, maar nu ik zelf er om gevraagd heb, nu wil ik ze betalen," zei Edith. „Gij hebt de koop nu wel gesloten," zei hij „maar kunt gij zooveel geld missen?" „Ik ben twee maal millionair, zei ze trotsch. „Hoe is nu eigenlijk uw naam vroeg ze. Hij haalde de schouders op en zei„Ver gun mij, dit g-heim te bewaren." „Wilt gij het mij niet eens vertellen?" „Het spijt mij, dat ik dit niet kan." „Gelooft gij niet aan mijne bescheiden heid?» Evenals de zon moet schijnen, zoo moet ook eene vrouw spreken." „Welk een grofheid!" De „Petit Parisien" zegt in een hoofd artikel, in staat te zijn, het bericht, dat opnieuw belangrijke onderhandelingen tusschen de Gneksche regeering en de geallieerden zijn geopend, te bevestigen. Het aanbod, dat nu wordt gedaan is veel belangrijker. Het omvat de aan bieding aan Griekenland van Klein- Azië, bekend als Ionië, tusschen de Golf van Smyrna en Mendelia dat door Grieken wordt bewoond, verder zekere districten vun Servië, ten Z. van de Wardar. De Bulgaarsche kust aan de Aegeische Zee en eindelijk Cyprus. De „Morning Post" verneemt uit Athene: Het nieuws uit Athene blijft schaarsch en zonder verband. De spoor wegverbindingen zijn definitief verbro ken tengevolge van de bezetting van Wranja door de Bulgaren. Het ziet er naar uit alsof de terugtocht voor de Servische hoofdmacht op Monastir en Grieksche grens reeds is afgesneden. Aan den anderen kant blijken de ver sterkingen van de geallieerden veel ge ringer in aantal te zijn dan geseind werd, en zelis schijnt de bezetting van Strumitza niet te hebben plaats gehad, ofschoon de Bulgaren daar naar de grens zijn teruggedreven. Alles hangt ervan ai of sterke Eugelsch-Fransche versterkingen spoedig kunnen landen om naar het front te kunnen gaan. De „Times" verneemt uit Petrograd Het „Nowoje Wremja" bevat het „Hoort gij liever eene aangename leugen dan waarheid?" „Ik kan heel goed een geheim bewaren." „Ik zal u op de proef stellen." „Waarmee?" „Ik zal zien of gij het geheim van de aandeelen bewaart!" „Dat zal ik zeker doen. „Als gij het een maand volhoudt, dan zal ik mijn naam zeggen." „Over een maand weet ik het dus. Hebt gij familie 7" „Ik sta alleen." „Hoe zoo?" „Ik heb nooit aan trouwen gedacht." „Denk daaraan dan nu." Ik vrees eene weigering." „Wie zou dat tegenover u ooit doen!" „Gij zijt al te goed; ik evenwel zie de zaken niet zoo rooskleurig in. „Ik bezit bovendien weinig kennissen." „Wil ik eene vrouw voor u zoeken?" vroeg Edith. „Neen, neen!" riep Gray met grappigen angst uit. „Vertrouwt gij mijne goede smaak niet?" Hij lachte. „Laten wij dit laten rusten; alleen wil ik wel zeggen, dat ik u binnenkort eene vraag wil doen, waarin geheel mijne toe komst ligt opgesloten." Edith meende de toespeling te begrijpen. Zij lachte lief. De hertogenkroon nam dan toch langzamerhand vasten naam aan Zij gevoelde dat zij slechts de hand behoefde uit te steken. „Ik ben steeds tot uwe beschikking," zei ze. „Wij zullen zien," merkte Gray op. Wat zou zij er niet voor gegeven heb ben, als hij nu maar dadelijk de bewuste rraag deed, waarop zij zoo gaarne met „ja" zou antwoorden. Maar de vraag werd niet gedaan, en hoe ongaarne ook, ze kon het lleusden 27 Oct. Ernstig Auto Ongeluk. Men seint ons uit Dordrecht: Vrijdagavond ongeveer kwart voor tien reed de koopman J. v. d. Leur uit Rot terdam met zijn auto van Willemsdorp naar Dordrecht. Vermoedelijk door te groote snelheid en door een scherpe bocht in den weg reed hij, ongeveer 10 K M. buiten Willemsdorp, tegen een boom aan. De inzittenden, de koopman! L., diens vrouw en de commis- sionnair B., uit Heusden, werden uit het voertuig geslingerd en bleven bewusteloos op den weg liggen. De geneesheeren Seyes de Jong, uit Dub beldam, en J. A. Delher, uit Dordrecht, die terstond werden gewaarschuwd, ver trokken onmiddellijk per auto naar de plaats van het ongeval. De gewonden waren intusschen reeds naar een naburige woning overgebracht Mevr. v. d. L. stierf kort daarop, vermoedelijk tengevolge van een hersenschudding. B. had den rechterarm gebroken en zware inwendige kneuzingen bekomen. De heer v. d. L. werd aan hoofd en borst gewond. Beiden werden naar het Ziekenhuis te Dordrecht overgebracht, waar heen ook het lijk van Mevr. v. d. L. werd vervoerd. B. was Zondagmorgen nog niet tot het bewustzijn gekomenmen vreest voor zijn leven. De heer v. d. L. kon Vrij dagavond na verbonden te zijn, het Zieken huis reeds verlaten. Tot zoover het „Nieuws van den Dag". Als toelichting dient, dat de koopman v. d. Leur dezelfde is, die hier een groote opslagplaats voor appelen heeft. Hij reed Vrijdagavond ten circa 8 uur van hier, met zijne vrouw en Bartel Baijens, zijn commissionnair. Het ongeluk wordt verklaard doordat Baijens, naast de Leur de chauffeur gezeten, met een doek het glas wilde afvegen, dat door den mist beslagen was. Hij verloor daarbij zijn evenwicht en greep het stuur vast, waardoor de auto van richting ver anderde. De toestand van Baijens, die een vrouw en 9 kinderen heeft, blijft zeer zorgwek kend. Het onheil heeft alhier groote verslagen heid teweeg gebracht. De Heer H. van 't Hof, Directeur van het Post- en Telegraafkantoor alhier, is met ingang van 1 December als zoodanig benoemd te Oosterbeek. Terwijl de landbouwer B. T. gisteren middag op het land aan het ploegen was, viel zijn paard plotseling dood voorjeen ploeg, zonder dat men er van te voren iets aan had bemerkt. Gisterenmorgen, ten circa 5.30 ure, passeerde alhier in Noordelijke richting een vliegmachine. Naar wij vernemen worden door het Gemeentebestuur ernstige pogingen in het werk gesteld om ook alhier regeeringsvar- kens te krijgen. Het slagen zou alleen kun nen geschieden door samenwerking met omliggende gemeenten. Werkendam. In de plaats van den Heer C. Blok, die als lid van'net Dept. antwoord dus nog niet uitspreken. Ze praatte nog laug met den hertog; ge lukkig was ze, dat hare plannen zoo goed slaagden, en zij ging heen, met blijde hoop in het hart. Gray, die naar zijn studeervertrek terug ging, wreef zich de handen en zeii „Hoe langer hoe beter." V. De Woudlooper. De aandeelhouders maakten met koorts- achtigen haast de toebereidselen voor de expeditie, waaraan allen moesten deelnemen. Een moest evenwel in Gal verston achter blijven, om de algemeene belangen te be hartigen, de maatschappij te vertegenwoor digen, het goud in ontvangst te nemen en de leden alles toe te zenden wat deze zou den behoeven. Niemand wilde achterblijven, en er moest dus o u geloot worden. Onze vier mannen waren zoo gelukkig dat zij mee mochten. Balder, een practisch man, schreef eene openbare aanbesteding uit voor alles wat noodig was, rijpaarden, trekpaarden, tent materiaal, alcohol, machines, kwikbaden, geweren, munitie, enz. Ook had hij mijnwerkers noodig en po litiedienaren. Van alle zijden kreeg hij aanbiedingen, de een wilde paarden, de andere wapens, een derde gereedschappen leveren. Een was er, die voor alles tegelijk wilde zorgen, en die eene som wilde storten als boete, wanneer niet alles op tijd gereed was. Balder had liever met één persoon te doen dan met zoovelen. Een ding was jammer, de man was niet uit Mexico maar uit New-Orleans, hetgeen trouwens geen groot bezwaar was, want Werkendam van de Maatschappij tot Nut van 't Algemeen heeft bedankt is tot be stuurslid benoemd de heer B. W. Ridderhof. Bij Koninklijk Besluit van 20 October 1.1. is met ingang van 1 November a.s. tot sluiswachter aan de sluis bij hetNieuwsas alhier benoemd de heer F. de Jong, thans sluiswachter aan de Spieringsluis alhier. Door een 37-tal griendbazen van hier en andere plaatsen is ingezien, dat bij besten diging van den toestand, zooals deze thans is, een uitgebreide werkeloosheid in de eerstkomende wintermaanden voor de deur staat in een voorname tak van nijverheid, ook in onze gemeente. De hoepel- en mandenmakers nJ., meestal meer op gevorderden leeftijd, dus niet dienst plichtig, zullen niet kunnen werken, zoo lang het meerendeel der hakkers en band snijders, die door hun jongeren leeftijd wel dienstplichtig zijn, hen daartoe niet in de gelegenheid kunnen stellen. Daarom hebben zij onderstaand adres, vergezeld van een Memorie van toelich ting, gezonden aan den Minister van Oorlog. Aan Zijn Excellentie den Minister van Oorlog te 's Gravenhage. Ondergeteekenden, alle eigenaren of huurders van eenige hectaren griendland en als zoodanig werkgevers en bedrijfslei ders veroorloven zich Uwe Excellentie be leefd te waarschuwen dat een ernstige nood toestand in een uitgebreide en belangrijke industrie in ons land dreigt te ontstaan door gebrek aan werkvolk dat thans onder de wapenen moet zijn. In bijgaande Memo rie van Toelichting zijn zij zoo vrij dit nader uiteen te zetten en moeten met be scheidenheid bij Uwe Excellentie beleefd er op aandringen Uwen bij zonderen aan dacht te wijden aan de talrijke verzoeken om verlof voor eenige maanden van griend- hakkers en bandsnijders die Uwe Excellentie binnenkort zullen bereiken. MEMORIE VAN TOELICHTING. Jaarlijks worden in ons land m°er dan 1000 hectaren Griendhout of Rijswaarden hout als 3- of 4-jarig gewas gehakt om tot hoepels etc. te worden verwerkt en even- zoovele hectaren worden als 1-jarig gewas afgesneden of gestikt voor de mandenma kerijen en dit hakken en bandsnijden moet geschieden in de maanden November tot en met Februari. Deze bewerkingen geschieden door ge oefend werkvolk en ieder werkgever heeft in den regel hiervoor zijn vaste personeel. Dit personeel blijkt thans voor het over groots deel onder de wapenen te zijn ge roepen en zal het daardoor onmogelijk zijn het vereischte hout voor de hoepelmakerijen en de 1-jarige teengewassen voor de man- demakerijm te hakken en te snijden terwijl tijdelijk personeel niet te gebruiken is om dat het hakken en bewerken van het hout eerst geleerd wordt na eenige jaren oefening. Dit gebrek aan personeel zal daardoor vérstrekkende gevolgen hebben ten eerste voor de hoepel-industrie en manden industrie, die daarmee tot stilstand zijn ge bracht en waarmee duizenden arbeiders tot werkeloosheid gedoemd zijn en de handel in die artikelen daarmee ook een tegen slag krijgten ten tweede voor de Griend- cultuur om .lat het gewas eischt op zijn tijd behandeld te worden. Het zal daarom dringende eisch zijn dat voldoende personeel in de gelegenheid ge steld wordt in de maanden November tot Maart deze industrie aan den gang te houden en wordt deze belangrijke zaak be leefd onder de aandacht van Uwe Excellentie gebracht. Babiloniëfibroek. Naar wij ver nemen hebben alhier voor het herhalings onder wijs aan jongens, gedurende den win- tercursus 1915/1916, 14 jongelieden zich aangemeld. Beneden-Langstraat. Met den handel in vette kalveren gaat het slecht, maar naar vette varkens is des te meer vraag. Door de duurte der melk en der ondermelk gaat er blijkbaar de lust tot kalverenmesten af. Men besteedt voor vette kalveren 50 60 cents per K.G., vette varkens 53 a 54 Balder was Amerikaan en kocht dus daar, waar hij het goedkoopst terecht kon. Hij zocht dus den man op, die Sansone Giddings heette en in een der eerste hotels zijn intrek had genomen. Toen Balder hem vond, maakte de man reeds dadelijk een gunstigen indruk.'t Was e;n jongmensch, slank gebouwd, die zijne woorden behoorlijk uitsprak, en geheel voor zijn taak berekend scheen. De twee mannen waren het gauw eens. Giddings beloofde personeel en materiaal te verschaffen, binnen een maand in de haven van Galverston. Hij gaf eene borgtocht van vijftigduizend dollar, die hij zou verliezen, als hij het contract niet nakwam. „Gij moet zorgen dat gij de mannen ook kunt aanvullen, als wij verliezen lijden tegen de Indianen," zei Balder. „Ik vrees, dat niemand de risico wil loopen; als men veilig op de plaats van den mijn wil komen, welke ik niet eens ken, dan zal men contracten moeten sluiten met Indianenhoofden, wier gebied men moet door trekken en dat is eene moeilijk heid." „Wilt gij dat op u nemen?" „Liever niet." „Zijt gij bang?" „Neen, ik vecht liever dan onderhande len. 'n blanke moet niet onderhandelen met Roodhuiden, Indianen moeten uitgeroeid worden." „Zeg dat tegen het gouvernement, maar niet tegen hen, die moeten onderhandelen omdat zij te zwak zijn om aan te vallen." „Wilt uij dan dat ik met de Indianen onderhandel „Neen, neen," zei Balder, „gij zorgt dat alles in Galverston komt, en wij zullen het overige op ons nemen." „Zooals gij wilt." Balder schreef nu het contraot. cents per halve K.G., nuchtere stierkal veren f 10 a f 12, koekalveren f 14 a f 20 per stuk en biggen f 14 a f 18. Schapen gaan thans vrij goed van f 16 tot f 24 per stuk. 'sGravemoer. Vrijdagavond is alhier in het eerste lokaal der openbare lagere school een 2-jarigen tuinbouwcursus geopend met 21 leerlingen. Aan den cursus zijn twee leeraren ver bonden. Door het bestuur van 'tKantkloske is alhier eene kantwerkschool geopend met mej. Barel uit Oosterhout als directiice. Aa. Woensdagmorgen ÏO1^ uur zul len te Oosterhout de landstormplichtigen 1912 uit deze gemeente gekeurd worden. Meeuwen. Tot ons genoegen ver nemen wij, dat onze vroegere dorpsgenoot de keer G. Gouda, thans leerling op de Rijkskweekschool voor onderwijzer te Maas tricht, met gunstig gevolg heeft afgelegd het examen voor de vrije- en orde-oefe ningen. Baauisdonk. Zaterdagavond hield de land ouwvereeniging eene algemeene vergadering ten huize van Mej. A. M. Floris. De notulen werden onveranderd goed gekeurd, de heeren Joach Kamp en P. Dirven als leden toegelaten, de rekening van Inkomsten en Uitgaven, nagezien door de heeren Joach de Bont van Dijk, D. Lankhuizen en P. Verschuren, werd in orde bevonden 6n bracht bij monde van eerstgenoemde een woord van dank aan den penningmeester. De inkomsten bedroe gen f 22554,52, de uitgaven f 22475,185 zoodat het batig saldo bedraagt f 79,33s. Tot bestuursleden werden herkozen de aftredende heeren A. C. Timmermans en P. Knaap en tot penningmeester de heer Joach de Bont van Dijk in plaats van den heer L. J. Verschuren, die heeft bedankt en ruim 20 jaar de functie van penning meester op de meest stipte wijze heeft ver vuld, waarvoor de voorzitter der vereeni- ging den heer V., namensj alle leden harte lijk dank zegde. Bij de aanbesteding van lijnkoekschilfers en gruis bleken de leden te zijn voor den aankoop van gruis der firma Huizer te Rotterdam a f 14.49 franco hier met ge halte 34 maal 7. Niets meer aan de orde zijnde, sloot de voorzitter met een woord van dank voor de trouwe opkomst de vergadering. Sprung. De 13-jarige E. V. had het ongeluk zich met een mes zoodanig te verwonden, dat hij genoodzaakt was de geneeskundige hulp van Dr. v. d. M. in te roepen, die de wonde dichtnaaide. J.l. Vrijdag had de mil.-korporaal de Bruin bij het uitvoeren van eenige athletische oefeningen, n.l. bij het lijntje- springen het ongeluk te vallen. Bij onder zoek bleek dat hij zijn been had gebroken. Per Roode-Kruis auto is hij naar het hos pitaal te Tilburg overgebracht. De collecte voor het Chr. Prot. mili tair tehuis alhier, gehouden ter gelegenheid bij de uitvoering der Chr. Zangvereeniging „Excelsior", heeft circa f 10,opgebracht. Voorzeker voor dit tehuis een aardig buitenkansje. Tengevolge van den dikken mist reed j.l. Vrijdagavond de auto van de familie R. uit Tilburg in de Besoijensche steeg aan den „Meerdijk" in den sloot. Spoedig waren enkele personen bij een om te helpen de auto weer op den weg te plaatsen. Boven wonder liep alles zonder persoonlijke onge lukken af, ook de auto was nagenoeg niets beschadigd. Wrii hoeven-Cappel. Dank zij herhaalde bemoeienissen van den burge meester is ook thans in onze gemeente regeeringsspek te verkrijgen. Zondag a.s. hoopt voor de gemeente der Geref. Kerk alhier op te treden de be kende ds. Lindenboom van Amsterdam. Zaltbommel. In een veigadering van bakkers met het Dagelij ksch Bestuur dezer gemeente is bepaald, dat met ingang van 1 Nov. de prijs van het wittebrood „Schrijf „zoo mogelijk" Italianen" zei Sansone. „Waarom „Omdat ik niet weet of ik tachtig goede Italianen bijeen kan krijgen." „De geheele wereld is vol Italianen," riep Balder schertsend uit. „Dat weet ik, maar daar zijn evengoed slechten als g( eden onderik zou niet weten, waarom die Italianen juist zulke goede werklui zouden zijn." ,,'t Is waar," zei Balder, en andere werk krachten zijn ook goed." „We zullen zien," merkte Sansone op. Hij las het contract nauwkeurig na, toe kende en nam afscheid van Balder. „Een uitstekend individu," mompelde deze. In de stad sprak men over niets dan over de mijn en de ontginning, alle bladen waren er vol van. Allen vertelden van de ontdekking van de mijn van Montezuma, die wonderbaarlijk rijk moest zijn. Ook het gouvernement hoorde er van, maar de mijn lag op vreemden bodem en men bemoeide er zich dus niet mee. Weinige dagen voor het vertrek van de expeditie vroeg een ouden woudlooper naar den directeur van politie. De man droeg het eigenaardig costuum van de jagers van het verre Westen, en hij was dus een zonderlinge verschijning in Galverston, waar deze menschen zich nooit vertoonen. Hij droeg een lederen broek, zijn voeten waren in rijlaarzen gestoken, die hun bes ten tijd reeds hadden gehad. Hij droeg geen buis, maar zijn lichaam was bedekt met een soort deken, van wollen weefsel, op het hoofd droeg hij een grooten vilten hoed met slappen rand. „Ook indien het plan van de Duit schers tot zekere hoogte slaagt en de Duitschers zich met de Tnrken zullen vereeuigen, zie ik geen reden om den strijd in het naburige Oosten, die ons dan wordt aangeboden, te weigeren. Wordt vervolgd).

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1915 | | pagina 2