Temperamenten. UND VAN AUTENA Uitgever: L. J. YEERMAN, Heusden. No. 3647. Woensdag 21 Februari 1917. ri:t illütoy EL NERO. Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG. Abonnementsprijs: per 3 maanden 0.90, franco per post zonder prijsverhooging. Afzonderlijke nummers 5 cent. Advertentiën van 10 regels 60 cent. Elke regel meer 10 cent. Groote letters naar plaatsruimte. Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdagmiddag 4 uur ingewacht. Hoeveel menschen zouden er toch wel op de wereld zijn Ik zou het niet bij benadering kunnen zeggen gij Hoeveel er in Frankrijk, Duitsch land, Engeland enz. zijn kunnen wij in onze boeken vinden. Hoeveel er in Nederland zijn, weten we zoo ongeveer wel; pi. m. 6 millioen. Laten we nu eens bij die 6.000.000 blijven die in ons eigen land wonen. Van dit aantal krijgen we er in ons leven een flinke hoeveelheid te zienals we bw. op reis gaan, of we zien een paar dui zend soldaten voorbijtrekken, ver meerdert dit het aantal gezichten dat we gezien hebben met een flink cij fer. En tot welk besluit komen we als we al deze gezichten vergelij ken Er zijn geen twee menschen in Nederland die elkaar in hun ui terlijk volkomen gelijk zijn. En om nu weer tot de gebeele wereld terug te komener zijn op de geheele wereld niet twee menschen die pre cies dezelfde zijn, uitwendig. Even min als er twee bladeren van een eik zijn, die gelijk zijnevenmin gelijken twee menschen elkaar vol komen. Wonderlijk, prachtig, rijk, is die schepping. Ontelbare malen ziet men iemand en zeggen we kijk, sprekend die of die. Maar met dat al hebben we maar dadelijk gezien dat het de persoon in kwestie niet is. Op een school, zelfs op een be waarschool is het aardig te zien hoe al die gezichtjes verschillen en niet alleen verschillen in wat we zouden kunnen noemen de vleeschelijke ge gevens waaruit een gezicht is opge bouwdzooals vorm der wangen, voorhoofd, neus, oogen enz., maar ook in geestelijke gegevens. Hoe verschillend is de uitdrukking der verschillende gezichtjes. Daar zijn: schrandere, wakkere, oplettende, oo- lijke, vriendelijke, aanvallige snuit jes, daar zijn ook dommelige, onte vreden, onverschillige,'koppige, stuur- sche gezichten. En als we voor zoo'n schare van grooten of kleinen staan dan moeten we het zeggen even zooveel spiegels van even zoo veel karakters. Hoe fijn moet toch Het moet dus eene zuivere belustheid op avonturen, of wel ontevredenheid over het regeeringsstelsel van onze verheven konin gin en de zucht om deze nadeel te berok kenen zijn, die hem onder de smokkelaars brengt, een doel, dat het smokkelaarsopper hoofd op deze wijze zeer zeker ten minste indirect bereikt, want sinds zijn optreden is het bedrag der inkomende rechten hon derdduizenden minder geworden. Alle na sporingen ter ontdekking van den aanvoerder der bende, zelfs het uitloven van aanzienlijke prijzen op zijn hoofd, baatten tot dusver niets. Misschien wel een partijganger der Carlisten,® zeide de maarschalk, enfin een maal zult ge dat heer toch wel te pakken krygen.t Het gesprek kwam nu op andere onder werpen, en toen het donker werd en de tijd voor het avondeten naderde, volgde don Pelloro de uitnoodiging van zijn vriend en diens vader om die in den kring hun ner familie te komen gebruiken, die met den maarschalk in hetzelfde hotel logeerde. Hier ging laatstgenoemde van hen af, de heeren begaven zich naar de eerste verdieping, waar zich de appartementen der familie bevonden. De echtgenoote van den generaal-toldi- de menschenziel gevormd zijn dat niet „één innerlijke mensch" volko men op den anderen gelijkt. Voor uw geest staan al uw kennissen of familieleden, uw kinderen, uw vader en moeder met hun bijzondere ka raktereigenschappen. „Vader zou zoo gedaan hebben," klinkt het van uw lippen, want gij kent zijn karakter en weet hoe hij onder gegeven om standigheden zou hebben gehandeld. Of: »zoo iets kan mijn jongen niet gedaan hebben, dat ligt niet in zijn karakter." Toch valt het u op dat er onder al die verschillende menschen, typen zijn dié a. h. w. tot eenzelfde^familie behooren, al zijn ze ook niet volko men gelijk. Er zijn van al die ver schillende karakters groepen te vor men. En het is wel aardig deze groepen eens nader te bekijken. Ge zult misschien trachten de menschen die gij kent onder deze of gene groep onder te brengen en als ge hoort welke de deugden van zulk een soort van menschén zijn, ze ook gaan ont dekken in uw vriend of vriendin, broeder of zuster, en ze er des te meer om gaan waardeeren. De verdeeling van de menschheid in vier groepen, naar het verschil lende temperament dat wij bezitten is niet door mij bedacht of uitgevon den, maar is er eene van weten schappelijk ontwikkelde mannen. We krijgen dan het sanguinische, het flegmatische, het melancholische en het cholerische temperament. De sanguinische mensch is vlug, bewegelijk, naar buiten gekeerd, zon der standvastigheid, zoodat onder de wisselende indrukken geen ferm ka rakter tot stand komt. Het oordeel over de sanguinische lieden is allicht mild omdat hun open zin, opgewekt heid, levendigheid, uiterlijke goedig heid, kinderlijke spontaneïteit, aan trekken. Tegenover het Evangelie is hun beeld dat van den ondiepen bodem met de dunne laag goede aarde er boven ophet zaad ont kiemt er dadelijk, groeit weelderig, maar schiet niet genoeg wortel en de plant verdort. Ontwikkelt het leven van een san guinisch mensch zich in de goede recteur, eene, ondanks hare vier en veertig jaren nog altijd schoone vrouw, die zich met hare beide dochters Mercedes en Ma- nuela reeds sinds eenige weken op de bad plaatsen bevond, naar welke vader en zoon, al naar gelang de dienst dit toeliet, nu en dan een dag overkwamen, ontving de heeren, en nauwelijks had don Pelloro haar de hand gekust, toen ook de beide zusters, de reeds achttien jaren tellende Manuela en de pas vijftienjarige Mercedes, de kamer binnentraden. Toen Pelloro voor Manuela zijne bui ging maakte, en haar in de oogen zag, was hij verbaasd over de zeldzame schoon heid van het reeds volkomen volwassen meisje en had daardoor bijna verzuimd om de nog in een toestand van ontwikkeling verkeerende, bekoorlijke Mercedes zijne be groeting te maken. Een spottend lachje speelde om den mond der jonge dame, die zijn klein vergrijp en de daardoor teweeg gebrachte, lichte verlegenheid van den jon gen man, aan de juiste beweegreden toe schreef, doordien Manuela hevig bloosde. Mercedes overwon echter weldra hare aanvankelijke, terughoudende beschroomd heid, en terwijl zij de thee en de lichte spijzen aanbood, praatte zij vroolijk en on bevangen met den jongen gast, Terwijl Mercedes eu Pelloro zoodoende snel kennis maakten, wisselden Manuela en hij slechts weinige woorden, en toch onder vonden beiden, van het eerste oogenblik, dat zij elkander gezien hadden, in hunne harten dat zonderlinge, zaligmakende en richting, dan knnnen het optimisme, de blijdschap, het sympathieke, zich heerlijk ontplooien. Een Petrus b.v. De flegmatici zijn wel de poverst bedeelden. Zij zijn de gelijkvloer- schen wien de hoogten en diepten des levens-vreemd blijven. Tevreden en bedaard, verstandig en bezonnen, vertegenwoordigen zij het gezond verstand, het nuchter oordeel, zij zijn veelal de steunpilaren der samenleving, de soliede middelmoot, die er zijn mag en moet. Mén zij niet al te spoedig gereed met een wegwerpend vonnis; de tuchteloos heid en rumoerigheid, die deze or delievende lieden minacht, is waarlijk niet altijd kenmerk van hooger leven. Op het innerlijke gericht, tegen stelling met het sanguinische, is het melancholische gestel, het leeft niet in het heden, is vreemd aan opti misme. Het is het temperament van fijn gevoelsleven maar ook van sen timentaliteit, van zelfverteerend broe den op onwerkelijke voorstellingen Het kent de diepe ontroering en het heimwee. Zoo schijnt de melancho licus wel voorbestemd tot het chris telijk geloof, dat noch in de wereld noch in de uitwendige dingen opgaat. Het gaat echter niet van zelfeen Thoihas komt niet licht tot het geloof. Onder deze temperamenten moeten we een groot deel der kunstenaars rangschikken; vooral de dichters en de musici. Een fijn besnaard gevoels leven is het instrument waar zij hun schoone gedachten en fijne klanken aan ontlokkenen is een -dichter juist door zijn intens voelen niet een geboren melancholicus. De hevigheid van het doorvoelen is bij hem zoo sterk dat ze a. h. w. als smart door hem gevoeld wordt. Men zegt dan ook dikwijls dat het scheppen van een kunstwerk met even groote smar ten gepaard gaat als dat van een menschenkind. Het hoogste temperament is wel dat waarin diepe emotie met krach tig willen en werken gepaard gaat het cholerische met het hartstochte lijke. Hier vinden we wilskracht en hartstochtdaarbij echter ook vaak hardheid en eigenzinnigheid, haat. Ook hoogmoed als overmoedige kracht. toch ook tevens zóó verontrustende gevoel, voor 't welk beiden in den aanvang geen naam wisten, dat echter steeds in kracht toenemende, al hun denken en gevoelen beheerschte, en dat zij maar al te spoedig als de vurigste liefde erkenden. Toen don Pelloro in den loop van het gesprek zeide, dat hij reeds den volgenden dag zijne moeder wachtte, die geruimen tijd in Biarritz dacht te blijven, doch dat hij in groote verlegenheid verkeerde, daar hij tot dusver, ondanks zijne ijverigste po gingen, geen geschikt logies voor haar had gevonden, deed het donna Diaz groot ge noegen haar twee kamers te kunnen aan bieden, aangezien haar echtgenoot weder vertrekken moest, en even dankbaar als blij nam Pelloro het aanbod aan. Den anderen dag voerde dan ook de jonge edelman zijne geliefde moeder in het voor haar ingerichte logies, en te gelijkertijd introduceerde hij haar in de familie Diaz, terwijl hy zelf zijne eenvoudige kamer in het Hotel du Lion d'or behielden aan gezien de dames al zeer spoedig eene har telijke genegenheid voor elkander opvatten, zoo was ook Pelloro een dagelijksche gast in den kleinen hem onbeschrijflijk dierbaar- geworden kring. Zyn gansche hart trok hem tot donna Manuela aan, maar tot dusver had hij niet tegenstaande er bijna eene week was ver hopen, nog geen enkele maal de gelegen heid gehad, om haar alleen te spreken. Op zekeren morgen, dat hij, gelijk dage lijks bij zyn eersten uitgang naar het post- Het voortreffelijke van den choleri cus is de doorzettende kracht in in nerlijkheid gegrond, de vaste richting met diep gevoel gekozen en volhar dend gevolgd. Ik denk dat gij onder het lezen van deze regelen al wel eens gedacht zult hebbenwelk temperament heb ik nu En misschien hebt gij tel kens teleurgesteld het hoofd geschud zoo ben ik niet, dat is mijn karakter niet. Wees niet al te ontmoedigd als ge het gevoel hebt gekregen van nergens thuis te hooren; gij hoort wél bij een van die verschillende groepen, maar uw type is niet van zoo'n sterk uitgedrukt karakter gij zijt een overgangsvorm, van de eene groep naar de andere. Maar toch, ge voelt het, gij staat óf het dichtst bij den sanguischen, bij den flegma- tischen, den cholerischen of den me- lancholischen mensch. Dat is nu eenmaal uw aanleg, zoo zijt gij geboren, en daar is niets aan te veranderen. Al wildet gij, die naar uw aanleg een flegmaticus zijt, nog zoo graag een cholericus wor den, het zal u niet baten. Misschien benijdt gij. die een fleg maticus zijt, uw vriend, die door zijn sanguinischen aanleg aller harten stormenderhand inneent. Treur er niet om dat gij anders zijt dan hij. God heelt aan ieder van zijn men schenkinderen bijzondere gaven ge schonken in zijn aanleg. Woeker er mee tracht de goede eigenschappen die gij door uw temperament gekre gen hebt, te ontwikkelenbestrijdt de min goede en wees een zegen op de plaats waar gij gesteld zijt. BUITENLANDSCH OVERZICHT. Zal Duitschland met de verscherpte duikbootactie bereiken wat het beoogt Dat is de vraag die op antwoord wacht. Welk antwoord alleen door de feiten kan gegeven worden. Duitschlands regeering gaat natuurlijk van de veronderstelling uit dat het Engeland dwingen zal tot begeerte naar vrede. Tot nu toe was het Albion wel in de eerste plaats dat alle vredes- verwacht ingen den bodem heeft ingesla gen. De andere oorlogvoerenden zouden wel wat plooibaarder zyn als Engeland er kantoor ging, om eenige, onder een letter, voor hem aangekomen brieven in ontvangst te nemen, werd hem er ook zulk een uit gereikt, en aangezien hij het uur nog niet gepast achtte om de dames zijne op wachting te maken, slenterde hij naar buiten het strand op, liep wel een kwartier langs de zandige duinen, tot in de nabijheid van eenige visscherswoningen en legde zich toen, den lichten poncho onder zich uitspreidend, in de schaduw van een rnoerbezieboom, die hier geheel afgezonderd stond, op den grond neer. Hij haalde den ontvangen brief te voorschijn en opende het tamelijk groote couvert. Eene lichte wolk van misnoegen vloog er over het schoone gelaat van Pelloro bij het lezen van de weinige regels, en daarop zuchtte hij licht, scheurde den brief in zeer kleine stukjes en, zich achterover werpend, liet hij deze ieder afzonderlyk tot aan het laatste ervan, door den morgenwind naar zee drijven. Insgelijks handelde hij met het couvert. Daarop lag hij, de armen kruiselings onder het hoofd houdende, peinzend op zyne aan gename rustplaats, en keek nu eens naar de prachtige zee, dan weer opwaarts naar een azuurblauwen hemel, of volgde droo- mend de vlucht der zeemeeuwen, die zich gedruischloos in de lucht wiegelden. Plotseling scheen het hem toe, alsof hij stemmen en welbekende, vrouwelijke stem men hoorde. Hij richtte zich op een arm op en luis terde, vervolgens sprong hy haastig op en maar niet achter zat. Als dat rijk dus tot rede gebracht kon worden zou er kans zijn op staking der vijandelijkheden. Maar zal nu de duikboot doen wat allen be middelaars tot nu toe mislukt is Tot nog toe zijn er zeker een groot aantal schepen van de geallieerden in den grond geboord, en wat van niet min der belang is de vaart der neutralen ligt nagenoeg stil. Maar wij zijn nog maar aan het eerste bedrijf van het nieu we treurspel, dat wordt opgevoerd. De onzijdigen hebben voorloopig hunne sche pen zooveel mogelijk thuis gehouden of, zoo zij reeds onderweg waren, naar een veilige haven laten terugkeeren zij moe ten eerst den nieuwen toestand overzien en de maatregelen beramen, om de geva ren daarvan te vermijden. Ook in Fe bruari 1915, toen de eerste periode van den duikbootoorlog begon, was de uitwer king van het dreigement in den beginne het grootstin verschillende neutrale lan den staakten een aantal stoomvaartonder- -nemingen den dienst op Engeland het scheepsvolk wilde zich niet laten aanmon steren op vaartuigen die voor Engelsche havens bestemd waren. Al spoedig is dat toen anders geworden Nu ziet het er ontegenzeggelijk op dit oogenblik voor de scheepvaart der onzijdi gen veel somberder uit dan destijds het voor hen als gevaarlijk aangegeven zeege bied is veel grooter dan toen en er is veel minder reden om te veronderstellen, dat Duitschland in de practijk met zich zal laten praten. Maar toch moet ook nu eigenlijk nog blijken, in hoeverre Duitschland zijn drei gement kan uitvoeren de wil daartoe zal ditmaal wel aanwezig zijn maar over het verinogen om de vaart op de landen der geallieerden stil te leggen kan men nog niet oordeelen. Wel leest men in Duitsch land dat het er met Engeland kwaad voor gaat staan. Zoo heeft de correspondent van de Vos- sische Ztg. aan het Westelijk front aan de kust van Vlaanderen een juist thuis gekomen duikboot-commandant gesproken, die nog vóór 1 Februari uitgevaren was en thans weer op zee vertoeft. Hij ver telde, dat de geregelde verbinding tusschen Engeland en Frankrijk niet meer bestaat. Dat werd den correspondent bevestigd door marine-vliegers, die op hun laatste patroel- jetochten op die route geen enkel schip stond een oogenblik later voor Manuela en Mecerdes. De jonge dames weken eerst verschrikt acheruit, toen er zoo plotseling een man vóór haar opsprong, toen zij echter Diego herkenden, staken zij hem hartelijk de hand toe, en een gloeiende blos overtoog het bekoorlijke gelaat van Manuela. »Ha!« riep Mecerdes verheugd en op plagenden toon, »dat noem ik nu eens geluk hebben. Beso la manos, senor. (Ik groet u, mijnheer Wij hebben daareven nog over u gesproken, en lupus in fabula (als de wolf in de fabel) daar ontmoeten wij u ook reeds. »En zou het mij vergund zijn te vragen, waarheen de dames reeds zoo vroeg in den morgen hare schreden wenden?® »Daar ge er zoo beleefd om vraagt, zeer zeker, sennor. Ik ben gewoon om iederen morgen in de boeren- of visscherswoningen een groot glas melk, zoo versch van de koe te drinken, mijne zuster heeft dat niet noodig, zij is overigens ook niet bijzonder op die minder welriekende atmosfeer van den koestal, aangezien ik weet, dat zij zich thans onder goede hoede bevindt, zoo laat ik haar hier en snel heen om mijne taak te volbrengen. A dios It en zonder op een antwoord te wachten, maakte zij voor beiden eene spottende buiging en snelde naar het naastbijzynde huis heen. Wordt vervolgd XtVSItLAD voor Het Land van Heusden en Altena, de Langstraat en de Bommelerwaard.

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1917 | | pagina 1