Slecht Humeur. land van alten* Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden. No. 3663, Woensdag 18 April 1917. H l IILI T IV EL NERO. Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG. Abonneme n ^s p r ij sper 3 maanden 0.90, franco per post zonder prijsverhooging. Afzonderlijke nummers 5 cent. van Advertentiën meer 10 cent. Advertentiën worden 4 uur ingewacht. 16 regels 60 cent. Elke regel Groote letters naar plaatsruimte. tot Dinsdag- en Vrijdagmiddag Wat zijn ze diep te beklagen, die kinderen en menschen, die een slecht humeur hebben. Zie daar temidden van die spelende kinderen dat eene met een stuursch, ontevreden gezicht staat ze tegen den muur het spel ging niet precies naar weiisch en „Zij werd Datuurlijk weer boos" zoq- als de anderen zeiden. „Spellebreek- ster" roepen er een paar. En als allen straks naar huis gaan is er een die is blijven mokken en die niet heeft genoten Ongelukkig kind! En als dezulken groot worden dan, blijft het hetzelfde, ongelukkige schepsels voor zichzelf, spellebrekers d. w. z. vreugdebeder vers voor hun omgeving. We zeiden daar netongelukkige schepsels, en dat is zeker waar, maar ze verdienen niet alleen een me delijdend woord, maar ook een woord van blaam. Zoo dikwijls wordt hu meurigheid als niet zoo heel ernstig opgenomen, maar de bestanddeelen die een slecht humeur voortbrengen zijn integendeel zeer ernstig: ja- loerschheid, boosheid, trotsch, liefde loosheid, eigengerechtigheid, norsch- heid, lichtgeraaktheid, liggen er aan ten grondslag. En daarom is slecht humeur zoo iets veelbeteekenends. Zijn beteekenis ligt niet in wat het i s, maar in wat het onthult. Een der eerste dingen, die ons met verbazing vervullen, bijzonder van het humeur, is het verschijnsel dat zij volkomen bestaanbaar is meteen hoogst zedelijk karakter. Laten we eens een voorbeeld ne men de oudste broeder in de gelij kenis van den verloren zoon. Op dien eenen avond, als zijn verloren broeder teruggekeerd is tot het va derlijk huis en er vreugde heerscht in huis en hof, dan hooft hij van verre reeds de geluiden van vroo- lijkheid en muziek. „Uw broeder is gekomen", zegt de knecht, „en uw vader heeft het gemeste kalf ge slacht." Zijfi broeder Zalig uur Wat zal zijn vader blij zijn.. Maar neen er is geen vreugde op dat gelaat; het is de zwarte wolk. „Het 23) Nu lieten haar de vreemde handen los en> de Genuees snelde het prieel binnen. Bliksemsnel opende hij met een kleinen sleutel een anders bijna niet zichtbare deur, nam licht het lichaam van het jonge meisje op zijn arm, en snelde, de deur met zijn voet weder toestootend, den wintertuin uit. «DiegoDiegomompelde Manuela voor zich uit, want de frissche lucht werkte verlevendigend op hare zinnen. «Carambo,* vloekte de Genuees, in het rond kijkend, »waar is het rijtuig?* Hy floot op eigenaardige wijze, en ter stond rolde er eene geslotene koets den hoek om. «Spoedig,* riep de ontvoerder. Een bediende, die naast den koetsier had gezeten, sprong van den bok en opende het portier. De Genuees tilde er Manuela in en stapte er eveneens in, de bediende sprong op den bok en de koets rolde langzaam tot aan den straatweg. Hier stond een gendarme te paard. «Wat doet gij hier te rijden vroeg hij den koetsier. «Eene dame van het hof is plotseling onwel geworden, zij bevond zich in den wintertuin en wenschte geen opzien te gemeste kalf, dat is meer dan ze ooit voor mij gedaan hebben." En hij werd toornig en wilde niet binnengaan. Samengestroomd zijn opeens de in vloeden van een dozijn zonden en nu verschroeien zij zijn ziel. En toch was deze oudste broeder een man van ernstige principes. Hij was als plichtgetrouw zoon thuis ge bleven, ofschoon hij ook bad kunnen gaan reizen en trekken als zijn jon gere broeder. En hij werd voor de bedienden een voorbeeld van spaar zaamheid en plichtgevoel. Want het gepaard gaan met een schijnbaar hoogstaand karakter is een pijnlijke omstandigheid bij de ondeugd van het slechte humeur. In werkelijkheid hebben wij geen maatstaf om op de juiste waarde te schatten menschen, die doorgaan voor modellen van alle mogelijke deugden. Sommige men schen bv. worden teruggehouden van het op den kwaden weg gaan enkel door lafheid. En zoo kan het gebeu ren dat verscheiden innerlijk slechte menschen hun uiterlijke deugd be houden. De verloren zoon was zonder eenigen twijfel een beter mensch om te ontmoeten en een uur mee door te brengen dan zijn onbevlekte broe der. Een rijkdom van teederheid en edelmoedigheid, waarlijk zachte en edele neigingen verrassen ons voort durend in karakters, die hopeloos door de menschen uit hun kring zijn gebannen. Ontmoeten wij niet dik wijls in de laagste klassen der maat schappij mannen en vrouwen die onder een ruwe bolster een edele kern verbergenarmen, die mede- deelen van het weinigje dat ze be zitten, huismoeders die, moéde en afgemat, waken bij een zieke buur vrouw. Maar we zijn een weinig afgedwaald van ons onderwerp. Waar wareh we ook gebleven O ja, bij schijnbaar hoogstaande menschen, ontmoeten we dikwijls de zonde van het slechte humeur. En het wordt hun meestal dikwijls niet erg aangerekend en toch is het wel erg. Want, en dit is ook zulk een verzwarende omstandigheid, het booze humeur doet zich meestal slechts gelden tegenover de zwakken en ondergeschikten. En nu denken wij in de eerste baren door haar vervoer door de zalen en het hoofdportaal en daarom beval zij ons, om hier voor te rijden, waar eveneens een kleine uitgang is.« De gendarme gaf door een wenk te ver staan, dat deze verklaring hem voldoende was, en in galop reed nu het rijtuig langs den1 straatweg voort. Twee minuten nauwelijks na Manuela's ontvoering keerde Juan terug om zijne zuster te berichten, dat de ouders en de markiezin Pelloro zijn voorstel hadden aan genomen en hem volgden, maar plotseling bleef hij verschrikt stilstaan. Manuela was nergens te zien, daarentegen heerschte er in het prieel eene zoetachtige, bedwemen- de lucht als van chloroform, en wat was dat Eene deur Slechts half ge sloten, en Manuela's kanten zakdoek op den drempel, half buiten den tuin lig gende. Onwillekeurig rukte Juan de deur open en snelde naar buiten tot aan den hier verlaten rijweg. De gendarme zag hem in zijn kostuum en kwam naar hem toe- rijden. «De sennor is zeker familie van die arme dame vroeg hij. «Ik riep Juan ontsteld. «Welke arme dame «Wel, zoo even bracht men'eene zieke dame uit deze deur in hare equipage.* «Om Godswil, spreek, waar is het ry- tuig «Het reed in galop naar de stad.* plaats aan kinderen. Wat hebben kinderen niet vaak te lijden van het booze humeur van yadérs, moeders, dienstmeisjes, onderwijzers enz. Is het niet zielig dat zij, die zich niet verweeren kqnnen, zoo te lijden heb ben onder grauwen en snauwen en onverdiende harde bejegening? Men laat zich maar gaan, strijdt niet tegen opkomende toorn, begaat onrecht vaardigheid op onrechtvaardigheid. En wat eigenlijk het ergste is, het verlaagt het oordeel der kinderen. Ze zijn onderworpen aan een gezag dat slechts op luim berust en leeren daardoor niet dat oordeel en hande len gebouwd moet zijn op liefde en rechtvaardigheid. Een jongen, die door zijn moeder behandeld wordt al naar de luim (en meestal de booze luim) het haar ingeeft, zal! licht ge neigd zijn om evenzoo te handelen snauwt en grauwt tegen kleinere broertjes en zusjes, kameraadjes enz Zij hebben het gevoel dat hun zaak wordt afgedaan met kort recht, zonder verhoor, en die soort van lynchwet voor kinderen, waaraan zij onophou- lijk worden onderworpen, leert geen zedelijke beginselen, legt gewettigde gevoelens het zwijgen op en straft inderdaad met een veel ernstiger straf dan men bedoeldedoor het uitroeien van alle gevoel van recht vaardigheid. „Spellebrekers" worden de slecht gehumeurde kinderen genoemd, die de vreugde der anderen bederven „Vreugdebedervers, gelukbedervers zouden we de groote menschen willen noemen die hun booze luimen niet aan banden leggen, maar er hun omgeving het leven door verbitteren. En dat terwijl de gave om geluk te verspreiden dikwijls zoo eenvoudig is. Vreugde verspreiden of vreug de bederven wie kiest willens en wetens het laatste deel voor zich,? BUITENLANDSCH OVERZICHT. Er is weer belangrijk nieuws. En het staat ook nu weer in verband met Rus land. De vorige maal eindigden wij met te zeggen, dat dit land ons nog wel eens meer verrassingen kon bereiden en hadden toen het oog op de arbeiderspartij, een soort nevenregeering. Doch nu komt het nieuws met betrekking tot Rusland niet »ANe duivels,riep Juan in den hoogsten angst uit, »het is mijne zuster, men heeft haar ontvoerd. Ik ben Juan Diza, de zoon van den generaal-toldirecteur te Irun, en tolkapitein geef mij spoedig uw paard, neem zelf een ander en volg mij. Ik neem alle verantwoordelijkheid op mij, en van eene groote belooning kunt gij verzekerd zijn. Doch spoedig, in 's hemelsnaam, spoedig. Nog half verbluft steeg de gendarme af. «Ziehier,fceide hij een snel besluit riemende. «Ik volg u op het paard van een ander. Maar vöór ik het vergeet, vijf minuten hier vandaar slaat de straatweg naar Bilbao af, dien gij van avond by het maanlicht tot op verren afstand kunt over zien, wie weet of het rijtuig dezen weg niet neemt.* Reeds zat Juan te paard. «Zorg er voor, dat mijne ouders in den wintertuin van het paleis verwittigd wor den riep hij en verdween toen om den hoek van het paleis. Hier echter moest hij otnzichtig de dub bele rij van rijtuigen voorbijgaan, die hier op hare meesters wachten, maar eindelijk was hij deze ten einde, de jonge man gaf toen het paard de sporen en in ge- strektep galop vloog ditvoort. Ongeveer een twee honderd passen van het paleis ontmoette hij een muildierdrijver met eenige muildieren. «Is er u ook eene geslotene koets hard voorbygereden riep Juan den man toe. uit dat land zelf, maar uit het kamp der centralen. Deze toch hebben een officieuse verklaring afgelegd, dat zij wel bereid zijn tot vrede te komen door schikking. Nu, dat is ditmaal niet voor het eerst. Offitciëel was er reeds zoo'n voorstel in December en daarna nog enkele malen. Maar tot nu toe zijn al die vredespogingen door onderling overleg op niets uitgeloopen. De entente had er geen ooren naar. Of' ze het nu wel zal hebben Laat ons eerst maar eens zien naar de verklaring zelve. Ze komt uit Duitschland en Oosten rijk—Hongarije. Wat het eerste land betreft, de »Nord- deutsche Allgewieine Zeitung schrijft in haar Zondagsnummer De voorloopige regeering te St. Peters burg heeft den lOderi April een manifest uitgevaardigd, dat, wat de werkelijke ponten betreft, overeenkomt met de ver klaringen van Duitschland en zijn bondge- nooten.' Volgens deze streven beide par tijen naar niets anders dan waarborgen voor het bestaan, de eer en de, ontwikke- lingsvrijheid harer volken. Het is noch de wensch en ligt evenmin in de belangensfeer der centrale mogendheden, dat het Russi sche volk vernederd of in zijn levensvoor waarden geschokt uit den strijd te voor schijn treedt., Zij verlangen niet de eei of de vrijheid van het Russische volk aan te randen en koesteren geen auderei wensch dan met een tevreden nabuur in eendracht en vriendschap te leven. Daarbij komt, dat het hoegenaamd niet in de bedoeling van Duitschland ligt, zich te bemoeien met de reorganisatie van den Russischen binnenlandschen toestand of Rusland opnieuw te bedreigen in het uur, dat zijn vrijheid geboren werd. Daii gaat deze verklaring voort met op te merken dat het niet Duitschjands schuld is zoo Rusland langer moet bloeden en lijden. Engeland, Frankrijk, Italië en de anderen, die zijn 't, die geen vrede willet ten/ij Duitschland geknot, Oostenrijk ver splinterd, Turkije uit Europa verdronget en verdeeld is. Het Russische volk zal, niemand ver wacht het anders, zijn verplichtingen jegens zijn bondgenooten trouw blijven, maar het zal weten, dat zijn zonen nog strijden en sterven moeten omdat zijn bondgenootei 't zoo willen om hun eigen veroverings- en annexatieplannen door te zetten. l)at is de reden, waarom Rusland honger en anderszins Jijden moet, in plaats van zich te vrijheid verkeer verheugen in de pas en zich te wijden in zijn met nabureti aan verworven vreedzaam de werken en de idealen der t «Ja, sennor,* antwoordde deze. «Hei rijtuig reed als de duivel, maar sl^eg den straatweg naar Bilbao in. Het had ér veel van of er iemand inzat, die om hulp riep. Wanneer de sennor Doch reeds was Juan weder te ver weg, dan dat hij bet verhaal van den spraak zamer! boer nog zou hebben kunnen hooien Daar lag de - groote weg naar Bilbao, doch hoe ver hij dezen ook vermocht te overzien, nergens was een rijtuig te be speuren, wanhopig gaf Juan zijn paard de sporen en reed verdër. Uit het paleis, dat thans rechts achter hem lag, weerklonk verlokkelijk de dans muziek. Wat hadden de weinige minuten, die er tusschen den laatsten dans en dit oogen- blik lagen* eene verandering voor hem ge bracht Doch, hoor. Klonk het daar niet, alsof' er een rijtuig donderend over eene brug rolde? En daar ginds stroomde, gelijk Juan wist, de kleine rivier de Manzanares, en eene houten brug voerde er over heen. Daar lag de rivier en ook Juan reed er donderend overheen. Zijn hart klopte tot barstens to,e, thans moest hij óf het rijtuig zien, öf wel dit was een anderen weg in geslagen. De voorzienigheid had hem echter op den rechten weg geleid, ginds, nauwelijks vijf honderd schreden vóór hem uit, reed het rijtuig in vliegende vaart, thans kon het Juan niet meer ontgaan, iedere sprong van den vooruitgang menschheid. Wie tusschen de regels inleest verneemt hier op nieuw het voorstel tot toenadering. Er is geen reden elkander riog langer te bekampen, zoo heet het hier. Wij, Duit- schers, begeeren geen veroveringen te ma ken Indien de ententemogendheden en Rusland in het bizonder, hetzelfde verlan gen, waartoe dan den onzaligen strijd nog voortgezet? Een zelfde toon klinkt in de verklaring van Oostenrijk-Hongarye. Ook daarin wordt er op gewezen dat Rusland en Oostenrijk, wel beschouwd, een zelfde doel nastreven. Het kan dan ook vastgesteld worden, dat de Oostenrijksch-Hongaarsche regeering en de voorloopige Russische regeering op dezelfde wijze naar een voor beide rijken eervollen yrede streven, een vrede, die, gelijk in het vredesaanbod van Oostenrijk- Hongarije en zijn bondgenooten van 12 December 1916 gezegd is, de ontwikke lingsmogelijkheid der oorlogvoerende staten verzekert. De overtuiging der bondgenoo ten, dat hun recnten en gegronde aan spraken zich met die der andere naties geheel kunnen veiéenigen, bestaat, volgens de verklaring van de voorloopige Russische regeering bij deze in versterkten mate. Daar hiermede de geheele wereld en in het bijzonder de volken Rusland duidelijk is aangetoond, dat Rusland niet meer ge dwongen is voor zijn verdediging en voor de vrijheid van zijn volken te strijden, kan het, bij deze gelijkheid van oogmerken van de verbonden regeeringen en van de voor loopige regeering van Rusland,, niet moeilijk zijn den weg tot overeenstemming te vinden. Of nu deze pogingen met goeden uitslag bekroond zullen worden Wij gelooven er niet veel van. Immers, de centralen eischen dat op een eventueele vredesconferentie ook zij vertegenwoordigd zullen zijn. Dat men dus niet buiten hen om over hun lot zal beslissen. Dat de entente, m. a. w., zal erkennen dat zij niet bij machte is Duitsch land. te dwingen tot vrede. Doch de en- -tente heeft in haar officieele en officieuse antwoorden steeds herhaald, dat Duitsch land zich eerst overwonnen moest verklaren wilden de wapenen worden neergelegd. En nu begrijpt men wel dat vooral in deze dagen de vijanden der centralen niet hooren willen van een conferentie. Immers hun van zijn wakker bruintje bracht hem er dichter bij. «Sta, vervloekte riep lJuan hijgend, »of gij zijt allen des doods Het rijtuig was thans nog maar weinige schreden van hem verwijderd. Een hoorierid gelach klóuk hem als ant woord in de ooren, en een man sprong van den bok van het rijtuig, dat zonder oponthoud doorreed. «Terug, don Juan Diaz, wanneer uw leve» u lief is'c nep de man. Plotseling heiinnerde deze zich, dat hij geheel ongewapend was, terwijl de ander hem twee pistolen voorhield. De wakkere, jonge man weifelde echter geen oogenblik hij reed recht op den, mid den op den weg staandeu gewapende aan. Deze loste drie scholen achter elkander. Juan voelde eene vlijmende pijn in de lin kerborst, het paard steigerde, eveneens zwaar gelroflen, balanceerde nog een oogen blik op de achierbeenen, en stortte daarna loodzwaar achterover, den jongen man on der zijn zwaren last begravende. «Die heeft vooreerst genoeg,* riep de moordenaar eri snelde, zonder zich verder om den ongelukkige te bekommeren, naar het rijtuig terug, t welk op een vijftigtal passen stil was blijven staan. IJlings sprong hij weder op den bok, de koetsier legde de zweep over de paar den en onmiddellijk daarop rolde het rij tuig opnieuw voorwaarts. Wordt vervoijd. voor Het Laid vai Heisden en Alteia en de Bommelemari

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1917 | | pagina 1