I
1
voor 1st Lui ui Htisltui Alten de
STRIJD.
feuilleton.
Uitgever: l. j. VEERMAN, Heusden.
No, 3667. Woensdag 2 Mei 1917.
EL NERO.
A
Und van altera
Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementsprijs: per 3 maanden 0.90,
franco per post zonder prijsverhooging. Afzonderlijke
nummers 5 cent.
Advertentiën van 16 regels 60 cent. Elke regel
meer 10 cent. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdagmiddag
4 uur ingewacht.
Het leven is een strijd. Strijd is
er op elk gebied. Dat zijn woorden
die wij al zoo dikwijls gehoord heb
ben, dat zij bijna hunne beteekenis
voor ons verloren hebben. En toch
verbloemen zij nietszij drukken
volkomen uit wat zij zeggen, hetgeen
bij vele spreekwijzen niet altijd het
geval is.
De strijd dien de mensch moet
voeren bestaat zoowel op stoffelijk
als op geestelijk gebied. Op stoffelijk
gebied levert de mensch dien strijd
tegen zijn evenmensch, tegen de die
ren en tegen de planten.
De eerste strijd dien de mensch te
strijden had is zeker wel tegen de
dieren geweest. De gevaarlijke kunst
der dierentemmers, die ons nu nog
1 in verbazing brengt, bewijst ons de
groote 1 macht die de mensch heeft
over dé grootste en wijdste roofdie
ren. Zelfs in oude. tijden, in het eerst
van onze geschiedenis, werd de
mensch overwinnaar in den strijd
Wij lezen van Nimrod, die een mach
tig jager was voor den Heervan
Simson, die een leeuw worgdevan
Hercules, die hetzelfde deed. Van de
daden der wilden, die eens in Europa
leefden en wier leven een aanhou
dende strijd moqt geweest zijn met
de grootste zoogdieren, met de dieren,
wier beenderen wij vermengd vinden
met de menschelijke werktuigen, be
zitten wij geen heldendiehten die hun
lof bezingen, maar zij hebben hoogst
waarschijnlijk den.laatsten mammouth
gedood en het laatste wilde rund
getemd. Onze oudste Germaansche
liederen, sprekende van een tijd, lang
nadien, noemen nog den Urus, den
Elk, den Sche.lk en den Wisent, na
men, die met de diersoorten geheel
en al verdwenen zijn.
De strijd van den mensch tegen
de wilde dieren heeft er veel toe
bijgedragen om zijne' lichamelijke
schoonheid en kracht te ontwikkelen,
die strijd heeft hun moed en dapper
heid gegevenevengoed als men
heeft„nood leert bidden," heeft men
ook„nood leert strijden." Azië, de
27)
Eer echter Dolores het overschot van het
maal wegbracht, stak Manuela, zonder dat
het meisje het bemerkte, een zeer schérp
dolkvormig mes, dat by de spijzen lag, bij
zich en in het bezit daarvan gevoelde zij
zich nu veel geruster.
Zij bezat nu immers een wapen, dat zij
zich voornam in geval van nood vast te
gebruiken. Tevens besloot zij, haar uiterste
best te doen om hare gevangenschap te
ontvluchten, en daartoe eerst' de genegen
heid harer bediende te winnen.
Dit laatste viel haar dan ook volstrekt
niet moeielijk. Wauneer zij echter gemeend
had, deze daardoor te bewegen, om haar
bij hare vlucht behulpzaam te zijn, dan
bedroog zij zich ten zeerste, want in de
eerste plaats was hare vrees voor de wraak
van den graaf veel te groot, dan dat zij het
gewaagd zoude hebben, om tegen diens
bevelen te handelen, en ten andere was
haar het laatste geheel onmogelijk gemaakt.
Zij mocht, evenals Manuela, buiten het
huis alleen de veranda en nu en dan, maar
onder streng, persoonlyk opzicht van den
ouden bediende, het achterste gedeelte
van den tuin, tot op een honderdtal schre
den van het huis betreden, verder mocht
zij echter niet komen.
woonplaats van leeuwen en tijgers,
heeft !de eerste krachtige volken
voortgebracht. Die Afrikanen, in
wier land de leeuw leeft, zijn de
krachtig'sten onder de negers. In
Amerika heeft men nooit die groote,
sterke dieren gehad4 vandaar dan
ook, dat de oorspronkelijke Amerika-
neh, met de anderen vergeleken,
yeel zwakker zijnhun strijd met
den Jaguar en Puma is veel minder
geschikt om hunne physieke krach
ten te ontwikkelen. En de Nieuw-
Hollanders zijn een uitstervende stam
zij hebben en hadden geen, dieren
in hun land, die voor hun leven ge
vaarlijk waren. James Cook, hen
bezoekende, ondervond dat zij niet
eens wisten, hoe zij den Kangoeroe
moesten jagen..
Alle dieren kunnen door den mensch
getemd wordeiï. Over het algemeen
hield men de hyena voor ontembaar,
maar in de oasen van Kordofan, ten
zuiden van Egypte, is hij tam als een
hond. Te Rome spande* men vroeger
leeuwen en tijgers gezamenlijk voor
de kar. De oude Indiërs reden op
den rug van leeuwen en luipaardep,
en thans nog gebruikt men in Indië
een kleinen tijger, jachtluipaard, als
jachthond. Frederik BarbarosSa hield
zulke jachtluipaarden, zij lagen achter
ö.p het paard, sprongen er af op een
gegeven teeken en vervolgden het
wild. Sommige Noord-Amerikaansche
stammen jagen met getemde wolven.
De Egyptenaren speelden met de
gevaarlijkste slangen, zij lieten ze
zoogenaamd dansen op de maat der
fluit, zij wonden ze om hun lichaam
of om de armen, gebruikten ze als
stokken, kortom zij deden er mede
wat zij wilden.
Het temmen van sommige onzer
huisdieren, die zeker niet, zooals we'
eens beweerd is, als huisdieren ge
schapen zijn, schijnt het werk van
duizenden jaren te zijn geweest, want
de aard van het wilde dier is bijna
volkomen gewijzigd en veranderd.
Het wilde paard uit de steppen varr
Zuid-Rusland is zoo wild, dat bet
bijna onmogelijk schijnt het te temmen
slechts zeer langzaam is het paarc
voor ons gebruik geschikt gemaakt.
De schilderijen van Persepolis ver-
toonen geen ruiters, zelfs in Rome
Daarbij kwam nog, dat beiden nooit ie
mand anders van de bedienden, dan den
ouden, norschen knecht te zien kregenop
zekere uren van den dag werden zij in de
slaapkamer van Manuela opgesloten, zoo
ook, wanneer de andere kamers gereinigd
werden, en zij hoorden dan aan hetJachen
en praten der werkenden, dat er een groot
aantal meiden en knechts aanwezig was,
of deze echter iets van Mariuela's aanwe
zigheid wisten, dit was hun onbekend.
Dolores was de dochter van arme land
lieden, die tot heerendiensten op het slot
verplicht waren. Zij bewoonden in het,
tot het slot behoorende dorp eene kleine
hut. 1
De oude norsche bediende was haar oom,
en, toen deze bij hare ouders verscheen
en Dolores tegen een flink loon in betrek
king nam ter bediening van eene jonge
dame, die binnen kort op het kasteel Zoude
aankomen, scheen dit hare ouders en haar
zelve zulk een buitengewoon geluk toe, dat
zij haar oom de stiptste. gehoorzaamheid
beloofde, eene belofte, dat zij, zelfs al stond
haar leven er bij op het spel, wel nimmer,
althans niet licht verbreken zou.
Zoo ging d^g op dag voorbij en dage
lijks verwachtte Manuela dat graaf Castilio
zou aankomen, voor welk geval zij vast
besloten was, eerder haar mes tegen hem
of tegen zich zeiven te gebruiken, dan hem
ten offer te vallen, doch iedere dag ging
om, zonder dat de verwachte verscheen en
de gevangene geraakte van lieverlede in
werden paarden slechts gebruikt om
oorlogskarren te trekken. De Per
zische koning Cyrus was de eerste,
die eene ruiterij oprichtte. Ofschoon
er ten tijde van Mozes paarden in
Egypte waren, zijn de Egyptenaren
niet op hunne monumenten afgebeeld
als te paard zittende, maar hunne
vijanden, de Arabieren en Indianen,
zijn zoo afgebeeld. Het edelste en
schoonste paardenras, het Arabische,
is slechts èen product van langdurige
zorg en opvoeding. Ook onze tamme
dieren hebben eene historie Op eene
oud-Egyptische schilderij wordt de
ram gebruikt om het land te ploe
gen; het is nog maar eenige eeuwen
geleden dat het paard den 'os heeft
vervangen voor den ploeg.
En het is oppervlakkig zonderling,
maar de groote dierenvan heCbosch
verdwijnen het eerst voor den mensch
hetzij,* omdat zij het gevaarlijkst zijn,
hetzij omdat zij het meeste voedsel
noodig j hebben en dus den mensch
het meeste nadeel doen. Hannibal
kwam met zijn leger uit Noord-Afrika
naar Europa, hij had een menigte
olifanten bij zich, die daar inheemsch
warensedert veertien a vijftien
eeuwen zijn zij uit dat gedeelte van
het werelddeel verdwenen. Leeuwen
zijn er, niet meer in Klein-Azië; dat
zij er geweest zijn, blijkt o a daar
uit, dat de leeuwen- en tijgerjacht
onder de Romeinen een keizerlijk
privilege was. Zoo verdween de beer
uit de bosschen-van Duitschl^nd, waar
hij lang voor het grootste dier wrerd
gehouden en in oude liederen de ko
ning der dieren werd genoemd. De
aueros is reeds lang uit onze streken
verdwenen, en hij zon in geheel
Europa te vergeefs gezocht worden
als het Russische gouvernement niet
eene kudde beschermde in hetbosch
van Bialowicz. Daar blijft hij bpstaan
ten gerieve van de jachtliefhebbers
Zoo is het gegaan met den eland, die
nog maar op eene plaats in Europa
leeft, n.l. in het bosch van Ibenhorst
in Duitsehland. De bever leefde
vroeger in onze wateren en het wilde
zwijn werd in alle bosschen van ons
land gevonden. Bij de ruïne van
Brederode vond men ettelijke jaren
geleden nog beenderen en slagtanden
van wilde zwijnen, die waarschijnlijk
een toestand van zenuwachtige verzwakking.
De anders op hare wangen bloeiende
rozen verdwenen en maakten plaats voor
eene ziekelijke bleekheid, de straal harer
oogen weid matter en alle levenslust ont
vlood haar.
Ternauwernood nog raakte zij de spijzen
aan, die haar, voorgezet werden, hef ge
keuvel van Dolores vermocht haar geen
glimlach meer af te dwiugen, Uren lang
kon zij onder heete tranen, op de kniëen
vóór haar bed doorbrengen, en de bezorgde,
haar werkelijk liefhebbende Dolores weende
dan met haar, zonder te weten waarom.
TIENDE HOOFDSTUK.
Het duel.
Inmiddels had de familie Diza, zoowel
als de politie der hoofdstad, zich uitgeput
in navorschingen naar de verdwenene, zon
der dat de resultaten meer dan negatief
waren geweest.
Dat de ontvoering van Manuela geschied
was door den man in Genueesche kleeding,
dit was licht te constateeren geweest dooi
de verklaringen van den gendarme, daar
er echter een don Ramon Plastro, noch
als ministrieel ambtenaar, noch als parti
culier in Madrid te vinden was en ook nooit
bestaan had, zoo was het duidelijk, dat de
Genuees zich zei ven een valschen naam
had gegeven.
Verder viel ook aan te nemen/ dat de
Genuees denkelijk wel niet in zijn eigen
>elang de ontvoering gepleegd had, in eene
op de tafels van dit grafelijk verblijf
hebben dienst gedaan en riu bewaard
worden in de museums van Haarlem
en Leiden.
De walvisch ook is verbazend in
aantal afgenomen, en moet al verder
en verder worden' opgespoord. Het
is vooral de sphuld van het zooge
naamde zwakke geslacht, dat dit
grootste aller zoogdieren zoo zeld
zaam wordt. Traan en balein zijn de
dingen, waarom de walvisch wordt
gedood. De prijs van het balein was
vooral zeer hoog, tengevolge van het
maken van corsetten. Als de crino-
lies in de mode waren gebleven, en
men had baleinen in plaats van sta
len veeren gebruikt, zou er misschien
geen enkele walvisch meer leven.
Dan zou het er mogelijk mee gegaan
zijn als met de zeekoe in Rusland,
die zoo volkomen in een zestigtal
jaren is uitgeroeid, dat men zelfs
tegenwoordig niet eens éen volkomen
geraamte, van dat dier bezit.
List en schranderheid vervangen
bij den mensch de plaats van kracht
in zijn ongelijken strijd met de die
ren. En waar list en schranderheid
niet meer baten, daar gebruikt hij
vergif De Indianen aan de Ama-
zonenrivier dooden de dieren met
pijlen, die vergiftigd zijn. Zulke pij
len gebruikt men ook op Borneo en
in geheel Indië. Het gebruik van
dat vergif, curare of woerari, maaki
het vleesch der daarmede gedoode
dieren niet ongeschikt tpt voedse
vöor den mensch en in sommige
streken is het een handelsartikel
zooals bij ons buskruit. De tijd, waarin
dat vergif'bereid wordt, is een feest
tijd.
En zoo is de mensch maar door
gegaan, alle eeuwen door, met te
strijden, te strijden. Om zijn bestaan
om uitbreiding van macht, ja waar
niet om. Tegen het dier tegen
zijn medemensch en tegen zich
zelf. En deze laatste strijd is waar
lijk niet de minst zware. Of is het
niet waar dat wie zichzelf overwin
sterker is dan wie een stad overwint
Laat de mensch dan maar woelen en
en strijden, mits hij strijde voor een
rechtvaardige zaak.
o
BUITENLANDSCH OVERZICHT.
plotselinge liefde voor Manuela ontvlamd
want het aannemen var» een valschen naam,
het gebruiken van chloroform om Manuela
te bedwelmen, zoomeje het voor de vlucht
gereedstaande rijtuig bewezen voldoende
eene zorgvuldige voorbereiding der schaking.
Nu deelde don Diaz zijn toekomstige
schoonzoon wel mede, dat de graaf Castilio
aanzoek had gedaan om Manuela's hand,
doch ook dit spoor scheen niet het juiste
te zijn, want de graaf was tot aan het
einde van het gemaskerde bal .steeds als
hof^edelman in de nabijheid Hunner Ma
jesteiten geweest en had van de geheele
familie Diaz niet de minste notitie geno
men. Buitendien kwam hij, toen de ont
voering van Manuelo bekend werd, iets wat
natuurlijk niet te verhinderen was, in per
soon bij don Diaz. Hy gaf bij dit bezoek
niet alleen zijn afschuw en zijne hoogste
verontwaardiging over de daad te kennen,
maar stelde ook al zijne macht en zijn
grooten invloed tot het opsporen van den
vermetelen vrouwenroover ter beschikking
van den diep terneergebogen vader, daarbij
zijne vereering voor Manuela volstrekt niet
onder stoelen of banken stekende.
Maar ondanks deze handelwijze, vatte
Pelloro instinctmatig verdenking tegen hem
°P-
De jonge man bevond zich in de hoogste
opgewondenheid en hud by zich zei ven
plechiig gezworen niet eerder te rusten
vóór hij den dader ontdekt, Manuela be-
vryd en den ontvoerder getuchtigd had.
»De Engelschman heeft aan het front
bij Atreeht gisteren zijn derde groote
bloedige nederlaag geleden. Na buiten
gewoon hevige en heen en weer golvende
gevechten bleef den Engelschen als eenig
succes van de met ontzaglyke massa's on
dernomen doorbraakslag, het door Engel-
sche granaten vernielde en in de vooruit
geschoven Duitsche stelling gelegen dorpje
Arleux ten N. va,n de Scarpe, voor welks
puinhoopen de Engelschen .andermaal met
duizenden dooden betaalden/ Alle andere
voordeelen, die de Engelschen in den loop
van den verwoeden slag hadden kunnen
behalen; werden door onze tegenaanvallen
in een gevecht op korten afstand weer
af handig gemaakt. Ten deele verbeterde
onze infanterie bij deze krachtige tegen
aanvallen hare oude stellingen naar voren
toe. Totdusver zijn 22 officieren en ruim
400 man als gevangenen alsmede een
aantal machinegeweren geteld.
Dat is het bericht uit het Duitsche
hoofdkwartier. »De derde bloedige neder
laag®, noemt dit officieele bericht den
derden slag bij Atreeht. Nu verstaan wij
gewone menschen onder een nederlaag
het verpletteren van den vijand, in ieder
geval den tegenstander zóó klop geven,
dat hij niet in staat is voorloopig weerstand
te bieden.
Maar in de Duitsche legertaal schijnt het
woord nederlaag hetzelfde te beteekenen
als een succes, 'dat beneden de oogmerken
en de verwachtingen van den aanvaller
bleef. Want het voordeel is ook nu weer
aan Engelschen kant geweestgelijk in de
vorige slagen bij Atreeht. Alleen de re
sultaten zijn heel wat minder dan die van
den tweeden en heelemaal niets als. men
ze vergelijkt met die van den eersten slag.
Het eenige wat de Engelschen bereikt heb
ben is, dat ze het stadje Arleux in handen
hebben gekregen, wat nauwelijks van eenige
taktische beteekjenis is.
liet blijkt op het Westerfront al duide
lijker dat de Duitschers zich geweldig weren
en de geallieerden een zwaren kamp te
voeren hebben. Uit .Reuters beschrijvingen
wordt duidelijk dat de Duitschers hun af
weerkracht voornamelijk zoeken in machine
geweerstellingen. Overal waar maar een
granaattrechter, een stuk muur, een plekje,
sterk door zijn ligging, te vinden is, heb
ben de Duitschers hun machinegeweren op
gesteld. Het moet onbeschrijfelijk zyn hoe
Zijn anders zoo vriendelijk wezen was
geheel veranderd. v
Met een somber, zorgvol gelaat liep hij
rond, nergens vond hij rust, maar alhoewel;
hij eene rustelooze werkzaamheid aan den'
dag legde, toch scheen alles te vergeefs
te zijn.
Zijne mismoedigheid werd nog daardoor
vermeerderd, dat de politie, die zich in den
beginne de zaak lévendig had aangetrok
ken, op eens al zijn aandringen slechts
beantwoordde met schouderophalen en met
er op te wijzen, hoe weinig gevolg de tot
dusver aangewende pogingen hadden ge
had, ja, men gafhem zelfs niet onduide
lijk te verstaan, dat men van meening was,
dat de ontvoering van Manuela met hare
eigene toestemming had plaats gehad.
Waartoe dus nog verdere moeite te doen
zij zoude wel iets van zich laten hooren
Zoo waren er bijna veertien dagen na
Manuela's verdwijning verloopen, toen Diego
op zekeren avond van een bezoek aan Juan,
die, nog steeds zwaar aan zijne wonden
lijdende, in de tuinderswoning ternederlag,
in zijne eigene woning terugkeerde.
Zijn bediende meldde hem, dat er een
man op hem wachtte, die hem dringend
wenschte te spreken.
Pelloro wierp zyn mantel af en trad
zijne spreekkamer binnen, die gelykertijd
zijn werkvertrek was, beval licht, en nadat
de bediende dit gebracht had, voerde hij
den aangedienden bezoeker binnen.
Wordt vervolgd.
email