Ütüli, OORLOGSMATERIAAL Uitgever: JL J. VEERMAN, Heusden. No. 3796. Woensdag 31 Juli 1918, Und van altena Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG. Abonnementsprijs: per 3 maanden 1.05, franco per post, zonder prijs verhooging. Afzonderlijke nummers 5 cent. Advertentiën van 4—6 regels 60 cent. Elke regel meer 40 cent. Groote letters naar plaatsruimte. Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdagmiddag y 4 uur ingewacht. We hebben verleden keer gepraat over de „Hollandsche Waterlinie" en nu we eenmaal begonnen zijirniet den oorlog of wat daarmee verband houdt kunnen we ook nog wel eens wat vertellen over oorlogsmateriaal. Een vraag die in dezen regentijd wel eens bij ons oprijst is deze Heeft het vele en zware schieten invloed op de weersgesteldheid Neen, niet meer. Vroeger wel De ondervinding heeft geleerd, dat veel rook in de atmosfeer den waterdamp aanleiding geeft om zich te verdich ten tot nevel en tot regen. Het vroe gere veenbranden in het Noorden van ons land werd geregeld gevolgd door regen, dikwijls ook door onweer. Dikke mist komt in fabriekssteden als Am sterdam veel meer voor dan b v. in Den Haag. De Londensche mist staat in verband met de Londensche fa brieken. In de laboratoriums der geleerden heeft men proefondervindelijk aange toond, dat de aanwezigheid van stof deeltjes (rook is stof) de vorming van nevels bevordert. Wetenschap en er varing stemmen hier dus overeen. En ook de geschiedenis der vroegere veldslagen. De slag bij Leipzig, 16, 17 en 19 October 1812, werd onder broken door een regendag, den 18en. De slag, die bij Waterloo eindigde, begon den 15en en 16en Juni bij Quatre-Bras en Ligny, en de 17e was een regendag. Nog op den morgen van den 18en, den dag van Waterloo, regende het. Zulk een regen bepaalt zich natuur lijk alleen,tot den naasten omrek van het slagveld, en geen oorlog in Frank rijk kan ons hier zulk een natten zomer bezorgen. Trouwens het voor jaar was niet nat. Doch bovendien geeft een veldslag tegenwoordig geen regen meer, want men gebruikt rooklos kruit. Rook wordt alleen maar gezien op de plaats, waar een granaat ontploft Opzettelijk vult men den granaat met rookend kruit; men kan dan nagaan, waar hij terecht komt, vóór of achter of in het doel, en men kan naar de uitkomst het kanon richten voor het FKIIILLKTOA H RATES, EEN LEVENSBEELD. 17 De enkele boer, die nog op weg is, ziet angstig omhoog en telt zachtkens »een, twee, drie, vier,« tot zestien, dan ratelt de slag. »'t Is nog ver afHij kijkt naar de lucht en haast zich naar huis. Een tweede lichtstraal, en bijna zonder tusschenpoos een donderslag die aarde en hemel doet sidderen. Carlo Carlo roept op eens de zieke in den kermiswagen. Carlo kom hier 'k heb zoo'n angst. Wees maar bedaard, Keetje 't zal wel zoo gedaan zijn.« O God 1 wat een slag, en wat is het donker; waar is Dorus?« »Hij is den straatweg opgelcopen om te zien Hè dat 's vreeselijk dat slaat zeker ergens in.« Bevend klemt vrouw Keetje zich aan den arm van haar man. Goddank 't begint harder te regenen, dat 's goed. Heb je 't paard bezorgd »'t Stalt aan de herberg.« »Och als die Dorus maar terugkwam. O I wat een licht, en de slag er dade- lyk boven op o God, mijn hoofd Wees toch niet zoo bang 't heeft niets volgende schot En nu over de ontploffing van mijnen Een verankerde mijn is onder water. Het anker is een gewicht, dat op den bodem ligt. Mijn en anker zijn door een kabel verbonden, zoo- dat de mijn zich in alle richtingen draaien kan. De wand van een mijn is stevig die mag niet voor een golfslag be zwijken. Ze is gedeeltelijk gevuld met luchtanders zou ze zinken Verder is ze gevuld met schietkatoen, dat niet door een schok ontploft, maar alleen door vuur. Er moet dus eene voorafgaande ontploffing zijn van licht ontvlambaar materiaal Daartoe heeft de mijn haar voelhoren. Die voel horen is bevestigd aan den gordel, en steekt vandaar naar boven, dus in de richting van een raaklijn langs den bol Deze voelhoren drukt legen een pin, die eindigt in een hoeveel heid slagkwik. Komt nu een voor werp tegen den voelhoren, dan ont ploft het slagkwik, dat zeer gevoelig is, en dit steekt op zijn beurt het schietkatoen in brand. Vaart een schip tegen een mijn, dan komt het met den bol in aan raking. Tengevolge van het voort varen van het schip wentelt de mijn- bol langs den wand, en de voelhoren moot dus met den scheepswand in aanraking komen. Aanraking van den mijnbol zelf veroorzaakt geen ontploffingzelfs een geweerschot, dat den bolwand treft en doorboort, doet nog de mijn niet ontploffen. De kogel moet be slist den voelhoren raken Bij een salvo gelukt dit meestal wel. Golfslag kan op een verankerde mijn geen invloed hebben, daar de mijn onder water blijft. Ook is de voelhoren zoo geplaatst, dat de lichte schudding door den golfslag, bij een losgeslagen mijn, nog geen ontplof fing veroorzaakt Er moot een stoot zijn, en die komt juist zoo licht bij een varend schip. Losgeslagen mijnen ontploffen immers zelfs niet, wanneer ze tegen het strand worden geworpen Natuurlijk ziet men aan de opper vlakte alleen losgeslagen mijnen die kunnen door onze zeegaten heen ook op de Zuiderzee komen, en daarom geen nood, de bui trekt al over.c Een zonderling vuur schittert in Keetjes oogenhaar lippen zijn droogin haar slapen tintelt en klopt het onuitstaanbaar. »Daar is Dorus,zegt de zieke eensklaps op droevigen toon. »WaarCarlo wendt het hoofd om, maar ziet niemand. Ha ha ha wat staat hem dat pakje grappig. Speel nog eens voor me toe, laat ik nog eens wat hooren, maar niet dat treurige, dat van laatst, hoor »Mijn God I Keetje wat zeg je Stil je moet Betty niet wakker ma ken, ze slaapt nog, ze heeft gisteren te veel gewerkt. Wat een leven is er bui ten. God I wat een geweld. »'t Dondert nog: het onweert, en Waarom sta jij hier? waar is Carlo »IIier ben ik, vrouw »Ik ken jou niet'k wil mijn man zien\ roep hem dan toch. Spelen, Dorus spe len tralalaia la la 1 tralala.cc De zieke ijlt verschrikkelijk, ze wil met alle geweld het bed uit en de sterke acro baat heeft moeite om haar in bedwang te houden. $Je doet me pijn, ik wil er uit 't Angstzweet parelt hem op het voor hoofd hij weet niet wat aan te vangen, neemt werktuigelijk een bak met water, die bij 't bed staat en doopt er een doek in, dien hij op 't brandende voorhoofd van Keetje legt. »Dat 's koud, hu 1 dat 's koud.« vaart men daar thans alleen over dag. De zeemijnen zijn groot genoeg 1 a 15 M in middellijn om ze overdag tijdig te zien en te ontwijken. Een vluchtende vloot werpt drij vende mijnen uit, om de achtervol gers op een eerbiedigen afstand te houden. Deze mijnen doen echter de neutrale scheepvaart geen kwaad, daar ze zóó zijn ingericht, dat ze een uur na het uitwerpen onschade lijk zijn. En dan nog iets over de onderzee booten. Hoe lang kan een onderzeeër onder water zijn, en tot welke diepte kan hij gaan In een beschrijving van deAmeri- kaansche duikboot Holland, die wel als type van vele duikbooten kan gelden, wordt vermeldt, dat zij 65 K.M. kan varen onder water, en daar zij 7 kcoopen snelheid heeft onder water (ongeveer 13 K M per uur) kan zij dien afstand in vijf uren afleggen. Dan is do electrische kracht, opge zameld in den accumulator, uitgeput. Gevaar voor stikken bestaat er dan nog volstrekt niet. De voorraad sa mengeperste lucht is voldoende voor dertig uren. Doch deze lucht wordt ook gebruikt om de boot naar boven te brengen, door het uitstooten van water uit watertanks. Men kan dus wel zeggen, dat vijf uren do langste tijd onder zee is, en dat de boot in dien tijd hoogstens twaalf uren gaans aflegt. Duiken doet men geregeld niet die per dan noodig is om het schip te verbergen met periscoop en al. Ver der dan zes M. diep gaat men al niet En veel dieper kan ook niet. Bij elke tien M. diepte neemt de drukking van het water toe met één atmosfeer, dat is met ruim een K G. per c.M2 Op 50 M. diepte zou elke vierkante M. oppervlakte van de boot een druk king te weerstaan hebben van 50.000 K.G. Staal van een c.M dik kan dat wel uitstaan stoomketels hebben van den samengepersten stoom ook die spanning' dikwijls te weerstaan maar men waagt toch niet noodeloos zijn schip aan zulk een drukking. o »'t Zal je goed doen.« »Daar komt hij! daar komt hij roept nog op den weg eensklaps Dorus, die, zoo snel zijn reeds vermoeide beenen het hem veroorloven, komt aanrennen. Ademloos bereikt hij den wagen en herhaalt»Dok- ter Abels komt er aan, Carlo Hoe is 't er mee aBitter naar, ze is heelemaal buiten westen. 't Gromt, rommelt en dondert nog onop houdelijk, dan in de verte, dan. van nabij, maar toch trekt het onweer over, het wordt iets lichter, en de stortbui maakt plaats voor een zachten, milden regen. De droge, harde grond heeft gretig het vallende wa ter verzwolgen, maar op enkele plaatsen is de toevoer te groot geweest, en hebben zich plassen gevormd waarin de bliksem, als hij neerschiet, zich een ondeelbaar oogen- blik weerkaatst. Rondom den kermiswa gen heeft zich een soort van meertje ge vormd de zandweg is in een poel van leem en modeler veranderd. Het rijtuig van dokter Abels heeft de plek, waar Carlo's wagen staat, bereikt. »Hierheen, dokterroept Dorus hem te gemoet, hierheen 1 Kom langs den berm, want 't is alles modder daar. O dokter, wat is u goed, dat u komt.« »Waar is de zieke Nog in den wa gen »Ja dokter pas op daar is een plas hier is het droog, 200- nu het trapje op.« BTJITENLANDSCH OVERZICHT. De Duitsehers zijn nog altijd aan het terugtrekken. Over het geheele front ten N. van de Marne hebben zij onder den gestadigen druk der geallieerden hun linie moeten terugvoeren. Ook van Engelsche zijde wordt erkend, dat zij het handig hebben gedaan. Toch blijft het voor hen een hard gelag, omdat zij van plan waren na een reeks van geslaagde offensieven een beslissing te bevechten voor de Amerikaan- sche hulp zich kon laten gelden. Ook de geallieerden hebben aan het westelijke front dergelijke terugtochten moe ten volbrengen, maar voor hen was het al veel gewonnen, als zij de Duitsehers maar konden beletten, den slag tot een beslissing te brengen. Zij hadden den tijd, de Duit sehers veel minder. Zoodoende ziet het er naar uitr, of in het buitengewoon bloe dige, oorlogsjaar 1948 de beslissing ander maal verdaagd zal worden en de.Duitsehers ten slotte weer defensief zullen moeten worden. Men kan nog rekening houden met de mogelijkheid van een stoot tegen het Engelsche front door prins Ruprecht. Maar daar staat tegenover dat de Duitsehers, nu Amerika elke maand een paar honderd duizend man over den Oceaan zendt en er zich verrassingen aan het Oostelijke front kunnen opdoen, niet meer zoo kwistig kun nen te werk gaan met hun reserves als in het begin van het jaar. Het blijkt wel dat generaal Foch de aanvoerder van de geassocieerde troepen een eerste-rangs veldheer is. Wij spraken zooeven van mogelijke ver rassingen aan het Oostersche front. Ook daar is werking. Japan heeft ril, besloten een krachtiger aandeel in den oorlog te nemen dan het tot nu toe deed. Wel was dit land den heelen oorlogstijd door een trouw bondgenoot van de geallieerden. Toen Engeland het in 1914 verzocht om de Duitsche kolonie Tsingtau in China aan te vallen, verklaarde Japan Duitschland terstond den oorlog, rustte een expeditie uit en veroverde deze kolonié. Later toen Rusland hulp noodig had was het alweer Japan dat geld eji oorlogsmateriaal aan het Czarenlijk leverde. Toen de duikhootactie al te bar werd, was het al weer op verzoek van Engeland, dat Japan torpedojagers naar de Middel- landsche Zee zond, om bij het beschermen van eens ooien en het bestrijden van de duikbooten hulp te verleenen. Maar nog De medicus treedt den wagen binnen, waar Carlo hem met een stroom van dank betuigingen ontvangt. >Kun je geen licht maken, 't wordt ai zoo donker. Zeker, dokter, dadelijk. Terwijl Carlo de hanglam aansteekt be ven zijn handen. Zachtkens murmelt de zieke »Ze zullen tweemaal repeteeren wat brandt die kachel fel Dorus Dorus »Wat blieft u, juffrouw »Stilzij schijnt te y!en,« zegt de dok ter. Dorus Dorus! speel dan toch voor mij, toe dan.«: »Houdt het licht eens vast, mijn jongen, dat ik haar goed zien kan.« De knaap neemt de lamp en licht de dokter bij. »Kun je niet wat lucht maken, want het is hier om te stikken, 't Is voor een gezond mensch om ziek te worden, Carlo opent een paar van de raampjes en een luikje boven in de kap van den wagen. Wel vallen eenige regendruppels naar binnen, maar de drukkende, benauwde lucht vermindert en de zieke haalt gemak kelijker adem. De dokter buigt zich over de lijderes, spreekt haar zacht en vriendelijk toe, luis tert op haar borst en naar den hartslag, en tracht zich door haar te doen begrij pen. Te vergeefs zij antwoordt' niet, of verward. Een vlammend rood kleurt haar meer werd van Japan verwacht en verlangd. En wel hulp te verleenen in Aziatisch Rusland. De geallieerden toch waren be ducht dat Duitschland zich uit de onuit puttelijke voorraden van Rusland zou kun nen voorzien, zoodat de Engelsche blokkade geen uitwerking zou hebben. Het lag voor de hand, dat het zich de belangrijke hoe veelheden oorlogsmateriaal, die in Wladi- wostok lagen opgestapeld, zou toeëigenen. Maar dat moest met alle macht verhinderd worden. Daarom drongen Frankrijk en Engeland bij Japan er op aan om tusschen beide te komen. Het moest tegen de bols jewistische regeering optrekken. Dan zou den alle partijen die in Rusland vijandig staan tegenover het huidige regime zich rondom de Japansche vaandels scharen en zou op dén duur de oprukkende macht in het Oosten zoo sterk worden, dat de Duit sehers zich genoodzaakt zouden zien ook daar hun troepen weer te verplaatsen. Maar Amerika. Dat wantrouwt Japan. Het is in zijn hart een vijand van Japan. Wie weet wat de scheeloogige Japanner in zijn schild voerde. »Nee, dank u voor die hu!p,« zei Wilson. Bovendien, Ame- 1 ika's Président met zijn democratisch vredes- program, had niet zoo'n erge tegenzin als Bolsjewiki, die het Czarenregime omver hadden geworpen. Hij wilde niets vijan digs tegen de machthebbers van Rusland ondernemen veeleer dit land bij zijn weder opbouw, stoffelijke hulp verleenen. Hierdoor kwam het dat de onderhandelingen maan den lang zijn gerekt. Maar het slot van het liedje is dat nu toch Japan zich in het Oosten zal mengen in den strijd. De Japansche troepen zullen hulp gaan verleenen aan de Tsjecho-Slowaken, die op het oogenblik als hulptroepen van de geal lieerden- in Rusland optreden. Amerika heeft dus openlijk partij ge kozen tegen de bolsjewiki en Duitschland mag er rekening mee gaan houden, dat eerstdaags een nieuw front zijn aandacht zal vragen. Jaren geleden heeft Duitschiand's keizei al gewaarschuwd tegen het gele gevaar, daarmee doelende op Japan's bemoeiing mei Eui'opeesche aangelegenheden. En nu trek^ het gele gevaar op tegen het Duitscht gevaar. Of eigenlijk voorioopig nog maai tegen de regeering van Lenin, die op he oogenblik leeiijk in het gedrang komt. De Japanners in het oosten. De Entente-troe pen aan de Moermanskust. Dan alie mo gelijke ontevredenen in het eigen land die gelaat, de. met bloed beloopen oogen roller woest heen en weer zij vliegt van haai legerstede op, hevig benauwd, en met dc armen om zich slaande, zinkt ze terug op het bed. Een oogenblik wordt haar ge laat kalmer en doodsbleek zij beweeg; de lippen en zegt nogmaals: »Speeldan Dorus, speel dan 3»Wat bedoelt ze toch vraagt de dok ter aan Carlo, die, bij het bed geknield, eenige doeken in den bak met water legt. »Zij wil muziek hooren, dokter. Doru. zijn vioolhij moet dikwijls voor haar spelen. »Zonderling,« mompelt de medicus »Probeer het eens, misschien wordt zt kalmer, c »Dat kan ik nu niet, onmogelijk ant woordt de knaap, die, aan het hoofdeneinde staande, nu en dan zijn hand op het voor hoofd der vrouw legt, of haar de wangei streelt. »Niet waar, juffrouw Keetje,t zegt hij zacht, »nu kan ik niet spelen Speel dan toch,« herhaalt zij. Dorus neemt, zonder meer te zeggem zijn viool van de plank, en verlaat den wagen. Als hij in de deur staat, vraag', de dokter »Ga je heen »Hier kan ik niet, 'k zou geen toon uitbrengen, maar ik zal probeeren of ik het buiten kan, dan klinkt het ook niet zoo hard.ï Wordt vervolgd,) EtWS erwaard.

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1918 | | pagina 1