DE STEENKOOL
land van altena
Uitgever: L, J. VEERMAN, Heusden.
No. 3904. Woensdag 13 Augustus. 1919.
'FEUILLETON.
BIT I1UWXQ IIIÏÏWI
Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementsprijs: per 3 maanden 4.20,
franco per post zonder prijsverhooging. Afzonderlijke
nummers 5 cent.
Advertentiën van 16 regels 60 cent. Elke regel
meer 10 cent. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdagmiddag
4 uur ingewacht.
Welk een verontrustende berichten
over steenkolenschaarschte bereiken
nu weer onze ooren. De regeeringen
der verschillende landen bemoeien er
zich mee, de kranten verkondigen het,
allerwege wordt op de grootste zuinig
heid aangedrongen en zelfs dan nog
vreest men voor een catastrophe.
Gedurende den ganschen oorlog is
er nu dit dan dht gebruiksartikel meer
op den voorgrond gekomen, meestal
doordat er gebrek aan was en we
hebben in die jaren heel wat geleerd
over de grondstoffen waarvan ze ver
vaardigd waren, de plaats van her
komst enz. Misschien dat er over de
steenkool ook nog wel iets te zeggen
valt, dat niet zoo algemeen bekend is.
Onder de delfstoffen neemt de steen
kool de eereplaats in lo omdat zon
der de steenkool geen der andere
delfstoffen zou kunnen verwerkt wor
den en 2o. omdat de hoeveelheid
steenkool grooter is dan die van an
dere delfstoffen samen. Het is onge
looflijk welk stuk van de aarde wij
dagelijks verbranden.
Wanneer men al de steenkool, die
op één dag gemiddeld uit de aarde
wordt opgedolven, in wagens laadt,
dan heeft men ongeveer 300 000 wa
gens noodig, daizijn tienduizend spoor
treinen elk van dertig wagens. En
morgen weer tienduizend treinen en
overmorgen weer. Alle steenkolen
wagens, die in een jaar gevuld wor
den, zouden samen een trein vormen,
die vijftien maal zoo lang was als de
omtrek der aarde. Of anders gezegd
wanneer men van steenkool een dam
bouwde rondom de aarde, dan zou
die vijf Meter breed en vier Meter
hoog kunnen zijneen Chineesche
muur van steenkool rondom den aard
bol. Dat is de voorraad van één jaar
in een menschenleeftijd werd het een
muur, zoo hoog als de Eifeltoren.
Nog anders gezegd de steenkool
van één jaar zou een stuk land van
een uur lang en een uur breed be
dekken tot een hoogte van negen
en-twintig Meter.
Om het nu ten slotte nog eens in
getallen te zeggende jaarlijksche
productie aan steenkool bedraagt
55.
«Maar hoe komt het in Godsnaam dan
riep Albert op heftigen toon uit, terwijl hij
zich weer ergerde over de bedaardheid en
achterhoudendheid van Van Dormen.
«Dat komt, omdat noch Ravening noch
je zuster zich den tijd hebben gegund vooraf
te overwegen, of ze wel voor elkaar ge
schikt waren. Ze vonden elkander lief,
aantrekkelijk, en dat is geen wonder, want
ze zijn beiden aantrekkelijk, en zijn toen,
zonder veel nadenken, holderdebolder geën
gageerd en getrouwd. Dat zou wel een
lot uit de loterij zijn, als daaruit een wer
kelijk gelukkig huwelijk voortvloeide. Beiden
hebben den besten wil om elkander genoe
gen te doen je weet, Albert, hoeveel ik
altijd met je zuster op heb gehad en wat
Ravening betreft, hij is een flinke dege
lijke kerel, maar op het stuk van liefde is
hij altijd even wild gebleven als een jongen
van twintig jaar.<r
«Waarom heb je mijn zuster niet ge
waarschuwd Je bepraat toch zooveel met
haar en toen zij zich engageerde, was jij
nog in 't land
«Mijn waarde jongen, ik zou haast zeg
gen om dezelfde reden waarom ik jou niet
gewaarschuwd heb, toen je Henrietta wil-
1140 millioen tonnen of 1140 milliard
K.G., en daar steenkool een soortelijk
gewicht heeft van 1.3, is dat een blok
van ongeveer 850 millioen M8.
Zooveel maken we dus ieder jaar
onze aarde lichter en kleiner, en we
zouden bijna gaan vreezen, dat we
door ons steenkolenverbruik ten slotte
de aarde gingen sloopen, als we niet
wisten, dat het gewicht aan steen
kolen, dat we verbruiken, nog niet
het honderd-billioenste deel is van het
gewicht onzer aarde. Wat dat betreft,
is er geen zorg. Een andere vraag
is natuurlijk, of de voorraad steen
kool zelf uitgeput wordt. En dan
worden verschillende antwoorden ge
geven. Eenige jaren geleden heette
het, dat over zeventig, volgens ande
ren over tweehonderd jaar, we het
laatste schepje steenkolen in de ka
chel zouden werpen. Lezen we ech
ter, dat er in den Kongostaat een
steenkolenveld is ontdekt met lagen
van vijftien Meter dik (de onze in
Zui-Limburg hebben een dikte van
hoogstens 1,5 M.) en bedenken we
voorts, dat nog vele landen in Azië
Afrika en Zuid-Amerika niet onder
zocht zijn, ja, dat zelfs Spitsbergen
en het Zuidpoolland steenkolen be
vatten, dan zullen we ons maar niet
bezorgd maken.
Welke waarde die steenkool heeft,
is niet in een woord te zeggen. Voor
al in den tegenwoordigen tijd niet.
Vroeger was de ruwe verkoopwaarde
per jaar ongeveer 3000 millioen gul
den. Maar de nijverheid maakt de
waarde veel grooter. In de gasfa
briek krijgen we uit de steenkool
lichtgas, [cokes, koolteer, carbolzuur,
anilineverf, reukwateren, ammoniak,
en nog meer. Alleen het ammoniak,
waarvan slechts 2% in de steenkool
voorkomt, bracht in 1911 de som op
van 150 millioen gulden.
En nu willen we ten slotte ons her
inneren, dat het thans ruim achthon
derd jaar geleden is, sinds de steen
kool haar intrede deed in de men-
schenmaatschappij. De monniken, die
in 1304 hun klooster en hun nog be
staande school te Rolduc stichtten,
vonden in 1113 de steenkolen bij
Kerkrade in Limburg. Ons land, te
genwoordig nog met zoo weinig steen
kolen, was het eerste, waar de zwar
tlet vragen ik heb met Elise gesproken,
maar meer in het algemeen zoodra zij
zoover met Ravening was, dat het mijn
tijd geweest zou zijn om te spreken, toen
heb ik het niet gedaan.
Waarom niet?®
«Omdat het toen toch niets meer kon
uitwerken alleen zou ze wat tegen mij
gekregen hebben, omdat ik haar held met
andere oogen beschouwde dan zij, En ik
wou vóór alles haar vriend blijven,zeide
Van Dormen met eenigszins bevende stem.
Albert zag zijn vriend aan en bespeurde,
dat hij aangedaan was hoeveel moeite hij
zich ook gaf om het te verbergen.
«Denk je, dat Elise je daarom haar
vriendschap zou ontnomen hebben Dan
ken je haar niet.®
«Beste Albert, ik geloof dat je zuster
veel, heel veel vriendschap voor mij gevoelt,
maar zoo sterk kan die niet wezen, of die
zou belangrijk geschokt geworden zijn, als
ze had bespeurd, dat ik iets tegen haar
engagement met Ravening had. Wanneer
ik er over gesproken had, dan zou ik na
tuurlijk, hoeveel goeds ik ook van hem
denk, toch hebben moeten zeggen, dat ik
geloofde, dat zij met hem nooit gelukkig
zou wezen. Zij zou dan gevraagd hebben
waarom ik dat dacht, en dan had ik toch
iets van Ravening moeten zeggen, dat al
thans in haar oog minder gunstig was en
dat zou ze mij nooit vergeven hebben. Zulk
een meisje als je zuster, Albert, zal het
je van harte vergeven als je wat van haar
te diamanten aan de oppervlakte
werden gebracht.
Van de zwarte diamanten, die we
verbranden, tot de schitterende, die
in onze gewone vuren niet kunnen
verbranden, is niet zulk een groote
stap als het schijnt. Steenkool en
diamant zijn broertje en zusje. Steen
kool bestaat hoofdzakelijk uit koolstof,
diamant is zuivere koolstof. Van het
hout der wouden, waaruit de steen
kool is ontstaan, ging bij de langzame
en lang durende verkoling de zuur
stof en de waterstof grootendeels ont
wijken, terwijl koolstof en enkele
andere stoffen overblevendiamant
is gekristalliseerde koolstof, maar nie
mand heeft nog ooit de werkplaats
ontdekt, waar ze bereid wordt, en de
proeven om ze na te maken in la
boratoria hebben nog maar poovere
resultaten gehad.
De natuur heeft ons in zoo rijke
mate begiftigd met deze Rostbare
brandstof en toch kolennood. Oor
log en werkstaking zijn de oorzaken
waardoor hetgeen zoo voor het grijpen
ligt toch gemist moet worden.
BUXTENLANDSCH OVERZICHT
Een gederailleerden trein weer in het
spoor te brengen is een krachttoer. De
locomotief heeft zich geweldig diep in de
aarde gewerkt, wagens zijn omgevallen en
beschadigd, de rails over meters afstand
onbruikbaar geworden. Voor dat het zaakje
weer loopt moet er dus heel wat gewerkt
worden, 't Is makkelijker wat te vernielen
dan te herstellen.
In Hongarije trachten de heer en den
ontspoorden staatstrein ook weer te doen
rollen. De radenregeering is afgeschaft en
nieuw personeel heeft zich aan het werk
gezet. Over den staatsgreep van de vorige
week melden we nog dit
Woensdag kwamen een aantal orde
lievende vereenigingen bijeen en op die
vergadering besloot men de regeering tot
aftreden te noodzaken. Er werd een com
missie gevormd, die zich naar de voorloo-
pige regeering begaf, en de opdracht aan
haar kenbaar maakte. Nadat de regeering
gevolg gegeven had aan den eisch - men
nam veiligheidshalve de leden van het
kabinet meteqn maar gevangen en het
schijnt, dat de gewezen minister-president
zich nog in arrest bevindt "begaf de
zelve zegt, maar als je een opmerking
maakt, die maar eenigszins ten nadeele van
haar held is, nooit. En daarom, geloof me,
wat ik ook had aangevoerd, ik had toch
niets gewonnen, maar nu heb ik tenminste
het gevoel, dat zij mij steeds als haar
vriend beschouwten dat hoop ik te blij
ven ook.®
«Je bent een goeie kerel, Frits.
«Waarom Omdat ik van je zuster houd
Mij dunkt dat daar niet veel verdienstelijks
in zit.«
«Zeg, Frits,® sprak Albert na een oogen-
blik stilte, «heb jij er vroeger nooit aan
gedacht, dat Elise misschien wel een goede
vrouw voor jou zou geweest zijn?«
Van Dormen antwoordde aanvankelijk
niethet scheen hem moeite te kosten
op die vraag een gepast antwoord te vin
den ten laatste zeide hij, alsof hij na
moeielijke overweging eensklaps tot een
besluit was gekomen, op ietwat hevigen
toon «Ja, Albert, ik heb er niet alleen
wel eens aan gedacht, maar ik heb er
altijd aan gedacht, na het eerste oogenblik,
waarop ik je zuster ontmoetteik heb
gewikt en gewogen ik heb getracht na
te gaan of ik werkelijk de gegevens had
om een meisje als je zuster gelukkig te
maken, want let wel, Albert, vóór alles
wilde ik, dat zij gelukkig zou zijn als ik
nu ondervinden moest, wat Ravening nu
ondervindt, geloof ik, dat dit het ergste
zou wezen wat mij gebeuren kon. Ik zag,
dat je zuster van mij hield dat was ook
commissie zich naar het hotel Hungaria,
waar zij tot diep in den nacht met de
Entente-vertegenwoordigers onderhandelde,
van welke onderhandelingen het resultaat
is geweest, dat Aartshertog Jozef het op
perste gezag werd aangeboden. Deze nam
het aan en benoemde Friedrich tot kabi
netsformateur, die zich van die opdracht
kweet en een ministerie samenstelde, waar
van de leden ons reeds bekend zijn. Dit
kabinet heeft echter slechts een voorloopig
karakter, en als de berichten dienaangaande
juist zijn, dan is men thans bezig ook zetels
iri te ruimen voor leden van de tegenre-
geering te Szegedin.
De leden van de nieuwe regeering heb
ben Vrijdagavond den eersten ministerraad
gehouden. Er werd besloten aartshertog
Jozef als regent van Hongarije te erkennen
en dat hij tot aan de verkiezingen voor de
Nationale Vergadering het ambt zou ver
vullen, teneinde in deze verwarde over
gangstijden een vast punt in het land te
hebben. Op verzoek van den premier
Friedrich verscheen na dit besluit aarts
hertog Jozef in den ministerraad om den
ministers den eed af te nemen. Na een
toespraak van Friedrich legden de minis
ters den eed aan den regent aartshertog
Jozef af. De aartshertog verzocht in een
korte rede den ministers hem met alle
krachten te steunen bij den wederopbouw
van Hongarije,
Do Aartshertog heeft vervolgens aan
Clemenceau, als voorzitter van de vredes
conferentie bericht gezonden wat er was
voorgevallen, tegelijkertijd verzekerd dat de
bedoelingen der nieuwe regeering aanstuur
den op orde en rust.
Intusschen weet men en dat geeft
voor velen een bitter bijsmaakje aan de
geschiedenis dat de regeering uit lieden
bestaat, die voor reactionnair doorgaan in
hun vaderland, waaruit reeds de conclusie
is getrokken, dat zij het herstel der mo
narchie in den zin hebben het optreden
van een aartshertog zou daar mede op
wijzen.
De minister-president Stefan Friedrich
heeft dit echter ontkend. Dat is geens
zins de bedoeling geweest, zoo deelde hij
een vertegenwoordiger van het Boedapester
correspondentiebureau mede. Men is slechts
bedacht op het scheppen van een gecon-
solideerden toestand tot de Nationale Ver
gadering er is. Maar men zal toegeven,
dat de wijze, waarop men dien toestand
schept, heel veel af kan doen aan den uit-
niet moeielyk, want het eenvoudige kind
maakt van haar hart geen moordkuil ik
geloof te mogen zeggen, dat zij volkomen
vertrouwen in mij stelde, want zij besprak
bijna alles met mij. Hoe heerlyk ik het
ook vond om dit vertrouwen te hebben,
voor mijn hoogsten wensch was het niet
gunstig, dat gevoelde ik zeer goed, want
daaruit bleek volkomen gebrek aan liefde.
Een meisje neemt geen man die haar liefde
inboezemt, in vertrouwen wees daar ze
ker van.cc
«Je hebt haar toch nooit te kennen ge
geven, dat je ook andere gevoelens dan
vriendschap voor haar hadt
«Neen zeker nietik geloof, dat ze zeer
geschrikt zou zijn, als ze dat gehoord had
Het zou mij zeiven geweest zijn, alsof ik
het vertrouwen dat zij mij gaf, schond,
want ik ben er zeker van, dat ze mij dat
nooit geschonken zou hebben, als zij er
slechts in de verte aan had kunnen denken,
dat ik haar ooit ten huwelijk zou vragen.
En bovendien, ik had nog volstrekt de
overtuiging niet, dat ik de geschikte man
voor haar zou wezen.®
«Frits, wat heb jij toch een meesterlijk
talent om te herbergen wat er in je om
gaat. Weet je wel, dat de gedachte aan
een huwelijk tusschen jou en Elise nooit
bij mij is opgekomen vóór van avond
«'t Is waar, ik heb mij van avond ver
raden,® zeide Van Dormen, «maar wat
doet het er toe, jij moogt het wel weten,
het doet wel eens goed om met een ander
slag der beslissingen van die Nationale Ver
gadering. Op het oogenblik dit is in
derdaad geen al te gewaagde bewering,
zoo komt het ons voor is de politieke
wind, die over Hongarije waait, niet on
gunstig voor het herstel van den monar
chistische» staatsvorm, en het is een mee
valler voor al degenen, die zich tot de ge
matigde socialisten rekenen, dat dit een
gevolg is van het dom-drieste optreden der
communisten.
Deze dolzinnige lieden zullen er niet al
te best afkomen. Nu zij hebben ook wat
verdiend. Zij zullen ter verantwoording
worden geroepen. Ook Bela Kun hun
hoofdman. Niet alleen de moordenaars
staan schuldig zoo heeft de Minister Presi
dent gezegd maar ook zij die aan het hoofd
van het bewind stonden. Er zijn er al
geweest die de vriendelijke raad gaven de
»rooverbende« dood te slaan. Maar de
minister heeft verklaard dat het doel der
regeering geen vergelding maar verzoening is.
Wie gezondigd hebben zoo voegde
hij er aan toe zullen boeten, niet door
een willekeurige volksveroordeeling, maar
op wettelijke wijze. Het is te hopen, dat
dit verstandige woord moge werken als
olie op de felle golven, maar zeker zijn
wij er allerminst van.
De nieuwe regeering verricht overigens
reeds goed werk. De verordening der ra
denregeering op de onteigening van het
grondbezit is weer opgeheven en de vroe
gere eigenaars en pachters kunnen hun
rechten weer hernemen. Inzake het pa
piergeld der radenregeering, waar elk
Hongaar, die er een stapeltje van bezit,
met begrijpelijke somberheid naar zit te
kijken, heeft zij reeds laten verzekeren,
dat een bevredigende oplossing is te ver
wachten.
Men ziet hetde communisten hebben
door den boel zoo vreeselijk in het hon
derd te jagen, de nieuwe regeering gele
genheid gegeven zich al dadelijk populair
te maken. En ook nog andere nog veel
voornamer kwesties zullen nu weer in or
de komen. Hoover is op weg naar Boe
dapest, om zich van den levensmiddelen-
nood op de hoogte te stellen, met de le
niging waarvan Amerika trouwens reeds
een begin heeft gemaakt450 ton levens
middelen zijn reeds aangekomen, waarbij
veel gecondenseerde melk voor de kinde
ren. Romanelli, de leider der Italiaansche
missie, heeft bovendien met Friedrich en
Polnay beraadslaagd over het levensmid-
te kunnen bespreken wat je het naast aan
het hart ligt en jij zult er geen misbruik
van maken, dat weet ik wel.®
Albert zat in gedachten verzonken »'t Is
deksels jammer,® prevelde hij.
»'t Is nu een gedane zaak Albert, hoe min
der moeielijk je je er over maakt, des te
beter, 't Is nu eertmaal een vloek op het
menschengeslacht, dat het gevoel van liefde
bij sommigen, misschien bij de meesten,
opkomt zonder dat er een enkele reden
voor te geven is dat het blijft bestaan,
ook al zijn er tal van redenen tegen aan
te [[voeren dat 't zich aan niets, absoluut
niets stoort, en dat het altijd het alles
overheerschende blijft, en vriendschap, op
offering, trouw, alles er voor moet zwichten.
Maar aangezien dit nu eenmaal zoo is,
moeten wij ons daaraan onderwerpen en
trachten de treurige gevolgen van hetgeen
die liefde soms doet, zooveel ons mogelijk
is, onschadelijk te maken.®
«Maar daar is niet veel aan te doen,®
zeide Albert op mistroostigen toon.
«Neen, dat is zoo, maar toch wel wat.
Daar waar eenmaal een huwelijk heeft
plaatsgehad, dat niet gelukkig is, daar is
het gevolg het somberstmaar voor jou
en mij, die alleen een ongelukkige liefde
hebben, wij moeten trachten te vergeten
en ons tevreden te stellen met wat ons
overblijft. O ik kan den hemel danken,
zoo'n egoïst kan ik zyn Albert, dat ik niet
in de plaats van Ravening sta.®
Wordt vervolgd.)
MEUWSBLA»
voor let Lud van Heysdei en AltmJe Langstraat en it BoiiolerwaarH