r
MAGAZVS
nr.
EER OM EER.
Rook ons SUCCESMERK,
Tel. lat. 482.
Hïnthamerstraat 24, 's-BOSCH,
IHHLMAM's
Heeren- en
SENORfO de 10 cents sigaar,
Kinderkleeding.
UND VAN ALTENA
Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden.
No4110. Zaterdag 6 Augustus1921,
samengesteld uit de edelste tabakken
en hoogtij ne kwaliteit.
Groothandel in sigaren, sigaretten, tabak.
FEUILLETON.
DRAAGT
tiorincheiu.
Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementsprijs: per 3 maanden 1.25,
en franco per post beschikt f 1.40. Afzonderlijke
nummers 6 cent.
Advertentiën van 16 regels 90 cent. Elke regel
meer 15 cent. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdagmorgen
10 uur ingewacht.
ID
BÜITBNLANDSCH OVERZICHT
De treurige toestand in Rusland vraagt
wel in de eerste plaats de aandacht. Hon
gerdood, verschrikkelijk woord, dat in de
beschaafde wereld niet meer mocht gehoord
worden, heeft toch in het woelzieke Rus
land op groote schaal plaats.
Een bericht uit Reval aart de Pawda meldt,
dat in de gouvernementen Samara, Saratof
en Kazaw reeds vele gevallen van honger
dood hebben plaats gevonden, en het doet
daarbij aangenaam aan, dat in het zwaar
geteisterde Oostenrijk ook nog wordt mede
gewerkt om, zooveel het in zijn vermogen
is, hulp te verleenen. Zoo lezen we dat
de commissie van de Oostenryksche sociaal
democraten ter leniging van den nood in
Rusland tot Zaterdag alleen te Weenen
rnillioen kronen heeft bijeengebracht.
Ook van regeeringswege is men in
Rusland ten einde raad. Poütieken bevat
een telegram uit St. Petersburg, volgens
welk er daar geruchten loopen, dat de
sovjet-regeering aan de mensjewiki ver
klaard zou hebben, niet langer tegen den
toestand te zijn opgewassen. Zij zou be
reid zyn met alle partijen bij het bestier
van Rusland's lot samen te werken en
wenschen, dat het comité voor de, hulp
verleening, waarin de bolsjewiki slechts
zwak vertegenwoordigd zijn, de regeering
zal overnemen.
Dat het ten slotte met de Sovjet-
regeering zou spaak loopen, heeft men van
den beginne vermoed. Niet alleen Rusland,
maar de geheele Maatschappij lijdt onder
jdat schrikbewind. Moge de tijd spoedig
aanbreken, dat ook aan deze wanverhou
ding een einde kome. Toch is de toestand
nog verre van zuiver.
Volgens een opgave van het communis
tische blad »Putz« toch, heeft de Sovjet-
regeering besloten een inmenging van het
buitenland in de inwendige Russische aan
gelegenheden in geen geval te dulden. In
een oproep heet het, dat alleen de Raden
Rusland kunnen redden.
In tegenspaak hiermede meldt het blad
»Tijuemies« De woede der bevolking
tegpn de Radenregeering kent geen grenzen
meer en in Saratof werden 2 commissarissen
door de razende menigte gelyncht. De
toestand verscherpt zich van dag tot dag.
Men rekent er op dat, zelfs wanneer de
aangekondigde buitenlandsche hulp komt,
millioenen menschen van honger zullen
sterven.
Inzake de Iersche kwestie wordt uit
Londen medegedeeld, dat op vragen in het
Lagerhuis Chamberlain heeft verklaard, dat
Lloyd George en De Valera, de leider van
Sinn Fein, overeengekomen zijn op hun
jongste samenkomst te Londen, dat, indien
de onderhandelingen voor een regeling der
Iersche kwestie werden afgebroken, er een
redelijke opzegging van den wapenstilstand
zou zijn." Chamberlain zeide verder, dat
de voorwaarden door de Britsche regeering
den Sinn Feiners aangeboden, niet zouden
worden meegedeeld, maar Lloyd George
hoopte in de gelegenheid te zijn om een
openbare verklaring omtrent de onderhan-
JVaar het Fransch.
Eerste Gedeelte.
DE MONTENEGRONSCHE.
I.
Wanneer de diligence, die uit Cattaro
vertrekt, te Cettenje, de hoofdstad van
Montenegro, is aangekomen, stapt de rei
ziger uit op een plein, in het midden waar
van zich een diepe put bevindt, door een
moerbezieboom tegen de zon beschut. Aan
de linkerzijde van dit plein loopt men een
straat in, waar het nieuwe paleis staat.
Rechts ziet men een groot gebouw eene
school voor jonge meisjes. Heel in de verte,
op de zuidelijke helling van een bergkam,
vertoont zich van ter zijde een klooster.
Door den Vladika Danika gebouwd, werd
het opzettelijk op eene aanzienlijke hoogte
geplaatst, om tegelijkertijd als een fort
tegen de Turken te dienen, wanneer dezen,
wat nog al vaak geschiedde, een inval deden.
Tegen dit klooster aan of liever, er vlak
achter, staat het oude paleis, door het volk
Bigliardo genoemd, nadat er indertijd een
biljard was aangekomen, een gebeurtenis,
die op de bewoners van Cettinje een diepen
indruk had gemaakt. Op eenigen afstand
van dit Bigliardo ziet men nog het paleis,
dat in 1876, den tijd, waarin dit verhaal
een aanvang neemt, aan den Oostenrijkschen
graaf Poloscai toebehoorde.
Stel u voor een somber gebouw, bestaande
uit eene verdieping gelijkstraats en eene
étage, omgeven door een meer, aan de vier
hoeken geflankeerd door flinke torentjes.
Het inwendige biedt niets merkwaardigs
aan, uitgezonderd de eetzaal, waar men een
verrukkelijk uitzicht heeft op den bergketen,
die de hoofdstad van Montenegro omsluit.
In het Noorden en het Oosten zijn de
bergen naakt en kaalin het Westen en
Zuiden worden ze gansch en al bedekt
door dichte bosschen van groene eiken,
zware beuken en pijnboomen. Uit deze
zaal ziet men nog de dorpen van Baits en
Donitrai.
Hier woonden sedert drie jaar de graaf
Poloscai en zijne vrouw Helène.
Alvorens echter ons verhaal te vervolgen,
dienen we eenige jaren in het leven van
den graaf terug te zien.
De graaf had toen den leeftijd van vier
en vijftig jaar bereikt.
Te Weenen geboren en aan den keizer
verwant, bezat hij een aanzienlijk vermo
gen. In 1871 verzocht zijn souverein hem,
zich te Cettinje te vestigen, teneinde meer
van nabij de onlusten te leeren kennen,
de aanleiding op te sporen der troebelen,
die zich nu en dan in de Montenegrijnsche
hoofdplaats openbaarden en die ongetwijfeld
zouden tengevolge hebben, dat Servië en
Montenegro aan Turkije den oorlog ver
delingen af te leggen voor het aanstaand
einde van de zitting van het parlement.
De algemeene toestand in het buitenland
geeft de N. Rott. Ct. weer in de volgende
bewoordingen
Wij zouden vandaag gaarne het woord
alleen aan president Harding laten, die zoo
schoone en optimistische dingen heeft ge
zegd in een rede, te Plymouth in Massa
chusetts gehouden. »Hij schetste den
internationalen toestand als meer dan
veelbelovende, heet het in het telegram,
dat ons daarover inlicht. Zoolang deze
rubriek in ons blad bestaat, hebben w ij
nog geen gelegenheid gehad, tot een zoo
blijde beschouwing.
Het optimisme van den Amerikaanschen
president is in zooverre aanstekelijk, dat
het bij ons goede verwachtingen wekt ten
opzichte van de belangrijke conferenties,
die te Washington gaan plaats vinden.
Ware Harding niet tevreden met den loop
die de dingen tusschen Japan en Amerika
hebben genomen, dan zou hij zeker niet
zoo optimistisch hebben gesproken. Het was
de taal van een man, die onder blijde
indrukken leeft. Dit is de goede conclu
sie, die wij in ieder geval mogen trekken.
Wij zullen, na dit bemoedigend begin,
deu lezer vandaag de dingen sparen, die
de gewekte stemming kunnen bederven.
Zij loopen helaas niet weg van vandaag
op morgen. Er zijn echter een paar
berichten die heel goed bij het boven
staande passen.
Ten eerste wordt uit Parijs gemeld, dat
Frankrijk en Duitschland waarschijnlijk
binnen een paar dagen een nieuwe over
eenkomst betreffende het herstellingswerk
zullen onderteekenen. Dit bericht moge
waar zijn of niet, het is in ieder geval in
overeenstemming met de almosfeer, die op
dit punt tusschen de beide landen sedert
de bijeenkomst van Loucheur en Rathenau
is ontstaan.
Begonnen we ons overzicht met Rusland,
we moeten dit nog aanvullen met de steeds
inkomende late berichten want Rusland
vraagt thans de aandacht van de geheele
beschaafde wereld.
Zeven jaar na het uitbreken van den
oorlog willen de oorlogsverschrikkingen nog
geen einde nemen.
Zeker, men moet voorzichtig zijn met
de berichten uit en over Rusland. Zij
komen ten deele van ooggetuigen, ten
deele uit de telegrammen der dagbladen
tot ons. Maar, wie kan ooggetuige zijn in
klaarden.
Tweeërlei beweegredenen hadden den
Keizer er toe geleid, tot graaf Poloscai dit
verzoek te richten in de eerste plaats
had de graaf eenige jaren te voren te
Londen het duidelijkste bewijs geleverd,
dat hij als bekwaam diplomaat ten volle
berekend was voor een arbeid, waar het
welslagen geheel afhing van beleid en
voorzichtigheid en in de tweede plaats
kende de Keizer hem als iemand, die zich
volstrekt niet liet beheerschen door de ge
voelens van een dapper, klein volk, dat
alles veil had voor zijn rechten en zijn
onafhankelijkheid.
Deze min of meerdere mate van gevoel-
looosheid gaf den Keizer den waarborg,
dat Poloscai de rechte man was op de
rechte plaats.
De graaf wist zich bovendien tamelijk
vrij te houden van al de vooroordeelen der
Oostenrijksche aristocratie. Een verklaard
tegenstander van de Montenegrijnen, die
tot de Grieksche kerk behoorden en
eene eventueele annexatie bij Oostenrijk
krachtig in den weg stonden, had hij het
volgende plan beraamd
Door het deel der Montenegrijnsche be
volking, dat niet tot de Grieksche kerk
behoorde, in den oorlog tegen de Turken
flink bij te staan, meende hij een krachtig
overwicht te hebben op het andere gedeelte,
dat op het oogenblik de sterkste partij
vormde, wier heerschappij hij nog nood-
lottiger achtte dan die der muzelmannen.
een gebied dat zich over 1500 Kilometer
uitstrekt tusschen den Kaukazus en den
Oeral En wie de neiging der menschen
kent om te generaliseeren en »het er dik
op te leggent uit vrees dat het anders te
dun zou blijven en aan de aandacht ont
snappen, maakt bij de lezing van de jobs
tijdingen eenig voorbehoud. Vooral daar
ook vele dagbladen, Duitsche, Engelsche
en Fransche, waaruit men het nieuws
putten moet, mitsgaders hun berichtgevers
te Helsingfors, Riga en Reval, ten slotte
maar vop hooren zeggenafgaan en al
licht ook deze waarschijnlijkheid is groot
niet geheel vrij zijn van tendentieuse
neigingen.
Men heeft zoolang gehoopt, dat de
Radenregeering failliet zou gaan, zoo vaak
voorspeld, dat het regiem van Lenin bin
nenkort ineenstorten moest dat men de
berichten over den hongersnood met graagte
aangrijpt als de voorboden van de mis
lukking der Sovjets, als het bewijs tevens
dat de bolsjewistische theorieën niet te
verwezenlijken zijn.
Intusschen, al zuivert men de berichten
van een groot percentage waarschijnlijke
overdrijving dan blijft er toch genoeg el
lende over om voor het Russische volk het
ergste te vreezen. De theoretische en
onrnenschkundige agrarische politiek van
Lenin heeft de energie van de Russische
boeren verlamd. De eisch dat zij hun
oogst ten algemeen nutte beschikbaar moes
ten stellen met uitzondering van hetgeen
zij voor eigen gebruik behoefden, heeft
hen ertoe gebracht, maar net zooveel graan
te produceeren als voor eigen behoefte
voldoende was. De voortdurende strijd
tusschen de roode garde en de Oekrajiensche
vrijheidslegers gaf bovendien aanleiding tot
het verwoesten en plunderen der voorraden,
tot het platloopen van de akkers, het ont
trekken van handenarbeid aan den landbouw,
het verbreken der belangrijkste spoorweg
verbindingen.
Volgens telegrammen uit Riga zou de
Sovjet-regeering een conferentie in een der
Oostzee-stateri voorgesteld hebben om de
hulpverleening te organiseeren. Maar zelfs
al wordt de conferentie onmiddellijk bijeen
geroepen, toch zullen honderdduizenden in
Oost-Europa en Siberië niet aan gebrek
epidemiën kunnen ontsnappen.
En al brengt men groote voorraden
levensmiddelen aan de Russische grens en
in de havens bijeen, daarmede heeft men
het distributie-probleem en de transport-
Wanneer hij dit plan kon ten uitvoer
brengen zou er dus een revolutie ontstaan,
waarin de eene broeder tegen den anderen
te velde trok.
Graaf Poloscai vestigde zich dus metter
woon in Cettinje en nam zijn intrek in
het gebouw, dat wy zooeven beschreven
en waaraan men den naam van paleis had
gegeven.
Om de ware redenen, die hem er toe
gebracht hadden, in de hoofdplaats van
Montenegro te gaan wonen, te verbergen,
gaf hij voor, bij den Keizer in ongenade
gevallen te zijn. Hij was te Cettinje ge
komen, om hier, van de groote wereld
afgezonderd, zijn schande te verbergen.
De eerste twaalf maanden van zijn ver
blijf te Montenegro leefde de graaf stil
en eenzaam en bestond zijn eenigste genot
in het jagen. Eens op zekeren dag, toen
hij twee uren ver van Cettinje met zijn
paard het dorp Doborok-Selo binnen reed,
viel zijn aandacht op een huis en een
meisje, dat voor de deur stond. Zoo'n
heerlyk schoone gestalte hadden zijn oogen
nog nimmer aanschouwd. Een lange bas-
quino van glanzend laken, zonder mouwen,
hier en daar losjes vastgespeld en tot aan
de knieën afhangend, gaf heur rank lichaam
iets behoorlijks. De grillige figuren, die
er met gouddraad op geborduurd waren,
kenmerkte een meisje van het echt Mon
tenegrijnsche ras. De schitterende yakota
verraadt zeer vaak de hooge geboorte van
haar, die er zich mede heeft getooid.
kwestie in een verwoest en van alle ver
keersmiddelen beroofd land nog niet op
gelost
-
BUITENLAND.
4 Augustus in België.
Op 4 Augustus zal over heel België de
schending der Belgische neutraliteit door
de Duitsche troepen en het begin van den
52 maanden langen strijd voor het her
winnen der verloren onafhankelijkheid
officieel worden herdacht. Reeds wapperen
de vlaggen aan de gevels van alle openbare
gebouwen en ook van vele particuliere
huizen te Brussel en wijden nagenoeg alle
avondbladen hun hoofdartikel aan deze
historische gebeurtenis Toch is men het
op verre na niet eens over het uitroepen
van 4 Augustus tot nationalen feestdag.
Zoowel de Fransch-Belgische als de Vlaam-
sche bladen wenschen er niets anders in te
zien dan een dag van rouw, die niet in
een kermis mag ontaarden.
liet nut van een week regen.
Naar de »Times«-correspondent te Bom
bay (Britsch-lridië) meldt»; heeft daar kort
geleden een regen, welke een week lang
aanhield, wonderen verricht. Er is thans
weer overvloed, terwijl er voor kort nog
gerechte vrees voor een algemeene hon
gersnood, althans in Noord-Gujarat en
Kathiawar bestond, seint hij. In de eerste
drie weken is hier geen regen meer noo-
dig alleen de rijst kan nog iets verdragen*
Wanneer dit weer nog wat aanhoudt en
Een rood japonnetje bedekte de enkels
tot aan de voetjes in apankès gestoken.
In plaats van een keurslijf droeg zij een
wit hemd met lange mouwen. Om den
slanken middel zat een ceintuur van kor-
naline katjes, in het zilver gezet. Een
groote zijden zakdoek bedekte als een sluier
een gedeelte van heur achterhoofd.
Zij was rijzig, slank, bevallig. Hare
regelmatige gelaatstrekken, de schittering
in haar zwarte oogen, het aanminnig glim
lachje, dat haar om de lippen speelde,
haar bevallige houding, die tevens indruk
wekkend was, haar schoon ontwikkelde
vormen, dat alles bewees ten duidelijkste,
dat zij op aristocratische afkomst kon bogen.
De graaf scheen betooverd. Hij bleef
met zijn paard voor het meisje stilstaan
en volgens de gewoonte van het land vroeg
hij haar verlof te mogen afstijgen, om zich
wat te verfrisschen. Zij stond dit zonder
eenige aarzeling toe. Met eene vlugheid,
die men van iemand op zijn leeftijd niet
zou verwachten, sprong hij uit den zadel,
bracht het beest zelf naar den stal en trad
toen binnen.
Het inwendige van het huis was vol
strekt niet met de uiterlijke vormen in
overeenstemming. De graaf kwam in een
groot vertrek, in welks midden zich een
smeulend vuur bevond en waarboven aan
een yzeren ketting een koperen ketel hing.
Wordt vervolgd.)
EinS BLAB
uir iiet Land vai Heusdei ei AltmJe Laügetraat ei Ie Bimtlervnrl
i>