De Schipbreukelingen der Znidzee. Ge wordt verkouden, Uw onbeteekenende hoest verergert tot bronchitis en borst- aandoening. Gij zijt vatbaarder voor griep en influenza, Uw borst begint te piepen, Uw kinderen loopen kans kink- en slijm hoest te krijgen. Zorgt dat Ge de be proefde, krachtige Abdijsiroop in huis hebt. Van nacht kunt U ze noodig hebben morgennacht hebt U ze zeker noodig. AKKER's voor de Borst, Hoest, Keelpijn, Influenza, Bronchitis, Asthma Verlangtde nieuwe verpakking tegen de nieuwe prijzen ƒ1,50 2,75 ƒ4,50 uitsluitend verpakt in geel cartonnen KOKERS IS De prijzen zijn verlaagd De verpakking is gewijzigd! thans per flacon thans is elke flacon ±230 gram ±550 gram 1000 gr. Alom verkrijgbaar! Elscht onze handteekening: L. 1. AKKER, Rotterdam. Deze eerste 3 en in 't bijzonder no. 1 worden door het Hoofd der school, de heer Broeders, en den Inspecteur aanbevolen. Intusschen is mej. Altena benoemd te Sliedrecht, zoodat die niet meer in aan merking wenscht te komen. A. Berm. Er is eenige dagen geleden een dame bij mij geweest, die kwam vragen om de gunst en die verkocht niets dan 60) De dokter deed gelijk hem verzocht werd. Mijnheer Hughes richtte de buis op dokters hand en blies. Met een vaart vloog het kleiballetje uit de blaaspijp met zulk eene kracht tegen dokters hand, dat deze een schreeuw uitte, terwijl de klei als een platte massa aan het vleesch bleef vastkleven. «Sapperloot 1< riep de dokter uit «dat doet wezenlijk pijn hoor.* «Dat dacht ik welc gaf Hughes ten antwoord «ge zult nu er wel van overtuigd zijn, dat deze zoogenaamde hagelkorrels terdege aankomen nietwaar Zoo'n enkel kleiballetje tegen den kop van een paradijs vogel geschoten, is voldoende om hem te dooden zonder hem te beschadigen. Be grepen Éven later ontving de dokter ook zulk een wapen en nam hij de eerste proef. Dit ging evenwel niet zoo gemakkelijk als hy het zich had voorgesteld. Nu eens bleef de zonderlinge kogel in het blaasroer zitten, dan weder vloog het in stukken en brokken er uit. Een enkel maal kreeg leugens. Ze zei no. 1 is van de baan, hoe zit dat nu Voorzitter. Dat is een vergissing, niet no. 4 maar no. 2, mej. Altena, is ver vallen, daarvoor is nu mej. Boon. A. Berm. 'k Wou zeggen, ze moeten met geen leugens aankomen, want dan zijn ze niet met me gedraaid. Voorzitter. Een dame kun je dat zoo hij de klei in den mond. Doch na drie of viermaal zich geoefend te hebben lukte het naar wensch en kon hij met tamelijke vaardigheid het nieuwe wapen hanteeren. «Allright mijnheer Hughes, we kunnen beginnen. Als u nu maar zorgt, dat er paradijsvogels zijn, zal ik ze wel weten meester te worden. «We zullen zien dokter, hoe u zich houdt. Ter bevordering onzer persoonlijke veiligheid evenwel, zal het goed zijn een geweer mee te nemen. «We gaan toch niet alleen mijnheer Hughes,* «Jawel waarom niet «Dat kan ik niet voorzichtig noemen mijnheer Hughes. Stel u eens voor, dat wij door wilden of anderszins worden aan gevallen. De ingenieur dacht even na. «Goed beschouwd verdient het dus allers- zins aanbeveling met ons allen er op uit te trekken. Het is hier alles behalve veilig.* De tocht ging in den beginne zeer een tonig. Men trok een streek door, waar zich tal van slangen bevonden, wat de Amerikaan aanleiding gaf op deze dieren het gesprek te brengen. «Ik herinner mij nog,* aldus begon hij, «dat ik eens te eten was gevraagd bij een bewoner van het eiland St. Pierre in West- Indië, wiens woning gelegen was op de boulevards, welke de stad omringden. Toen wij de eetzaal binnentraden zagen wij een slang van het geslacht Trigonocephali, niet kwalijk nemen, dus zullen we er over stemmen. Uitslag stemming, de eerete 3 briefjes blanco. A. Berm. Ze willen geen hoentje en geen boontje ook. (Vrolijkheid). Mej. 't Hoen kreeg 4, mej. Boon 2 stemmen, terwijl 5 stemmen blanco werden uitgebracht, zoodat mej. 't Hoen is benoemd waarop wij natuurlijk wel gerekend hadden. Het beest had zich zelf uitgenoodigd en op een der stoelen plaats genomen. Een flinke stokslag, die goed gemikt was, blies hem den laatsten ademtocht uit. Dit liep nog al goed af. Even later evenwel had er een ander ongeluk plaats, dat ernstig kon genoemd worden. De vrouw van een officier, die sinds kort te Martinique was aangekomen, bracht eens aan een vriendin in St, Pierre een bezoek. «Neem mij niet kwalijk mevrouw,* sprak de vriendin «dat ik even de slang ga dooden I« Het was evenwel te laat, want tegelijker tijd had het ondier de vlucht genomen naar een klein kastje. Een der negers werd nu belast met het dooden van het dier, eensklaps echter schiet het beest uit zyn schuilhoek te voorschijn op de uitgestrekte negerhand en laat er een stipje achter zoo klein als een speldenprik. Nog geen tien minuten later was de neger overleden.* «Gevaarlijk goedje,* mompelde de dokter. «Daar kunt ge zeker van zijn, er is niets, wat zoo snel werkt tegen het gif eener slang gaf mijnheer Hughes ten antwoord. «Dat wil zeggen,* merkte de dokter op, «het spoedige uitbranden door middel van een gloeiend ijzer helpt 1* «Of,« liet de Amerikaan er op volgen, «het overmatig gebruik van rhum. Het schijnt, dat alcohol een uitstekend tegen gift is. Het merkwaardigste wel is, dat de kleinste slangen de giftigste is. Onder als onderwyzeres aan de openbare school in Wijk C. Nu volgt een schrijven van Gedep. Sta ten waarin dit College eenige bedenkingen oppert over de laatste aangegane geldleening groot f 10000, Voornoemd College schrijft dat de memorie van toelichting niet geheel overeen komt met de inlichtingen van de P. N. E.M. Het dringt aan om het tekort over het eerste boekjaar in mindering te brengen op de leening als deze door een bankier wordt overgenomen. Voorzitter. De leening is overgenomen door de Bank van Ned. Gemeenten, maar we zullen met de P. N. E. M. in nader overleg treden en dan overeenkomstig Ged. Staten werken. Wordt alzoo aangenomen. Het laatste punt der agenda is nu aan de orde, het uitloten van aandeelen in ver schillende leeningen. Uitslag der loting 4 pCt. geldleening 1918, twee aandeelen, no. 54 en 3. 6 pCt. geldleening 1919, één aandeel, no. 5. 6 pCt. geldleening 1920, acht aandeelen, no. 6, 15, 5, 7, 27, 9, 10, 21. 6 pCt. geldleening 1920, één aandeel, no. 20. Bij de rondvraag zegt de heer A. Berm aan de z.g. Putte zit nog iets wat niet goed is, daar zitten 12 gezinnen zonder behoorlijk drinkwater en het is toch een zeer kleine moeite om dat te verhelpen. Men graaft het bestaande slootje door, dat bij Pluijm achter het huis loopt tot aan W. v. d. Broek in de nieuwe waterleiding. Nu moeten de menschen met een tobbe op een kruiwagen en met hun pet onder den arm naar Toon v. Rooy of dat ze asjeblief over zijn erf mogen water halen. Voorzitter. Ik zou zeggen laat ze dat vragen aan het Polderbestuur, daar be hoeft de gemeente toch niet voor te zorgen. L. van Drunen. De Raad kan toch wel eens in overleg treden met het Polderbe stuur voor die menschen. Voorzitter. Het Polderbestuur zal daar niets van moeten hebben, want een vorigen keer heeft ze al gezegt dat het water daar te hoog opliep. G. v. d. Koppel. Wanneer dat slootje wordt doorgegraven en die waterpad weg moet, dan moet het water daar zoo hoog komen dat er verschillende hofjes onder gaan en dan komen ze ook weer om schadevergoeding. A. Berm. Ik vraag het niet voor mij zelf maar voor die menschen. Vroeger haalde ik mijn water aan den gemeentestap waar die nu gebleven is weet ik niet, maar nu heb ik gelukkig regenwater. F. Hermans. Voorzitter er is indertijd voor de werkeloozen een regeling ingevoerd waartegen ik als voorzitter van de vakvereen. moet protesteeren, de menschen die werke loos zijn moeten zich nu dagelijks vervoegen bij de politie en die is nooit of maar zelden thuis, zoodat de menschen moeten wachten op hun steun. Is het niet mogelijk dat er een nieuwe regeling komt, dat zij zich met hun contróiekaart op het raadhuis of bij den voorzitter der vakvereeniging kunnen vervoegen, zoodat ze op tijd wordt afge- teekend. Voorzitter. Ja, die regeling is getroffen omdat er fraude was gepleegd door de werkeloozen, maar ik geloof dat het zooals u het daar voorstelt beter zal zijn, want de politie behoort ook niet thuis te zitten de grootere soorten zooals de boa constrictor, de python, wordt de giftand volkomen gemist.* «Tijdens mijn reizen in de West,* ver volgde de dokter, «was ik eens de gast van een planter. Op zekeren morgen zeide hy «Mijnheer Arling wilt ge onze slangen eens zien «Gaarne* gaf ik ten antwoord «bega echter geen onvoorzichtigheden.* Even later verscheen een neger met bamboezen kokers, wier opening bedekt was met fijn gaas, zoodat men de gevaarlijke gasten in hun bedrijf duidelijk kon zien. Het waren slangen van allerlei vormen en grootte. Sommigen zagen er geel gekleurd uit, anderen droegen op den rug zwarte en gele plekken. Alle hadden echter een driehoekig gevormden kop, waardoor zij trignocephalen of driehoeksslangen worden genoemd. «Wilt ge haar verdedigingsmiddelen zien* sprak mijn gastheer, terwyl hij een der dieren met een fijn tangetje greep en door middel van een houten staafje den bek opende. Aan den bovenkaak zag ik toen een paar puntige kromme tanden, de gif tanden, zoo vlijmscherp, dat zij door koper heenbijten.* «De natuur heeft er echter voor gezorgd* merkte de Amerikaansche ingenieur op «dat ook deze gevaarlijke dieren hunne vijanden bezitten. Op Martinique zijn bet de secretaris vogel en een groote duif, welke laatste die moet op den weg zijn. B. en W. zullen uw voorstel aannemen. Joh. v. Dijk. Voorzitter, ik zag gister middag de lantaarns langs den weg zoo vroeg branden. Ik dacht zoo er wordt niet erg bezuinigd, bovendien in den Hoek het donkerste gedeelte van Dussen brand niets. Voorzitter. Ik weet ook niet welk uur ze precies aan moeten, maar het geeft zoo veel niet, want we komen toch nog stroom verbruik tekort, we zullen ook in den Hoek een lichtpunt plaatsen. Joh. v. Dijk. 'tls noodig want de heer Tijke wil daar zijn motorzaak met Electriciteit drijven. A. Berm. Voorzitter, hoe zit dat met de algemeene begraafplaats Moet die daar blijven of niet, zoo ja, dan moet er naar gekeken worden, want nou is die lieve jeugd van Dussen den boel aan 't sloopen. Voorzitter. We zullen er de politie eens achter zetten. Hierna sluit de Voorzitter de vergadering. PLAATSELIJK NIEUWS. Andel «Het Spiritisme«. Over dit onderwerp hoopt op Woensdag 10 October 's avonds 7 uur, in het lokaal der openbare school, namens het comité voor winter- lezingen, op te treden de bekende redenaar Ds. D. A. van den Bosch uit Den Haag. Begunstigers hebben vrijen toegang. Niemand verzuime te komen luisteren naar de behandeling van dit belangrijke onderwerp. Capelle. Het door deze gemeente te dragen aandeel in de lichting 1924 be draagt 10. Beroepen tot predikant bij de Ned. Herv. Gem. aan den Loonschendijk Ds. J. Gunning te Lage Vuursche, Benoemd tot tijdelijk onderwijzer der Cbr. school aan den Loonschendijk de heer M. C. Rijken alhier. Drnnen. Maandagavond omstreeks half 6 brak er een hevige brand uit bij den schoenmaker L. Schalken. Hij moest zich spoeden om buiten te komen. Alles lag in enkele oogenblikken in de asch. Alvorens de brandspuit uit den Wolfshoek en Drunen op de plaats aanwezig was, was het vuur overgeslagen op de naastgelegen schuur en het pand bewoond door den landbouwer Siegers, hetwelk ook spoedig een prooi der vlammen was. Niets is gered dan het vee en een gedeelte van den inboedel bij Siegers! Beide personen waren slechts zeer laag verzekerd, zoodat het een heele schadepost is. Genderen. Ds. S. A. C. Rijnenberg alhier, heeft voor het beroep naar de Ned. Herv. Gemeente te IJzendoorn bedankt, Ds. v. d. Sluis, predikant bij de Ger. Kerk alhier, heeft een beroep ont vangen naar Ouwerkerk a. d. IJse). De verbouw van suikerbietenzaad, die hier dit jaar voor het eerst door eenige vooruitstrevende landbouwers is uitgeoefend, heeft zulke slechte resultaten opgeleverd, dat verwacht kan worden, dat men hier van dit cultuurgewas verder wel zal afzien. Land van Altena. De le termijn voor levering van suikerbieten voor reke ning der Centrale Suiker-Maatschappij is verlengd tot 20 Oct. a.s. ook de volgende termijnen worden verschoven. onmiddellijk begint te kirren, zoodra zich in hare nabijheid een slang bevindt.* Intusschen was men tot in het diepst van het woud doorgedrongen, waar het vochtig koud werd. Een eigenaardig geklap- wiek deed de schipbreukelingen opwaarts zien. «Daar zijn ze* sprak Hughes half luid «drie prachtige paradijsvogels naast elkaar, kom dokter beproef uwe kunst. Dr. Arling zou juist zijn blaasroer aan den mond brengen, toen een slang, die zich tot dusverre had schuil gehouden plotseling uit het dichte gebladerte schoot en de schip breukelingen nieuwsgierig aanzag. «Achteruit* riep mijnheer Hughes «als het beest een sprong doet is het te laat.* Het beest bleef echter onbeweeglijk hangen. Alleen de glinsterende oogen bewezen, dat niets aan zijne aandacht ontsnapte. Toen het evenwel bemerkte, dat een sprong, ook de stoutste, niet zou baten kronkelde het zich opwaarts en verdween in het gebladerte. «Ik gevoel niet den minsten lust verder te gaan* sprak de dokter «als er straks weer zoo'n gevaarlijke gast komt opzetten, zou ik het wellicht moeten bezuren. Ik adviseer om u te retireeren.* Mijnheer Hughes lachte en zag den dokter spottend aan. «Een goede, ik bedoel, een rechtgeaarde Engelschman is niet bang dokter I* Wintertijd Abdijsiroop-tijd A B D IJ S I R 0 0 P M p \J M 1 (Wordt vervolgd.)

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1923 | | pagina 6