het eerste geval, vereischte is steeds, datj
de aanvrager is landarbeider en zelf 10
percent van het benoodigde bedrag heeft
kost het terrein met de te bouwen woning
dus f 4000.dan moet de aanvrager
zelf f 400.bezitten.
Rechtstreeksche aanvragers kunnen ook
een plaatsje om te bouwen aangewezen
krijgen. Wanneer er twee aanvragers zijn
die niet aan een terrein geholpen kunnen
worden, dan kan de weg van onteigening
worden gevolgd. Het te onteigenen terrein
mag dan niet een gedeelte van een boerderij
zijn, doch het moet dan een vrij
perceel zijn. Een andere weg is, dat de
gemeente een terrein koopt om dit weder
in kleinere stukjes te verkoopen. Voor
dit doel kan de gemeente een voorschot
krygen van het lijk. Wanneer mocht
blijken, dat de gemeente het terrein niet
gebruikt voor het doel, waarvoor het is
aangekocht, kan het Rijk het bedrag aan
de gemeente voor aankoop van het terrein,
verstrekt, opzeggen.
De heer Schouten zegt, dat hem uit de
antwoorden van den Voorzitter wel is ge
bleken, dat het bouwen op deze manier
uitvoerbaar is, doch nog niet of het wen-
schelijk is, dat de gemeente in deze iets
doet.
De Voorzitter wil eerst nog even zeggen,
dat de wet niet spreekt over het terrein
zelf, waar dit moet liggen of wat het
voor een terrein moet zijn. Het is echter
in het belang der gemeente, dat een ge
schikt terrein wordt aangekocht want
men moet niet vergeten dat de gemeente
aansprakelijk is voor het verstrekte terrein,
en gesteld dat er nu wel iemand zou willen
wonen, doch als deze er om de een of
andere reden uitging, een ander niet, dan
zou dit een strop voor de gemeente vormen.
De heer Verweijs vraagt of het terrein
langs een weg moet liggen, of dat dit ook
een nieuwen uitweg kan krijgen.
De Voorzitter antwoordt dat dit laatste
ook kan.
De heer Schouten merkt op, dat een
terrein geheel langs den weg gelegen,
altijd duurder zal zijn en het daarom ge-
wenscht is een geheel terrein te koopen
en niet alleen het gedeelte langs den weg
te nemen.
De Voorzitter zegt, dat het natuurlijk
in het belang der gemeente is, een geschikt
terrein te koopen, niet te ver van de kom
der gemeente gelegen, de menschen moeten
er ook willen wonen.
De heer Schouten vraagt tot wie de
aanvrage zich beperkt, waarop de Voorzitter
antwoordt, uitsluitend tot de landarbeiders.
Tevens moet blijken, dat de menschen
zuinig zijn, want zij moeten 40 pCt. zelf
bijdragen in de kosten, en de aanvrage
kan alleen geschieden door personen tus-
schen de 25 en 50 jaar.
De heer Schouten vraagt of in de wet
ook is bepaald, hoe groot de plek moet
zijn om te bouwen, waarop de Voorzitter
antwoordt, dat hierover de wet niet spreekt.
Het moet echter zijn minstens 10 are.
Spr. is echter gebleken, dat er ook wel
voor minder terrein geld beschikbaar wordt
gesteld.
De heer Schouten meent, dat men niet
gebonden is aan bepalingen om te bouwen,
en dat thans voor f 2500,al een goede
arbeiderswoning kan worden gebouwd.
Er blijft dus f1500 voor den grond. Ge-
dien zij voor hun hulp schijnen te ei-
schen, is van dien aard, dat ik aan één
held volkomen genoeg heb.
Over zijn gelaat gleed een uitdrukking,
alsof hij zich tot in het diepst van zijn
ziel gekwetst voelde. Hij antwoordde
echter
U hebt me toch niet verboden, u nog
maals te komen begroeten
Neen, dat is waar.
U hebt er zelfs bijgevoegd, dat u mij
zeggen zoudt, waarom u het kasteel van
Kerlor verlaten hebt, als ik u later daar
naar zou vragen.
Juffrouw de Sainclair begreep, dat
Paul Vernier zich thans minder be
schroomd zou toonen dan bij hun eerste
ontmoeting. Dit mishaagde het jonge
meisje volstrekt niet, daar zij tegen
geen nadere verklaringen opzag en niet
de minste verlegenheid gevoelde.
Zij antwoordde op koelen toon
Maar mijnheer, welk belang kunt u
bij die vragen hebben
Begrijpt u niet, juffrouw de Sainclair,
dat ik gaarne uw vriend zou willen zijn
Dat is zeker zeer vereerend voor mij
maar begrijpt u niet, dat deze vriend
schap mij in opspraak zou kunnen bren
gen?
Waarom
O, mijnheer, u zijt vrij in uwe hande
lingen niemand heeft het recht zich te
verwonderen, als u het leven van een
artist leidtmaar ik ben een gouver
nanteik moet mijn dagelijksch brood
verdienen en mag mij geen enkele vrij
heid veroorloven.
Dit bestaan zal toch zeKer niet
toppunt uwer wenschen zijn.
rekend tegen den prijs van 75 ets. per
M2., krijgt men dus 2000 M2. of 20 are,
zoodat een aardig stukje bouwgrond over
blijft waarvan nog heel wat kan worden
getrokken. Spr. zou gaarne vernemen of
de overige leden van den raad er iets voor
voelen en wat op den weg ligt van de
gemeente. Hij acht het een groot belang
voor de gemeente, jonge krachten moeten
de gemeente verlaten, omdat ze geen
woning kunnen krijgen, zoodat er tenslotte
alleen minder krachtige overblijven.
De Voorzitter zegt dat de Landarbeiders-
wet van het begin af, zijn volle sympathie
heeft gehad, doch het verwonderd hem
dat niet meer menschen aankloppen om
op die manier te worden geholpen, niet
tegenstaande hij meermalen op deze moge
lijkheid heeft gewezen. Hier kwam nog
geen enkele aanvraag in, in Rijswijk één,
en naar spr. meent zal daar eerstdaags de
tweede volgen.
De heer Schouten is van oordeel, dat
men niet spoedig met het Hoofd van de
gemeente over deze zaak gaat spreken, men
denkt als men eenmaal gaat praten, men
dan ook gebonden is. Spr. gelooft dat het
nu echter niet zoo heel lang meer zal
duren of er zullen wel aanvragen komen,
daarmede heeft de raad echter niets ge
daan, en tot zijn spijt hoorde hij tot heden
geen enkele stem van de andere raads
leden, dat men sympathiseert met het
idee.
De Voorzitter zegt dat de andere raads
leden tot heden geen gelegenheid hebben
gehad om te spreken, de heer Schouten
heeft het woord gevraagd en de discussie
bepaalde zich tot hem en den Voorzitter.
Het is in hen, eerder te prijzen dan te
laken, dat zy tot heden hebben gezwegen,
want men kan niet gelijk spreken, en de
gelegenheid daartoe is hen tot heden niet
geboden. Is de heer Schouten echter uit
gesproken, dan zal hy met veel genoegen
aanhooren, wat de anderen hiero-ver hebben
in 't midden te brengen.
De heer Verwijs verklaart te hebben
gewacht tot de heer Schouten was uitge
sproken, hij kan wel met het idee meegaan,
doch er is een bezwaar, zijn nief-landar-
beiders uitgesloten hiervoor in aanmerking
te komen.
De Voorzitter antwoordt toestemmend.
De heer Schouten merkt op, dat men
niet moet vergeten, dat door het bouwen
van eenige arbeiderswoningen, men woning
verruiming krijgt en er dan ook per slot
zij van profiteeren, die niet voor hulp in
aanmerking komen.
De heer v. Houwelingen vreest, dat,als
de menschen de rekening voor zich krijgen,
zij zich eerst nog wel eens zullen bedenken
voor zij op deze manier gaan bouwen,
de last is te groot. Bovendien schynt de
drang niet zoo heel groot te zijn, anders
was men al eens bij den Burgemeester
komen aankloppen. Zoolang van de in
gezetenen geen vei zoek uitgaat, meent
spr., dat de gemeente daarover zelf niet
behoeft te beginnen.
De heer v. Vliet merkt op, dat een
arbeider nu toch ook tot f 2.50 per week
moet verwonen, wat toch ook niet weinig is.
De heer Verweijs gelooft, dat de be
rekening van 75 ets. per M3. niet geheel
juist is, deze zal wel hooger zijn.
Hierover wordt een breedvoerige discussie
gevoerd, met uitslag, dat men tenslotte de
Niet geheel en al.
Waarom mij dan afgewezen?
Zij haalde de schouders op en sprak
Of ik ook onvoorzichtig zou geweest
zijn, als ik u dadelijk die vriendschap
toegestaan had, waarom u vraagt I Nu
gaat u zonder aanmoediging reeds al te
ver. Ik verzoek u ernstig, ga toch met
uw verstand te rade en u zult moeten
erkennen, dat ik y niet verder mag aan
hooren.
Mariana maakte aanstalten om haar
leerling te gaan opzoeken.
De beeldhouwer echter vervolgde:
U zoudt mij zeer bedroeven, mejuf
frouw, door te meenen, dat ik in ach
ting jegens u te kort schoot. Het is
waar, dat ik wat overijld te werk ga
maar ik liet mij door mijn gevoel mede
slepen, en dan, het is zoo moeilijk u te
ontmoeten.
Waar zou dat toe dienen?
Vraagt u dat nog?
Zeker, mijnheer Vernier. Luister U
veroorzaakt mij noodelooze smart. Zon
der het te willen, bevind ik mij op uw
weg, of u zich op den mijnen in elk
geval u wordt mijn redder. En acht u
u daarom verplicht de gemoedsrust van
een arm, jong meisje te verstoren, dat
niet het recht heeft af te wijken van de
plichten, die haar nederig beroep haar
oplegt U zult [daar wellicht nog
eenmaal spijt van hebben.
Hartstochtelijk viel de jonge beeld
houwer haar in de rede:
U is arm, uw betrekking is nederig,
en ook ik ben als kunstenaar nog zonder
naam. Mc,ar mogen wij dan niet naar
een betere toekomst streven O, als u
wprt rïï, 7,5 Ct3, niet 200 ver van d«
werkelykheid rekent.
to-sta„deevoorMidr a1' den WOnin8-
»UU >oor de ingezetenen van Andel
g niet zoo slecht hoewel er weieenigen
schen Het" WOn'ng Z°Uden Wen"
gaat 'mJ k 8r0°te bezwaar is echter,
dan Xn b"*6" het beneden eind
niét I Va" het boven eind
we! iets \e h °mgekeerd' Er
maar a voor de woningbouw
staannnrn'h-AIS naar W«k «et, daar
daar Llf éT *0D,n«en» maar men zegt
oaar zelf dat het veel te duur is de
W!)k U'S»» steen en' been
d« °Pkrengst voor den woningbouw
w,l bo dat men dS"om
De heer v. Vliet heeft vernomen, dat
aatst toen te Wijk een woning leeg kwam,
er wel tien liefhebbers waren.
De heer v. Houwelingen blijft er bij,
dat de menschen eerst by den Voorzitter
dienen te komen, de raad kan niet be
slissen over onzekere dingen.
De heer Schouten zegt, dat het alleen
zijn bedoeling was het gevoelen van den
raad te vernemen, het standpunt dat de
heer v. Houwelingen inneemt keurt hij
af en noemt dit koud. Het gaat er over
om met de minst mogelijke kosten de
zaak der woningbouw te bevorderen.
De heer v. Houwelingen bestrijdt den
heer Schouten, Spr. beweert in dezen
geen koud standpunt in te nemen, doch
zou alleen willen afwachten tot er aan
vragen komen.
De Voorzitter vraagt, of de heer Schouten
een afgerond voorstel wil indienen, b.v.
of de raad in beginsel zal besluiten, uit
voering te geven aan de Landarbeiderswet.
De heer Schouten acht dit voldoende.
Met aigemeene stemmen wordt dit
voorstel hierop aangenomen.
Hierop sluit de Voorzitter de vergadering.
Strafzitting van het Kantongerecht te
Heusden van Vrijdag 21 Maart 1924,
KantonrechterMr. C. W. van Om
meren.
Ambtenaar van het Openbaar Mini
sterie Mr. J. S. Loke.
GriffierMr. W. Ruitinga.
Deze keer worden de kinderzaken aan
het einde in plaats van aan het begin
der zitting behandeld.
De eerste zaak betreft Th. v. D. te
Vlijmen, welke zaak door den kanton-
rechter-plaatsvervanger H. J. van Eg-
gelen wordt behandeld, wijl de Kanton
rechter zelf tegen dezen beklaagde proces
verbaal heeft opgemaakt. Beklaagde had
op 11 Januari j,l., toen de wegen door
den dooi erg slecht waren, een zware
vracht gevulde melkbussen onder Hedik-
huizen doen vervoeren op een vierwie-
ligen wagen, waarvoor één paard gespan
nen was en welke vracht de krachten
van het paard kennelijk te boven ging.
Beklaagde was niet verschenen, hetgeen
echter niet belette dat de kantonrechter
plaatsvervanger hem veroordeelde tot
f 25 boete of 25 dagen hechtenis.
De in de vorige zitting uitgestelde zaak
tegen K. C. v. B. te Hedikhuizen, die
met een kruisnet zou gevischt hebben
in water, dat staatseigendom is en waar
in H. van der Wiel het vischrecht heeft,
komt thans opnieuw in behandeling.
eens wist, hoe ik de vrouw zou aanbidden,
die mij de weelde harer liefde schenk!
Door haar aangemoedigd, zou ik een
hoogere eerzucht in mij voelen ontwa
ken. Zij zou mij bezieling schenken,
zij zou mij steunenzij zou mij in staat
stellen mijn eerzuchtige droomen te ver
wezenlijken. Dank zij haar, zou ik
mogelijk een groot kunstenaar worden.
een meester, wiens stukken men elkaar
betwisten zouIk zou fortuin en roem
verwerven in dat Parijs, hetwelk aan
ieder talent zijne wijding geeftEn
ik zou dat alles verschuldigd zijn aan
de gezellin, wier liefde en toewijding
mij de kracht zonden geven, om won
deren te verrichtenIk zou haar tot
de meest benijde vrouw, de meest ge
achte echtgenoote willen maken. Zij,
die deelgenomen had aan mijne teleur
stellingen, die mij gesteund had in den
dagelijksehen strijd om eer en fortuin,
zou zij ook niet verdienen in mijn roem
te deelen, als het oogenblik van triomf
aangebroken was
In pijnlijke spanning wachtte hij af,
wat Mariana zou antwoorden.
Zij bleef stilzwijgen.
Met gesmoorde stem vervolgde hij
Ontneem mij niet alle hoop
Vastberaden antwoordde zij
Ik wil u niet aanmoedigen, ik bezit
de eigenschappen niet, die u mij toedicht.
Als u niet slaagdet, zoudt u mij verwij
ten een beletsel voor uw succes te zijn
geweest. J
Maar als u mij kondt beminnen, zou
ik zeker slagen.
w aun on8 beider armoede.
Ah, dat schrikt u af!
Van der Wiel, wederom als getuige ge
hoord legt eene situatieteekening over
van de plaats, waar de overtreding zou
zijn gepleegd. Beklaagde beweert dat het
water, waarin hij gevischt heeft, eigen-
dam is van den polder van Hedikhuizen
en hij daarin mag visschen. Getuige van
Bokhoven, voorzitter van den polder,
zegt dat bedoeld water wel degelijk eigen
dom van den Staat is, hetgeen door ge
tuige van der Wiel wordt bevestigd. Ge
tuige van Crugten zegt dat hij beklaagde
heeft zien visschen tusschen de vleugels
van de sluis en wel op de plaats door
getuige van der Wiel op de situatietee
kening aangegeven. De Kantonrechter
zeide dat beklaagde drommels goed kon
weten en stellig ook wist dat het water
waarin hij vischte, staatseigendom was
en hij dus geen recht had om er in te
visschen. 't Werd nu een dure visch-
partij, want zij kost aan beklaagde f 10,
welke hij echter kan verdienen door 5
dagen te gaan zitten". Op de vraag van
den Kantonrechter of beklaagde tegen
dit vonnis hooger beroep wilde aantee-
kenen, antwoordde hij dat hij voorne
mens was zulks te doen.
J. v. E. en U. L. J. K. te Elshout,
die ver na sluitingsuur in een café al
daar gezeten hadden en er niet uit wil
den gaan dan toen de veldwachter zulks
op verzoek van den kastelein, op het
punt stond hen er uit te zetten, kregen
ieder f 5.00 of 3 dagen, 't Is wel een duur
uurtje van gezelligheid geweest.
w J. v. M. te Zandvoort had te Nieu-
wendijk met zijn auto veel te hard ge
reden maar toch niet hard genoeg om
een proces-verbaal te ontgaan. Beklaagde
is niet verschenen. De Kantonrechter,
die zooals bekend, een groot vijand is
van gejakker op de openbare wegen met
auto's en motorrijwielen, zei dat hij dezen
MIJNHARDTs
Zenuw- 75ct
Laxeer- 60ct
Staal- 90ct
Maag-75ct
Hoofdpijn- GCk*
'TABLETTEN!
Om uwentwiluw verheven plannen
zouden mij juist voor de toekomst be
zorgd makenik wil niet zeggen, dat
ik het doel, waarnaar u streeft, voor uw
talent onbereikbaar acht, maar het kan
toch zijn, dat u een gevaarlijk droom
beeld najaagdet.
Maar als u zoo spreekt, kan ik u toch
niet geheel onverschillig zijnl
Uw woorden hebben mij getroffen
Waarom zou ik het ontkennen Een
ander meisje in mijn omstandigheden
zou wellicht'blijde zijn uw voorslag aan
te nemen Maar ik ik durf niet
En uw woorden komen zoo onverwachts,
dat ik mij afvraag, waarom u mij juist
uitgekozen hebt om
Omdat ik u bemin.
Zij maakte een afwerend gebaar, alsof
zij hem had willen beletten, die plech
tige verklaring uit te spreken.
Er heerschte een oogenblik van vol
komen stilte in het gewijde gebouw
Paul Vernier voelde zijn hart onstuimig
kloppen hij wilde haar naderen.
Jufirouw de Sainclair, die op haar
bidstoel gebleven was, stond op en sloejf
een blik naar de kapel der kerk,
waarin de doopplechtigheid plaats had.
De artist stamelde
Ja, ik begrijp uw ontroeringU
hadt niet kunnen voorzien, dat ik zoo
tot u zou spreken Ik ben mogelijk
te vermetel geweest... Zeg mij, dat ik
u niet beleedigd heb... Neen... antwoord
mij niet, mejuffrouw... Ik verdien uw
verwijten... Ik zal heengaan.Maar ik
smeek u, denk eens naHet geldt ons
beider geluk... Luister. Over acht dagen
zal ik hier terugkomen, op dezelfde
keer beklaagde nog niet het Huis van
Bewaring in wildejakkeren", maarthans
nog met eene waarschuwing in den vorm
van eene boete van f25,of 10 dagen
hechtenis wilde volstaan,
c De 12-jarige T. v. R. te Nieuwendijk
werd wegens baldadigheid veroordeeld
tot 1 maand tuchtschool, zulks met een
proeftijd van één jaar.
PLAATSELIJK NIEUWS.
Voor Dames- en Kinderconfectie
is de Firma TAVERNE DE MEERE,
Hinthamerstraat 69, 's-Bosch, voor deze
Omstreken het beste en voordeeligste
adres.
Hensden. Zaterdagavond vierde de
Chr. Jongelingsvereeniging «Eben Haëzer*
alhier haar 17de jaarfeest. Nadat Ds.
Huijgens zijn openingswoord had gesproken,
volgden de verschillende jaarverslagen,
samenspraken, voordrachten en twee op
stellen «Het werk van de Jongelingsver
eeniging* en «Jongelingsleven* wisselden
elkander af. Vooral de samenspraken «Het
examen* en »Op het politiebureau* wisten
de lachlust van de talrijke aanwezigen op
te wekken. Ook afgevaardigden van de
ringafdeelingen waren vertegenwoordigd.
Met voldoening kan de Jongelingsvereeniging
op dit welgeslaagd jaarfeest terugzien.
In deze gemeente heeft zich een
nieuw geval van roodvonk voorgedaan.
Almkerk. De collecte gehouden in
de Ned. Herv. Kerk alhier voor 't fonds
tot verbouwing der Consistoriekamer, tij
dens het biduur voor 't gewas bracht op
ruim f 46.
t Andel. Door storing op den kabel van
het electrisch net, kregen de dorpen Andel,
Giessen, Rijswijk en Woudrichem Zater
dagavond geen licht. Daar vele huisge
zinnen er niet meer op rekenen, zaten zij
in het donker of met een klein nacht
lampje of kaars. Gelukkig duurde het
niet lang, ruim 8 uur werd er weer stroom
gegeven en ieder kon het huiplicht weer
opbergen voor een volgende gelegenheid.
Beneden-Langstraat. In den hooi-
handel gaat het de laatste dagen drukker.
Door de meerdere vraag is de prijs van
het goede handelshooi gestegen tot f 17 k
f 18 per 500 K.G. Er wordt thans dan
ook druk afgeleverd.
's Gravenmoer. Vorige week Don
derdagavond is de cursus over de bemes
tingsleer, gegeven vanwege de Tuin- en
Landbouwvereeniging door den heer J.
Benjaminse, hoofd eener school te Sprang-
Capelle, gesloten. Bij monde van den
heer J. P. van Dongen, secretaris der
vereeniging, werd den heer Benjaminse
een woord van dank gebracht voof zijne
nuttige lessen.
Genderen. Blijkens ingekomen bericht,
zal de kwestie omtrent het al of niet
voortbestaan der openb. school alhier, door
den Raad van State in een openbare
vergadering op een nader te bepalen dag
behandeld worden.
Nederhemert. Bij de Vrijdag ge
houden 8tierenkeuiing werden aangevoerd
10 stieren waarvan er 6 werden goedge
keurd.
Door de muziekvereeniging alhier
is besloten om deel te nemen aan het
groot festival, dat gehouden zal worden
op 14 en 15 Augustus te Kerkwijk.
plaats... op hetzelfde uur. Dan zult u
mij uw beslissing doen kennen en ik
zweer u, dat ik er mij aan zal onder
werpen, hoe zij ook uitvalle En met
smeekende stem besloot hij
Zult u komen?
Juffrouw de Sainclair antwoordde niet.
Bedaard en zich zelve volkomen mees
ter, schreed zij langs de stoelen heen,
om haar leerling op te zoeken.
Paul Vernier verliet de kerk, aan een
hevige ontroering ten prooi.
De doopplechtigheid was afgeloopen.
Jeanne Nerville wendde het hoofd om
en zag juffrouw de Sainclair naast zich.
Mariana wilde nog enkele minuten wach
ten, alvorens te vertrekken oogenschijn-
lijk luisterde zij naar Jeanne, die haar
eenige inlichtingen gaf over de ouders
der jonge peet.
Ga mee, kind, hernam de gouvernante;
het wordt kil onder de gewelven.
Bij den uitgang zag Mariana op eenigen
afstand den beeldhouwer staan, die ter
sluiks nog een laatsten blik op haar
wilde werpen. Zij gaf een teeken van
ongeduld en de zwarte wenkbrauwen
fronsende, sprak zij tot zich zelf:
Des te erger voor hem. Hoe zou
het lot, dat hij mij aanbiedt, mij kun
nen verlokken Het is Georges, dien
ik hebben moet! Ik wil gravin de
Kerlor worden.
Jeanne stak haar arm door dien van
Mariana.
Laten wij doorloopen, riep het kind,
daar komt een begrafenis aan. En mama
zegt altijd, dat een begrafenis na een
doopplechtigheid ongeluk aanbrengt 1
(Wordt vervolgd)
onh menschen kunnen de huur niet
arh Uwen ,n «erband met de land-
arbeiderswet, dit is een heel andere zaak,
ai« drukt niet op de belasting.
A. v. Z. te Rijswijk staat terecht ter
zake dat hij in strijd met de bouwver
ordening een trasraam onder een nieuw
gebouwde woning zou hebben gemaakt
van witte klinkers en niet van harde
klinkers Beklaagde beweert geheel vol
daan te hebben aan de hem door Bur
gemeester en Wethouders van Rijswijk
schriftelijk verleende bouwvergunning,
waarin staat vermeld, dat het trasraam
moet worden vervaardigd van „harde
klinkers" met de toevoeging „witte klin
kers". Beklaagde legt de schriftelijke
vergunning over. Getuige de Regt, op
zichter der Gezondheids-commissie, voert
aan dat door de bouwverordening ge-
eischt worden „harde klinkers" en dat
„witte klinkers" geen „harde klinkers"
zijn. De Kantonrechter hernam hierop,
dat beklaagde toch geheel gehandeld
heeft overeenkomstig de hem door Bur
gemeester en Wethouders verleende ver
gunning en dat hij den getuige, wiens
advies omtrent de bouwaanvraag toch is
gevraagd, niet geheel begrijpt; z. i treft
beklaagde geen schuld en daarom spreekt
hij hem dan ook vrij.
Bij Apoth. en Drogisten