Und van altena
•FEUILLETON,
„Het Kasteel van Kerlor."
Uitgave: Firma L, J. VEERMAN, Heusden.
No. 4403 Woensdag 4 Juni 1924,
Int. Telefoon no. 19. Postrekening no. 61525.
Dit blad verschynt WOENSDAG en VRIJDAGMIDDAG.
Abonnementsprijs: per 3 maanden 1.25, en
franco per post beschikt f 4.40. Afzonderlijke
nummers 6 cent.
Adcertentiën van 1—6 regels 90 cent. Elke regel
meer 15 cent. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentiën worden tot Dinsdagmiddag 1 uur en
Vrijdagmorgen 9 uur ingewacht.
BUITENLANDSCH OVERZICHT
Nog steeds duurt de politieke crisis
zoowel in Duitschland als in Frankrijk voort.
De Duitsch-nationalen hebben zich wei
gerachtig getoond om in samenwerking
met -de drie burgerlijke middenpartijen
een regeling te vormen, omdat naar hunne
meening noch de binnen- noch de buiten-
landsche politiek der regeering Marx-
Stresemann deugde.
Zij wenschen een radicale koerswijziging
en achten handhaving van den tegenwoor-
woordigen kanselier als van den minister
van buitenlandsche zaken onmogelijk. Von
Tirpitz zou dan rijkskanselier worden en
het buitenlandsche politiek programma der
Duitsch-nationalen verwerkelijken, waarvan
de kern, volgens hun eigen zeggen, hierin
bestaat, dat de beslissing over het plan
der deskundigen pas kan vallen na onder
handelingen in een slotovereenkomst, waarin
de politieke en de eerekwesties tegelijk
geregeld zijn.
Hun vurige verlangen om met de ka
binetsformatie te worden belast, is tot
dusver niet in vervulling gegaan. Men
zou geneigd zijn hen eens de proef
te laten nemen, om de verantwoordelijkheid
der regeering te dragen, daar dan spoedig
zou blyken, of zij werkelijk hun principes
kunnen verwerkelijken, ïonder in botsing
te komen met de geallieerden. Tot dusver
is hun activiteit nl. steeds van kritischen
en negatieven aard geweest. Doch aan
den anderen kant is het experiment ook
weer te gevaarlijk, omdat Duitschland's
lot er mee gemoeid kan zijn. Zoo denkt
blijkbaar eveneens rijkspresident Ebert en
de regeering-Marx er over. Trouwens
democraten en centrum zijn er eveneens
ten felste tegen gekant, dat de Duitsch-
nationalen de opdracht krygen tot kabi
netsformatie. Vandaar dat, ten einde raad,
Marx nog eens zal probeeren een ministerie
samen te stellen, op den grondslag der
tot dusver bestaande kleine coalitie (centrum,
D. V. P. en democraten). Misschien zal
dit ten slotte lukken en in dit geval zullen
de soc. dem., die niet in de regeering
zitten, het nieuwe kabinet, dat dan een
copie zou zyn van het ministerie \óór de
demissie, misschien hun steun verleenen.
Een dergelijk ministerie verkeert echter
voortdurend in een vrij hachelijken toestand,
daar de oppositie, dank zij den uitslag
der verkiezingen, byna even sterk is als
de regeringscoalitie. Het lijkt er dan ook
34
De blik was kalm als de Oceaan bij
windstilte maar evenals die Oceaan ook,
kon zij in oproer komen als een inner
lijke storm beheerscht.
Mijn moeder, hernam Georges op vast
beraden toon, ik heb eenigen tijd willen
wachten] alvorens ik u deelgenoot
maakte van een plan, welks verwezen
lijking, mijn dierbaarste wensch is. Maar
nu een geheime vijand haar aanvalt, zal
ik dadelijk spreken. Kunt u me zeg
gen welke beleedigingen de brief bevatte,
waarvan u mij spreekt?
Hij bevestigde dat juffrouw de Pen-
hoët je niet onverschillig was gebleven.
Wel, mama, daarin zegt hij de waar
heid.
Georges 1
De gravin kende haar zoon te goed
om te durven hopen, dat hij die woor
den zou herroepen, maar hij van zijn
kant wist ook, dat men den wil van
mevrouw de Kerlor niet gemakkelijk
boog.
Deze beide menschen waren gelijk in
karakter, en nu zij in botsing kwamen,
moest dat een vreeselijken schok geven.
Ja moeder, voegde Georges de Kerlor
er bij, met diepe ontroering, ik heb juf
frouw Hélène de Penhoët zeer lief.
Jij bemint haar.
Ik bemin haar van ganscher harte
veel op, dat, al slaagt Marx in den voren-
aangeduiden zin, Duitschland nochtans
voorloopig een voortdurende dreigende re-
geeringscrisis zal blijven doormaken.
Ook in Frankrijk is men nog tot geen
oplossing gekomen. Na den uitslag der
verkiezingen zag Poincaré in dat hij niet
aan het bewind kon blijven, doch nam op
zich de zaken te blijven behandelen tot 1
Juni. Met ingang van dezen datum is hij
echter althans voorloopig van het tooneel
verdwenen. De vraag blijft nu, wie zal
hem opvolgen Zooals men weet wordt
Herriot, de radicaal-socialistische burge
meester van Lyon, gedoodverfd als de toe
komstige premier. Het zal echter nog wel
tot Woensdag of Donderdag duren, voor
dat Herriot op het Elysée wordt ontboden,
omdat eerst nog allerlei formaliteiten
moeten plaats hebben. O.a. moet eerst
een Kamervoorzitter worden gekozen, wiens
advies Millerand moet inwinnen met dat
van de Senaatsvoorzitter, zoodat het zeker
Woensdag of Donderdag zal worden voordat
de president der republiek Herriot bekleedt
met de bevoegdheid van kabinetsformateur.
Ondertusschen is het nog zeer de vraag,
of dit laatste wel door Millerand zal ge
schieden. In Frankrijk heeft men n.l.
niet alleen te doen met een kabinetscrisis,
maar evenzeer met een presidentcrisis.
Algemeen is de roep, dat Millerand moet
verdwijnen. Men verwijt hem ten eerste,
dat hij te nauwe relaties onderhoudt met
het nationale blok, dat bij de verkiezingen
de nederlaag heeft geleden, en ten tweede
kan men zijn neiging tot persoonlijk in
grijpen moeilijk verkroppen.
De president der republiek schynt echter
ondanks het verzet, dat tegen zijn persoon
tot uiting komt, niet van zins te zijn zich
door de besluiten en moties der partijen
te laten wegjagen. De algemeene indruk
is dan ook, dat hij zich eerst tot de mannen
der meerderheidspartijen za! wenden, om
te trachten hun een opdracht tot vorming
van een nieuw ministerie te verstrekken.
Is niemand van links hiertoe bereid, dan
zou het in zijn voornemen liggen een man
buiten de partijen om met de kabinets
formatie te belasten. In dit verband wordt
de naam Barthou genoemd.
Zondagavond om 7 uur is op het Zui
derstation te Weenen een moordaanslag
gepleegd op den Oostenrijkschen Bonds
kanselier Dr. Seipel, op het oogenblik dat
Ik zou niets liever wenschen dan haar
te trouwen.
Mevrouw de Kerlor schudde droevig
het hoofd. Voor het eerst in zijn leven
veroorzaakte haar zoon haar een groote
smart.
De gravin aanbad haar zoon Georges
vereerde innig zijn moeder maar beiden
wisten zij, wijl hetzelfde bloed in hun
aderen vloeide, dat een geschil tusschen
hen tot zeer ernstige dingen kon leiden.
Totnogtoe hadden zij te veel van elkaar
gehouden dan dat er maar een scha
duw van boosheid tusschen hen bestond
ook hadden ze steeds alles vermeden,
wat tot een twist kon voerenen het
was roerend om te zien met welk een
zorg ieder zijn best deed om elke bot
sing te voorkomen.
Zouden de gravin en Georges nu van
die vreeselijke woorden wisselen, die
men nooit weer vergeet, en die twee
harten scheiden
De jonge man bleef nog eerbiedig, vol
genegenheid, maar zijn stem was kalm,
zijn gebaren vastberaden.
Hij vervolgde
Ik vraag u verlof, om Hélène te trou
wen. Ik verzoek u, onze vereeniging te
zegenen.
De gravin antwoordde niet.
De moeder dacht een oogenblik'na, voor
ze haar onverbiddelijk vonnis velde.
Zij gaf zich zelf de schuld, dat zij de
gebeurtenissen niet beter had voorzien
en ze niet had voorkomen. Maar kon
ze ook denken, dat de zaken zoo gauw
haar gang zouden gaan
Een zucht baande zich een weg uit
deze uit den trein wilde stappen. Een
jonge man, in denzelfden trein gezeten,
loste drie revolverschoten op hem, waarop
Dr. Seipel nog eenige stappen deed en
toen in elkaar zakte. Daarop richtte de
dader het wapen op zich zelf en joeg zich
een kogel door het hoofd.
Dr. Seipel werd naar het ziekenhuis
vervoerd. Het bleek, dat hij door een
schot in de borst, hetwelk een der longen
had doorboord, was getroffen. Zijn ver
wonding is wel ernstig, maar waarschijnlijk
niet levensgevaarlijk. De dader kon niet
worden verhoord, daar hij nog altijd be
wusteloos is.
De pleger van den aanslag is, naar nader
gemeld wordt, zekere Jaworek uit Petten-
dorf bij Wiener Neustadt. Hij is dertig
jaar oud.
De laatste berichten melden, dat Dr.
Seipel een tweede operatie heeft ondergaan,
doch dat de kogel nog niet is gevonden.
Daar de Kanselier zeer verzwakt is, kon
men niet verder gaan.
Vergadering van den Raad der gemeente
VEEN,
op Vrijdag 30 Mei vm. 10 uur (O. T.)
Voorzitter EdelAchtb. Heer R. J. van
Doveren.
Secretaris WelEd. Heer J. Timmermans.
Aanwezig alle leden.
De Voorzitter opent de vergadering met
gebed, daarna worden de notulen gelezen
en goedgekeurd.
Weth. Schreuders merkt naar aanleiding
der gelezen notulen op, dat de verschillende
auto-ondernemingen wel zijn aange
schreven om bij de gevaarlijke bochten met
hunne autobussen langzaam te doen rijden,
doch dat dit schrijven echter geen uitwerking
heeft gehad en ze nog even hard rijden
als voorheen. Spr. heeft met den rijks
veldwachter Bretveld over scherper toezicht
gesproken en deze heeft hem verklaard,
dat chronometers geen f 100 doch slechts
f 25 kosten. Dat de gemeete deze niet
behoeft aan fe schaffen, aangezien deze
aan de rijksveldwachters gratis worden
verstrekt en genoemde rijksveldwachter
wel mede behulpzaam wil zijn om scherper
toezicht uit te oefenen. Op deze manier
is het bezwaar der groote kosten te onder
vangen en zyn ongelukken, die anders
onmogelijk kunnen uitblijven, waarschijnlijk
te voorkomen.
De Voorzitter vraagt den heer Jiskoot,
haar borst. Was zij zelf niet, van het
eerste oogenblik af en op het eerste ge
zicht, ingenomen door de gratie en de
zedigheid van het jonge meisje
Het arme kind was niet geboren om
gelukkig te zijn.
De heer de Kerlor vervolgde met
groote warmte
U kent de goede hoedanigheden de
deugden van Hélène. U weet, dat
men te vergeefs een meer oprecht ka
rakter, een edeler hart, een reiner ziel
zou zoeken. Juffrouw de Penhoët al
leen kan mij gelukkig maken. Ik heb
haar lief. Stemt u er in toe, dat ik
met haar huw
De gravin vroeg kortaf
Bemint zij je
Ik geloof het Ik hoop het.
Zij heeft het je dus nog niet gezegd?
Neen, moeder.
De gravin maakte een goedkeurende
beweging.
Zij deed hulde aan Hélène, die haar
plicht hoog had gehouden. Maar deze be
scheidenheid kon de gevoelens niet ver
anderen, waarmee zij haar van het eerste
oogenblik harer komst had beschouwd
Georges vervolgde
Ik heb juffrouw de Penhoët nooit ge
vraagd. Ik kon dat niet, voordat ik
u mededeeling had gedaan van mijn
plannen.
De gravin drukte opnieuw hare goed
keuring uit, zonder den jongen man in
de rede te vallen.
Ik geloof wel, dat ik zoo gelukkig
ben haar te bevallen. De eerste maal
dat ik haar zag begreep ik al, dat mijn
of om de gevaarlijke bocht nog zoo hard
wordt gereden, waarop deze antwoordt,
dat dit hoofdzakelijk het geval is, als er
twee concurrenten vlak achter elkaar zijn.
Weth. v. d. Pol verklaart zich voor
toezicht als door den heer Schreuders aan
gegeven.
Ook de heer 't Lam verklaart zich daar
voor, want als er een ongeluk gebeurd,
is het te laat.
De Voorzitter merkt op, dat de één
voorstander is van deze bus en een ander
van die en hij daarom niet direct op
praatjes wil afgaan. Hij zal den veld
wachter echter opdragen, een onderzoek
in te stellen of werkelijk nog zoo hard
wordt gereden, men kan toch bezwaarlijk
verlangen dat zachter dan 15 K.M. wordt
gereden.
De heer v. Ballegooijen merkt op, dat
de Kamer van Koophandel te Waalwyk
heeft verzöcht, het autobusverkeer niet al
te veel moeilijkheden in den weg te leggen.
De heer Jiskoot zegt, dat dit ook niet
de bedoeling is, het gaat alleen over de
gevaarlijke bochten.
De Voorzitter zegt, dat noodzakelijker
dan belemmerende bepalingen is, dat de
autobussen voorzien zijn van goede remmen,
is dit het geval dan gebeurt er niet zoo
spoedig een ongeluk, want men kan er
dan vlugger mede stoppen, dan met elk
ander vervoermiddel. Spr. zal den veld
wachter echter een onderzoek laten instellen
en blijkt werkelyk dat aan het verzoek,
om minder snel om de bochten te rjjden,
geen gevolg wordt gegeven, dan kan men
ingrijpen.
De heer v. Ballegooijen merkt op, dat
dit toch niet zal gaan, zonder dat de
betreffende «verordening wordt gewijzigd,
waartegen Weth. Schreuders inbrengt dat
deze dan maar gewyzigd moet worden.
Benoeming onderwijzeres, wegens het
niet aannemen door Mej. Middelkoop van hare
benoeming. De twee andere sollicitanten
op de voordracht is afgevraagd, of zij hunne
sollicitatie nog wenschte te handhaven,
waarop een bevestigend antwoord is ont
vangen. In overleg met den Schoolopziener
en het Hoofd der school is door B. en W.
de navolgende voordracht opgemaakt no. 1
Mej. P. M. Aleman te Zierikzee, no. 2
Mej. P. M. Snijders Oud-Vossemeer.
Weth. Schreuders vraagt hoe het zit
met de nieuwe wetswijziging dan zal het
aantal leerlingen per onderwyzer worden
vergroot en is deze leerkracht overbodig.
hart haar behoorde. Ik ben ook zeker,
dat ik in haar een vrouw heb gevonden,
zooals elke moeder moet wenschen voor
haar zoon.
De gravin zeide thans op eenigszins
aarzelenden toon
Je heb den naam „moeder" uitge
sproken. Ken je ook de geschiede
nis van de hare?
Een blos overtoog het gelaat van den
jongen man, ondanks den toon waarop
de gravin sprak, behield hij de macht
over zich zelf.
De zachtheid en goedheid van Hélène
oefenden reeds een groote macht uit op
Georges.
Mijn moeder, antwoordde hij kalm,
ik weet voor alles, dat een kind eerbied
moet koesteren voor zijn moeder. En
ik wil met liefde denken aan de vrouw,,
die de moeder was van haar, die ik lief
heb. Ik wil mijn gebeden vereenigen
met de hare, nederknielen op het graf
van hen, die zij beweent, zooals zij vol
eerbeid zal neerknielen bij de laatste
rustplaats van de mijnen. Overigens
kan ik hier alleen denken aan een raad,
die u mij zoo vaak hebt gegevenik
veracht den laster, van wie hij ook kome I
De gravin, hoe diep zij ook getroffen
was, wilde niet minder koelbloedigheid
toonen dan haar zoon.
Het waren ernstige toestanden, die zij
hier voor zich zag de vrede der familie
werd bedreigdde grootste rampen kon
den op Kerlor neerdalen tengevolge van
dit onderhoud men moest daarom kalm
blijven, iedere opwinding vermijden, van
weerskanten, tot eiken prijs den toorn
De heer v. Ballegooyen verwacht dat
dit reeds over een half jaar het geval zal
zijn.
De Voorzitter acht het niet onmogelijk,
dat er dan twee leerkrachten te veel zullen
zijn. Men zal dan voor 144 leerlingen
slechts 3 leerkrachten krygen, onder de
werking der oude leerplichtwet, welke
werking men weder wil krijgen, waren er
niet meer dan 140 leerlingen op school.
De heer Smits merkt op, dat er met
1 Juli kinderen van school gaan en de te
benoemen leerkracht, dus dan waarschijn
lijk reeds overbodig is.
De heer Schreuders meent, dat men
dan het best de benoeming achterwege kan
laten, het is echter een geluk, de gemeente
behoeft het niet te betalen. Volgens den
Voorzitter zal men ook dit nog moeten
afwachten.
Hierop wordt tot stemming overgegaan
en Mej. Aleman met algemeene stemmen
benoemd, met als datum om in dienst te
treden 3 Juni. Mej. Aleman zal telegrafisch
deze benoeming worden kennis gegeven.
Vaststelling heffingspercentage plaatse
lijke inkomstenbelasting 19241925.
De Secretaris zet uiteen dat het belas
tingjaar loopt van 4 Mei '24—1 Mei '25
en aan plaatselijke inkomstenbelasting voor
dit belastingjaar geheven moet worden
f 9064.waarvan benoodigd is voor de
begrooting van het dienstjaar 1924 het
of ongeveer f6400. om aan dit be
drag te komen zal het heffingspercentage
gesteld moeten worden op 5 pCt.
'tLam. Zouden wy geen progressieve
heffing kunnen invoeren zooals in vele
andere plaatsen?
Voorzitter. Voor dit jaar niet meer.
v. Andel. Ik ben het met 't Lam eens,
ik kan er zoo r iet mee accoord gaan, het
kan zoo niets worden
Schreuders. Zal door progressie het
percentage beter worden
v, Andel. We krijgen daardoor in ieder
geval betere rechtvaardigheid.
De Secretaris zet nogmaals uiteen, dat
noodig is een bedrag van f 9000.waarin
8/is voor '24 en Vu voor 1925, gaat men
progressie invoeren met denzelfden aftrek als
b.v. te Wijk dan kan men nooit aan het
bedrag komen. Men zou dan het ver-
menigvuldigingscijfer zeker op 8 moeten
bepalen.
v. d. Pol. Men zal hier met denzelfden
aftrek meer moeten betalen als te Wijk.
't Lam. Kan er niet een schaaltje van
verre houden, die tot hevige uitbarstin
gen aanleiding zou geven.
De moeder hernam
Nog eens, mijn zoon, ik waardeer uw
edele gevoelens, de kieschheid, waarvan
gij bewijzen geeft, Georges.
Hij keek haar angstig aan, terwijl zijn
hart hevig klopte, zijn keel als 't ware
dicht gesnoerd werd-
De gravin vervolgde
Maar wij, moeders, wij hebben andere
plichten. Wij hebben niet alleen re
kening te houden met de genegenheden
en de verlangens onzer kinderen. Wij
zijn verantwoordelijk, tegenover ons ge
weten en voor onzen God, voor hun ge
luk, hun toekomst, de ongelukken, die
kunnen voortkomen uit hun kortzich
tigheid. Wij zijn ook verantwoorde
lijk voor onzen naam, die onbesmet
moet bewaard blijven, wij zijn dat ver
plicht tegenover hen, die er niet meer
zijn.
Moeder, antwoordde Georges, ik heb,
zoowel als u, eerbeid voor mijn voor
ouders] Maar wie is er onder hen,
die ooit zou hebben beweerd, dat de
lasteringen, want dat is het rechte woord,
waarmee men de nagedachtenis der mar
kiezin de Penhoët heeft zbewadderd, zou
den terugvallen op Hélène?
Laat ons niet weer beginnen te rede
twisten, zooals voor dien tijd, dat dit
kind op Kerlor kwam.
U hebt echter toegegeven, dat Carmen
en ik gelijk hadden haar hier te bren
gen, uw steun voor haar te vragen.
Wist ik dan dat gij liefde voor haar
zoudt koesteren Wordt vervolgd.)
NIEUWSBLAD
nor liet Lui m Heusden en AlteiaJeLaigstraat ei de Bonelervaaril