Eerste Blad Priisverla ^and van altena Uitgave: Firma L J VEERMAN, Heusden. No. 4451 W oemdag 19 November 1924. FEUILLETON „Het Kasteel van Kerlor," WYBER Int. Telefoon no* 19. Postrekening: no. 61525. 80 Aan zijn ringvinger prijkte een groote diamant, aan den pink een robijn, een prachtige keten hing over zijn vest, een enorme parel vormde den knop van zijn dasspeld, bovendien was Naphali Sil- verstein gedecoreerd met een Turksche orde. Had hij misschien op het Balkan schiereiland of in den Levant het levens licht aanschouwd, ondanks zijn Duitschen naam Niemand wist het. Sedert vijf-en-twintig jaren was hij te Parijs, waar men hem nooit anders had gekend, dan heel rijk. Aan zulke per sonen vraagt men niet waar ze vandaan komen. Over 't geheel was hij juist niet bij zonder elegant, maar er lag om zijn grooten zinnelijken mond een goedaardige trek, die inpam. De 'stem was een weinig ruw, maar warm en als 't ware liefkoozend, wan neer dat noodig was. Hij antwoordde op de vraag van me vrouw Vernier: Mevrouw Silverstein zou ons hotel aan de park Monceau gaarne willen inwijden voor het eind van het seizoen. Dat hangt echter van meneer Vernier af. Ik ben zoo vrij hem te komen vragen, hoever hij met zijn werk is. Vaart mevrouw Silverstein wel vroeg groote doozen Mariana. Zeer wel Zij heeft mij opgedragen u haar groeten over te brengen. U zult haar wel willen bedanken en haar mijn complimenten doen? Zij deed nog meer Zij heeft mij belast u uit te noodigen op het bal, die wij in de Rue de Téhéran geven over acht dagen. Mevrouw Silverstein is waarlijk al te beminnelijk. Mevrouw Vernier en haar echtgenoot hadden tweemaal gedineerd bij den geldvorst. Mevrouw Silverstein was be paald aardig geweest. De heer Silver stein had tot Mariana eenige hoogdra vende woorden gericht. Hij hernam, nu zijn oogen op die der jonge vrouw vestigend U neemt het aan. Ik zal er met meneer Vernier over spreken, zeide zei. Ik reken op u Maar ondertusschen Ik verzoek u er om 1 Mariana las in den blik van dezen man, dat hij haar mooi en begeerlijk vond en een stille huivering liep haar door de leden. Paul Vernier verscheen. Meneer Silverstein riep hij verbaasd uit. Men had den beeldhouwer niet ge waarschuwd. Toen hij Mariana verliet, was hij met een haast aan het werk ge gaan, welke hem alles rondom deed ver beten. Maar de woorden zijner vrouw hadden hem bedroefd, en toen hij eenige oogen- blikken verpoosde van zijn werk, kwa men ze hem weer te binnen en hij be sloot om opnieuw met Mariana te spre ken^ en trad daarom weer in haar kamer. Ik zelf, mijn waarde heer Vernier, zeide Silverstein met groote beleefdheid. Hij legde het dubbele doel van zijn bezoek uit. En hoe staat het met uw werk Ik vorder goed Wil ik het u eens laten zien Ik kan dus aan den gang gaan om het huis in te richten. Binnen enkele weken zal ik gereed zijn. Paul had nog maar een bas-relief te vervaardigen voor de fontein en eenige versieringen elders aan te brengen. Mariana was met de beide mannen in het atelier gegaan. Dat alles is heel goed, riep Silverstein uit, ik ben verruktKomaan, Vernier, je bent op den goeden weg Hij vervolgde, nu familiaar en uitbun dig geworden in zijn woorden Je zult weldra een grooten naam krij gen, mijn vriend. Paul, heel verlegen en blozend, boog zich en stamelde beschroomde dankbe tuigingen. De geldman vervolgde En dan zal ik de verdienste hebben, dat ik een nieuw talent ontdekte en dat zal me zoo verheugen Velen mijner vrienden hebben reeds over u gesproken. Aj# ik mijn hotel heb ingericht, zult u uwe deel hebben van het succes. Wees maar stil, als Silverstein met iemand in aanraking komt dan hecht hij zich met al zijn hart aan hem U kunt altijd op mij rekenen I .Hoe goed bent u! monpelde Vernier. Alleen moet u mij beloven, dit u de volgende week met mevrouw Vernier op het bal komt, dat ik dan geef. Paul zocht het antwoord zijner vrouw op haar gelaat te lezen. Mariana antwoordde Wij zullen zeer gaarne komen. Daarmee zult u mij een groot genoe gen doen, verklaarde Silverstein, die aan de beide echtgenooten zijn hand gaf. Pélagie Crépin had het huis in de Rue Cassini verlaten, den man verwen- schende, die het gesprek had gestoord op het oogenblik, dat dit juist zoo be langrijk werd. Mevrouw Vernier, die de grootst mo gelijke aandacht scheen te hebben voor de praatjes van de huishoudster, had niet naar haar geluisterd, sedert men den heer Silverstein had aangekondigd. Pélagie mijmerde intusschen over de haast door Mariana getoond om den rij ken kapitalist te ontvangen. Intusschen volgde zij een wonderlijken weg om bij het huis der Kerlor's te ko men, zij liet zich door trams en omni bussen bijna de geheele stad rondrijden en kwam eerst met het vallen van den avond thuis. Men zeide haar, dat de gravin de Ker lor naar haar had gevraagd. Pélagie mompelde verdrietig: En zij wist toch, dat ik mijn vrijen middag had Zij hield deze uitdrukking echter voor zich en zeide met een opgeruimd gelaat, toen zij bij haar meesteres binnentrad Mevrouw de gravin heeft mij noodig Het spijt mij zeer, dat ik zoo laat ben. Maar ik heb inkoopen gedaan voor mijn neef Prosper. Overigen heb ik mevrouw gezegd Hélène antwoordde Ik heb alleen gevraagd, of u al terug gekomen waart, mevrouw Crépin. Ik heb de rekeningen nagegaan van onze levaranciers en ik heb tevergeefs naar die voor kool en hout gezocht. Pélagie richtte zich ineens opvoor een oogenblik kwam er een schittering •in haar oogen, daarna vielen de wimpers er weer over. Zij antwoordde, terwijl zij even het hoofd schudde Die rekeningen zijn in mijn lessenaar ik heb vergeten ze aan mevrouw te ge ven, na ze nagegaan te hebben, zooals ik altijd doe Heeft die man slechte waar geleverd Dan zullen we hem onze klandizie ontnemen. De gravin hernam Alain heeft zich niet beklaagd, maar hij heeft mij doen opmerken, dat de voorraad bijna opraakte en daarover was ik een weinig verwonderd. Pélagie had moeite om zich te beheer- schen. (TFordf vervolgd). NIEUWSBLAD nor hst Land tan Heisiei ti AlttiaJgLaiostraat ti Ét liiitltrvurf Dit blad verschijnt WOENSDAG en VRIJDAGMIDDAG. Abonnementsprijs: per 3 maanden f 1.25, en franco per ;>ost beschikt f 1,40. Afzonderlijke nummers 6 cent. Ad verten tien van 1—6 regels 90 cent. Elke regel meer 15 cent. Groote letters naar plaatsruimte. Advertentiër. worden tot Dinsdagmiddag 1 uur en Vrijdagmorgen 9 uur ingewacht. BU1TENLANDSCH OVERZICHT Zondag heeft de overdracht plaats ge had van de exploitatie der Rijnlandsche spoorwegen aan de nieuwe Duitsche spoor wegmaatschappij. Dit beteekent dus, dat in West-Duitschland de regiespoorwegen hebben opgehouden te bestaan en de een heid van het Duitsche spoorwegbeheer weer is hersteld. De liquidatie der Roerbezet- ting he^t dus thans, nadat reeds andere panden waren teruggegeven en de douane grenzen opgeheven, nieuwe vorderingen gemaakt. Zoodoende beginnen thans weer, wat de verhouding tusschen Frankrijk en Duitschland betreft, normaler toestanden te heerschen en de jongste stap, die trouwens moest geschieden krachtens het Londerische pact het herstel van Duitschlands econo mische eenheid is voorwaarde voor de van dit land geëischte prestaties zal onge twijfeld bijdragen tot een verzoening der beide voormalige vijffliden. De geest van Poincaré, onder wiens bewind de spoor wegen immers verfranscht en verbelgischt werden als antwoord op Duitschlands lijde lijk verzet, wordt hoe langer hoe meer uitgebannen en spoedig zal men er ver moedelijk weldra niets meer van merken. Algemeen verwacht men nu in Duitsch land van het herstel der voor de bezetting bestaande toestanden, dat de handel tot nieuwen bloei zal komen, omdat het ver keer riu weer over geheel Duitschland vlot zal kunnen functioneeren. Tijdens het regie bewind liet de spoorwegdienst in West Duitschland dikwijls veel te wenschen over. Onophoudelijk werden klachten vernomen over onregelmatig vervoer, over den langen duur van het transport, vefStopping op stations enz. Deze ellende zal nu zijn ge leden en de keer, dien de zaken nu ge nomen hebben, brengt eveneens mede, dat de spoorwegmannen, die niet in Franschen en Belgischen dienst verkozen te werken en uit dezen hoofde door de bezettings autoriteiten werden verbannen, niet alleen kunnen terugkeeren, maar ook weer in hun vroegere functie hersteld. Ziehier «dus één der vruchten, die den Duitschers als belooning voor het aanvaarden van het pact van Londen reeds thans in den schoot valt. Het kan niet worden ontkend, dat Duitschland hierdoor weer een stukje vrij heid heeft herkregen. Dit is te danken, behalve aan de tegemoetkomende houding van Macdonald en Herriot, aan de politiek der regeering-Marx Stresemann, die het redelijke, dat haar te Londen werd aan boden. Volgens telegrammen uit Wefenen is een ernstige verscherping in de Oostenryksche kabinetscrisis ingetreden en wel zoodanig, dat het twijfelachtig beschouwd moet wor den, of Seipel nog wel bondskanselier zal blijven. Seipel heeft besloten, om de lei ding van de staatszaken aan jongere krach ten over te laten, als de tot zijn partij behoorende hoofden der bondslanden zijn eisch in zake de hervorming van de finan ciën van de Oostenryksche bondslanden niet mochten goedkeuren. Deze verklaring van Seipel beteeker.t daarom zijn definitief aftreden als niet aan zijn verlangen wordt voldaan. De hoofden der bondslanden hebben te Weenen over dexe kwestie besprekingen gevoerd doch zy hebben Weenen verlaten zonder dat overeenstemming met Seipel werd bereikt. mijnmining tabletten Bij Apothekers Drogisten. limiiiiiir;i!:;:iiniiiiii'imiiiiiiiiiiiiiniiH»;»"!miiiiiiiiiwtiiiiiimiiiiimiiniiiiimm Vergadering van den Raad der gemeente HEUSDEN, op Vrijdag 14 Nov. nm. half acht. VoorzitterEdelAchtbaren Heer H. J. van Eggelen. Alle heeren zijn aanwezig. Een vacature, de heer A. Cox heeft de gemeente verlaten en heeft dus opgehouden lid van den Raad te zijn. De Voorzitter opent om 7.45 de verga dering en zegt, in de allereerste plaats met een enkel woord zijn groote voldoening te willen uitspreken over het feit, dat de heer de Mol weder aanwezig is, die eenigen tijd geleden aan een groot gevaar is ont snapt, spr. hoopt, dat de heer de Mol in 't vervolg voor dergelijke hoogst onaange name acciden en moge bewaard blijven. De heer de Mol dankt den Voorzitter voor zijn welwillende woorden err zegt, met hem het laatste te hopen. Hierop worden de notulen gelezen en onveranderd vastgesteld. Ingekomen stukken Biief van Ged. Staten met Kon. Besluit van 10 Oct.. waarbij goedkeuring wordt gehecht aan de wijziging der verordening op de heffing der rechten voor het gebruik der aanlegplaats. Brief van Ged. Staten, waarbij goed keuring wordt verleend aan het in de vorige vergadering genomen raadsbesluit tot wijziging der gem.-begrooting 1924. Goedkeuring door Ged. Staten der gem.- rekening 1923. Deze stukken worden aangenomen voor kennisgeving. Een adres van de R. K. Politiebond »St. Michael* te 's Hertogenbosch, met verzoek voor zijn politie-vakschool een subsidie te willen toekennen en het diploma van den Bond te willen erkennen. Dit adres wordt door een schrijven van den Commissaris der Koningin in deze provincie ndersteund. B. en W. stellen naar aan leiding van dit adre9 voor een subsidie te verleenen van f10. De heer Uhl vindt het doel, dat deze bond nastreeft, zeer prijzenswaardig, zoodat er eenerzijds alle redenen zjjn, subsidie te verleenen. Anderzijds zijn echter de be palingen tot toelating voor de school van dien aard, dat spr. het een bezwaar vin 't, dat uit een -openbare kas subsidie wordt ge geven. Tot de school kunnen alleen worden toegelaten R -Katholieken en Pro testanten, die de Christelyke beschouwing voor staats- en rechtsorde zijn toegedaan Hieruit volgt, dat Israëlieten of zij, die deze christelyke beschouwing niet zijn toe gedaan, niet tot deze school kunnen worden toegelaten. Spr. meent, dat, of de Bond moet iedereen toelaten tot zijn vakschool, of geen beroep doen op de openbare kas, waar iedereen aan bijdraagt en waarvoor ieder belasting betaalt, spr. kan dan ook op dezen grond zijn stem aan het voorstel niet geven. De Voorzitter wil niet in een uitvoerige weerlegging van het gesprokene door den heer Uhl treden, alleen wil hij opmerken, dat de Commissaris der Koningin in een officieel sehryven het verzoek aanbeveelt en dat daarom een openbaar bestuur, als van een gemeente, deze geringe subsidie wel mag verleenen. Het mag waar zijn, dat sommige categoriën niet worden toegelaten, dit gedeelte is echter buitengewoon miniem, terwijl het allergrootste gedeelte wel wordt toegelaten. En al is niet iedereen door deze subsidie gebaat, het gebeurt toch we! meer dat subsidie wor^lt verleend voor een doel, waarvan niet iedereen kan profiteered. Spr. aeht het motief, door den heer Uhl aangevoerd, niet voldoende om daar door tegen subsidie te zijn en meent dat de gemeente deze gerust kan toekennen. De heer de Mol vraagt, of er staat, dat alleen Katholieken en Protestanten worden toegelaten en Israëlieten zijn uitgesloten. De Voorzitter antwoordt ontkennend, spr. gelooft niet, dat de statuten van den Bond zich zouden verzetten tegen toelating van Israëlieten. Het voorstel van B. en W., hierop in stemming gebracht, wordt aangenomen met 5 tegen 1 stem, die van den heer Uhl. Voorstel B. en W. tot toekenning aan de Teekenschool alhier van te weinig ge noten subsidie over de jaren 1921'22 en '23. De Voorzitter deelt mede, dat de Teeken school valt onder de Nyverheidsonderwijswet en dus ook wordt beheerscht door de bepa lingen dezer wet. De Teekenschool ge niet tot heden een jaarlijksche subsidie van f 400, Uit de rekeningen is echter gebleken, dat na aftrek van de reeds ge noten subsidie over de jaren 1921, '22 en '23 f284.13 te weinig aan subsidie is genoten, zoodat B. en W. den raad in overweging geven, deze subsidie alsnog toe te kennen en tegeljjkertyd voorstellen de gem.-begrooting 1924, waarop een pest van f 400 voor de Teekenschool voorkomt, deze post te verhoogen met f 300. De heer de Haan merkt op dat de ge meente een aanmerkelijk gedeelte terug krijgt van de buitengemeenten, zoodat de subsidie voor Heusden, waar schijn lyk niet veel hooger zal worden dan f 400. De Voorzitter stemt toe, dat een groot gedeelte terug komt van de gemeenten waaruit leerlingen de teekenschool bezoeken, de subsidie zal echter wel iets meer worden dan f 400jwant Heusden draagt 30 pCt. en de buiten gemeenten 20 pCt. in de kosten bij. Met algemeene stemmen wordt hiertoe conform het voorstel van B. en W. besloten. Voorstel van B. en W. tot onderhandsche verpachting van de inning der rechten voor het gebruik der aanlegplaatsen. Het voorstel van B. en W. luidt, de inning dezer rechten onderhandsch te ver pachten aan den tegenwoordigen huurder XLIII. Aan het Parc des princes. B. v. Kuijk voor f 545,per jaar. Nu is dit recht verpacht voor f 380. per jaar, doch met het oog op de wijziging der heffing voor de vrachtbooten, die f 65. per jaar meer moeten betalen en de zand- bouten, die ver moedelijk f 100.per jaar opbrengen, hebben B. en W. gemeend de pacht op f 545.te moeten brengen. Nu zou men de verpachting wel publiek kun nen houden, doch B. en W. meenen dat het beter is dit niet te doen, omdat er niet veel animo bestaat en omdat v. Kuijk alle agentschappen van de verschillende stoombooten heeft. De heer Uhl vraagt of de verpachting vroeger ook onderhands geschiedde. De Voorzitter antwoordt hierop, dat den laatsten keer het recht publiek verpacht is en er toen concurrentie was gekomen. De toenmalige pachter kwam echter al spoedig met het verzoek van de pacht ontslagen te worden en toen is het ook weer aan v. Kuijk verpacht. B. en W. zijn van oordeel dat de menschen het meest met deze regeling gediend zjjn, men krijgt tegen woordig nooit geen klachten en vroeger was dit wel het geval, althans het lid Verhoeven heeft vroeger wel eens geklaagd toen de aanlegplaats door een ander werd beheerd. Met algemeene stemmen werd het voor stel van B. en W. aangenomen, Voorstel van B. en W. tot vastelling der vergoeding bedoeld in art. 101 der Lager Onderwijswet aan de byzondere scholen over 1923. De Voorzitter deelt mede, dat reeds een voorloopige uitkeering heeft plaats gehad van 80 pCt. Nu de rekening door Ged. Siaten is vastgesteld, kan het werkelijk bedrag dat aan de byzondere scholen moet worden uitgekeerd worden bepaald. Het is gebleken dat het bedrag f 5,49 zijn zal, wat zeer laag is te noemen, als men dit cyfer met dat in andere gemeente verge lijkt. In Nijmegen bedraagt dit b.v. on geveer f 20.Ook dit voorstel van B. en W. wordt met algemeene stemmen goedgekeurd. Rekening 1923. Begrooting 1925 van de godshuizen. Als gebruikelijk, wyst de Voorzitter een commissie voor onderzoek aan, bestaande uit de heeren de Mol, de Haan en Uhl. die zich bereid verklaren tot dit onderzoek. De Voorzitter doet thans mededeeling van een ingekomen schrijven van het ge meentebestuur van Waalwijk. In dit schrij-

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1924 | | pagina 1