Uitgave: Firma L. J. VEERMAN, Heusden.
Non 4574. Woensdag 3 Februari 1926
f{el zilveren huwelijksfeest
Van hel Ken. Echtpaar.
„Het Kasteel van Kerior".
Ikiitesilaiidscli Overzicht.
Buitenland
Int. Telefoon no. 19. Postrekening no. 61525.
Und van altena
D Dit blad verschijnt WOENSDAG en VRIJDAGMIDDAG.
Abonnementsprijs: per 3 maanden f 1.25, en
franco per post beschikt /1.40. Afzonderlijke
nummers 6 cent.
Advertentiën van 1—6 regels 90 cent. Elke regel
meer 45 cent. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentiën worden tot Dinsdagmiddag 1 uur en
Vrijdagmorgen 9 uur ingewacht.
1901.
7 Februari
1926.
In den vroegen herfst van het
jaar 1900 logeerde een jonge man
incognito als Graaf Von Bulow in
een eenvoudig logement nabij König.
Tijdens een wandeling werd hij op
een buitenweg aangesproken door
een man, die hem gejaagd de mede-
deeling bracht ,dat de eenzame wan
delaar des middags ten paleize te
König werd verwacht.
Deze korte, maar veel zeggende
boodschap gaf Hertog Hendrik van
Meckelenburg, want dat was de jon
ge man, de zekerheid, dat hij door
Koningin Wilhelmina als haar ge
maal werd .aanvaard. e
Enkele dagen daarna kwam de
Koningin op het Loo terug, en het
feit, dat de toenmalige Minister-Pre
sident was uitgenoodigd om aldaar
aanwezig te zijn, deed vermoeden
dat het uitstapje naar König iets
anders dan een eenvoudig familiebe
zoek had gegolden. Den dag daarna
ging dan ook de Koninklijke bood
schap aan de Staten-Generaal, en
op 17 October 1900 verscheen het
bijzondere nummer van de Staats
courant, waarin mededeeling van de
verloving werd gedaan.
Op 7 Februari had het huwelijk,
dat door feen groot aantal vorsten
en vorstinnen werd bijgewoond,
plaats. Het burgerlijk huwelijk werd
-Len paleize te 's Gravenhage door
Ren toenmaligen Minister van Jus
titie, den heer Cort van der Linden
voltrokken. De plechtigheid in de
kerk werd geleid door den- hofpre
diker, Dr. v. d. Flier, die de eerste
was ,die daarbij op den nieuwen
staat van den Hertog, tot Prins ver
heven, mocht doelen. Na afloop van
het feestmaal ten paleize sprak de
Koningin-Moeder met begrijpelijke
ontroerde stern 'de gasten toe en uitte
de beste wenschen voor het geluk
van haar kinderen. In den laten na
middag vertrok het vorstelijk echt
paar haar het Loo, uitgeleide gedaan
door de vele bruiloftsgasten, die van
af het balcon van het paleis tot het
laatste oogenblik het echtpaar ble
ven nawuiven.
Spoedig volgden bezoeken van de
Koningin en haar Gemaal aan Am
sterdam, Rotterdam en andere ste
den en provinciën des lands. De in-
pëüilletonT
199
Plotseling houdt de koetsier stil
voor een hoog hek, dat geheel met
klimop is begroeid. De heer stapte
uit het .rijtuig en helpt ook de dame
uitstappen. Een deur gaat open en
weer dicht en zij zijn verdwenen.
Daar woont zij dus(, dat is hagr
huis, denkt Fanfan. Dat was nog net
bijtijds, ik kon niet meer.
Claudinet was weer aan het lezen
geraakt en zoo verdiept in zijn boek,
dat hij Hélène niet thuis hadhooren
komen, die zich, zonder naar den
jongen om te zien, naar haar kamer
had begeven naai' haar schoonbroe
der.
Evenmin bemerkte Claudinet iets
van den kleinen bedeljongen, die
voor het hek der villa stond)
Na een lange aarzeling belde de
deine bedelaar aan, maar voordat
lij nog iets had kunnen vragen werd
ie deur voor zijn neus dichtgegooid.
[Jij verwijderde zich, maar een oo
genblik later keerde hij weerom.
Leelijke aap, zeide hij bij zich
self en bedoelde daarmede den huk
uiecht, die hem toegeroepen had,
an bedelaars geven wij niet.
iar
1
tocht te Amsterdam zal gedenkwaar
dig blijven om het noodweer, dat
zich daarbij deed gelden, maar de
Koningin liet de rijtuigkappen neer-
doen en onder stroomenden regen
deed het Koninklijk echtpaar zijn
intocht in de hoofdstad, toegejuicht
door vele duizenden, die geduldig
hadden gewacht.
Prins Hendrik is er vrij spoedig
in geslaagd de sympathie van Ne
derland te winnen. Zijn opvoeding
was eenvoudig en verstandig; in zijn
jeugd ondernam hij groote reizen,
en deed zich daarbij als een onver
schrokken jager kennen. Bij de be
kende scheepsramp te Hoek van Hol
land in 1907 heeft de Prins, gevaar
niet ontziende, zich aan boord van
de loodsboot begeven en persoonlijk
de redders tot de grootst mogelijke
krachtsinspanning aangespoord.
Vanai dat oogenblik was zijn be
langstelling voor alles wat het red
dingwezen betreft, gewonnen, terwijl
ook bij het Roode Kruis velen hem
mochten leeren kennen en waardee-
ren.
Overigens is de positie van den
Prins geen gemakkelijke geweest,
maar hij heeft de rol, hem door de
omstandigheden toebedeeld, met te
vredenheid en jopgewektheid vervuld.
Op 30 April 1909 werd uit het hu
welijk van Koningin en Prins een
dochter geboren. Prinses Juliana is
onder geheel andere omstandigheden
opgegroeid dan haar Moeder.
De jeugd van onze Koningin is in
vele opzichten een zonnige geweest,
maar toen Koning Willem III in
1890 de oogen sloot, was het 10-jarige
kind Koningin en vanaf dat oogen
blik kon haar jeugd niet zijn als die
van andere kinderen. Maar Prinses
Juliana behoefde zich niet voor te
bereiden op de aanvaarding van het
koningschap reeds ,op zoo jeugdigen
leeftijd. Menschelijker wijze gespro
ken zal zij niet vóór haar meerder
jarigheid het Koninklijk hermelijn op
haar schouders zien neervallen. De
Koningin heeft dan ook haar dochter
in het ongestoord bezit van haar
jeugd gelaten, en, in tegenstelling met
wat bij haar kon geschieden, een
kring van jeugdige vrienden en vrien
dinnen om haar heen geschapen.
Alleen in de moeilijke dagen van
1918 heeft de Koningin Prinses Juli
ana eenige malen medegenomen om
Nederland te wijzen op het bezit van
dit koningskind, haar eventueele op
volgster; en bij elk bezoek werd men
Hier woont nu de goede mevrouw
en ik kan haar niet eens spreken.
En ik kan niet meer... ik ben dood
op en flauw van den honger.
Hij sloop nu stil den tuin in, liep
om het huis heen en zag de deur
van een tuinkamer openstaan. Het
vertrek schijnt leeg, op een tafel
bij de open deur staat een blad
vol lekkernijen.
Fanfan doet nog een pas naar vo
ren en steekt zijn hand uiL Maar
terstond trekt hij ze weer terug.
Neen, dat zou stelen zijn. 't ls
maar beter dat hij weggaat; hij kan
dat heerlijke eten niet zien staan,
dat is te verleidelijk, nu hij zoo'n
bitteren honger heeft
Wat is het vervelend dat mama
weg is, zeide plotseling een kinder
stem uit den anderen hoek van de
kamer. Mijn boek verveelt me ook.
Was Fanfan maar hier.
Toen de kleine bedelaar zijn naam
hoorde zeggen door die welbekende
stem trad hij met een uitroep van ver
bazing naar voren.
Claudinet glijdt van zijn stoel, uit
een luiden kreet, en vliegt op zijn
vriendje toe.
Fanfan, ben jij het heusch ouwe
j ongeil
Claudinet, o, geVukkig fluisterde
het kind, terwijl h.ij den arm van
zijn vriendje greep om zich staande
te houden.
Wat heb je?
Ik kan niet meer.... ik ben zoo
flauw van df»n honger, antwoordde
getroffen door de innige verhouding
tusschen moeder jen dochter.
Geen gewest v-an Nederland, geen
plaats van beteekenis, waar het Ko
ninklijk echtpaar in deze kwarteeuw
van regeering niet meer dan eens is
geweest. Geen Nederlander, die niet
zonder veel moeite kans heeft gehad,
om beiden van aangezicht tot aange
zicht te zien. De Koningin was te
midden van haar volk, bij vreugde
en bij leed; bij de vreeselijke over
stroomingen, die ons land iij de vo
rige maand teisterden, heeft men
haar toewijding opnieuw kunnen
waardeeren. In dat opzicht toonde zij
steeds haar 'afkomst van het huis
van Oranje, welks afstamming te
ruggaat tot de tijden van Clovis en
dat een der oudste vorstenhuizen van
Europa vormt.
Het zilveren bruiloftsfeest van het
Koninklijk echtpaar zal dan ook niet
alleen in haar vaderland met (dit
maal) stille, doch oprechte vreugde
worden herdacht, maar zeker ook in
het buitenland niet onopgemerkt
voorbijgaan."
Zaterdagmiddag om 3 uur is de
Engelsche vlag, die tot dusver wap
perde boven het Engelsche hoofd
kwartier te Keulen, neergehaald,
eveneens werd de laatste Fransche
vlag verwijderd te Bonn waar het
hoofdkwartier van een divisie was
gevestigd. Vrijdagmiddag om twaalf
uur is de Belgische bezetting uit
Homberg aan den Benedenrijn weg
getrokken, terwijl de ontruiming van
Mors door de Belgische bezetting
Zaterdag plaats vond. Tegelijk met
liet verstrijken der Januarimaand is
zoodoende een einde gekomen aan
de bezetting van de geheele noor
delijke occupaliezone, die eenderde
deel uitmaakt van het gebied, dat
de geallieerden bezetten krachtens het
verdrag van Versailles. Zoodoende
is thans het Rijnland ontruimd van
Cleef tot Bonn.
Het einde van de bezetting van
de Keulsche zone is rijkelijk laat
gekomen. Wanneer de Duitschers
stipt de ontwapeningsbepalingen van
het verdrag van Versailles waren
nagekomen, zou de ontruiming reeds
op 10 Jan. 1925 hebben plaats ge
had. De geallieerden waren echter van
oordeel, dat Duitschland op dit stuk
van zaken nog in menigerlei op-
de arme jongen.
Heb je honger, hernam Claudinet,
kom dan gauw hier, en hij bracht
hem haar de tafel, nam een beschuit
met gelei en stopte hem die in zijn
mond. Hier. Eet maar, zooveel je
wilt, hier is er nog een. Niet pra
ten, teerst eten hoor. Wacht, ik zal
nog wat laten komen.
En hij schelde den knecht, die
terstond binnenkwam en den eigen-
aardigen beschermeling van zijn jon
gen meester met groote oogen aan
keek, maar zich goed afgericht be
diende, wel wachtte een woord te
zeggen.
Breng eens gauw wat brood, kou
de kip en sardines en dan een flesch
bordeaux, van mijn bordeaux.
Van jouw, zeide Fanfan een en
al verbazing.
Ja zeker. Nu, smaakt het? O, oude
jongen, wat zul je opkijken, als je
alles hoort. Wat is het eeuwig leuk,
dat je er bent. Wat ben ik blij.
En in zijn opgewondenheid danste
de arme zieke jongen om de tafel
heen, terwijl hij lachend in zijn han
den klapte.
Daar, kluif dat kippepootje eens
lekker af, en dit zijn sardines. Ook
niet voor de poes hoor. Hoe leuk
je daar zoo te zien buffelen.
Fanfan keek, terwijl hij hapte, in
de grootste verbazing om zich heen.
Zeg, ben je zoo schat rijk gewor
den, vroeg hij eindelijk.
Ja, dat ook, maar er is nog heel
wat anders met me gebeurd. Weet
zicht had gezondigd en uit dezen
hoofde stelden zij de ontruiming tot
einde Jan. 1926 uit. Ten onrechte vol
gens de Duitschers, die van gevoe
len zijn, dat de geallieerden onbe-
teekenende Duitsche tekortkomin
gen slechts hebben aangegrepen als
voorwerpen om hun troepen in de
Keulsche zone buiten den vastge-
stelden tijd te handhaven.
Hoe dit ook zij, de aftocht der
troepen heeft thans plaats gehad en
de Duitschers kunnen nu weer vrij
er adem halen, nu de Britten, na
zeven jaren, een maand en zes da
gen Keulen te hebben bezet^ deze
stad definitief hebben verlaten. De
bezettingsellende is nu voorbij en
de ontruiming ilneeft een nieuwen
factor geschapen voor het interna
tionale vertrouwen, waarvan een goe
de Duitscli-Fransche verhouding stel
lig een belangrijke grondslag is. De
tijd van Poincaré is voorgoed voor
bij en ook de tijd van Herriot,
die, ofschoon democraat en paci
fist zijnde, niettemin tijdens zijn be
wind nog maar al te zeer rekening
hield met de oppositie in zijn land,
die steeds begeerige blikken wierp
naar den Rijn. De bevrijding der
Keulsche zone is vooral van belang
omdat zij aansluit op de ontruiming
ten vorige jare, van het Roergebied.
Men mag nu nog slechts hopen, dat
de geest van Locarno werkelijk de
Europeesche staatslieden zoo zeer
doordringen, dat de geallieerde po
litici tot het inzicht worden gebracht
dat er alleszins aanleiding is de ont
ruiming van het Rijnlandsche gebied
hetwelk voorloopig nog bezet blijft,
te vervroegen. In liet pact van Lo
carno toch is de vredesgedachte wel
sprekend belichaamd en de conse
quentie er van is, dat de bezettings
troepen der geallieerden eerder dan
in liet verdrag van Versailles is be
paald de streken verlaten, waar zij
nu nog zijn gekazerneerd of anders
zins ondergebracht.
Vooral de Duitsche republikeinen
juichen de ontruiming der Keulsche
zone toe, ,o;mdaf zij deze beschou
wen als het resultaat der vervul-
lingspolitiek, die door de Duitsche
nationalisten steeds op de scherpste
wijze is bespot. Zooveel is wel ze
ker dat, wanneer er geen vervul-
lingspolitiek was gevoerd, er ook
geen verdrag van Locarno zou zijn
geweest, waarvan de geest het be
sluit tot eindelijke ontruiming on
getwijfeld heeft beïnvloed.
je wel, die goede mevrouw in dat
dorpje....
Die kwam ik juist zoeken.
Nu, zij had haar jongetje verlo
ren, toen dat nog heel klein was,
en dat jongetje was ik.
Jij, was al wat Fanfan kon zeg
gen. Toen viel hij zijn kameraadje
om den hals er riep uit:
O, wat ben ik blij voor je.
Toen bemerkte hij plotseling hoe
mooi zijn vriendje gekleed was en
onwillekeurig keek hij naar zijn ar
moedig plunje.
Wat zal die goede mevrouw zeg
gen, als ze mij in deze plunje ziet
en als ze hoort, waar ik vandaan
kom.
O, ze zal niets zeggen, hernam
Claudinet, dan dat je ongelukkig bent
en dat ze jouw zal willen helpen.
Als je eens wist, hoe dikwijls ik
al met haar over je heb gesproken.
Ze 'kent je al door en door.
Wat is het mooi, zeide Fanfan
wien alles een droom toescheen.
Niet waar? vroeg Claudinet. Toen
ik hier pas hdnkwam, vond ik het
ook zoo vreemd die mooie dingen te
zien. Maar nu ben ik er al aan ge
wend en wat het mooiste is, nu is
het, alsof ik het nooit anders gewoon
ben geweest. Ik heb mooie kleeren,
een beurs vol geld, een horloge,...
Ik heb een kasteel te Kerior, ik krijg
een mooi rijtuigje en een paard, zei
de het ventje. Maar wat nog veel
mooier is, Fanfan, ik heb een ma
ma, een heusche mama, die veel
De diplomatieke medewerker van
de Daily Telegraph schrijft, dat het
eerste gevolg van de Engelsche-Ita-
liaansche schuldregeling zal zijn, dat
Frankrijk een nieuwe verlaging zal
verlangen van het bedrag der annuï
teiten, welke bij de voorloopige En-
gelsch-Fransche overeenkomst voor
de Fransche oorlogsschuld vastge
steld zijn op 21 en een half millioen
Pond Sterling. Van Fransche zijde
wordt er op gewezen, dat Engeland
in de overeenkomst met Italië het
beginsel van Balfour's nota heeft la
ten vallen volgens hetwelk Enge
land zooveel van de schuldenaars-
staten verlangt als hetzelf aan de
Ver. Staten moet betalen. Derhalve
meent men te mogen verwachten,
dat Engeland ook tegenover Frank
rijk zich tot concessies bereid zal
toonen. Volgens den medewerker van
het blad is Frankrijk thans bereid
ten hoogste' 6 a 7 en een half milli
oen Pond Sterling per jaar te be
talen. Binnenkort zullen de onder
handelingen worden hervat.
Als gy last krjjgt van hoofdpijn, ge
druktheid en een onaangename smaak in
den mond, is uw lever van streek. Enkele
doses Foster's Maagpillen hebben een ver
rassende uitwerk p Zjj beteren lever
stoornissen en gei; <en galzucht, verstopping
en slechte spijsveu vlag. Pry's per flacon
van vijftig ver?;uiL( fde pillen f 0.65in
apotheken en drogistzaken.
Een vreuw ter deed veroordeeld
Een 46 jarige vrouw, die in Maart l.l,
in het dorp Arbouai (dep. Doups, Fr.)
baar man vermoorde l te zam^n met
haar 27 jarigen minnaar het lyk verminkte
en daarna de verschillende lichaamsdeelen
begroef, is door het Assizenhof ter dood
veroordeeld. Haar medeplichtige, van
wien men aannam, dat hjj onder haar
invloed had gehandeld, kreeg levenslange
dwangarbeid.
Een vrouw, die 70 jaar een geheim bewaart.
Sedert meer dan 25 jaar, vertelt de
»New-York Herald had de nu 70-jarige
dr. Mayfleld te Mena in Arkansas de zie
ken tot volle tevredenheid behandeld.
Nu is hij dezer dagen zelf door een
ernstige ziekte aangetast, welke een chi
rurgisch ingrijpen noodzakelijk maakte.
Den operateurs bleek echter bij de behan-
van mij houdt. O, je weet niet, hoe
heerlijk dat is, als je mama van je
houdt. Het zou me niets Kunnen
schelen of ze arm was, als ze me
maar in haar armen nam en zoende
zooals ze nu doet.
En je Papa?
Papa is heel rijk. Hij geeft me
alles wat ik hebben wil. Als je eens
wist, hoe ik bedorven word. Ik zal
je meteen eens laten zien, wat ik
al niet gekregen heb.
Fanfan durfde geen voet verzetten
zijn Vriendje moest hem bij den arm
nemen om hem de kamer rond te
leiden. De schilderijen, het wollige
tapijt, Ide hieubels 'met al dat verguld
sel vervulden hern met bewondering
maar hij werd er tevens verlegen
onder.
Hier zit ik te werken, ging Clau
dinet Voort; dit is mijn bureautje
en Ida ar liggen de boeken, waar ik
uit leer. En Mama geeft me les
dan zit zij naast mij, en overhoort
mij, wat ik geleerd heb. Je weet
niet, wat ze me al geleerd heeft
in die weken.
Dus is ze erg knap?
O ja, en zoo geduldig, als zij mij
iets uitlegt, dat ik alleen nieit kan
hegrijpen. Je moest eens hooren, hoe
vriendelijk ze tegen me spreekt, en
het verveelt haar nooit mijn werk
te verbeteren. Ik doe altijd alles,
wat ik kan, om 'thaar naar Iden
zin te maken. Kijk, dat zijn mijn
schriften.
Hij liet een paar dikke schriften
NIEUWSBLAD
voor liet Land van Heusden en AltenaJeLangstraat en de Boniiiielerwaard