Derde Blad voor het Land van Neusden en Altena, de Langstraat en de Bommeierwaard. Ij. 4599vrijaas 30 April Plekken Kxiid tooster Parlementair Overzicht. zas gtË op de DAMRUBRIEK. BEHOORENDE BIJ HET 's Gravenhage 29 April. Ver boven de gewone gebeurtenissen op parlementair gebied, stond dezer da gen de kwestie van het heengaan van den minister van Oorlog, prof v. Royen. Ingewijden moeten dit aftreden reeds ver wacht hebben, maar over het algemeen stonden we allen even vreemd te kijken. Sommigen glimlachten wijs en gaven een oogje en verklaarden, snap je 'm niet? Dat is de manier om de coalitie te her stellen. Want inmiddels benoemde H. M. de Koningin den heer Lambooy, oud-mi- nister v. Oorlog, tot opvolger van prof. v. Royen. Officieel is bekend gemaakt, dat laatst genoemde zijn ontslag meende te moeten indienen, aangezien er bezwaren waren gerezen terzake van de voorbe reiding der instelling van een departement! „Landsverdediging." Op een vraag van het Tweede Kamer lid v. Gijn, naar aanleiding van het ge beurde, antwoordde minister de Geer, dat in de regeeringsverklaring werd aangekon digd, de samenvoeging van de departe menten van oorlog en marine tot een departement landsverdediging, en nadere overweging van de splitsing der marine. Nu is er dan eenig verschil van gevoelen gerezen of deze beide punten in dien zin „onafhankelijk aan elkaar verbonden" waren, dat bij een ongunstige beslissing op het tweede punt ook de aannemelijkheid van het eerste twijfelachtig zou worden, dan wel, of de samensmelting der depar tementen in ieder geval zou moeten wor den doorgevoerd desnoods zonder split sing, bijv. in den geest van het nog bij de Kamer aanhangige wetsontwerp van 15 Nov. 1920. Minister de Geer achtte dit punt van verschil niet acuut en dit heeft hij ook aan prof. v. Royen te ken nen gegeven. Maar deze ging van< het standpunt uit, dat hij zich toch nooit zou kunnen vereenigen met een op lossing in den geest van het genoemde wetsontwerp. Dit was dan ook de reden waarom hij zijn ontslag indiende. De benoeming van minister Lambooy, betrekkelijk kort na diens optreden, heeft begrijpelijkerwijs hier en daar eenige ver wondering gewekt. En verschillende leden in de Kamer zullen nog wel het noodige ten aanzien van deze heele kwestie op te merken hebben. De heer Th. Heems kerk (a.r.) vroeg reeds verlof om den premier te interpelleeren omtrent het ont slag van den minister van Oorlog en de benoeming van een opvolger. De 2e Kamer over „Koloniën". De wenschelijkheid van algemeene her ziening der Staatsinrichting. De comm. lieer Visser roert zich. Toe zeggingen van den minister. Eerste Kamer. Er is lang en veel over Koloniën in de Tweede Kamer gepraat. Zoo lang, dat sommige redenaars zich slechts moch ten verheugen in een auditorium van zeg ge één ïjjan, behalve dan de geduldige minister en de voorzitter. Dhr. Drooglever Fortuijn vb. bracht hul de aan G. G. Fock. Wat nu de samenstel ling van den Volksraad aangaat, hij wilde eerst eens de uitwerking van de regeling van verleden jaar afwachten. Ook eischte de Indische finhncieele toestand nog zorg De heer De Visser, Comm!., die bij deze Indische begrootings beschouwingen zich van het leeuwendeel der discussies mees ter maakte, protesteerde weer tegen de onderdrukking van het Indische volk en toonde zich diep verontwaardigd over het antwoord van den minister oji zijn inter pellatie. De minister handhaafde eenvou dig het oude bewind. En hij stelde een motie voor, waarbij de regeering werd uitgenoodigd, het daarheen te leiden, dat een algemeene amnestie zou worden af gekondigd van alle in- en externeering besluiten en vonnissen in verband met de volksbeweging. Maar daarmee kon de minister en ook de Kamer zich niet ver eenigen, zoodat de motie, evenals die van den heer Cramer, s.d., inzake intrekking van art. 161 bis, stakingsverbod enz., werd verworpen. Wel zeide minister Konings berger toe, dat met den nieuwen G. G. grondige besprekingen gehouden worden over de inlandsche beweging en dat de regeering, een liberale, welwillende hou ding zou aannemen. Over de wenschelijk heid van een algemeene herziening van de Staatsinrichting zou hij met den nieu wen G. G. van gedachten wisselen. Maar er zijn nu al te veel herzieninfscofrnm. geweest. We zijn nu herzieningsziek. Een nader onderzoek in Atjeh is niet noodig, de voorvallen hebben slechts een plaatselijke beteekenis. De heer v. Vuuren, r.k., verzekerde hij tenslotte dat de verzorging der gees telijke belangen bij hem volkomen veilig kan zijn. En de heeren v. Rijckevorsel en Schreurer stelde hij gerust ten aanzien van den aanvankelijk teruggenomen bouw van twee torpedobooten en een onderzeeboot. Na het door den minister van Marine ingestelde onderzoek, geloofde spr. dat de ongerustheid van beide heeren zal wor den weggenomen. Een aanvullingsbegroo- ting dus. Ook kan spoedig de indiening van de bedrijvenwet worden verwacht. Dhr. Lingbeek, h. g. st. p., betreurde, dat de minister de waarde van de pro paganda van den godsdienst had gene geerd. Maar dr. de Visser, c. h., vond, dat den heer L. den minister onrecht aandeed. Bij de verschillende hoofdstukken ver hief de communistische heer Visser tel kens zijn stem. De rotanstraffen waren barbaarsch, meende hij, Hij protesteerde heftig tegen de behandeling van zijn kias- segenooten., die z.i. doodgemarteld wer den. En hij diende op een gegeven mo ment liefst zes moties gelijk in, die ech-y ter niet voldoende ondersteund werdej/ en dus niet behandeld konden worden. De heer v. Rijckevorsel, r.k., drong aan pp uitbreiding der arbeidsinspectie ook op Java en handhaving van de Zon dagsrust op Deli. Nu, de rotanstraf keurde de minister ook af, hij wilde die zoo wei nig mogelijk toegepast zien. Afschaffing kon hij echter niet bevorderen. Wie niet hooren wil ,die moet maar voelen, vond spr. Wat de invoering der burgerlijke kinderwetten aangaat, op de volgende be grooting zullen daarvoor gelden uitge trokken worden. Een ontwerp voor in voering van voorwaardelijke veroordeeling was bij den Raad van State. Bij onderwijs bepleitte de heer Bulten, r.k., snellere uitbreiding van het aantal dessascholen. De minister moest zijn gropte aandacht aan het Volksonderwijs wijden. Ruimere uitzending van mannelijke Europeesche- leerkrachten was noodzakelijk. Ook de heeren Joekes, v.d., Zadelhoff, s.d., en Scheurer, a.r., drongen op be vordering van het volksonderwijs aan. Deze laatste bepleitte ook nog verbete ring van den medischen dienst. De heer de Visser, comm., ging natuur lijk weer verder. Er was ernstige ach teruitgang van het onderwijs. Gevolgeen motie. Het onderwijs moest ten spoedigste dringend verbeterd worden en algemeen kosteloos worden enz. De Kamer ver wierp haar met 58 tegen 14 stemmen. De minister zeide evenwel toe, dat hij zooveel mogelijk zal doen, om het volks onderwijs te verbeteren. En nadat de mi nister nog verklaard Rad, dat de ge ruchten als zou de Ned. Indische Aard olie-maatschappij in Djambi tegenwerking ondervinden, van allen grond ontbloot zijn, werden de uitgaven in Ned. Indië z.h.s. goedgekeurd. Bij de besprekingen inzake de pensioenen der voor 1920 gepensio neerde militairen gaf de minister te ken nen dat het eerste woord over de mili taire pensioenen van Indië. moet uitgaan. Maar de Kamer was op dit punt toch van een ander gevoelen. Een motie van den heer Joekes, waarbij de minister uit genoodigd wordt, onverwijld de noodi ge stappen te doen, voor een andere re geling van de pensioenen der oud-Indi sche militairen die den leeftijd van 60 jaar bereikt hebben, werd aangenomen met 74 tegen 7 stemmen, (r.k. v. Vuuren en Kortenhorst, Braat en vier a.r. Zoodat de betrokken oud-Indische militairen, die tot nog toe in een weinig benijdenswaardi ge positie verkeerden, weer hoop krijgen. Het amendement-Cramer, om den post vliegtuigen met f 1.365.000 te verminderen, met de bedoeling om de vliegtuiguitga ven voor de helft op de Indische en voor de andere helft op de Staatsbegroo- ting te doen drukken, werd verworpen met 52 tegen 26 stemmen, voor s.d. en v.d., Arts en Braat. Ten slotte werden de uitgaven in Nederland met 60 tegen 20 stemmen aangenomen, tegen s.d. en comm. waarmee de Indische begrooting dus in haar geheel is goedgekeurd. De Eerste Kamer nam na eenige min belangrijke discussies het Huis der Ko ningin, Buitenlandsche Zaken, Marine, Oor log en Justitie aan. Bij deze laatste be grooting vroeg de heer Hermans, S.D.A.P., verbetering der gevangenistoestanden. Hij was zelf geen „gezeten" burger, maar had wel zelf „gezeten" 6 maanden cel straf.' Hij kon het weten. Minister Don- ner verklaarde dat aan _vele gevangenis- grieven reeds is tegemoet gekomen. In .Haarlem scheren de heeren gevangenen zich zelfs met „gillettes". Ik vraag in gemoede, kan men nu beter verlangen? POLITICUS. O— V Puistjes en zweertjes zijn onaangenaam en/ moeilijk te verdrijven omdat telkens anderé plaatsen besmet worden. Gefeest U met Akker's 4 Redacteur: M. J, L. BÉNEKER, A n d e 1 (N.-Br.) Men wordt verzocht alle correspondentie, deze rubriek betreffende, aan bovenstaand adres te richten. Vervolg van de partij in de 3429 opening van verleden week. We behan delden deze party tot -zet 32 van Wit. De stand rd zet 32 van Wit is Zwart vervolgd met(32) 1721. Wit. Zwart. 33. 45—40 21X32 34. 38X27 8—12 35. 43—38 1217. Aangezien Wit straks gedwongen is zelf de stelling te verbreken, speelt Zwart niet 27 en 1319, doch blyft rechts aanvallen. 30. 3832 17 21 Sterker is hier 14—20. 37. 31—26 22X31 38. 26X17 14-20 39. 36X27 20X38 40. 32X43 1319 Zwart heeft nu wel een voordselig eind spel winst is evenwel niet meer te behalen. 41. 39—33 2-8v 42. 43—38 8-12 43. 17X8 3X12 44. 33—28 12—17 45. 40—34 18-23 46. 38—32 15-20 47. 27—22 17-21 (Ook 19—24 geeft remise). 48. 32—27 21X32 49. 28X37 16—21 50. 3530. Remise gegeven. Wel kan Zwart een stuk winnen door 2024 en 2430, winst is evenwel uitgesloten. Over het geheel een kalme partij, waar in Wit iets in het nadeel kwam, door in het middenspel even af te wijken. Van den heer L. van Zandwijk Lwi. te Wijk ontving ik nog een goede oplossing van het eerste Schaakprobleem. Deze heer is dus de eenige die het geheim wist te ontsluieren. Bij het inzenden van een schaakprobleem is het opgeven van den sleutelzet (de eerste zet van Wit) voldoende. De verschillende varianten behoeven dus niet opgegeven te worden. B, Vergadering van den raad der gemeente POEDEROIJEN op Donderdag 29 April 1926 des voorm. 10 uur. Voorzitter: EdAchtb. Heer S. v. Dalen. Aanwezig alle leden. De vergadering wordt door den Voor zitter geopend, waarna de notulen der vorige vergadering worden gelezen en wel ke worden goedgekeurd, behoudens enkele opmerkingen van eenige leden die zij'daar in nog willen vermeld zien.. Het lid v. Ooijen merkt vervolgens op dat hij gaarne de bepaling van het Regle ment van orde in toepassing zal zien gebracht, dat geloot moet worden bij welk lid de omvraag bij stemmingen zal aan vangen. Dit geschiedt. No. 1 wordt ge trokken door het lid Haasakker bij welk lid dus de omvraag begint. Aan de orde wordt gesteldNota van aanmerkingen bij Ged. St. gevallen op de begrooting voor 1926. De Voorzitter doet voorlezing van een tweetal daarbij behoorende brieven van Ged. St. Uit het laatste schrijven blijkt dat Gd. St. er den raad op wijzen, dat eene nota van aanmerkingen niet door de Grif fier der Staten gewaarmerkt behoeft te zijn, wat bij sommige leden blijkbaar ver ondersteld werd en waarom in de vorige vergadering deze nota buiten behande ling is gebleven. Dat overigens het bij de nota behoorend schrijven was bestemd voor den raad, en met deze nota verband hield. Het lid G. A. J. Bok zegt, dat de Voor zitter zich dus de vorige maal vergist heeft, toen hij zeide dat bedoelde brief aan B. en W. gericht was. Nu blijkt dat hij wel degelijk in den raad thuis be hoorde. Voorzitter. U heeft gelijk, doch zoo groot was het abuis niet, daar in de brief stond „het gemeentebestuur". Nu echter blijkt dat Ged. St. de bedoe ling hadden dat deze in den raad zou ko men, heb ik dat ook gedaan. Voorzitter. Punt 1 is „Ambtenaar ter Secretarie." Deze post was door den raad geschrapt. Ged. St. keuren dat niet goed en willen den post alsnog jop de begroo ting zien gebracht. Ik zal deze zaak in stemming brengen. Wordt met 6 tegen 1 stem besloten de schrapping van den post te handha ven. Verder waren door den raad ge schrapt de posten Gratificatie, aan rijks veldwachters en Onderhoud toren. Eveneens wordt na eenige bespreking besloten deze posten als geschrapt tc blij ven beschouwen. De post pompen is geraamd pp f 100 wat Ged. St. in verband met andere ja ren te laag voorkomt. Naar aanleiding hiervan ontstaat eene discussie omtrent den toestand eener nieuw geslagen pomp te Aalst. De vergadering is het er vrijwel over eens dat deze pomp eigenlijk goed in orde gemaakt moest worden, doch sommigen hebben al hoo ren beweren, dat op de plaats waar ze nu staat nooit geen water te verkrijgen zal zijn. B. en W. 'zullen deze zaak nog eens nagaan. De post wordt voorloopig op f 100 gehandhaafd. De jaarwedden der klokopwinders is door den raad met 10 gulden verminderd. Ged. St. vinden deze verlaging niet ge motiveerd. Na eenige bespreking besloten de posten niet te verhoogen. Een bedrag van f 100 voor onvoorziene uitgaven, komt Ged. St. lang niet voldoen de voor. De heer v. Ooijen vraagt hoe de be grooting nu sluit, daar f 1400 wegens af lossing vervalt. De Voorzitter zegt dat die f 1400 na tuurlijk de begrooting ontlasten. Nu zou men den post onvoorziene uitgaven als sluitpost kunnen nemen. Doch dit gaat niet, daar die volgens Ged'. St. op een bepaald bedrag moeten worden vastge steld. Besloten met 5 tegen 2 stemmen den post niet te verhoogen. De leden v. d. Sluis en P. W. Bok vinden de raming te laag. Het lid v. Ooijen zegt dat Ged. St. bij den post „toren" hebben gevraagd of er in dit jaar geen onderhoud van be teekenis aan huizen e.d. is te betalen. Naar zijne meening zullen niet veel kosten zijn te maken. De Voorzitter antwoordt dat dit wel aan Ged. St. kan worden medegedeeld. Het lid G. A'. J. Bok. Eigenlijk is het wel niet aan de orde, doch ik' wilde graag nog eens iets opmerken. Ik zou, als de gemeentefinancien niet zoo zorgelijk waren al voorgesteld hebben de jaar wedde van een grafdelver te verhoogen. Want niet alleen het grafgraven, maar die persoon moet ook het overlijden langs de huizen rondzeggen. En nu dient een dergelijk persoon er naar mijne meening bij zulke gelegenheden deftig uit te zien en even goed gekleed te zijn als b.v. een politieman. Ik zou hierover eens wil len spreken. v. d. Sluis. Ik ben het daarmede eens!. Maar dan moet een lijkbezorger niet zelf het geld opstrijken en een ander het werk laten doen voor een beetje, zoo als dat hier den laatsten tijd gebeurt. Voorzitter. Men kan iemand natuurlijk niet voorschrijven welke kleeren hij daar voor aan moet trekken. Het lijkt mij voor loopig het beste daarover eens met den persoon in kwestie te spreken. Dit wordt goedgevonden. De Voorzitter brengt daarop ter tafel een schrijven van den heer J. H. Ruger, Hoofd der School te Aalst, dat hij de huur der bij hem in gebruik zijnde ge meentewoning met ingang van 1 Juni a.s. wenscht te doen eindigen, tenzij de prijs weer op f 150 wordt teruggebracht. Voorzitter. Zooals men weet is de huur ad f 200 door Ged. St. goedgekeurd. Willen de heeren dit zoo laten. Maar wat, als zij leeg komt te staan? v. d. Sluis. Dan huurt een ander ze wel voor dien prijs. Voor winkelhuis is rij zeer geschikt. Of voor twee arbeiders gezinnen brengt ze dat ook op. Besloten de huurprijs op f 200 te hand haven met 5 tegen 2 stemmen. Komt ter tafel een aanschrijving van Ged. St. waarbij er op wordt gewezen dat op vele plaatsen het vrije uitzicht* over de wegen wordt belemmerd door overhangend gebladerte van heggen, hoo rnen enz. wat gevaarlijk is voor het ver keer en waarbij in overweging wordt ge geven eene bepaling in de politieveror dening op te nemen, waarbij eigenaars op aanschrijving van B. en W. worden ver plicht in die gevallen de noodige maat regelen tot het verdwijnen van zulke be lemmeringen te nemen. .Voorzitter. Het lijkt mij wel gevvenscht deze bepaling te maken. P. W. Bok. In Poederoijen is een hoek waar het al heel gevaarlijk is. Het zou goed zijn als dat verbeterd kon worden. G. H. J. Bok. Kan de Burgemeester niet beproeven met den eigenaar eene regeling te treffen? Want gevaarlijk is het daar zeker. De Voorzitter zegt toe, dit te zullen probeeren. Met eene verordening is na tuurlijk meer te doen; echter zal het in sommige gevallen wel moeilijk zijn om de menschen niet al te veel schade te be rokkenen. Voorts doet de Voorzitter voorlezing van een ontwerp- verordening tot hef fing van belasting op openbare verma kelijkheden. Voorzitter. De bedoeling hiervan is, daaronder zooals u hebt gehoord, ook te begrijpen ter bezichtiging gestelde merkwaardige gebouwen e.d. Nu hebben we hier Loevestein, waarvan het beheer tegenwoordig bij de Ver. voor Vreemde lingenverkeer te Gorinchem berust. Dat kon er odder vallen en waar de laatste tijd f 0.10 \por bezichtiging van dat ge bouw wordt geheven, zouden daarop pro centen voor de gemeente gelegd kun- worden. O. A. J. Bok. Met dit zou ik accoord kqnnen gaan, maar nu de verordening ook andere vermakelijkheden omvat als danspartijen en allerlei voorstellingen, denk ik er anders over. Het strijdt te gen mijn beginsel zulke vermakelijkhe den toe te laten. v Voorzitter. Dat zulks tegen uw begin sel strijdt is mogelijik, docli dat is een andere zaak. Door op dergelijke verma kelijkheden belasting te heffen, verklaart de raad toch niet dat hij die wil zien gehouden. Het zou echter niet aangaan eene verordening te maken alleen voor de entreé's bij merkwaardige gebouwen, daarvan moet de bepaling algemeen zijn. Van Ooijen. Het ware beter een ver bod voor die vermakelijkheden te stel len, dan er belasting op tè heffen. Voorzitter. Ja, maar belasting of niet, als die vermakelijkheden er vvaren, deed men er toch niet aan. G. A. J. Bok. Ook zal bezoek aan Loevestein op Zondag veel piaats hebben. Daar moet de raad niet aan mee doen. Voorzitter. Maar de raad doet daar niet aan mee. We kurinen het bezoek toch niet verhinderen, dus daar verandert de zaak niet door. Men heeft voor Loeve stein verlof gevraagd om daar dranken te verkoopen. Dat verlof zal niet gewei gerd kunnen worden. Misschien echter zou de raad kunnen bepalen, dat er op Zon dag niet geschonken mag worden. v. d. Sluis. Het kan in elk geval geen kwaad er belasting op te heffen. Voorzitter. Dat dacht ik ook. En het zal voor de gemeente de moeite nog wel waard zijn. Ik onderstel het geval dat de verordening goedkeuring verkrijgt. G. A. J. Bok. Ik heb nog niet voldoen de licht in de zaak en zou willen voor stellen deze aan te houden Jot een volgen den keer. Na eenige discussie aldus besloten. Aan de orde: Vaststelling van het vermenigvuldigings- cijfer voor de plaatsel. inkomstenbei De Voorzitter zegt dat het vorig jaar het cijfer was 3.75 en de opbrengst dooi den Inspecteur was geraamd op f 14000. Op de begrooting van den dienst 1926 is geraamd f 6800, welk bedrag dus twee derde van de opbrengst van het a.s. be lastingjaar is en zal die opbrengst dus moeten bedragen circa f 10.200. Een vermenigvuldigingscijfer van 3 zal vol doende zijn om aan dit bedrag te komen. Enkele leden zijn van oordeel dat het cijfer nog wel iets lager kan worden ge steld. Na eenige bespreking wordt met al gemeene stemmen besloten het cijfer voor het belastingjaar 1926-'27 vast te stellen op 2.75. Naar aanleiding van een verzoek der Oudercommissie te Aalst om voor het verleenen van landbouwverloven ingevol ge de Leerplichtwet te willen aanwijzen de tweede helft der maanden April en September. Wordt na eenige bespreking besloten dat het beter is als de Hoofden der Scholen eens met de ouders over leggen, daar verschillende stemmen in de gemeente tegen genoemde tijdvakken zijn opgegaan. De Voorzitter sluit daarop de openbare vergadering. —O— fffcHwsblad dan wordt Uw huid S weer blank en gaaf. Overal verkrijgb. in porceleinen potten 20 Gr. 50 ct 50 Gr. 11.- 100 Gr. f 1.75 -I

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1926 | | pagina 9