Tweede Blad
voor het Land
van Neusden en A.ltena,
de Langstraat
en de Bommelerwaard.
li. 4BI5 Viijaap 25 Juni
Kinderrubriek.
Varia.
Vrouwenrubriek
Parlementair Overzicht.
BEHOORENDE BIJ HET
Beste jongens en meisjes.
Hebben jullie de vorige raadsels goed
kunnen oplossen? Kijk maar eens, of je
het goed gedaan hebt. De oplossingen
zijn
1. De kam.
2. Geen een. Alle straatwegen blijven
liggen.
3. De rook uit de schoorsteen.
4. Limonade (Indiaan, Marken, otter,
noot ark, do, e..)
Nieuwe raadsels
1. Ik ken je vader niet. En toch weet
ik, waar hij voor de eerste maal een vork
heeft vastgehouden? Weet jullie het ook?
2. Ik leef zonder hoofd, en ik hoor
zonder ooren; Ik praat zonder mond, uit
de lucht ben ik geboren. Wie ben ik?
3. Wie kan bruggen over het water
bouwen, zonder ijzer, zonder hout, zon
der spijkers en zonder hamer?
4. Mijn geheel bestaat uit 11 letters
en noemt een nuttig handwerksman.
9 4 5 is een zeer nutt/g dier. 118 7 is
een schaap. De 5 2 3 4 spreekt alles na wat
we zeggen. Een 14 7 maken we op de
rekenles. De 6 4 9 is het bovenste deel
van het huis. 3 4 10 6 is een andere naam
voor een kip.
OOM KAREL.
DE NIEUWSGIERIGE
SCHOENLAPPER.
Heb ik jullie al niet eens verteld, dat
er vroeger, heel lang geleden, kaboutertjes
leefden in ons land? Dat waren van die
grappige, kleine mannetjes, niet grooter
dan een turf. Ze droegen leuke korte
broekjes en roode buisjes en op hun
hoofd Tiadden ze een l^pge puntmuts.
De meesten hadden een lange baard, die
bijna tot aan den grond reikte. Die ka
boutertjes kwamen altijd 's nachts, als de
klok twaalf geslagen had, te voorschijn
en dan girlgen ze er op uit, om' brave
menschen, die den heelen dag hard ge
werkt hadden en toch niet met hun werk
klaar gekomen waren, te helpen. Dat de
den ze heel stilletjes, zoodat niemand het
merkte. Want ze wilden niet, da£ de men
schen hen zouden zien. En owee, als
ze merkten, dat ze bespied werden. Dan
holden ze holderdebolder weg en kwa
men nooit meer terug om te helpen. Dat
is met den schoenlapper Pek ook gebeurd.
Weten jullie dat niet? Dan zal ik je die
geschiedenis vertellen. Luister.
In een klein dorpje niet ver hier van
daan, woonde heel lang geleden, een arme
schoenlapper. Pek heette hij. Hij werkte
den geheelen dag om eten te kunnen koo-
pen voor zijn vrouw en zijn twaalf kinde
ren. Maar hoe hard hij ook werkte, hij
werd steeds armer. Dat kwam, omdat d.e
menschen in het dorp wel schoenen van
hem kochten, maar hem niet betaalden.
Op een goeden dag was het zoo ver met
NIKKERTJE EN DIKKERTJE IN SPROOKJESLAND.
Toen Nikkertje en Dikkertje hun weg door Sprookjesland vervolgden,
zagen zij in de verte de torens van een stad. Dikkertje werd nu zoo
ongeduldig, dat hij Nikkertje uitdaagde tot een hardloop. Nikkertje
had er eigenlyk niet veel zin in, doch hy vond het toch maar beter,
om Dikkertje zijn zin te geven, anders was er toch geen goed garen
meer met hem te spinnen.
Zij begonnen te loopen en te loopen, totdat ze zoowat één kilimeter
achter den rug hadden, want toen bleven ze staan. Zij waren in de
buitenwijken van de stad aangekomen en zagen in den tuin van een
allerliefst klein huisje een klein meisje staan, dat er minder allerliefst
uitzag. Zij heette Marietje.
Nikkertje en Dikkertje keken over den tuinmuur en vroegen haar
»Wat heb je allemaal in je tuin »Ziiveren bellen en mosselschelpen,!
antwoordde zy, »en een heele rij kleine meisjes.!
»Ob, ja bedoelt zeker poppen?! vroeg Nikkertje. »Ja,! mompelde
Marietje kort.
Marietje scheen niet in een goed humeur te zijn, daarom besloten de
twee vrienden niet' langer te blyven, want anders zou ze zeker boos
worden.
(Wordt vervolgd).
hem gekomen, dat hij niets meer bezat
dan één stuk leer. Dat was net genoeg
om er één paar schoenen van te maken.
Hij besloot dus het leer te snijden. Toen
hij daarmede klaar was, kreeg hij zoo'n
slaap, dat hij bij zich zelf zeide: Ik ga
naar bed. Morgen sta ik dan vroeg op
en maak de schoenen af. Zoo gezegd,
zoo gedaan. Hij ging naar bed en sliep
den heelen nacht.
Den volgenden dag, heel vroeg sprong
het lappertje uit zijn bed, waschte zich,
kleedde zich aan, nam zijn hamer efi
spijkertjes en wilde het leer dat hij
den vorigen avond nog 'gesneden had
pakken, om de schoenen te maken. Maar
wat denk je, dat er op zijn werktafel
lag, in plaats van de stukken leer? Een
paar prachtige, glimmende schoenen, kant
en klaar. Er zaten mooie zijden veters
in en ze glommen als een spiegel. De
schoenen waren zoo prachtig gemaakt, dat
de knapste schoenmaker uit het heele land
het niet verbeterd zou hebben. De schoen
lapper stond de schoenen vol bewonde
ring en toch ook wel een beetje nieuws
gierig te bekijken, toen er iemand zijn
winkeltje binnenstapte. Het was de bur
gemeester. Goeie grutjes, riep de burge
meester uit, wat heb je daar mooie schoe
nen. Ik koop ze van je, want ik moet
juist vanmiddag bij den koning op visite.
En de koning heeft tegen me gezegddenk
er om, Burgemeester dat je met mooie
glimmende schoenen aan komt, anders mag
je niet in de mooie kamer op visite komen.
Wat kosten die schoenen?
Tien gulden, zei het lappertje blij. De
burgemeester betaalde en het lappertje had
weer geld om eten te koopen en leer,
voor nieuwe schoenen. Des avonds legde
hij het leer dat hij weer in stukken gesne
den had, op zijn tafel neer. Den volgenden
dag zou hij twee paar schoenen maken.
Maar hoe groot was zijn verbaz/ng, toen
hij den volgenden morgen zag, dat er
nu twee paar prachtig glimmende schoe
nen kant en klaar voor hem gereedston
den.
De landen van beschaafd Europa „ver
heugen" zich de laatste jaren in het bezit
van zoogenaamde Statistiek—bureaux. Deze
kantoren probeeren zich verdienstelijk te
maken door het samenstellen van statistie
ken, waarop de menschen ongeveer alles
kunnen zien. Zoo is het bijvoorbeeld een
heel klein kunstje om te weten te komen
hoeveel pond Nieuwe Hollandsche haring
er dit jaar in Amsterdam verorberd wordt.
Men kijke slechts op de statistieken en men
weet het. Zoo kan men tot in het onein
dige doorgaan, en zij, die het doen be
weren dat er niets zoo gezell/g is als het
op kaarten nagaan van de hoeveelheden
welke anderen naar binnen werken. Dit
„droog-eten" moet een kolossaal snelwer
kende vermageringskuur zijn. Verstandige
menschen beweren voorts, dat deze stati
stieken en de bureaux, waar zij gemaakt
worden, zeer nuttig zijn. Minder begaafden
van geest zeggen echter, dat zij liever het
geld, dat voor zulke instellingen noodig
is, zouden aanwenden voor belastingver
laging, onderwijs-verbetering en tubercu
losebestrijding, maar die dat zeggen zijn
blijkbaar heel erg dom.
o—
Muzikale Buren.
Onze landegenooten, die in de grootere
steden wonen, worden niet getroffen door
watersnood, storm, droogte en andere ram
pen van het platteland. Maar daartegenover
hebben zij de rampen van de stad, het
gevaar, de ongezonde lucht, de woning
nood en.... niet te vergeten, de muzikale
buren. Dat is inderdaad een ramp, hetgeen
u zich gemakkelijk voor kunt stellen in
dien u probeert te droomen, dat u in
een groote stad woont op de vierde ver
dieping van een groot huis. Beneden u
leert kleine Piet piano-spelen: a, b, c,
d,e, f,g,a a, g, fe, d, c, b, a,
Boven u stelt buurman zijn radio in:
Londen Savoy-Hotel Dansavond
Jazz-Band Valencia Brrrr. Je zou
bijna een moderne dans plegen. Vóór u
zet buurvrouw een nieuwe plaat op de
gramofoon. Als je niet beter wist, zou
je zeggen't Is een oude plaat, want
het ding krast alsof er een varken geslacht
wordt. Hoort u wat ze spelen? Luister;
Tante, tante... je rokken zijn te kort. Oh,
het is niet om aa.n-te hooren. En achter,
in de eenigst overgebleven kamer, waar
géén muziekinstrumenten zijn..." daar zit
u, teneinde raad„ en overgeleverd aan de
grootste verbijstering. Neemt een goede
raad aan van menschen die het weten:
slik aspirine en ga naar bed. Mocht u
daar niet van houden, doe dan zooals
die meneer in Rotterdam. De bovenburen
leerden viool spelen en de 'benedenbuur
werd er zoo dol van, dat hij een schuif
trompet ging koopen. Dien zelfden dag
staakten de bovenburen hun vioolspelen
een heele week bleef het stil, zoodat de
dolle benedenbuur tenslotte dacht: Ik heb
overwonnen, ik behoef niet aneer te blazen,
ik kan mijn schuiftrompet wiel opbergen
En juist had hij de schuiftrompet aan eer
straat koopman meegegeven, toen de bo
venburen thuis kwamen vaïi een week
vacantie en het lieve leventje weer begon.
"-O*-*
Een pijnlijke genezing.
In Amerika heeft men klassen voor
automobilisten gevormd, waarin zoowel da
mes als heeren opgenomen moeten worden.
Deze klassen bezoeken onder leiding van
een politie-autoriteit en een rechter, de
ziekenhuizen, waar de slachtoffers van au
to-ongelukken opgenomen zijn. Dit onder
richt heeft goed effect, want het schrikt
de meeste menschen af te zien hoe een
medemensch er uit ziet na aangereden en
verminkt te zijn. In Parijs doet men het
zelfde; onderwijzers nemen hun leerlingen
mee en toonen hun kinderen het lijden van
alcoholisten. De les is pijnlijk maar nut
tig. Zou dit voor ons land niet iets zijn?
Wij gelooven van wel, maar dan moet
de leider geen automobilisten of kinderen
meenemen, maar overheidspersonen en
spoorwegdirecties om de slachtoffers van
Hollands onbewaakte overwegen te laten
zien.
Een cretonne huisjapon.
Een van de aardigste en prettigste stof
fen voor een japon voor iederen dag is
wel cretonne. Het ziet er altijd frisch uit en
is sterk in het dragen. Doch deze stof leent
zich niet alleen voor een huisjapon;ook
voor de vacantiedagen en voor sport is
zulk een japon onmisbaar. De meeste vrou
wen en meisjes, die het hierbij afgebeelde
modelletje zien, zullen zich onmiddellijk
zulk een toilletje laten maken of zelf ver
vaardigen, hetgeen niet de minste moeite
zal opleveren met behulp van het knip
patroon. Wanneer men bijvoorbeeld cre
tonne neemt met een licht, Saksisch blau
we ondergrond, waarop groote rose bloe-
mep of patronen, en deze stof garneert
met rood linnen, dan zal men een heel
aardig effect bereiken. De roode kleur
moet natuurlijk in overeenstemming zijn
met de donkerste tint der rose bloemen of
patronen. t
De japon is gemaakt met een aparte rok
en blouse, welke aan elkaar zijn gezet na
dat ze beiden afzonderlijk waren afge
werkt. De rok heeft 'n stolpplooi van voren
en de blouse heeft korte, ingezette mou
wen. Het patroon bestaat uit een voor
pand, een rugpand, een mouw, een kraag
met rever aan een stuk en een manchet
voor de blouse en een half voorpand voor
het rokje. Het rugpand van het rokje is
gelijk aan het voorpand.
Een knippatroon is verkrij'gbaar onder
No. 385 B in de maten 42, 44, 46 en 48;
kosten 55 cents.
Troost voor ouden van dagen.
De oude dag behoort een tijdperk
van geluk.en welvaren te zijn, niet
een van ziekte en pijn, de nieren
zijn vaak aansprakelijk voor liet
laatste.
Rugpijn, aanvallen van rheuma-
tiek, stijfheid, urinestoornissen en
blaaszwakte komen voort uit ver
zwakte nieren. Bij verwaarloozing
bestaat gevaar voor aderverkalking,
waterzucht, graveel, spit, ischias en
chronische rheumatiek. De door den
tijd verzwakte nieren behooren ver
sterkt en opgewekt te worden bij
het eerste teeken van ongesteldheid,
opdat niet langer onzuiverheden in
het bloed achterblijven en zich door
het geheele lichaam verspreiden.
Geef de kwaal geen gelegenheid
om vasten voet te krijgen. Foster's
Rugpijn Nieren Pillen zullen on
schatbaar voor u blijken. Menschen,
die zich nog kwiek voelen op 80-
jarigen leeftijd zeggen dat dit ge
neesmiddel een nieuw levenstijdperk
voor hen opende. Foster's Pillen
kunnen veilig gebruikt worden, zij
werken uitsluitend op de nieren en
blaas, niet op de lever, maag of inge
wanden.
Let op de verpakking in glazen
flacons met geel etiket (alom ver
krijgbaar), waardoor gij zeker zijt
geen verlegen buitenlanclsch goed te
ontvangen, Prijs f 1.75 per flacon.
Levendige oogenblikken in de 2e
Kamer. Een minister mag niet spre
ken van „insinuaties". De Naarder
kweekers. Eindelijk voorloopig van
de baan.
De Naardensche kweekers hebben de
Tweede Kamer nog een spannend uurtje
bezorgd. Het ging weer over de conclusie
van de Kamercommissie over schadeloos
stelling van 2 Naarder kweekers in ver
band met de inundatiewerken tijdens de
mobilisatie. Volgens die conclusie werd
de regeering uitgenoodigd ten spoedigste
de schade, vastgesteld bij vonnis van de
Haagsche Rechtbank in 1919, te vergoe
den. Nu, minister Lambooy kwam er rond
voor uit, hij voelde er wel wat voor.
Hij stond niet zoo afwijzend meer tegen
over die conclusie. Maar toch, wat nu
door de regeering zou worden gedaan,
mocht geen precedent zijn voor nieuwe
aanvragen. Volledige vergoeding wilde de
regeering niet geven, slechts tegemoetko
ming in de schade. Maar daarvoor voelde
de heer Beumer (a.r.) niets. Al was de
minister misschien van standpunt veran
derd, spr. niet hoor. Er was geen aanlei
ding om iets te vergoeden, want de staat
had slechts zijn plicht uitgevoerd. Maar
de heer Duys (s.d.) was vol lof. Hij
vloeide over van dankbaarheid jegens mi
nister Lambooy. Vooreerst voor diens
schriftelijke nota. En dan, omdat er nu
eindelijk recht zal gedaan worden. Uit
de nota van den minister zou gebleken
zijn dat al het cijfergefabriek in zake de
waterstanden naar de rommelkamer was
verwezen en dat er nooit sprake was ge
weest van behoorlijken rechtsgang tegen
over Naarder kweekers. Hij roemde de
voortvarendheid des ministers, die zeker
op zijn departement had gezegd: jullie
kunt me gestolen worden, maar de rommel
(dat waren de z.g.n. weggemoffelde ge
gevens) moet teruggevonden. En door het
optreden van dezen minister waaide ei
zeker een frisschen wind door het depar
tement. Dit werd den heer Lambooy te
veel. Niet onduidelijk gaf hij door gebaren
te kennen dat hij zeker niet gezegd had
tegen zijn departementsambtenaren: jullie
kunt me gestolen worden. Misschien dacht
hij wel iets van deze kracht, over zijn
lofprediker Duys. Maar deze, niet uit het
veld te slaan, bleef dankbaar, al eindigde
hij zijn tirade met den wensch, dat er
op het departement een grondige schoon
maak gehouden zou worden. De secretaris
generaal moest er uit, en de chef van de
5e afdeeling ook. De frissche wind was
dus blijkbaar nog niet frisch genoeg ge
weest. De heer Boon (v.b.) bracht ook
hulde, zij het wat matiger. Hij wilde ook
bedrijfsschade vergoed zien en verlangde
dat de Kamer nu eindelijk deze zaak eens
zal afdoen. En toen deed zich het spo
radische geval voor, dat twee partijleden
elkaar in het openbaar bestreden. De heer
de Wilde (a.r.) was het namelijk heele-
maal niet eens met zijn vriend Beumer.
Diens rede vond hij kort en goed mis
plaatst. Maar de verrassing werd nog
grooter toen hij aankondigde, dat de ka
mercommissie haar conclusie gewijzigd had,
zoodat nu voorgesteld werd, niet alleen
de bij vonnis vastgestelde schade te ver
goeden, maar tevens de in het rapport van
deskundigen aangeduide, maar nog niet
vastgestelde schade, voor zoover de billijk
heid daartoe aanleiding geeft.
De heer v. Dijk (a.r.) en de heer Duys
zaten elkaar even later in het haar. De
heer v. Dijk betoogde nog eens, dat de ge
gevens van het rapport Woltmann bij
zijn vertrek van het departement gevonden
waren. Hetgeen den heer Duys de woe
dende woorden: ze waren zoek, ontlokte.
De Kamer wond zich op, de voorzittet
hamerde, hamerde met nadruk, om de als
bliksemschichten heen en weer vliegende
uitroepen van den verontwaardigden oud
minister en den niet minder boozen heer
Duys te bezweren. Dan, kalm en rustig,
brengt minister Lambooy in het midden,
dat hij de hulde des heeren Duys niet re
ciproceert. Omdat diens rede insinuaties
had bevat. Halt, dat woord vond de
voorzitter niet in den haak. Gewillig slikte
Z.Exc. het dus weer in. Maar hij legde er
den nadruk op, dat nergens van kwade
trouw van bepaalde personen was geble
ken. Een ambtenaar van de schadecom-
missie had alleen verkeerde cijfers ge
bruikt. Maar dan die gewijzigde conclu
sie van de Kamercommissie, wat was dat
.nu? Tja, daarover had minister de Geer
ook een woordje te zeggen. Dat ging te
ver. De regeering zou niet meer kunnen
doen, dan „tegemoet komen in de schade"
En radicaal zei de minister maar vast, dat
al werd de conclusie aangenomen, dat toch
voor de gestie der regeering geen gevol
gen zou hebben. De heer de Visser (c.h.)
wilde de conclusie nog veranderen in
„toewijzen van een behoorlijke tegemoet
koming". Maar zijn amendement werd ver
worpen. En de conclusie werd eindelijk
goedgekeurd met 52 tegen 15 stemmen.
Nog een groot aantal wetsontwerpen werd
nog z.h.s. en zonder noemenswaard debat
aangenomen o.a. de aanbouw van 2 tor
pedojagers.
Ten slotte kan nog vermeld worden, dat
blijkens het voorloopig verslag van de ka
mer, men vrij algemeen van meening was,
dat het Ned.-Duitsch handelsverdrag in
vele opzichten voor Nederland onbevredi»
;fkf!WS«M
(Wordt vervolgd.)
c'iiwhiim—ijmi1i win ■iimiiiiiwi.ji«.^jamwiw>»iyii^ii^^mmotn>wii»n«*m«^iisawfiitw>iiii|iwi»i ii»I II a