Tweede Blad
voor het Land
van Neusden en Altenaf
de Langstraat
en de Bommelerwaard.
io, 4628 Woensdag II Augustus
PROVINCIALE STATEN.
Burgerlijke Stand.
BEHOORENDE BIJ HET
Verslag der Zomerzitting 1926.
Vervolg en Slot.
De heer Kipp, lid van Tied. St., sluit
zich aan bij de woorden van waardeering
door Zijn medeleden uit de Maasstreek
gesproken. Hij gelooft dat het door Mr.
Loeff geopperde juridisch bezwaar niet
zoo zwaarwichtig is als het misschien wel
schijnt daar èn van de gemeenten èn van
de waterschappen de verzekering werd
ontvangen dat ze geheel zullen medewer
ken.
Het lid Mr. Loeff betoogt nader dat
zijn vraag is: zijn de Staten bevoegd om
een waterstaatswerk, in beheer bij eene
gemeente, over te brengen in beheer bij
de provincie.
Het lid Mr. Sasse v. Ysselt mqent dat
Mr. Loeff de zaak te scherp aanziet. Het
beheer gaat niet over naar de Provincie,
maar aan het waterschap ,,De Maaskant".
De Voorzitter is van meening dat met
kingen gemaakt heeft, spreekt de Voorz.
o.m. de hoop uit dat de post voor de werk
verschaffing spoedig uit de begrooting zal
verdwijnen, want als er thans werken
zijn te verrichten, dan probeert men gaar
ne deze in verband te brengen met de
werkverschaffing.
De Voorzitter deelt mede dat Qed. St.
alle moeite hebben gedaan bij de regee
ring om tot verbetering van het Dron-
gelensch Kanaal te geraken. De zaak zou
er naar hij van terzijde hoort thans goed
voorstaan, hetgeen waarschijnlijk te dan
ken is aan de actie van Ged. St.
Het lid Gulden bepleit het putten van
gelden uit het fonds voor de werkver
schaffing voor het uitvoeren van deze
werken.
In stemming wordt gebracht het voor
stel der Comm. van Rapp. om aan dit
besluit te verbinden de kwestie van werk
verschaffing.
Dit voorstel wordt aangenomen met 28
tegen 27 stemmen.
Het voorstel van Ged. St. wordt verder
aangenomen.
Ontwerp-besluit bepalend dat van de
kosten, welke door de provincie zullen
zijn te maken bij de uitvoering van wer
ken tot verhooging en verzwaring van den
linker Maasdijk, vanaf de Limburgsche
grens tot de Dieze, een derde gedeelte ten
laste der Provincie Noordbrabant worden
genomen.
Wij herinneren er aan, dat de bedoe
ling is, dat de kosten van de werken voor
een belangrijk deel worden gedragen door
het vergroote waterschap ,,De Maaskant"
terwijl vertrouwd wordt dat ook het Rijk
een derde in de kosten zal dragen. De
werken zullen worden uitgevoerd voorde
provincie, die reeds een tijdelijk dijksbu-
reau heeft ingesteld.
Alle afdeelingen hebben zich in be
ginsel vereenigd met het voorstel van Ged.
Staten in het vertrouwen dat ook het Rijk
een derde der kosten op zich zal nemen.)
Het lid v. d. Schans verzoekt Ged. St.
ian het Bureau van den Provincialen Wa-
verder vastgestelde wijzigingen van het
reglement dier instelling tot 1 Jan. 1927
van kracht zullen zijn.
De bedoeling hiervan is om aan het
waterschap het middel te verstrekken om
zijn uitgaven over 1926 uit de opbrengst
van een omslag te bestrijden.)
De Bijzondere Commissie voor de Wa
terschappen stelt voor het aangeboden ont
werp ongewijzigd goed te keuren en daar
op de Kon. goedkeuring aan te vragen.
Zonder hoofdelijke stemming aldus be
sloten.
Ontwerp-besluit tot wijziging van het
reglement op den provincialen waterstaat.
Bepaald wordt hierbij dat vanaf 28 April
1926 de reis- en verblijfkosten der tech
nische ambtenaren worden vergoed vol
gens de bepalingen van het tarief der
derde Klasse van het Reisbesluit 1916.
Conform wordt door de Staten beslo
ten.
Brief van Ged. St. ten geleide van een
ontwerp-besluit tot verhooging van f 1500
op f 2000 van het beschikbare bedrag
te verdeelen onder de beambten der ge
meentepolitie, der Koninklijke Marechau-
sée en der Rijksveldwacht als belooning
voor gehouden toezicht op overtreding'
der weggeldverordening. Deze verhooging
achten Ged. St. noodig omdat thans ook
de ambtenaren der Rijksveldwacht eene
belooning zullen kunnen ontvangen voor
gehouden toezicht inzake weggeld.
Aldus wordt besloten.
Brief van Gedeputeerde Staten ten ge
leide van een ontwerp-besluit tot toeken
ning van eene bijdrage voor 1927 groot
f 1200 aan het bestuur van het Provinciaal
Genootschap van Kunsten en Wetenschap
pen. Zonder hoofdelijke stemming ver
eenigen de Staten zich met het voorstel.
Ontwerpbesluit tot conversie van alle
nog loopende 6 pCt. rentegevende leenin
gen ten laste van de provincie Noordbra
bant, zijnde van de le electriciteitslee-
ning f 2.190.000 van de wegen-, kanaal-,
en tramleening f 490.000 en van de 2e
electriciteitsleening nog f 7.000.000.
schaffing van de provinciale belasting op
de rijwielen een stap in de goede richting
zou n;oemen. Vervolgens komt spreker tot
de gesties en de tarieven van de PNEM.
Hij gelooft dat de in den laatsten tijd op
de PNEM geoefende critiek niet gebil
lijkt kan worden.
Het lid Frans Smits van Oyen maakt
eenige opmerkingen omtrent de wegen.
Hij vestigt fie aandacht op gevaarlijke boch
ten en kruispunten. Voorts geeft hij Ged.
Staten in overweging na te gaan of niet
kan worden overgegegaan tot oprichting
van eene provinciale verkeersinspectie,
doch niet eene zoodanige als in Gelderland
werkt.
Het lid 'G. v. d. Ven informeert er
naar of het al eens is voorgekomen dat
Ged. Staten gebruik hebben gemaakt van
hunne bevoegdheid om heggen en der-
gelijken, welke het uitzicht belemmeren,
te doen opruimen.
Het lid ;Mr. v. Ommeren pleit er voor
om de mogelijkheid te scheppen dat zij
die buiten de provincie wonen, ten allen
tijde gelegenheid krijgen om in de grens
gemeenten der provincie een kostelooze
wegkaart voor aatomobielen en rijwielen
te kunnen ontvangen. Hij vindt het glad
verkeerd dat bewoners van buiten de pro
vincie geen wegkaart meer kunnen krijgen
als de kantoren van de Rijksontvangers
zijn gesloten, d.i. 's middags na 4 of 5
uur. Bovendien is het z.i. in strijd met
Grondwet en Provinciale wet, die beiden
zeggen dat de provinciale belastingen den
doorvoer, invoer en uitvoer niet mogen
belemmeren. Spr. wil dus Ged. Staten in
overweging geven om eene wijze te be
denken waarop aan het door hem genoemd
euvel wordt tegemoetgekomen.
Vervolgens beantwoordt de Voorzitter
de verschillende sprekers.
Ten aanzien van de motie van den heer
Jansen zeide hij dat Ged. Staten de rij
wieleigenaars ook gaarne zouden vrij la
ten, maar het geld is niet te missen. Uit
het oog moet ook niet worden verloren
dat het weggeld geheven wordt voor het
behandeling der begrootiag.
De uitgaven geven geen aanleiding tot
opmerkingen evenmin de inkomsten.
De begrooting wordt daarna z.h.s. aan
genomen.
Vervolgens wordt nog gesterad over de
motie-Jansen, welke verworpen wordt met
47 tegen 2 stemmen.
Brief van Ged. Staten ten geleide van
een ontwerp-besluit tot heffing van op
centen op rijksbelastingen.
Ged. Staten stellen voor te besluiten:
tot dekking der provinciale uitgaven voor
1927 te heffen:
le over het belastingjaar 1927;
a. 28 opcenten op de hoofdsom der
grondbelasting voor de ongebouwde eigen
dommen;
b. 28 opcenten op de hoofdsom der
grondbelasting voor de ongebouwde eigen
dommen;
c. 24 opcenten op de hoofdsom der
personeeie belasting;
2e over het belastingjaar 1927—'28:
a. 6 opcenten op de hoofdsom der
vermogensbelasting
b. de opcenten op de hoofdsom der
inkomstenbelasting, voor zooveel betreft
de aanslagen der belastingplichtigen, be
doeld bij artikel la der wet op dte in
komstenbelasting 1914.
Blijkens bovenstaand voorstel zullen over
1927 dezelfde aantallen opcenten worden
geheven als over 1926, alzoo noch belas-
tingverhooging noch belastingvermindering.
De Commissie van Rapporteurs gaat
hiermede accoord.
Z. h. st. goedgekeurd.
Ten slotte worden nog goedgekeurd
eenige wijzigingen in de begrootingen der
dienstjaren 1925 en 1926.
Te kwart vóór zes sluit de Voorzitter
de Zomerzitting 1926 in naam der Ko
ningin.
Pensionhoudster Lieve Help U zegt,
dat het bad niet groot genoeg is
Gast»Nee, juffrouw, niet groot ge
noeg voor mjj en het water tegelijk,*
»Ik weet niet, Jan, maar ik geloof, dat
je er maar uit moest komen. Jij hebt
geen beenen om te baden.*
een beetje goeden wil de zaak ook wiel
in 'een beter licht bezien kan worden. In
derdaad is er een vreemde positie; er is
gezocht naar een vorm om de dijken te
maken en de streek te helpen.
Hij wijst den heer Loeff op de over
gangsbepaling.
Ged. Staten hebben geen anderen weg
kunnen vinden om de streek te helpen
zonder iets te doen wat staatsrechtelijk
niet mag.
Het lid Mr. Loeff verklaart geen be
zwaar te hebben tegien het ontwerp-be
sluit, doch slechts op een gevaar t^e hebben
willen wijzen.
Spreker hoopt van ganscher harte dat
dit gevaar zich inderdaad niet voor zal
doen en mocht het bestaan, dan hoopt hij
dat Ged. St. zullen trachten er aan te ont
komen.
De Voorzitter verklaart dat het college
dan zeker weer een weg zal vinden aisi
er het gevaar is.
De algemeene beschouwingen worden
daarna gesloten en overgegaan wordt tot
de artikelsgewijze behandeling der voorge
stelde wijzigingen. Zonder nadere bespre
king wordt na toelichting het voorstel
goedgekeurd.
Brief van Ged. St. ten geleide van een
ontwerp-besluit tot het verleenen van een
provinciaal subsidie van 25 pCt. in de kos
ten van door het waterschap „Het Stroom
gebied van de Aa" te maken verbeterings-
werken aan de Groote en Kleine Wetering,
tot een maximum van f 14400.
Gevraagd was een subsidie van 50pCt.
in de op f 57.600 geraamde kosten.
De Comm. van Rapp. gaat hiermede
accoord, evenwel met toevoeging van toe
kenning eener werkloosheidsbijdrage, 'tot
b.v. de helft van de bijdrage, welke door
het Rijk zal worden uitgekeerd in de ar-
beidsloonen zulks uit den post der pro
vinciale begrooting van tegemoetkoming
voor werkverschaffing.
Het lid van Ged. St. Jhr. Mr. v. Rijcke-
vorsel zet uiteen, dat hij zich m;et dit
voorstel niet heeft kunnen vereenigenz.i.
is de groote fout dat niet gewacht is tot
de verbetering van het Drongelensch Ka
naal tot stand is gekomen.
Ondanks zijn bezwaren zal spr. toch niet
tegenstemmeh.
Nadat het lid v. d. Hout eenige opmer-
terstaat op te dragen een onderzoek in
te stellen naar den toestand der dijken in
het benedengedeelte o.a. in het Land van
Heusden en Altena. Speciaal wenscht hij
een onderzoek naar de zwak gebleken ge
deelten der dijken.
De heer J. Smits v. Oijen stelt voor
dat de Prov. Staten zich tot de regeering
wenden ter ondersteuning van het ver
zoek door Ged. St. tot haar gericht om
een derde bij te dragen in de kosten der
werken.
De Voorzitter meent dat het aparte
verzoek door den heer Smits v. Oijen be
doeld, weinig effect zal sorteeren. Het
voorstel Smits v. Oijen wordt zonder hoof
delijke stemming aangenomen.
De Voorzitter merkt alsnu nog op dat
het ontwerp-besluit van Ged. St. wordt
vastgesteld op voorwaarde dat ook het
Rijk een derde in de kosten bijdraagt.
De heer Gulden wenscht dat bijzondere
aandacht wordt geschonken aan de dij
ken, die bij de jongste waterramp zwak
zijn gebleken.
Het voorstel van Ged. St. wordt zonder
hoofdelijke stemming goedgekeurd.
Brief van Gedeputeerde Staten ten ge
leide van een ontwerp-besluit tot het ver
leenen van een provinciaal subsidie va,n
f 200 aan de Motorclub Noordbrabant in
de kosten van de door haar als onder-
afdeeling opgerichte vrijwillige verkeers
inspectie. De Comm. van Rapp. gaaat hier
mede accoord. Zonder hoofdelijke stem
ming vereenigen de Staten zich met het
ontwerp-besluit.
Wijziging van de inrichting en her
ziening van het bijzonder reglement voor
het waterschap „De Dongendijksche Pol
der.
Herziening van het bijzonder reglement
voor het waterschap de St. Maartenspol-
der.
Wijziging van het reglement voor het
waterschap „Het Stroomgebied van de
Dommel".
(Voorgesteld wordt om den datum van
1 Januari 1926, genoemd sub I in het
besluit van 27 Juli 1922 te wijzigen in
1 Januari 1927 met het gevolg, dat de in
dat besluit neergelegde regelen, waarnaar
van de in genoemd waterschap gelegen
ongebouwde eigendommen lasten zullen
worden geheven en de bij dat besluit
Ged. Staten hadden voorgesteld „zoo
spoedig mogelijk" over te gaan tot geheele
aflossing der nog loopende leeningen. De
Commissie van Rapp. stelde voor daar
voor te lezen „zoodra daartoe de geschik
te gelegenheid zal zijn en het geoorloofd
zal wezen". Ged. Staten hebben tegen
die wijziging geen bezwaar.
Besluit als voor.
Rekening der Provinciale inkomsten en
uitgaven over het dienstjaar 1924. De in
komsten bedroegen f 4,432,396,82; de uit
gaven f 4,180,995,55; het voordeelig; sal
do f 251,401,27. Wordt aldus vastgesteld.
•BEGROOTING.
Brief van Ged. Staten ten geleide van
de ontwerp-begrooting van provinciale in
komsten en uitgaven voor den dienst '27.
De door Ged. Staten ontworpen begroo
ting van provinciale inkomsten en uitgaven
voor den dienst 1927 sluit met qen bedrag
van f 5,405,490,96 aan inkomsten en uit
gaven.
De buitengewone ontvangsten zijn ge
raamd op f 2,022,500 en de gewone ont
vangsten (f 356,59 van batig slot inbe
grepen) op f 3,382,990,96.
De totale uitgaven bedragen zonder de
onvoorziene uitgaven f 5,364,596,08; hier
toe behoort aan buitengewone uitgaven
f 2,022,500, blijft aan gewone uitgaven
f3,342,096,08; voor den post „Onvoor
ziene uitgaven" is over een bedrag van
f 40,894,88.
Die Commissie van Rapporteurs adviseert
de door Ged. Staten ontworpen b^groo-
ting goed te keuren.
Het lid Jansen is van meening dat
uit den toon van Ged. Staten betreffende
de provinciale financiën iets sombers klinkt
en dat zulks voortkomt uit het aangekon
digde wetsontwerp op de Wegenbelasting.
Spreker wijst op het onbillijke van een
dubbelen aanslag van rijwielen en tegen
die onbillijkheid moet worden opgekomen.
Spreker stelt eene motie voor, waarin de
wenschelijkheid wordt uitgesproken, dat
de provinciën vooraf weten welk aandeel
zij krijgen in de opbrengst van het we
genfonds en dat opgeheven worde de
onbillijkheid van dubbelen aanslag van het
rijwiel.
Het lid Mr. Arts zegt dat hij de af-
Kleine Willy ^Vadertje, mag ik
Vader (druk bezig) »Nee mag
w&t
gebruik van den weg. Wordt het voor
de motorrijtuigen afgestaan aan het Rijk,
dan is daar niets aan te doen, men is
gehouden aan de wet. Nu is: d)e vraag maar
of we voor de rijwielen ook hetzelfde
moeten doen.
Spr. kan er zich mee vereenigen dat
Mr. Arts liever meegaat met den brief
van Ged. Staten dan met de moltifc.
Een der bezwaren tegen de PNEM is,
dat de tarieven te hoog zijn, doch uit
het gedenkboek van de Vereeniging van
directeuren van Electr. bedrijven blijkt,
dat de tarieven van de PNEM van de 28
grootste bedrijven op twee na de laagste
zijn. We zouden zeker de laagste kunnen
zijn, maar men moet in het oog houden
dat het bedrijf in den oorlogstijd is ge
sticht.
Van de PNEM mag niet gevorderd
worden dat zij zelfmoord pleegt. Ze moet
eerst zelf bestaan. Dat is de moeilijkheid
tusschen de grootste gemeenten en de
PNEM. Spreker gaat deze kwestie nader
na. Ten aanzien van de eerste groote ge
meente die gedwongen werd het contract
te aanvaarden, Helmond, wees Spr. er
op dat die gemeente aan het eind van het
jaar den stroomprijs met 3 cent kon ver
lagen.
De PNEM streeft er njiet naar om de
groote gemeenten te helpen; de bedoe
ling bij oprichting was die provincie te
helpen en de industrie er mogelijk te
maken. (Instemming). Het ging er niet
over om de groote gemeenten groote win
sten te bezorgen.
Ten aanzien van de opmerking van den
heer v. Ommeren zegt de Voorzitter, dat
het hem -onmogelijk voorkomt dat er dag
en nacht iemand daarvoor beschikbaar is
op allerlei kantoren.
Het lid Jansen licht zijne motie nader
toe.
Het lid van Hout zet den toestand in
zijne gemeente (Helmond) uiteen en zegt
dat het voor de hand ligt dat men eten
goed contract gaarne wil behouden.
De heer Mr. Loeff vraagt of het zoo
onredelijk is dat de groote giemeenten iets
toegeven, waar zij toch al veel profitee-
ren van het platteland door de gfesubsi-
dieerde trams en autobussen?
De Voorzitter sluit de beraadslagingen
en stelt aan de orde de artikelsgewijze
BRAKEL "X*.
Geboren; Gysbertja A., d. van G.
van der Linden en M. van HemertNezia
J. H., d. van A. Versteeg en E. van Hees
Nicolaas, Steven z. van J. van Dalen en
G, C. van Wygerden Johanna P., d. van
H. C. van Dalen en G. van der Linden.
Getrouwd: Jielis van Dalen, 28
j., met Gysbertje Versteeg, 29 j.
Overleden; Leentje Versteeg, 3
maandenJahanna A. van Wygerden,
Wed. T. A. van Dalen, 70 j Jenneke
van Wygerden 74 j.
DE WERKEN EN SLEEUWIJK.
Overleden: Ewoud de Kuyper
76 j. weduwnaar van Gerritje Westerla-
keo.
POEDEROIJEN.
Geboren: Geurt, z. van A. Groene-
veld en A, Kanselaar Jan, z. van A. van
de Werken en G. van Giessen Johannes,
z. van D. Bok en A. van der Ven.
WERKENDAM.
Geboren: Gerrit W., z. v, A. G.
Hol en T. C. Kilwinger Dirk, z. van G.
Ippel en A. ColynCorstiana, d. v. W.
J. de Keizer en C. KantAndries C., z,
v. A. v. Oversteeg en B. Bras Adriana
C., d. v. B. C. Paans en A. C. Kieboom
Adrianus, z. v. P. A. Paans en A. Hove-
stadtSyke, d. v. M. L. v. Oord en E.
v. d. SchuitEvert, z. v. A. v. d. Linden
en C. Brand; Yurianes, z. v. H. deKeyzer
en A. MeywaardBorchtje, d. v. C. Kie
boom en B. LeutscherAnton F., i. v.
P. J. A. Bril en A. v. Oversteeglevenl.
geboren kind van P. A. Paans en A.
Hovestadtlevenl. geboren kind M. Polak
en P. de Graaf.
Getrouwd; H. Prinsen, 20 j.,met
A. P. v. d. Stelt, 19 j.H. v. d. Put,
29 j., met T. Baggerman, 22 j.
Overleden: Aart van Vugt, 87 j.
wed. van Maria Vink.
KIcnwsblad