Tweede Blad voor het Land van Heusden en Altena, de Langstraat de Bommelerwaard. ■M Woensdao 22 Oecember Schrale Huid BEHOORENDE BIJ HET de au ingei inr ergadering van den raad der gemeente SLEEUWIJK op Dinsdag 14 Decem ber des namiddags half twee. Voorzitter: Ed.Achtb. Heer Beukenkamp Secretaris: WelEd. Heer G. Vos. Aanwezig alle leden mét uitzondering van de heeren Pellikaan en v. Driel. De Voorzitter opent de vergadering op de gebruikelijke wijze, de notulen worden vastgesteld. i I Ingekomen stukken: Staatsblad waarin opgenomen de samenstelling van de com missie tot behoud van natuurschoon. Bericht van Ged. St. dat zij hun beslis sing inzake het raadsbesluit tot verkoop bermgrond verdagen. Adres van ae Werkliedenvereen. „On derling Belang" waarin den raad het ver zoek wordt gedaan pogingen in het werk te stellen en stappen bij den Mjnjister te doen om hen te werk te stellen bij de Bies- boschwerken. Na eenige discussie wordt besloten een schrijven tot den minister te richt(en. Ontwerp-verordening op het beheer van het Electriciteitsbedrijf. De Voorzitter zegt dat deze verordening ter visie heeft gelegen en vraagt of een der heeren hierover nog iets heeft op te mier- ken. Geen der heeren heeft hierover iets, zoodat de verordening onveranderd wordt vastgesteld. Ontwerp-instructie voor den Administra teur van het Electriciteitsbedrijf. Ook deze instructie heeft ter visie gele gen. De 'heer Gulden wil het voorkomen, dat de leden onvoldoende kennis hebben ge kregen ook van deze instructie, omdat ze ze niet voldoende hebben ingezien. Waar het thuiszenden van een afschrift schijn baar te kostbaar voor de gemeente is, acht spreker het 't beste de artikelen te lezen. Van het komen inzien wordt heel weinig gebruik gemaakt en wordt ze nu behan deld door alleen de nummers van de ver schillende artikelen te noemen, dan vreest spreker dat ze ongelezen wordt goedge keurd. j verzacht en geneest men met Doos 30, Tube 80 ct. PUROL De Voorzitter zegt dat de instructie in de vorige vergadering reeds ter sprake is gebracht en toen is medegedeeld dat zij werd ter visie gelegd. Nu komen de raads leden toch vaak voorbij de secretarie, zoo dat het een kleine moeite is om ze e-vien te komen inzien. Heeft men dan een be paald artikel waarover men iets heeft op te merken of te vragen dan noteert men dit. Als U zegt dat de raadsleden er niet genoeg notitie van nemen, dan zeg ik dat ik daarover niet kan oordeelen, al leen de Secretaris zou daarop kunnen ant woorden. Misschien hebben de raadsle den zoo goed notitie van de instructie ge nomen dat voorlezing niet noodig is. De heer Gulden zou over de instructie een vraag willen stellen. Bevat deze in structie een bepaling over controleerende bevoegdheid ten aanzien van het technisch beheer. Spr. stelt er prijs op hierover even zijn mee ning te zeggen, want het komt hem voor dat deze bevoegdheid noodig is en de ambtenaren aan elkaar worden getoetst. Spreker heeft deze opmerking alleen willen maken ter verduidelijking, komt men straks aan het bewuste artikel dan kan met deze opmerking worden rekening gehouden. Hierop volgt artikelsgewijze. behandeling der instructie. Bij artikel 2 vraagt de heer Walraven hoe of het bij ziekte van den ambtenaar gaat, gaat dan zijn salaris door> of" als er door B. en W. zoolang een ander wordt aangesteld, wordt het aan dezen te betalen salaris afgetrokken van het sa laris van den ambtenaar. De Voorzitter antwoordt dat hiervoor geen regeling is getroffen. Ieder geval dient op zich zelf te worden behandeld, en dient men daarvoor een regeling te treffen. Ontstaat een ongeval door eigen schuld of door ijver voor het bedrijf, dit maakt verschil, waarover de raad heeft te oordeelen, als een dergelijk geval zich voordoet. De heer Gulden zegt dat hij hierover opzettelijk geen vraag heeft gesteld, om dat de ambtenaar toch -onder dezelfde voorwaarden en omstandigheden valt, als het bestaande gemeentepefsoneel. De Voorzitter merkt op dat dit niet het geval is met den administrateur, deze wordt Rechts tijdelijk aangesteld en valt dus buiten de pensioenwet, wordt hij later voor vast aangesteld, dan wordt jdit na tuurlijk wel het geval. De raad krijgt ie der geval afzonderlijk te behandelen, al leen een week ongesteldheid wordt door B. en W. afgewikkeld. De heer Walraven vraagt, of de f 1000 borgstelling moeten worden gestort of bij wijze van borgstelling worden gegeven? den gegeven. De Voorzitter zegt dat de wet onder scheid persoonlijke en zakelijke borgstel ling. Er is een maatschappij opgericht die voor den ambtenaar de zekerheid stelt. Op welke wijze hij zekerheid wil stellen, blijft ter keuze van den betrokken amb tenaar. De heer Walraven merkt op, dat de gel den bij den administrateur terecht ko men, het bedrag loopt over 7 a 8 (duizend gulden, terwijl de zekerheid slechts f 1000 bedraagt. Wanneer de zaken nu eens fo«t loopen, iets wat den administrateur van te voren natuurlijk ziet aankomen en hij zorgt dan dat hij het bedrag van een paar maanden onder zich heeft, wat moet er dan gedaan worden met f 1000 borgi stelling terwijl het tekort misschien f 2000 bedraagt? De Voorzitter antwoordt op deze vraag dat art. 14 luidt dat de administrateur verplicht is, wanneer het bij hem in kas zijnde bedrag de 1000 gulden overschrijdt ieder honderdvoud dat over deze f1000 gulden gaat terstond bij den gemeente- ontv. moet storten, tenzij B. en W. hem machtigen tijdelijk een grooter bedrag in kas te houden. Zoo dikwijls als hij ech ter verkiest, mag hij overstorten bij den gemeente-ontvanger. Nemen B. en W. zijn kas op en overtreft het bedrag de 1000 gulden met een honderdvoud dan is hij in overtreding. Wat de opmerking van den heer Gulden betrjeft, wil spr. op merken, dat het B. en W. voorkomt, dat het technisch en administratief beheer niet naast elkander staan doch ieder afzonder lijk, bij de PNEM. was dit wel het geval, doch nu is het heel moeilijk dje een zeggenschap te geven over den ander. De heer Gulden meent toch dat in een der beide verordeningen een passage voor komt, dat dit mogelijk is. Het is niet spr. bedoeling, dat de administrateur contro leerend optreedt over het technisch ge deelte, dat is natuurlijk een onmogelijk heid, doch de monteur is de man die de gelden ophaalt, in zijn handen worden dus bedragen van het bedrijf gelegd, nu, is het toch niet meer dan billijk, dat de ad ministrateur daarover de bevoegdheid tot controle heeft. De Voorzitter zegt dat dit wel is vast gelegd in de instructie van den monteur, deze is aansprakelijk voor deze gelden en stelt daarvoor ook zijn zekerheid. De heer Gulden acht de omschrijving daarvan niet duidelijk, de monteur int maandelijks de stroomgelden, zou dus naar zijn meening ook de verplichting moeten hebben deze gelden maandelijks aan den administrateur af te dragen, nu staat er dat hij de bedragen op tijd moet afdragen, tién jaar kan men ook wel op tijd vinden. De heer v. Straten geeft toe, dat het wel goed is, dat het duidelijker wordit aangegeven, om echter van tien jaar te spreken is veel te dwaas. De heer Gulden geeft dit toe, het is slechts bij wijze van spreken, maar men kan ten slotte die opvatting toch zij'n toegedaan. De Voorzitter zegt dat de instructie voor den monteur pas is vastgesteld, spr. acht het daarom beter, de zaak eerst eens af te zien, hoe het loopt, misschien dat in de praktijk meerdere wijzigingen noodig blijken, die dan tegelijk kunnen worden aangebracht. De heer Gulden zegt, dat men nu bezig is aan de instructie voor den admini strateur, hierin kan toch worden opge nomen, dat deze den monteur den eisch kan stellen, dat deze zorg draagt, dat de gelden maandelijks binnen zijn en aan hem worden afgedragen ,dat is spr. be doeling. Wethouder Koman merkt op dat het bij de PNEM zoo was dat, maandelijks de geïnde gelden werden verantwoord, terwijl de niet geinde kwitanties daarbij werden overgelegd. Spreker geeft den heet Gulden gelijk, de omschrijving zooals die thans gesteld is, is niet duidelijk. Dhr. Gulden zegt dat het voor beide ambtenaren ook goed is dat een bepaling als door hem aangegeven wordt oplgje-, nomen, zij weten dan wat zij aan elkaar hebben. De Voorzitter stelt voor het betreffende artikel aan te vullen met „de monteur zal de gelden verantwoorden in de maand volgende op die, waarop de geïnde stroom gelden betrekking hebben". Met algemeene stemmen wordt de in structie, aangevuld met vorenstaande be paling, goedgekeurd. Ontwerp-overeenkomst met de PNEM inzake de levering van electrische ener- gïie. Deze overeenkomst is in onderzoek geweest bij een commissie, die daarover het navolgende rapport heeft uitgebracht: Art. 1, 5e lid. In dit artikel heeft de PNEM zich de bevoegdheid voorbehouden ten behoeve van installaties met een totale aansluitwaarde van 20 P.K. of daarboven zelf electrische energie te leveren. Dit acht de commissie niet in het belangï van het GEB. Art. 2. De commissie acht het in het finantieel belang der gemeente dat met de PNEM wordt overeengekomen om een deel der bouwkosten van de transforma torhuisjes bij te dragen, wat een rente besparing van 7 pCt. zou geven. Art. 4, sub 2. Voor cöntrolemeters zal volgens het nieuwe contract 1 pCt. per maand gerekend worden. In het bestaan de contract komt een dergelijke bepaling niet voor. Art. 4, sub 3. Het komt de commissie billijk voor dat de kosten van herijk van contrólemeters door de PNEM worden gedragen. Art. 5, sub 3. De prijs van het energie verbruik is van 3 op 4 ct. per KWU gebracht. Deze verhooging kan in de ko mende jaren nadeel voor het bedrijf ople veren. Art. 5, sub 4. Het garantiebedrag ad f 8025 voor stroomafname is in het nieuwe contract weder opgenomen. De commissie is van meening dat getracht moet wor den dat deze bepaling komt te vervallen. Daaruit vloeit het grootste nadeel voor het GEB voort. De heer v. 't Sant vraagt of een artikel den raad we^ recht duidelijk fis, n.l. dit Gebrek aan eetlust; r's Maagplllen als de gemeente voor het transformator huisje een zeker bedrag stort wordt het bedrag waarvoor de gemeente 12 pCt. moet betalen, dus 1 pCt. per maand met het gestorte bedrag verminderd. Volgens spreker bestaat hierover bij de commissie verschil van meening. Loopt men met het storten van dit bedrag niet het gevaar, dat als de gemeente het bedrijf later soms nog eens aan de Prov. N.-Br. Electr. Mij. moet overdoen, het gestorte bedrag voor niets te hebben betaald. Als men er over denkt om het bedrijf later over te doen, dan mag hiermede wel rekening worden gehouden. De Voorzitter zegt dat volgens overeen komst aan de PNEM 1 pCt. rente per maand moet worden vergoed voor het be drag der kosten van het transformator huisje. Nu stelt de PNEM voor dat de ge meente het bedrag waarmede de waarda van den transformator is gedaald bij haar wordt gestort, over dat bedrag behoeft dan niet langer 1 pCt. rente betaald te worden. Spreker acht het echter bezwaar lijk hierop in te gaan, omdat een kapitaal wordt gestort, waarvoor geen tegenwaarde wordt terug ontvangen. Spreker merkt op dat in het betalen van 1 pCt. rente per maand een onbillijkheid schuilt van de zijde van de PNEM evenals in het terug storten van het.bedrag, liet zij over het bedrag der kosten alleen de gewolne rente betalen, dan was dat niet meer dan billijk, het is natuurlijk waar, dat na verloop van 14 jaren het kapitaal dat nu wordt ge stort door vermindering der rente met 7 pCt., is terug verdiend. De heer Gulden wil als lid der commis sie even zijne meening zeggen, De com missie heeft het geheele contract onder de loupe gehad, waarbij de Burgemeester zoo welwillend was tegenwoordig te zijn. Er is toen ook de vraag besproken of men het net voor een geschikt bedrag niet zou overdoen. Staat het vast dat het net aan de gemeente blijft, dan zou het bezwaar door den heer v. 'tSant naar voren ge bracht, komen te vervallen. Door in over weging te nemen om te trachten het be drijf over te geven, zou men een nieuwe vraag gaan stellen over iets waarover reeds lang een besluit is genomen. Kon men de huidige waarde van het net van de PNEM krijgen, dan zou het een andere kwestie worden, men dient dan evenwel eerst de waarde van het net in zijn huidigen vorm te bepalen. Spreker staat op het stand punt, dat 't hem twijfelachtig voorkomt dat de PNEM door overname van de bedrijven het belang der kleine gemeenten wil die nen, immers ditzelfde heeft zij 5 jaren geleden bij de oprichting ook gezegd. Ze ker ligt in centralisatie een groot Voordeel en ligt er een edele bedoeling in, om' door deze centralisatie de winsten, die de groote steden maken, ten goede te doen komen aan de noodlijdende bedrijven. Spreker blijft hierover echter een gevoel van on- geloofelijkheid bij, want dan moet de PNEM ook de huidige waarde van de be drijven willen betalen en niet zooveel duizenden onder de waarde blijven, dient men door zoo te handelen werkelijk het belang der kleine gemeenten? Door liet net-voor een appel en een ei van de arme kleine gemeenten over te nemen, kan zij wel pronken met mooie veeren, als zij voor een net dat f 90,000 heeft gekost 20' duizend gulden, dus nog minder dan een vierde der waarde betaalt, kan zij wel goedkoop stroom leveren, doch zij pronkt dan met de veeren van de arme kleine ge meenten, daarom komt het spr. twijfelach tig voor dat het de PNEM werkelijk al leen te doen is om die arme gem'eetntebe- sturen te helpen, neen, is dit werkelijk ha re bedoeling, dan moet zij ook de huidige waarde berekenen en naar de thans geldende indexcijfers willen vergoeden. Als men op deze basis het bedrijf wilde overnemen, dan zou spreker er voor zijn, wil men dat niet, dan i s er naar zijne meening niet over te denken. Het is waar, dat de gemeente door overname der bedrijven in de omlig gende gemeenten in een moeilijk parket raakt. Als men in Dussen straks het licht voor 40 ct. krijgt en in de toekomst mis schien nog lager, terwijl men hier gedwon gen is het op 45 ets. te houden, dan loppt men gevaar, dat de ingezetenen, die hun belang niet goed inzien, gaan zeggen: „maffers waarom heb je het bedrijf niet overgegeven, dan hadden wij het licht ook voor dien prijs gekregen." In de com missievergadering achtte de Burgemeester ook niet onmogelijk, dat de PNEM, thans nu het bedrijf intusschen is vooruit gegaan en het vertrouwen dat de raad er in stelde niet is beschaamd, met een hoo- ger bod zal komen, daarom is het naar sprekers meening wel gewenscht de vraag van overgave nogmaals aan de orde te stel len. l De heer v. 'tSant heeft gemeend, art. 2 van de nieuwe overeenkomst ter sprake te moeten brengen, omdat de gemeente de nieuwe overeenkomst heeft te aanvaar den. Art. 2 is in deze overeenkomst zeer urgent. Dhr. Gulden heeft gezegd, dat als 't bedrijf aan de gemeente zou blijven, mijn bezwaren zou vervallen, is dit nog wel ge heel juist? De uitvindingen en ontdekkin gen gaan den laatsten tijd zoover, dat men niets met zekerheid kan voorlziien wie weet of men binnen kort tijdsbestek geen net meer noodig heeft om de electri- citeit in huis te brengen. De heer Walraven wil nog even opmer ken dat de nieuwe overeenkomst in d,e commissie is besproken en dat men er ten slotte lang of kort over kan sprekjerf, doch feit is het dat men bet stuk heeft te aanvaarden, zooals het hier voor ons ligt. Alleen kan men trachten gedaan te krijgen, dat het garantiebedrag komt te vervallen, hoewel nu de omliggende ge meenten de een voor en de ander na, be sluit 'h et bedrijf over te geven sprekier daarvan niet veeP heil verwacht. Nu is maar de groote vraag wat zal men doen, trachten het net over te geven, als mjen er een billijken prijs voor kan krijgen en wat moet er gebeuren als wij er niet ge noeg voor kunnen krijgen. De raad heeft hier een der moeilijkste vraagstukken te behandelen, waarvoor zeer moeilijk de juis te oplossing is te vinden, opdat men later niet kan zeggen, jullie zijt maffers ge weest doch jullie hebben heel goed ge handeld. Nu de gemeente als het ware alleen komt te staan, wijl Dussen, nu pas Woudrichem weer het bedrijf hebben over gegeven wordt het voor haar nog véél moeilijker en moet men hier nog mfeer voorzichtig zijn, alvorens men besluit op een bedrag toe te bijten. De heer v. Straten meent dat de kwestie van overgave laatst voldoende is bespro ken, zijn er geen nieuwe gezichtspunten waarover men kan praten dan behoeft men niet bij de PNEM - aan te kloppen, want dan bereikt men toch niets. De Voorzitter zegt dat er positief niets is te doen, het feit echter dat sediert het bod van de PNEM het aantal aansluitingen is vooruitgegaan geeft hoop, dat thans een hooger bod is te verwachten tenzij de PNEM zegt, ja die vooruitgang hebben wij reeds gezien en daarop was ons bod reeds gebaseerd. Wat de heer Gulden zegt, is waar, spreker meent gelezen te hebben dat de PNEM in een gemeente de stroom zal gaan leveren tegen 40 ets. dat kan zij doen, doch dnt kan de gemeente hier niet en juist daarom wordt een geest van ontevredenheid geschapen en wordt hipt ge meentebestuur beschuldigd iniet uit de po gen te zien, nu de omliggende gemeenten hun bedrijven hebben overgegeven wordt daardoor een verkeerde concurrentie ge schapen, redeneert men in dien zin dan is er wat voor te zeggen, om opfhieuw te onderhandelen. De heer v. 'tSant vraagt wat in Alm- kerk v oor het licht berekend wordt, waar op de Voorzitter antwoordt dat het voor heen steeds 60 ct. is geweest, terwijl het nu pas op 45 ct. is gebracht. De heer Gulden wil nog even de aan dacht vestigen op het garantiebedrag, dit is vastgesteld in een bestaand contract, wat nu gewijzigd moet worden de raad van thans verkeert in een geheel andere positie dan den raad die het oorspron kelijke contract vaststelde. Volgens het oude contract moet een bedrag van f 8025 aan stroom gegarandeerd worden, wat geba seerd was op het aantal zielen. Dit nu is een onbillijkheid, was het gebaseerd op het aantal verbruikers dan was dit l?illijk geweest, nu is het onbillijk, ^aangezien er ingezetenen zijn, die nooit van het elec- trisch licht kunnen profiteeren, waarvoor toch een garantiebedrag moet wor den gesteld. Over dit garantiebedrag is ook in de raadsvergadering te Wijk spe ciaal de aandacht gevestigd. De Voorzitter zal als men nog over overgave van het bedrijf wenscht te spre ken de openbare vergadering daarvoor schorsen. Na heropening wordt besloten overeenkomstig het rapport der commissie terwijl bij de besprekingen met de PNEM overname nog eens ter sprake, zal worden gebracht. De Voorzitter deelt mede dat B. en W. zich bij schrijven van 18 November tot den Minister hebben gewend, waarin op de onbillijkheid wordt gewezen, op de bepaling van het nieuw contract dat met ingang van 1 Jan. 1927 moet worden aan gegaan met de PNEM. Een overeenkomst die door deze maatschappij alvermogend wordt gedecreteerd, zonder voorafgaand overleg me t het betrokken gemeentebestuur en dat slechts heeft te doen wat van haar verlangd wordt. Art. 5 van genoemde over eenkomst bevat de bepaling dat de ge meente een bedrag van f 8025 moet garan deeren voor stroomafname, met de bijvoe ging dat deze bepaling alleen wordt op genomen voor zoover de Minister daar aan zijn goedkeuring "hecht. Waar deze garantie ieder jaar met een belangrijk be drag de gemeentebegrooting drukt, doen B. e n W. een beroep op den Minister om deze bepaling niet goed te keuren en me de te werken tot een billijker regejling. B. en W. stellen den raad voor met dit schrijven accoord te gaan en daaraan goed keuring te hechten. Met algemeene stem men wordt dit voorstel aangenomen. Ontwerp-verordening op den dienst van den gemeentegeneesheer. De Voorzitter deelt mede dat het ont werp ter inzage heeft gelegen en daar over het advies van de Gezondheidscom missie is ingewonnen. Deze adviseert in de verordening op te nemen, dat de ge neesheer verplicht is 2 maal per jaar on derzoek in te stellen op de openbare scho len of er geen kinderen zijn die lijden aan hoofdziekte. Verder is ook een schrijven ingekomen van dokter Mijnlieff, die ver klaarde geen bezwaren te hebben, alleen dat bij eventueele schorsing een commissie uit drie leden bestaande het geval krijgt te onderzoeken. B. en W. meen^n dat er geen bezwaar bestaat aan Tïeze opmerkin gen tegemoet te komen. 'Met algemeene stemmen wordt de instructie hierop vast gesteld. Hetzelfde gebeurt met de Ont werp-instructie voor den geneesheer. Vaststelling van de door den Ontvan ger te stellen zekerheid. De totaal ontvangsten der gemeente heb ben over de laatste vijf jaar bedragen f 414673,88 waarvan een vijfde gedeelte is f 82934,75. De door den Ontvanger te stellen zekerheid moet een tiende gedeel te van dit laatste bedrag zijn dus f 8293,345 B. en W. stellen voor de zekerheid op dit bedrag vast te stellen. De heer Walraven vraagt hoe hoog het bedrag is dat de Ontvanger in kas mag, hebben, waarop de Voorzitter antwoordt dat hierover niets geregeld is, de ontvan ger mag elk bedrag in kas hebben, bij de laatste kasopname bedroeg dit f 1500. Alleen bij het sluiten van leeningen kan de Ontvanger voor een oogenblik een hoog bedrag in kas hebben, dit kan ech ter nooit zonder medeweten van B. en W. De heer v. Arkel vraagt welke zeker heid wordt gesteld, waarop de Voorzitter antwoordt de door de wet gestelde. Hierop wordt overeenkomstig het voor stel van B. en W. besloten. Bij de rondvraag zegt de heer Walra ven dat in de advertentie voor de oproe ping van Gemeente-Ontvanger als jaar wedde was genoemd f 800 met de bij* voeging vermoedelijk f 1000, door de raad was toch een jaarwedde vastgesteld van 800 gulden. De Voorzitter zegt dat hij dit bedrag 'niet alleen mocht noemen, want de be slissing ligt bij Ged. Staten en deze wil len de jaarwedde op f 1000 bepalen. De heer Walraven meent dat Ged. St. toch niet altijd de zeggenschap bezitten, in Zuidholland is een gemeentraad in een zelfde kwestie door de Kroon in het ge lijk gesteld. Als het hier iemand voor f 600 wil doen en Ged. Staten houden zich aan de wettelijke regeling, dan bestaat de mogelijkheid toch dat de raad in het ge lijk wordt gesteld. De Voorzitter merkt op dat alles moge lijk is, doch dat iets dergelijks door de Kroon zou worden goedgekeurd, gelooft spreker niet. Hij zal echter het Staats blad opzoeken, waarin de beslissing van de Kroon is opgenomen en tevens naar het genoemde geval informeeren. De heer Gulden zegt dat hij een paar vergaderingen geleden over de reolee- ring aan de Looze Stoep heeft gespro ken, toen is spreker geantwoord dat hier over de meening van de Gezondheidscom missie zou worden gehoord. Was dit noo dig en kan men hier zelf den toestand niet beoordeelen? Bij de ingekomen stuk ken heeft spreker nog geen advies van de Gezondheidscommissie gezien, een der gelijke langdradigheid is niet in orde. De toestand is daar rot en daarom zou spr. niet op het advies van de Gezondheids commissie wachten, maar zelf een onder zoek willen instellen en als het kan dp rioleering ondergronds brengen. De Voorzitter zegt dat de kwestie deze is dat de Gezondheidscommissie de vorige week advies heeft uitgebracht. B. en W. zijn met de uitwerking echter nog niet ge reed zoodat in deze vergadering nog geen beslissing kan worden genomen. Zelfstan dig werken, zonder de Gezondheidscom- Hienwsblad Alom slechte spijsvertering, jschele hoofdpijn, prikkelbaarheid, ver stopping, maagpijn en hartwater, genezen spoedig na gebruik van Foster's Maag- flillen, het tonische axeermiddel. verkrijgbaar f 0.65 per flacon.

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1926 | | pagina 5