Huwelijk. HEUSDEN S. D. LANRHUYZEN Co's BANK Enorm m Parlementair Overzicht. Huwelijks-uitzetten. T. BOONSTRA Toen de Kamer op recès ging. Om de belastingontwerpen. De Eerste Kamer roert zich. Den Haag 30 December. De Tweede Kamer heeft haar plicht ge daan. De verschillende begrootingen zijn er gekomen. Met een zucht van verlich ting konden de heeren vertegenwoordigers de zaal verlaten. De meesten zluchtten nogal luidruchtig, want het einde van de kamer was nog vrij rumoerig. Er werd zelfs geapplaudiseerd. Wel vielen er af en toe nog wat scherpe woorden. Soit. De begrooting kwam er. Maar de Eerste Kamer, die nu dit seizoen iniet zoo heel druk bijeenkwam, roerde zich geducht. Zij wilde blijkbaar in de laatste dagen des jaars nog even op ostentatieve wijze vian haar bestaan blijk geven. Het ging dan om de bekende be lastingontwerpen, betreffende verlaging van successierechten, personeele belasting, afschafing van de 25 opcenten op de in- komstenbel. voor het leeningfonds enz. En de hoofdrolspelers waren de heeren Wibout, de Geer en van Golijn. Nu, htet ging Jhet er af en toe heftig toe. Daar was dan de heer Wibaut, die om den drommel niet tevreden was met de verlaging der personeele belasting. Want dat beteekende een verzwaring van de gemeentelijke belastingen en de financi- eele verhouding tusschen gemeente en rijk werd er door vertroebeld. En dan d(ie successie-belastingverlaging. Die was hee- lemaal niet noodig, neen, liever de rijwiel belasting er af. En het was de plicht van deze regeering, nu er geld beschikbaar is, de financiëele verhouding tusschen ge meente en rijk behoorlijk te regelen. Het ging niet aan, zooals minister de Geer wilde, eerst het rapport der staatscom missie af te wachten. De gemeenten wer den door de belastingverlaging voor een verlies van inkomsten gezet, zonder dat de regeering de consequenties ervan aan vaardde. Daar moest een eind aan komen, bezwoer de s.d. Amsterdamsche wethou der. Ten slotte was daar nog 's ministers dreigement, dat hij de uitvoering der suc cessiewetten opzettelijk zou vertragen, als het ©ntwerp-personeele belasting door de Kamer uitgesteld werd. Daat was een mon strum op staatsrechterlijk gebied. Behalve de zooeven genoemde „hoofd rolspelers" waren er ook natuurlijk andere leden, die hun stem lieten hooren, zooals bijv. de heer Jansen r.k.,*iie voor een be tere verhouding tusschen rijk en gemeen ten pleitte, maar voor de rest best inge nomen was met de belastingontwerpen. Maar dan was de heer Colijn aan het woord, die zich in zijn wiek geschoten voelde. O, niet dat hij aanmerking had op het beleid van zijn opvolger, den nieuwen minister van Financiën. Geenszins. Maar de opmerking was ge maakt, dat het met de landfinanciën even goed in orde was gekomen, zonder de door Colijn genomen maatregelen. Dal wilde hij toch niet op zich laten zitten. Toen hij in 1923 optrad, vond hij een te kort v,an 105 millioen, waaar nog wel een 40 milliöen bijkwam. Al zijn maatrege len w,aren dus onvermijdelijk, om tot een sluitend budget te komen. Voor 1927 was er een batig saldo van 12 millioen, maar dat is geen saldo, omdat er nog 21 millir oen aan uitgaven van pensioen- en inva- liditetisfonds gedaan moeten worden. En een andere financiëele regeling tusschen Rijk en gemeenten zou noodig zijn en, geld kosten. Ja, en nog al veel, interrum peerde meneer Wibaut. Ten slotte noemde de heer Colijn de belastingverlaging de grootste zegen voor de bevolking. Nu, en toen kwam de heer de Geer zijn beleid verdedigen. Zeker, het was redelijk, nu met belastingverlaging te komen. In 1921 moest er naast versobering, belasting- verhooging ingevoerd worden. Het lag dus in de lijn, de nu beschikbare mijddelen voor belastingverlaging aan te wenden. Wat nu de financiëele verhouding tot de gemeenten betreft, het ging hier om een doelmatigheidskwestie, niet om een mo- reele. Voor een nooduitkeering als i!n 1922, wat jhr. de Gijselaar voorstelde, was geen aanleiding. Maar hij wijlde het rapport van de staatscommissie afwach ten dat nog wel voor het einde van 1926 zou afkomen. De verlaging der personeele belasting was in hoofdzaak voorgesteld ter ontlasting der groote gezinnen. Successie-rechtenverlaging en belasting verlaging liet hij samengaan, omdat hij meende, dat kapitaalvorming en ontlasting der groote gezinnen hand aan hand moes ten gaan. Het zag er één moment heel raar uit, in de Eerbiedwaardige Eerste Kamer. Dat dreigement van minister de Geer, om de uitvoering der successiewet te vertragen, werd een struikelblok, zelfs de heer Jhr. de Savornin Lohman c.h., was het met meneer Wibaut eens, dat was een staats rechtelijk monstrum. En meneer Colijn voelde ook wel voor uitstel. Maar minis ter de Geer redde zich en de anderen uit de perikelen door te verklaren, dat hij geen ©ogenblik bedoeld had, een wet die gecontrasigneerd was, niet uit te voeren. Was het niet veel eenvoudiger, als, bijv. de motie Wibaut, tot opschorting van de behandeling van de personeele belasting verlaging, werd aangenomen, de Kamer te verzoeken, ook de verdere behandeling van de successiebelasting op te schorten? Maar zoover kwam het niet. De motie- Wibaut werd met 11 stemmen voor en 29 tegen verworpen. V^por stemden s.d., 2 v.d. en de Amsterdamsche burgemeester de Vlugt a.r. En zoo werd de personeele belastingverlaging aangenomen met op één na algemeene stemmen (Jhr. de Gijselaar c.h.) En met de s.d. en vjd. tegen, werd de successiebelasting met 27 tegen 11 stemmen aangenomen. Zooals in den aanvang reeds is gezegd, De Tweede Kamer deed het laatste restje begrooting af. Over „Oorlog werd ge stemd. Met 51 tegen 27 s.d. en v.di5 werd deze aangenomen, nadat drie moties-Ter Laan, lichting 1927 niet hooger dan 13 duizend man, en 2 moties van geringe beteekenis, verworpen waren. Wjellicht werd de heer Albarda, voorzitter s.d.a.p., door deze feiten geinspireerd, toen hij in zijn Kerstrede zeide te gelfooven, dat het s.d.a.p.-voorstel tot ontwapening, dat in Februari in behandeling zou komen, wel zou worden verworpen. Komende gebeurtenissen POLITICUS. Wij leveren onder speciaal gemakkelijke condities Vraag onze voorwaarden, op aanvraag worden U deze gaarne toegezonden. Concnrreerende prijzen. Vergadering van den raad der gemeente DE WERKEN EN SLEEUWIJK op Vrijdag 24 December des nam. 2 u. Voorzitter: Ed.Achtb. heer W- Beuken kamp. Secretaris: WelEd. Heer G. Vos. (Vervolg en Slot.) De heer van 'tSant zou nog iets willen vragen niet over overgave doch over de verlichtingsoelasting. Er zijn zooveel inge zetenen die niet in het genot van h|et licht kunnen deelen en toch mede aan deze belasting moeten betalen, schuilt daar geen onbillijkheid. De Voorzitter wil, hoewel de verlich tingsbelasting thans niet aan de orde is, toch wel zeggen, dat de wet geen andere regeling toelaat. Aangezien de raad er naar aanleiding der mededeelingen door den Voorzitter niets voor voelt opnieuw onderhandelingen met de PNEM te gaan voeren over over name van het bedrijf, zal de Voorzitter de nieuwe overeenkomst inzake stroomlevering door de PNEM in omvraag brengen. Mocht de Minister de bepaling der stroomgarantie 'niet goedkeuren dan wordt deze geschrapt, terwijl de prijs die van 3 ©p 4 cent is gebracht in di|t nieuwe contract, ook geen verschil uitmaakt met het oog op de kolenclausule, bovendien be hoeft de bepaling dat de PNEM stroom afnemers met een grootere afnam|e dan 20 KWU rechtstreeks mag leve/en, geen bezwaar op te leveren, de PNEM gaat hiertoe eerst over, als de gemeente door de een of andere omstandigheid niet recht streeks wil of kan leveren. De heer Gulden zegt dat het garantie- bedrag steeds terecht als zeer onbillijk is gekwalificeerd. Als de minister deze bepaling sanctionneert zit de gemeente er aan vast, er bestaat evenwel nog hoop;, dat de minister dit niet zal doen, daar om is het goed, dat de Voorz. persoon lijk de bezwaren der gemeente nog eens aan den minister gaat mededeelen, telkens dient men hierop terug te komen en a,l moet men deze clausule aanvaarden, dit mag slechts gebeuren onder protest. De Voorzitter merkt op dat de gemeente niet anders kan doen dan de overeenkomst teekenen, doet men het niet, dan krijgt men geen licht meer. De heer Gulden blijft er bij dat het onbillijk is en het naar zijne meening over weging verdient actie hiertegen te voeren en stappen bij den minister te doen, wie weet welke invloed de PNEM op den mi nister tracht uit te oefenen. De Voorzitter antwoordt dat B. en W. reeds over deze kwestie een schrijven heb ben gericht tot den Minister, waaraan de raad in zijn jongste vergadering adhaesie heeft betuigd, welke adhaesiebetuiging eveneens is doorgezonden naar den Minis ter. Wenscht de raad dat spreker ook nog eens meet den Minister gaat spreken, dan is hij daartoe wel bereid, hoewel hij daarvan niet veel verwachting heeft, doch het kan niettemin zijn nut hebben^ De heer Kom an vraagt of de gemeente niet evenals Gorinchem zijn licht van Dordt kan betrekken. De Voorzitter antwoordt dat hieraan niet is te denken, het zou in de duizendjen loopen om den kabel te leggen. De heer Gulden vindt het onnoozel, dat de heer Koman eerst in laatste instan tie met een geheel nieuw dankbeeld komt. Hierover is maar niet zoo te beslissen, men dient een dergelijk denkbeeld goed te bestudeeren en hoewel spreker met den Voorzitter meent dat de kosten te hoog zullen zijn, had men toch de mogelijkheid eerst kunnen onderzoeken. De Voorzitter zegt dat dit denkbeeld reeds 'meermalen is besproken, ook te Wer kendam, doch steeds heeft men gezegd: het is veel te duur. De heer Gulden meent dat dit denk beeld, als er vroeger over was gesproken als een stok mchter de deur bij de on derhandelingen met de PNEM had kunnen dienst doen. De Voorz. merkt op, dat het denkbeeld ook reeds met de PNEM is besproken doch deze zeide zelf dat dit een onmoge lijkheid is, ook in de gecombineerde verga dering van de gemeentebesturen in helt Land van Heusden en Altena is hetzelfde denkbeeld besproken, doch ook daar acht te men verwezelijking niet mogelijk. Als stok achter de deur kan het denkbeeld dus geen dienst doen. De heer Gulden zegt dat liet groote be zwaar niet loopt over te duren stroom, doch meer over het duur net dat men hier heeft, de stroomprijs van Dordt en die PNEM zal niet zooveel verschil uitmaken. De heer Walraven merkt nog op, öat de gemeentenaren de kwestie niet goed begrijpen, omdat zij er niet in zitten, en zij het daarom ook niet jgioed begrijpen kun nen, daarom wordt het gemeentebestuur zoo licht het verwijt gemaakt niet uit de oogen te zien. Naast den lageren stroom prijs moet men de groote schuld stellen, wanneer 61/4 pCt. rente betaald moet worden. Deze rente moet men blijven be talen van een 50 a f 60,000, terwijl van f 25,000, die de gemeente van de PNEM zou ontvangen, ook altijd nog l3/4 rlen- te moet betaald, omdat de PNEM slechts 41/2 pCt. vergoedt. De heer v. Arkel zou, als in andere gemeenten het licht voor 40 ets. per' KWU wordt gegeven, dit hier ook doen door de stroomgarantie blijft het toch het zelfde. De Voorzitter zegt dat dit op het oo- genblik zoo is, de raad zou zelfs nog een stap verder kunnen gaan, om het ge bruik te doen toenemen, dat komt ten goede aan de aangesloten gemeentenaren. De heer Gulden voelt hier ook veel voor, de menschen die reeds aangesloten zijn, moeten beschouwd worden, als de welwillenden, laat dezen dus zooveel (mo gelijk van het licht profiteeren, door de stroom zoo goedkoop mogelijk te leveren. De niet-aangeslotene bezorgen juist het groote tekort, door mede te helpen dat dit te kort wordt weggewerkt*, dienen zij het gemeentebelang en daardoor tevens het belang van zichzelf. Dit moet die men schen worden bijgebracht, hen moet tevens op het gemak en het aangename dat in het licht zit, worden gewezen, er ach terheen te zitten, dat is de rol van het ge meentebestuur, zoodat ze ten slotte gaan begrijpen, dat ze door niet aan te sluiten, schuldig zijn aan het te kort, het tekort dat ten slotte wordt gedekt uit de belastnig. De heer v. 't Sant vindt het wel jam mer dat er altijd een gedeelte der inge zetenen is dat nooit kan aansluipen en door de belasting toch mede het tekort» moet dekken. De Voorzitter merkt op dat ook dit de schuld is van hen, die, hoewel zij i'n de gelegenheid zijn om aan te sluiten, dit niet doen, hier is nog slechts de helft der huizen aangesloten. De heer Walraven vraagt, of de ingeze tenen niet verplicht kan worden om aan te sluiten. De Voorzitter antwoordt ontkennend, dit kan alleen bij waterleiding. Met algemeene stemmen wordt hierop de nieuwe overeenkomst, onder protest voor wat het garantiebedrag betreft, aan genomen. Tevens wordt besloten dat de Voorzitter zoo spoedig mogelijk een au diëntie 'bij den betrokken Minister zal aan vragen, om de bezwaren tegen het ga rantieverdrag nog eens mondeling uiteen te zetten. Benoeming van een licl van het Burg. Arm'best. De aftredende leden de heeren H. Verhagen te Sleeuwijk en J. v. d. Stelt te de Werken worden met algemtpene stem men herbenoemd. Benoeming van een lid der Commissie van Toezicht oip het Lager Onderwijs. De aftredende de heer C. Godschalk, wordt met op één na algemeene stemmen herbenoemd, één stem was op den heer Gulden uitgebracht. Vaststelling vergoeding bedoeld in art. 101 der L. O.-wet 1920 over 1924. Uit de goedgekeurde gemeenterekening blijkt, dat de kosten van de openbalre school te Sleeuwijk, waarop 77 leerlingen school gaan f 782,705 dus f 10,16 per leerling heeft gekost. B. en W. stellen derhalve voor ditzelfde bedrag vast te stellen voor de Bijzondere Lagere Scholen. Zonder dis cussie wordt overeenkomstig dit voorstel besloten. Af- en overschrijving begrooting T926. ï'elef. No. is Raamsdonksveer. AGENTSCHAP YAN DE AMSTERDAMSCHE BANK A'DAM (verstrekt Handelscredieten tegen nader overeen te komen voorwaarden. Opent rekening-courant met rentevergoeding. Incasseert Binnen- en Buitenlandsche Wissels. Belast zich met den aan- en verkoop van Effecten en nazien van Uitlotingen Koopt en verkoopt vreemd Bankpapier. Verzilvert Coupons en bezorgt alle Assurantiën. Neemt gelden Deposito, rentevergoeding volgens overeenkomst. Verhuurt Safe-Loketten. (Prijzen naar grootte der kastjes). SPAARBANK. OflT Spaarboekjes gratis bij eerste storting. Nadere inlichtingen verstrekt gaarne de Directie Een paar postjes zijn met een klein be drag overschreden, waaarvoor de gewone begrootingswijziging moet plaats hebben, waartoe met algemeene stemmen wordt besloten. Bij de rondvraag merkt de (heter Koman op, dat die Puttengriend al bijna onder water staat, spreker wijt dit hier aan, dat de duiker wordt opengelaten. Wethouder Verhagen zegt dat de duiker niet open staat, spreker wijt het aan een hit die den sloot dicht trapt. De Voorzitter zegt toe een onderzoek in te stellen. De heer Gulden zegt, dat hij twee jaar geleden reeds gewezjen heeft op een ka potte vloer in de openbare school en toen is hem toegezegd dat deze zou wor den gerepareerd, zooals hij echter kort geleden heeft gezien is daaraan tot heden geen gevolg gegeven, het gat is thans al leen grooter geworden. De Voorzitter zegt dat het vorige jaar reeds opdracht is gegeven tot herstelling spreker dacht niet anders of hieraan was gevolg gegeven. De Secretaris weet ook zeker, dat op dracht tot herstelling is gegeven. De Voorzitter belooft nogmaals opdracht te zullen geven om de vloer te reparee- ren. Hierop wordt de openbare vergadering gesloten en gaat de raad over in geheim comité ter behandeling bezwaarschriften schoolgeld. eucces hebben de ljjders aan snij-, brand-, open wonden, zwerende borsten, aangezichtspuistjes met de wereldberoemde Oprechte Win- snmer Zalf, alsook steenpuisten, bloedvinnen, negenoogen, fijt, lik doorns, wratten, winterhanden en voeten, oude en verwaarloosde won den en alle mogelijke wonden ten gevolge van doorliggen, smetten, kloven, barsten en huidverschilvering. Prjjs per bus f 0.75. Verkrijgbaar by Apoth. en Drog, Vergadering van den raad der gemeente WOUDRICHEM op 23 December j.l. des nam. half zeven. Voorzitter de heer Jac. v. d. Lely. Secretaris de heer Chc. v. Rijswijk. Tegenwoordig alle leden. De Voorzitter opent de vergadering met het uitspreken van het formuliergebed, waarna de notulen der vorige vergadering- worden gelezen en onveranderd goedge keurd. Voor kennisgeving worden aangenomen de volgende ingekomen stukken: a. besluit van Ged. Staten, dezer pro vincie, houdende goedkeuring van het raadsbesluit tot wijziging der begrooting 1926. b. Besluit van idem d.d. 15 Dec. j.l. houdende goedkeuring van het raadsbesluit tot het in eigendom overdragen van het GEB aan de PNEM. c. Schrijven van J. Spoor Pzn. dat hij zijne herbenoeming tot lid van het Burgerl. Armbestuur aanneemt. d. Pfoces-verbaal van kasopneming bij den gemeente-ontvanger d.d. 15 Dec. j.l., aangevende in ontvangsten f 92965,365, in uitgaven f 90940,815, zoodat in k«s was een bedrag van f 2024,55. e. Prov. Bijblad van Noordbrabant d.d. 6 Dec. j.l.houdende medeeling van de instelling eener provinciale commis sie ter bewaring en bescherming van na tuurschoon. Op een ingekomen verzoek van de Di ocesane Federatie van het Wit-Gelie Kruis te Eindhoven om een jaarlijksche subsidie te willen verkenen wordt op voorstel van den Voorzitter in verband met den minder gunstigen toestand der gemeente financiën, afwijzend beschikt. De ingekomen nota's van aanmerkingen van Ged. St. betreffende de gemeente-re kening 1925 en de geineente-biegrooting 1927 worden, aangezien de bemerkingen van administratieven aard zijn, gesteld in handen van B. en W. ter afdoening. Op voorstel van B. en W. wordt met algem. stemmen besloten electrische straat verlichting aan te brengen in een zijstraat je der Molenstraat in verband niet een door de bewoners daarvan ingediend ver zoek. Daarn a'komt aan de orde een verzoek van het Waterschap „De Nieuwe Ban" om een subsidie te mogen ontvangen in de kosten van herstelling van den weg over den Oudendijk, welke op plm. f1500 zijn geraamd. De Voorzitter deelt mee dat de meerder heid vaan B. en W. voorstellen in djeze kosten een suosidie te verkenen van 15 pCt. tot een maximum van f 225, benevens gedurencie 5 jaren 15 pCt. in de onder houdskosten tot een maximumbedrag van f 50 en onder voorwaarde, dat de weg ten genoege van B. en W. zal worden onder houden. Het lid Holster deelt mede, dat hij zich niet met de meerderheid van het College van B. en W. heeft kunnen vereenigen en hij meent dat het voorgestelde bedrag te laag is, aangezien er een gróót aantal in woners dezer gemeente dagielijks van den weg gebruik moeten maken. Hoewiel de gemeente geen eigenaar van den weg is en de Nieuwe Ban verplicht is tot on derhoud stelt hij voor, aangezien deze ook in slechte financieele omstandighe den verkeert en in verband met het fe,it, dat een gedeelte der inwoners dagelijks van den weg gebruik moeten maken, de bijdrage te bepalen op 20 pCt. der kosten. Het lid van der Wiel zegt in de eerste plaats een woord van kritiek te moeten laten hooren betreffende het bestuur van het waterschap „De Nieuwe Ban". Hij is er van overtuigd dat de weg dringend verbetering behoeft, doch als hij zich de vraag stelt hoe het komt dat de weg in zoodanigen slechten toestand verkeert, moet daarop geantwoord worden dat dit het gevolg is van zeer onkundige behan deling. Hij vindt het jammer dat dergelijke werkzaamheden in handen zijn van boeren, die daarmede niet vertrouwd zijn. Hij geeft toe ,dat de gemeente niet verplicht is eenige tegemoetkoming te verleenen, doch in verband met de inwoners die van den weg gebruik maken, is hij voor het verkenen van een bijdrage. De begrooting is echter, gezien de aan nemingen van den laatsten tijd veel te hoog. Hij kan zich met het voorstel van den heer Holster vereenigen. Het lid van Wendel de Joode zegt, dat het adres in het College van B|. en W. is besproken en zooals dit opgesteld is, de gemeente er feitelijk niets mede te maken heeft. In verband met de inwoners die aan dien weg wonen, is hij vootr het verkenen eener bijdrage, welke door hem in de vergadering van B. en W. eerst was voorgesteld op 25 pCt., doch later, in verband met de toevoeging van een bij drage in de onderhoudskosten gedurende vijf jaren, is teruggebracht op 15 pCt. Nu het lid van der Wiel evenwel medje- deelt, dat de herstelling geen f 1500 zal kosten, zou hij 20 pCt. willen geven, in dien de kosten minder dan f 1500, en 15 pCt. indien deze f 1500 zullen beko pen. Het lid Viveen zegt, dat de raadsle den in wijk B. steeds hebben medege werkt aan besluiten in het belang van wijk A., o. a. indien het de vfcsCheriji bij machte is de herstelling geheet zelf te dragen' is hij voor het verkenen eener bij drage. Het lid Schaap zegt ook reeds op andere plaatsen naar voren te heoben gebracht, dat de werkwijze van den pol der overbodig is. Het plan bestaat nl. de hooge plaatsen in den weg te verlagen, hetgeen z. i. met een goed ondprhoud gedurende eenige jaaren ook wel mogelijk is terwijl dit dan niet zooveel behoeft te kosten. Hij zou elk jaar de modder van den weg willen verwijderen en zoo doende tot verbetering komen, daar er verschil lende plaatsen zijn, die geen verlaging kunnen velen. Hij merkt op, dat de ge meente zelf ook al verschillende wegen heeft te onderhouden ,die veel geld kos ten. Hij wil echter niet alk hulp afwe zen ,doch is er ten zeerste tegjen, dat de gemeente ook nog 5 jaren in het onder houd van den weg bijdraagt. Het lid van Straten had liever gezien dat het adres van de gemeentenarjen was gekomen. Hij zegt dat de gemeente haar eigen wegen niet voldoende kan onderhou den, doch terwille van de ingezetenen niet tegen een bijdrage te zijn. Voor hjet verkenen eener bijdrage in de herstellitigs-

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1926 | | pagina 10