Kloosterbalsem
Gesprongen hander
De Kus van Pharao
spieren en gewrichten
FÜOILLETOi.
van eiken aard in
AKKER's
Kloosterbalsem
Kloosterbalsem
Kloosterbalsem
T^pnmruwe huic
schrale
ippen
Vergadering van den raad der gemeente
HEDIKHUIZEN pp Dinsdag 8 Febr.
des narn. 5 uur.
Wegens ongesteldheid van den Burge
meester fungeert de heer v. Engelen als
oudste wethouder als Voorzitter.
Met den Secretaris zijn alle leden, be
halve de heer v. d. Heijden tegenwoordig,
deze laatste komt tijdens de lezing der no
tulen ter vergadering.
De Voorzitter opent de vergadering en
deelt mede, dat de Burgemeester wegens
nog niet voldoende herstel deze vergade
ring nog niet persoonlijk kan leiden.
Hierop leest de Secretaris de notulen
der vorige vergadering die daarna onver
anderd worden vastgesteld.
Ingekomen stukken
Brief van Ged. Staten d.d. 29 Dcc. waar
in zij kennis geven, dat zij hunne beslis
sing inzake de gemeente-begrooting 1927
verdagen.
Bericht van den Commissaris der Ko-
nigin dat -de heer I. A. Buijs is benoemd
tot lid van het college van Zetters, wegens
het niet aannemen van zijn 'benoeming door
den heer P. v. d. Brand.
Mededeeling van H. v. d. Wiel, dat hij
zijn 'benoeming tot lid van het Armbestuur
aanneemt.
Idem van I. A. Buijs, dat hij zijne be
noeming als lid van het stembureau niet
aanneemt.
Verzoek van het Wit-Gele Kruis om
een subsidie.
De heer Dobbelsteen wil gaarne het nut
van deze vereeniging erkennen, waar er
evenwel te Haarsteeg een afdeeling van
deze vereeniging bestaat, die reeds subsi
die ontvangt, acht spreker het 't beste
om zoo noodig deze (bij te staan. De andere
heeren gaan hiermede accoord, zoodat het
verzoek van het Wit-Gele Kruis voor ken
nisgeving wordt aangenomen.
Bericht van den Minister v. Binnenland-
sche Zaken, waarin mededeeling wordt
gedaan dat een kapverbod is ingesteld
voor 91 iepeboomjen op den weg Haar
steeg naar Herpt.
De Voorzitter deelt mede dat B. en W.
zich ingevolge het genomen raadsbesluit
in de vorige vergadering nog eens tot de
Directie van het Staatsboschbeheer hebben
gewend, waarop dit kapverbod is ingeko
men.
De heer v. Hemert meent, dat men de
ingezetenen dan wel mag verzekeren te
gen ongelukken, want telkens als het wat
hard waait, vallen de boorr(en om.
Verzoek van A. v. d. Wensch om 8
meter grond van de gemeente tegen bil
lijken prijs te koopen. Aangezien de be
doeling van adressant niet duidelijk blijkt,
of het n.l. moet dienen voor uitbreiding
van zijn woning of voor andere doelein
den, wordt het adres tot een volgende ver
gadering aangehouden.
Naar aanleiding van het raadsbesluit
tot opheffing van den „bol" hebben B.
en W. getracht, den aanlegsteiger weg te
krijgen. De gedachte dat dit gedaan zou
worden, zonder dat het de gemeente geld
kost, is niet bewaarheid. Twee aanbiedin
gen zijn ingekomen, een van den heer
Schermers voor f 145 en een van den
heer M. Vissers te Drunen voor f 100.
Besloten wordt het werk door den laag-
sten inschrijver te doen uitvoeren, die
de afkomende materialen voor zifch be
houdt.
Verzoek van de R. K. Houtbewerkers-
vereen. om een steunregeling iin het leven
te roepen, aangezien er werkloozen zijn,
die zijn uitgetrokken. Volgens de voor
schriften kan een werklooze slechts 27
dagen op een jaar steun trekken.
De heer Dobbelsteen verklaart reeds 2
jaar geleden te hebben jgeweten dat dit ver
zoek zou komen. Op de een of andere ma-
door
RICHARD GOYNE.
8)
o
Zijn vrees, zijn woede en zijn angst
kenden geen grenzen meer 'bij de gedach
te aan deze mogelijkheid. Hij stortte zich
op den Au'biër en gree phem bij de keel,
priemde zijn vingers in diens vleesch,
alsof hij hem wilde wurgen.
Spreek, vertel Wat schuilt er achter
je woorden. Maak je zijden tong los, Hil-
jah en wees openhartig. Wat weet gij van
dit geheim?
Hiljah kon zijn antwoord slechts hij
gend uitbrengen.
Meester... ik., weet alles... van dit ge
heim... alles. Laat Uw dienaar vrij... los...
ik smeek U.
De Pharao trad achteruit en liet zijn
minister plaats nemen op een laag stoeltje.
Welnu, haast U. Spreek of het zal U
slecht vergaan.
Hiljah wachtte niet langer. Bevend van
het hoofd tot de voeten antwoordde hij
in zenuwachtige haast, ofschoon hij nog
slim genoeg was om twde* feiten te ver
zwijgen, welke hij niet geschikt achtte
om mede te deelen in verhand met zijn
eigen verradjelijke plannen om zich meer
macht te verschaffen.
Ik heb gehoord, oh meester, dat er
kan behandeld worden met
het van ouds beproefden beroemde wrfjfmiddel.
beperkt zijne werking niet tot de
oppervlakte der huid, doch wordt
door zijne bijzondere samenstelling
als 't ware onmiddellijk door de
poriën der huid ingezogen.
dringt daardoor diep in het inner
lijk der weefsels, ontbindt de ver
giften die zich daar hebben vast
gezet, lost ze op en valt aldus de
pijn in den wortel aan,
verdrijft door zijn warmte-verwek-
kende werking alle beletselen, die
de werkzaamheid en werkkracht
der spieren belemmeren en geeft
ze de verloren lenigheid terug.
Dit verklaart het verrassend resultaat bij
rheumatiek, jicht, ischias, spit, lendenpijn,
spierpijn, stramheid en dergelijke aandoeningen.
Probeer en ondervindt het zelf. Per pot 60 cent.
nier zal er wel iets gedaan moeten wor-
Hebben B. en W. geen voorstel in deze
vraagt spreker.
De Voorzitter verklaart hiervan niets
te weten.
De Secretaris licht toe, dat hetzelfde
adres ook in de raadsvergadering te Vlij
men reeds ter sprake is geweest, daar is
een beslissing evenwel aangehouden, zoo
dat het naar spr 's oordeel aanbeveling
verdient, dit adres ook hier aan te houden
en af te wachten, wat de grootere ge
meente Vlijmen in deze zal doen.
De heer Dobbelsteen kan zich hierme
de wel vereenigen doch misschien zijn
er die reeds zijn uitgetrokken,
wat moet daarmede gebeuren?
De lieer v. Hemert meent dat dezen
geen steun geweigerd kan worden, doch
steun zonder meer, daar is spreker niet
voor, hij zou de werkloozen zooveel als
mogelijk is willen laten werken.
De Secretaris acht de kwestie voor deze
gemeente niet zoo urgent, mocht het noo
dig blijken dan kan altijd nog een spoed-
eischende vergadering worden belegd.
De heer Winkel zegt dat indien er al
een paar uitgetrokken zijn deze wel te
werk gesteld kunnen worden zooals straks
zal blijken. Hierop wordt besloten liet
adres aan te houden.
Schrijven van Ged. Staten inzake gem.-
begrooting 1927:
De Gedeputeerde Staten van Noord-
Brabant,
Voorgenomen "de begrooting van plaat
selijke inkomsten en uitgaven der Gemeente
Hedikhuizen voor het jaar 1927, vastge
steld door den Raad dier gemeente in
zijne openbare vergadering van 12 Oct.
1926;
een jongen moet zijn, die door den een of
anderen volgeling van Rah Neb bij den
hoiogepriester is gebracht. Deze jongen is
van edele geboorte naar het schijnt, en
de duivelsche priester van Amon heeft 'be
kend gemaakt, dat deze jongen zal zetelen
op Uw troon, dat gij zult vallen onder
de hand van dezen knaap en dat, als de
tijd daarvoor gekomen is, hij Uw konin
krijk zal overwinnen en de aanbidding van
god Amon weder in cere zal herstellen.
Langen tijd scheen de Pharao niet in
staat te spreken. Hij begon d'e kamer op
en neer te loopen en bleef eindelijk plot
seling staan-voor de ineengedrongen fi
guur van Hiljah. 1
Luister naar mijn woorden, slaaf. Ik
Pharao spreek. Ga onmiddelijk met een
groep soldaten naar de geheime kamers
onder den tempel van Kar'nak. Als gij
straks terugkeert in mijn palleis zult gij
mij brengen, den hoogepriester Rah Neb,
den gcheiinzinnigen knaap en voorts alle
priesters van God Amon. Laat gelen hun
ner ontsnappen; Gaat, morgen zal er een
feest zijn en Aton zal den ondergang aan
schouwen van hen, die den Pharao dorsten
weerstreven... Ik, die heb gezegd, dat
Aton de god moet zijn van m'ijn land
Ik, koning van Egypte en heerscher van
de gcbcele wereld.. Ga....
Het was bijna avond, toen Hiljali te
rugkwam om den koning het verslag van
zijn tocht over te brengen. De Pharao
wachtte op hem, de minister trad naderen
sprak zijn meester toe mjet een merkbare
aarzeling.
Wel Hiljah? vroeg de koning ongedul
dig. Zijt gij geweest?
Overwegende, dat op de door Purge.
meester en Wethouders der Gemeente He
dikhuizen opgemaakte ontwerp begrooting
voorkwam een post ad f1150, voor
a. jaarwedde van den ambtenaar ter
secretarie ad f 500;
b, jaarwedde van den Gemeente-bode
ad f 650, benevens een post ad f 40 voor
toelage voor onderhoud van het rijwiel
van de Gemeente-bode;
dat de Raad bij de vaststelling der be
grooting heeft besloten deze posten te
doen vervallen;
dat 's Raads besluit ten doel had, Bur
gemeester en Wethouders te dwingen ge
noemde ambtenaren te ontslaan;
dat de Raad zich nader in zijne ver
gadering van 21 December heeft ver
klaard op onderhavige begrooting alsnog
I een bedrag van f 400 uit te trekken als
jaarwedde voor de Gemeentebode, onder
J voorwaarde dat die bode slechts halve
I dagen dienst heeft te doen;
dat echter 'bij koninklijk besluit van 1
i September 1925, Nr. 24 beschikkende op
i liet beroep i ngesteld door den Raad van
Hedikhuizen tegen hun besluit van 25
Maart 1925 G Nr. 332, waarbij goedkeu
ring is onthouden aan de begrooting dier
gemeente voor het jaar 1925, is beslist dat
„aan het ambt van Gemeentebode, waar
in blijvend moet worden voorzien, nu de
Gemeenteveldwachter geen diensten als Bo
de mag verrichten, eene zoodanige bezoldi
ging moet verbonden blijven, dat de amb
tenaar met zijn ovterige yerdiensten uit ne
venbetrekkingen een behoorlijk loon ont
vangt"
terwijl voorts daarin wordt overwogen,
dat met het oog op vervanging bij verlof
of ziekte van den secretaris-ontvanger,
de betrekking van Ambtenaar (ter Secretarie
niet kan worden opgeheven;
dat de hierboven uiteengezette omstan
digheden zich nog steeds voordoen;
dat genoemde ambtenaren behooren tot
de plaatselijke ambtenaren, bedoeld in art.
205 sub a der Gemieentewet;
dat ingevolge genoemd wetsartikel hun
ne belooningen op de begrooting der uit
gaven behooren te worden gebracht;
dat de Raad in zijne openbare verga
dering van 21 Dec 1926 heeft besloten
bij zijne weigering, om voornoemde be
looningen tot een toereikend bedrag op
de begrooting voor 1927 uit te trekken,
te volharden;
dat mitsdien thans uitvoering behoorde
gegeven te worden aan het bepaalde bij
art. 212, eerste lid der Gemeentewet;
Besluiten:
I. aan voorgeschreven begrooting zoo
als die aan hun collegje ter goedkeuring
is aangeboden hunne goedkeuring te ont
houden
II. aan die begrooting (Hoofdstuk II)
toe te voegen de uitgaaf-posten;
Nr. 9: „Jaarwedde van den ambtenaar
ter Gemeente-Secretarie, den congierge en
boden van het kantoor van dien Gemeente
ontvanger ten bedrage van f1150;
Nr. 38: „Toelage voor onderhoud rij
wiel van den Gemeente-bode ten bedrage
van f40;"
III., den Raad der gemeente Hedik
huizen uit te noodigjen tot dekking dezer
uitgaven nieuwe middelen voor te dragen
en de aldus gewijzigde begrooting ten
spoedigste wederom vast te stellen en aan
hunne goedkeuring te onderwerpen;
IV. den Raad der Gemeente Hedik
huizen mede te deelen, dat, bij weigering
zijnerzijds om de sub III bedoelde mid
delen tot dekking voor te dragen, hun
College alsnog uitvoering te geven aan
het bepaalde in het tweede lid van artikel
212 der Gemeentewet.
Den Bosch, den 12 Jan. 1927.
De Gedeputeerde Staten voornoemd.,
Langzaam knikte het hoofd van den
bleeken Nubi<?r.
Zoio is (heit, o lEgypfe.
Het is goed, Gij hebt mijn wil uitge
voerd.
Wij hebben velen gevangen genomen,
van de priesters van God Amon, oh mach
tige heerschier. Zij liggen in hun cellen
onder het paleis.
De Pharao fronste zenuwachtig het voor
hoofd.
- Gij hebt Rah Neb en dien jongen -ook
meegebracht?
Maar Hiljah zweeg, boog het hoofd
en beefde.
De koning scheen verbijsterd, doch dan
kwam er langzaan] een trek van onhoüd-
bare woede op zijn gelaat.
Spreek, wat is er gebeurd met Rah
Neb en den knaap?
Een ondeelbaar oogenblik staarde de
Nubiër in de oogen des konings, die toor
nend van woede waren. Dan sprak hij
fluisterend de waarheid.
Het was onfortuinlijk, oh Egypte, oh
koning.... Rah Neb was gewaarschuwd
voor -onze komst en toen wij aankwamen
onder den tempel... waren wij te laat...
Hij en de jongen waren weg.
HOOFDSTUK IV.
Pharao's woede kende geen grenzen
meer bij het vernemen van het nieuws der
ontvluchting van Rah Neb en zijn bescher
meling, den gcheimzinnigen jongen, dien
de /aanbidders van Ood Amon hadden voor-
besch/'kt om Aklmaton's troon te bestijgeq,
Het vuur van wraakzucht in zijn hart,
dat zich richtte tegen den vroegeren heer-
De heer Dobbelsteen zegt dat de be-
grooting al weer niet is goedgekeurd, hij
zou nogmaals in beroep willlen gaan bij
de Kroon.
De heer v. d. Brand merkt op dat de
raad al meermalen voorgesteld heeft de
Hoofd. Omslag te verlagen, doch Ged. St.
wenschen dit niet goed te keuren, die
kunnen alleen dwang uitoefenen op een
andermans zak.
De Voorzitter meent dat het 't beste
maar is dat men Ged. St. maar afschaft.
De heer Dobbelsteen leest hierop het
navolgende adres voor
Aan Hare Majesteit De Koningin
der Nederlanden,
Geeft eerbiedig te kennen, de Raad der
Gemeente Hedikhuizen
dat hij in beroep wfenscht te komen,
tegen het besluit van Ged. Staten van
Noordbrabant d.d. 12 Jan. j.l. waarbij
de begrooting voor het dienstjaar 1927
niet werd goedgekeurd, omdat onze Raad
weigerde daarop te brengen:
le. Jaarwedde ambtenaar ter secretarie
ad f 500.
2e. Jaarwedde gemeentebode ad f 650 i
benevens f 40 toelage voor gebruik rij-
wiel
dat, wat gemeentebode betreft, onze
Raad op zijn besluit is teruggekomen en
voor bedoelde functionaris salaris voor
halve dagen heeft vastgesteld op f400;
dat destijds gemeentebode zeker over
tuigd zijnde van de onbillijkheid der te
grootte vergoeding voor zijne functie, voor
stelde dit met f 100—150 te verminderen;
dat verdere motieven, welke onzen Raad
aanleiding gaven, salaris gemeentebode op
f 400 te brengen, alsmede post voor amb
tenaar ter secretarie niet te voteeren, naT
der voor Raad van State zullen worden
verklaard;
dat overigens voor beide functies nog
onverzwakt dezelfde motieven gelden, als
genoemd in de beroepsschriften, betref
fende begrootingen 1925 en 1926;
dat weliswaar bij Kon. Besluit van 1
Sept. 1925 No. 24 en 16 Juni 19<2ö
No. 57 de beroepen van onzen Raad,
ook handelende over bovenstaande punten,
ongegrond zijn Verklaard, doch dat onze
Raad, gedachtig het spreekwoord: „Alle
goede dingen in drieën," deze aangelegen
heden nogmaals ter sprake wil brengen.
Redenen, waarom onze Raad Uwe Ma
jesteit eerbiedig verzoekt, het bestuur Van
Ged. Staten van Noordbrabant, waarbij
goedkeuring werd onthouden aan de be
grooting der gemeente Hedikhuizen, over
het dienstjaar 1927 geheel of gedeeltelijk
te willen vernietigen.
't Welk doende,
De Raad der Gemeente Hedikhuizen.
Haarsteeg-Hedikhuizen, 8 Febr. 1927.
Alvorens verder te gaan vernam de heer
Dobbelsteen gaarne of er nog geen bericht
is ingekomen van Ged. St. op het schrij
ven van den raad van 26 October j.l.
De Secretaris antwoordt ontkennend.
De heer Dobbelsteen zou zich dan ter
zake tot de Kroon willien wenden met
het navolgende adres
Haarsteeg 8 Febr. 1927.
Aan het College van Ged. Staten
van Noordbrabant,
Den Bosch.
WelEd. Zeer Gestr. Heeren,
Tot heden ontvingen we nog geen ant
woord op de gestelde vragen in ons schrij
ven van 12 Oct. 1926.
Indien l5 niet bij machte bent, voor
de eerstvolgende raadsvergadering, hierop
een afdoend antwoord te geven, zlullen
we onderhavige kwesties aan de Kroon
ter beoordeeTTng vuoneggw, - i
Hoogachtend,
De Raad der Gemeen** Hedikhuizen.
Dit voc-fytrj wordt aangenomen met 4
tegen 3 stemmen, tegen de wethouders
v. Engelen en Winkel en het lid v. d. Heij
den. I
Verzoek van het tvestiuw dei Bijzondere
Jongensschool om afrekening van de ge
meentelijke vergoeding over 1926 $n een
voorschot vooi 1927 Over hei vorig jaar
heeft het schoolbestuur reeds f813,90 ont
vangen. De openbare school te Hedik
huizen woidt bezocht door 44 leerlingen,
per leerling heeft het orderwijs daar
f 8,25 per leerling gekost. Te Haarsteeg
gaan 152 leerlingen schoot, de vergoe
ding bedraagt dus in totaal f 1258,88, zoo
dat over 1926 nog betaald moet worden
f 445. Als voorschot op 1927 sal f 1000
worden uitbetaald. Met algemeene stem
men wordt aldus besloten
Nadere bespreking bouw schoolhuis te
Hedikhuizen.
De Voorzitter deelt mede dat nadere
bespreking heeft plaats gehad tusschen
architect en den heer' Fooij' Hoofd der
school. Het resultaat is geveest dat men
ten slotte let overeenstemming is gekomen)
en de bouw waarschijnlijk tusschen de
zes a zeven duizend zal b'ljven. Een ge
deelte van hel oude gebouw is wel te ge
bruiken. B. en W. souden dat wiilen doen
afbreken, indien er werkloosen zijn, door
werkloozen. Een gedeelte dar steenen Kan
worden gebruikt voor de binnenmuren, het
andere gedeelte voor het ie bouwen brand
spuithuisje.
Er wordt besloten iiot oude schoolhuis
af te breken, terwijl de plannen verder
zullen worden uitgewerkt, voor den bouw
van een nieuw schoolhuis, welke plannen
den raad nog nadir ter goedkeuring zullen
worden aangeboden.
Wijziging begrooting 1926. Bij raads
besluit van 21 April 1922 is besloten,
dat de veld^achteis vrije geneeskundige
hulp genieten, thans is e« rekening in
gekomen van dr. v. Seters groot f 72,50.
Besloten wordt de begrooting voor dit
bedrag te wijzigen, Bovendien is nog een
rekening ingekomen voor het onderhoud
van de torenuurwerken, oo\ hiervoor moet
een begrootingswijriging plaats hebben en
waartoe eveneens wordt besloten.
Tot lid van het boofdstembureau wordt
benoemd de heer A. L. v. 4. Heijden, dit
ter vervulling der vacature ontstaan door
het niet aannemen de*er functie door den
heer A. v. Helvoirt.
Tot plaatsvervangende ieden van het
stembureau te Hedikhuiseu werden geko
zen de heeren C. v. Hemert en L. de
Wilt, wegen» het ©verlijden van den heer
Timmermans en hei niet aannemen der be
noeming dour den heer I. A. Buijs.
Daar geen der heeren iets voor dt
rondvraag he+dl, «'ui< d» Voorzitter d<
vergadering
scher over zijn rijk, sediert elke nieuwe
dag van zijn aanbidding van Atjon werd
gewaarmerkt door tegenslag, ontbrandde
tot een laaiendjen gloed, welke zelfs den
dweepzieken Saket met ontzetting vervul
de en afkeer en vrees deed ontstaan in de
gemoederen der Egyptcnaren.
Als Rah Neb hem ontsnapt was, als de
oude priester en zijn beschermeling veilig
verborgen waren door de purperen mist
en nevelen der woestijn, zouden zijne
priesters tenminste het volle tolgeld beta
len voor den vrijen doortocht van hun
meester Rah Neb.
Binnen en buiten het paleis van Pharao
werd een grootsch doodefeest gehouden.
De gewone menschen van het land wer
den gedreigd eer te betoonen aan god
Aton, wiens beeld in aanbidding werd
opgehouden boven de massa, wijl de pries
ters voor de oogen d(er tojeschouwers
werden gemarteld en gedood.
In Pharao's hof vloeide overdadig de
kostbare wijn en Egypte's vorst vierde
in beestachtige ongebondenheid den wil
van Amon en diens priesters. En terwijl
de lichamen der wreed gepijnigden werden
tentoongesteld voor de oogen van het volk
als een afgrijselijke waarschuwing voor
hen, die in hunne harten nog lijefde voor
den gevallen god durfden te koesteren,
schreeuwde de Pharao tot god Aton
Gisteren vergaderde in de onderaardsche
gangen van den tempel van Karnztk een
bende tuig, met hooge woorden en tar
tende houding, betoonden'Cer aan een jon
gen, dien zij reeds den naam van koning
hadden gegeven. Ik Pharao werd ver
doemd. Zijn spottend lachen klonk door
de hal. Ik, Egypte, zou ten val moeten
[Doos 30'60a90tt. Bij Ap>th.en Drogisten.)
worden gebracht, opdat dit kind... de
jongen... zou kunnen regeeren op m
troon. Heden, eu nu sprak Pharao met
zijn waardigheid, die hij oj» dat oogenb
tot zijn dienst had, heden h'eb ik Phai,
gesproken, tin djatdooi' sullen de lie
men der priesters van Amon 'blake;
in de hitte van den middsg. I}p stemn
mijner onderdaneu verheffen ach met
mijne in aanbidding van den god
zon. Waar is die knaap, dfe in mijn pl;
regeetjen zal? Waar is dfe priester?
gisteren nog droomde vea een ande
Pharao?
Aton, aan XJ rij glorie en atte ma
teit. Aan U offeren wij ctrbiedijg de
vens van lien, die Uw macht dur
weerstreven en opstonden ©ra mij'n
te overwinnen. Uw belagers zijn ve
derd, Uwe vijanden rijn gedood. Mo
zullen mijn soldaten de vluchtenden 1
ken i n de woestijn en wejldra zal
bloed vloeien over Uw altaar. Aton, j
en Pharao zullen overwinnen.
Hoort Egypte, leent het oor aan de u
den van uw koningen. Aton en Ph:
Met een gebaat van waardigheid
Hij de verzamelde hovelingen gade en
daarna mei een glimlach van triomif
de lippen langzaam terug fin de kuj
van zijn zeiei en schreeuwt-: lyjd om
wijn....
En toen scheen t;et of üe woorder|
den Pharao werkelijk woerden van
heid waren. De dagen verlengden to
ken, de weken tot maanden, de mai
tot jaren en toch regeeMe Aton
wijl het rijk van Pharao onaang
bleef.
fVfamdt vervol)