Pil nummer Maat uil 2 manen.
Nieuwjaarsgroet
Geen Geweten.
Land van altera
FEUILLETON
iSpierpijn
Kloosterbalsem
Uitgave: Firma L. J. VEERMAN, Heusden.
No. 4770. Woensdag 21 December 1927.
Efuitenlaiid,
Dit Wad verschijnt WOENSDAG en VRIJDAGMIDDAG.
Abonnementsprijs: per 3 maanden f 1.25, en
franco per post beschikt fl.40. Afzonderlyke
nummers 6 cent.
Int. Telefoon no. 19. Postrekening no. 61525.
Advertentiën van 1—6 regels 90 cent. Elke regel
meer 15 cent. Groote letters naar plr»tsruimte.
Advertentiën worden tot Dinsdagmiddag 1 nor en
Vrydagmorgen 9 uur ingewacht.
In het nummer van 1 JANUARI
wordt weder, evenals andere jaren,
de gelegenheid geboden voor het
plaatsen van een
aan Familie, Vrienden, Kennissen
en Cliëntèle.
Tijdige opgave wordt verzocht.
De Administratie.
25-jarig Ambtsjubileum
van Ds. H. DE BRUIN
van Nieuwendijk.
roman tan
REINHOLÜ ORTMAN.
25)
stijve spieren
,,Geen goud
zoo goed"
De brand te Quebec.
Nog eenige bijzonderheden
De correspondent van de »Daily Chro
nicle* seint uit Quebec nadere berichten
over de geweldige ramp in het St. Charles-
instituut.
Het instituut was verdeeld in twee ge
bouwen, het eene was zeer oud, byna ge
heel van bout opgetrokken, terwijl het
•mdere van modernen bouw was.
Op de slaapzalen bevonden zich 500
kinderen, toen des nachts een van de ketels
der centrale verwarming, welke op volle
kracht werkte wegens de buitengewone
koude, ontplofte. De steenkool vatte vlam,
de gasleidingen deelden het vuur aan bet
oude gedeelte van het inBtituut mede en
binnen enkele oogenblikken stegen gewel
dige rookwolken de lucht in.
Onmiddelijk waarschuwden de survail-
lanten de politie en de brandweer, terwijl
de talrijke bewoners, die op het lawaai
afkwamen, dadeljjk het reddingswerk be-
gennen. De brandweer was eveneens snel
ter plaatse en weldra stonden vele ladders
tegen de muren.
Door den rook heen zag men van tijd
tot tijd een redder, aan wiens armen heele
trossen kinderen hingen.
Met bovenoaenschelyke krachten slaagde
men er in het nieuwe gedeelte te redden
en bijna alle kinderen, die daar waren,
werden gered en ontsnapten aan een af-
schuwelyken dood. Helaas was dit niet
het geval met het andere gedeelte, waar
de jongere kinderen beneden 13 jaar ver
bleven. Het vuur woedde er in hevige
mate.
Na het verschrikkelyke bevrijdinswerk
der kleine ongelukkiger), van wie eenigen
half verbrand, anderen door den rook ver
stikt waren, bracht men 16 kinderen en
een vrouw naar het lijkenhuis.
Toen de brand afnam, zette men het
reddingswerk krachtig voort en tallooze
lyken konden geborgen worden.
Aangrypenda tooneelen speelden zich af
op het terrein van brand en by het lyken-
huis, waar bloedverwanten, half waanzinnig
van smart, naar de kinderen zochten, en
de verkoolde resten trachten te herkennen.
Botsing tusschen een onderzeeboot en
een schip van de Amerikaansche kust
wacht.
Uit Provincetown wordt gemeld
De Amerikaansche onderzeeboot S. 4 is
door de Paulding, een torpedoboot vernieler
van de kustwacht, geramd en tot zinken
gebracht. Van de bemanning, 4 onder
officieren en 35 manschappen is niemand
gered.
Een gruwelyke misdaad.
De Crt. bevat het volgend bericht uit
New-York, d.d. 18 Dec.:
Een afschuwelijke moord is te Los An
geles op een twaalfjarig meisje gepleegd
en in geheel Cahfornië wordt naar den laag-
bartigen misdadiger gezocht.
Donderdagmiddag verscreen een tot dus
ver onbekend gebleven man by de meisjes-
r=r j.gruno - 6qomingett
school van Mount Vernon en vertelde aan
de twaalfjarige Marion Parker, dat haar
vader een ongeluk had gekregen en naar
baar vroeg. Zy ging met dea man mede
en eerst in den avond vernam de vader,
dat het meisje dien middag niet op school
was geweest. Hy waarschuwde terstond
de politie.
Vrijdag en Zaterdag ontviog hy vier
brieven, alsmede verschillende telegrafische
en telefonische boodschappen, waarin hem
een losgeld van 1500 dollar voor het kind
werd gevraagd, met de bedreiging, dat het
gedood zou worden, wanneer het geld niet
onmiddelyk betaald werd. Parker kwam
met de politie overeen, dat hy het losgeld
zou betalen, waarna de politie trachten zou,
den misdadiger op te sporen.
Gisteravond half acht belde iemand hem
op en gaf hem bevel, zich naar een bepaalde
plaats buiten de stad te begeven. Parker
deed, zooals hem gezegd was. Een paar
minuten, nadat hy met zijn auto was aan
gekomen, verscheen een man in een
kleine auto, met het meisje naast hem.
»Hier is zyc, zeide hij tot den vader,
»geef my het geld. Zij slaapt nu. Ik zal
haar aan den kant van den weg neerzetten.
Parker deed zooals hem gezegd werd. De
vreemdeling stapte een eind verder uit en
legde het kind neer langs den berm van
den weg.
Toen de vader evenwel by het kind kwam
zag hy, dat de kleine Marion dood was.
Rondom baar bals was een staaldraad ge
bonden, die zoo sterk was aangetrokken,
dat een diepe snede was veroorzaakt. Beide
beenen waren dicht bij het lichaam afgesne
den.
Meer dan 200 rechercheurs uit Los An
geles en de politie uit alle omliggende steden
speuren thans naar den moordenaar. Ook
draadloos is om zijn aanhouding verzocht.
(W.ordt vervolgd.)
voor lint Land nan Neusden en Alteaaje Laiastraat en de Bonelervaard
Reeds vroeg vulde LI. Woensdag
avond zich 't kerkgebouw, en toen do
klok 6 uur sloeg, waren zoo goed als
alle plaatsen bezet. Nauwelijks had onze
pastor den kansel beklommen o'f spon
taan werd hem Ps. 134:3 toegezongen.
Daarop las ouderling van H. voor 2 Cor.
4, waarna de jubilaris aan 't woorl
kwam.
Heden, 14 Dec. is 't 25 jaar geleden,
dat 'k door mijn vader in 't geliefde ambt
werd bevestigd met de wooren, ontleend
aan Colossenzen: „Zie op de bediening
Deze woorden maakten op mij een
diepen indruk. Ze bleven me bij en kwa
men me telkens weer in herinnering, sinds
de plechtige ure der bevestiging.
Met blijdschap heb ik 't herdersambt aan
vaard en na lange jaren van voorbere1-
ding, zag ik dan mijn lang gekoesterd'.-
wensch vervuld. Maar ook een siddering
greep me aan, als ik gedacht aan de
moeilijkheden aan den toch zoo heerlijken
arteid verbonden Want, wie is tot al de
ze dingen bekwaam Doch met dankbaar
heid en innige blijdschap des harten blik
ik terug op de voorbij gegane jaren.
Beschaamd ben ik, als ik zie op me zelf,
als ik zie op mijn zonden. Maar bovenal
vervult de dank aan God mijn ziel Die
alles maakte. Hij riep me tot Zijn dienst
verkwikte me, als ik moedeloos was, bood
me hulp, zoodat ik staande bleef. Eben
Haëzer !Maar nu de keerzijde! Mijn werk
was vaak zoo gebrekkig, mijn ontrouw
zoo groot en de Heere zou geen onrecht
doen, wanneer Hr; zeide: „Werp dien
onnutten dienstknecht uit I" Daarom lag
't eerst i n mijn bedoeling dezen feest
dag in stilte te laten voorbijgaan, om den
volgenden rustdag er enkele woorden aan
te wijden. Maar dat ging niet. Groote
bezwaren doen zich nu voor. De aandacht
zal nu vooral geconcentreerd zijn op mijn
persoon, en ik wilde u spreken over Lu-
kas 1710 Spreker wijst dan allereerst
op verschijnsel, dat er schijnbaar geen
verband bestaat tusschen deze gelijkenis
en 'teerste gedeelte van het hoofdstuk
Toch is dat niet zoo. Want, zooals een
slaaf geheel ten dienste staat van zijn
heer, en op geen loon mag hopen, zoo
is ook de geloovige verbonden aan den
dienst van God. Maar die dienst is een
dienst der liefde en brengt met zich mede
't loon der genade, let wel,- niet der ver
dienste.
Gezongen wordt nu Ps. 898.
In 't tweede gedeelte van zijn rede,
spreekt do jubilaris vooral over de voor
bij gegane kwarteeuw, en ontmoedige
Jank vervult, daarop ziende, zijn hart
Hij zegt ongeveer 't volgende:
„Gesproten uit een godvruchtig ge
slacht, dat veel dienaren des Woords te1-
de, niet alleen hier te lande, maar ook in
N. Am. en Zd. Afr„ was 't reeds vroeg
mijn begeerte om. evenals mijn vader,
predikant te worden. Deze stelde me ech
ter herhaaldelijk op de proef, of die be
geerte. wel uit 't rechte beginsel voort
vloeide. Hij trachtte mijn studie in an
dere richting te leiden, maar ik bleef bij
mijn wensch Hoe verheugd was mijn
vader, t oen hij me in mijn ambt bevestig
de met bovenaan gehaalde woorden. Hoe
leefde hij mee met al mijn arbeid, hoe
vaak heeft hij mij geholpen en herder
lijk werk voor me verricht door 't be
zoeken der kranken. Hoe vurig hoopte
»k, dat hij dezen feestdag beleven mocht,
maai- in 't voorjaar nam de Heere hem
weg van onze zijde. Na mijn gymnasiale
opleiding, studeerde ik aan de Hooge-
school te Kampen. Van de hoogleeraren,
bij wie ik college liep, is alleen de hoog
bejaarde Lindeboom alleen nog in laven
Dankbaar ben ik hen voor alles wat ze
geweest zijn voor mij.
'Mijn eerste gemeente was OUD-LOOS-
DRECHT. Dank, alle gij vrienden, dia
mij steunden in de eerste jaren van
mijn gemeentelijken arbeid. Velen rus
ten r eeds in 't graf, en een jonger ge
slacht is opgegroeid en., een van hen
's in ons midden.
Teen volgde een beroep naar ENSCHE
DÉ. Nog levendig herinner ik me, welk
een zwaren strijd mij dat kostte. God
riep. Ik gevoelde het. De overgang was
groot! Van 't landelijke leven overge
plaatst naar 't drukke industriecentrum,
't brandpunt der sociale kwestie. Hier
vond ik een bloeiende gemeente, die zich
meer en meer uitbreidde. Vooral Evan
gelisatie was hier eveneens een vrucht
baar terrein.
Van E. voerde mijn weg me naar NIEU
WENDIJK. Weer een groote overgang.
Welk een verschil in karakter der bevol
king. Welk een verschil in 't kerkelijk
leven. Toch gevoelde ik me hier spoedig
thuis en mag nu reed9 13 jaar onder u
arbeiden. Menigmaal kwam een beroep
naar elders, maar telkens vond ik vrij
moedigheid te blijven. In blijde en droeve
dagen hebt gij. gemeente, medegeleefd
Hartelijk dank. Bijna 3500 maal mocht
ik optreden. Naar 't lichaam gezegend
met een sterk gestel werd ik slechts
enkele malen verhinderd u voor te gaan.
Toch, als ik mijn loopbaan overzie, doe-
O
„Ik geloof u doctor, dat u het goed
met mij meent en ik zal u daarvoor steeds
tot den hartelijksten dank verplicht blij
ven. Maar u wenscht toch een geheel
openhartig, oprecht antwoord van mii
te ontvangen, niet waar?"
Met saamgeknepen lippen knikte h'j
zwijgend. Hij kreeg een gevoel, alsof een
ijzige windvlaag plotseling al zijn hemel
hoog© luchtkasteelen aan het wankelen
bracht.
„Ik wil niet vragen, waardoor u tot de
overtuiging gekomen bent, dat mijn te
genwoordige toestand een pijnlijke en bij
na onverdraaglijke is", ging Ingeborg
voort., „en aangezien ik uvoormp vrienl
houd, wil ik u daarom openlijk beken
nen. dat uw vermoeden u niet bedrogen
heeft Ja. ik verlang van ganscher harte
weg te komen uit dit huis, waarin bin
nen korten tijd een vreemdelinge de
plaats van mijn onvergetelijke moeder zal
innemen. Dit steTke verlangen evenwel
ik moet u dat eerlijk bekennen, doc
tor zou ook de eenige reden zijn, die
er mij toe zou kunnen doen besluiten,
uw aanbod aan te nemen. Nog ben ik niet
in staat de liefde, die u verzekert voor
mij te gevoelen, op dezelfde wijze te be
antwoorden en ik vrees bijna, dat achting
en dankbaarheid u ontoereikende ersat.'.-
middeltn zullen toeschijnen voor datgene,
wat u in werkelijkheid van mij hoopt."
Haar woorden waren ten laatste nau
welijks verstaanbaar geweest. Haar
zfclfbebeeTscbing, waartoe zij zich met
moeite gedwongen had, was zichtbaar
bijna ten einde. Artois wist echter on
middellijk den juisten, vriendschappelij-
ken, warmen toon te treffen, die de situa
tie redde.
„Uw antwoord, dierbare Ingeborg, ver
rast mij minder, dan u vermoedt Onze
kennismaking dateert pas van eenige we
ken en u hebt in den laatsten tijd onder
den druk van zulke eigenaardige omstan
digheden geleefd, dat het zoete wonder
der liefde zich wel nauwelijks in zijn
volle heerlijkheid aan u heeft kunnen
openbaren. Indien de omstandigheden
het mij veroorloofd hadden, dan zou ik
er ook stellig de voorkeur aan gegeven
hebben nog te zwijgen en zoo lang in stil
verlangen naar uw gunsten gedongen heb
ben, totdat datgene geschied was, dat
volgens mijn vaste overtuiging op zekeren
dag ongetwijfeld geschieden zal. Maar
terwillc van uzelf heb ik gemeend nie!
langer te mogen aarzelen, terwijl ik than-
bovendien de gelukkige zekerheid bezit
dat achting en dankbaarheid hier niets
anders zijn dan de voorboden en verkon
digers der liefde; daarom is datgene, war
u mij thans wilt toestaan, afbetaling
genoeg op het toekomstige, kostbare ge
schenk. Ook wanneer de wereld mij als
uw echtgenoot beschouwt, zal ik slechts
uw tiouwe, onbaatzuchtige vriend zijn,
totdat dc aandrang van uw eigen hart u
men tal van te kort komingen op voor
mijn geest, maar ik weet bij God is ver
geving. Hij heeft 't welgemaakt. Alleen
Gode de eer!
Na 't zingen van Ps. 909 volgden de
toespraken en gelukwenschen der afge
vaardigden van de verschillende kerken
We merkten op als zoodanig afgevaar
digden uit Oud-Loosdrecht, Enschedé,
Almkerk, Dussen, Werkendam, Giessen,
Rijswijk en Andel.
Ook Burgemeester Bergmeijer sprak
huldigende woorden.
De jubilaris dankte daarna voor de
waardeerende woorden, liet tenslotte zin
gen Ps. 72:11 en ging in dankgebed
voor!
Gelegenheid werd nog gegeven Ds. de
Bruin te feliciteeren in de consistorie
kamer. Yelen maakten hiervan gebruik!
dadelijk wrijven met het eenige middel
dat tot diep in Uw spieren doordringt
en U snel weer lenig maakt! Akkers
Brand in een ziekenhuis te Quebec.
Verscheidene kinderen omgekomen.
Een United Press-telegram uit Cnebec,
voorkomen in de Tel., meldt, dat te elf
uur brand is uitgebroken in het Prince
Chaxles-ziekenhuis. Zeventien kinderen en
een zuster kwamen in de vlammen om. De
brand, die om drie uur 's morgens nog
steeds voortwoedde, hac'vt baar schatting
een schade van vijftigduizend dollar aan
gericht.
Volgens een nader bericht, dat tot dus
ver nog niet werd bevestigd, zou het aan
tal idooden dertig, volgens een ander tele
gram zelfs vijftig bedragen.
Belangrijke diefstallen te Berlijn.
Opnieuw is een groote inbraak te Eer
lijn gepleegd. Er werden uit een dames
modemagazijn voor 500 mark kant, voor
10.000 mark bont en voor 27.000 mark
zijde gjestolen.
—o
Tragisch ongeluk.
Op de Poletzkibrug te Praag reed een
vrachtauto t egen een kolenwagen2 vrou
wen en een kind werden door het groote
gat, dat in de brugleuning ontstond in
de Moldau geworpen. Verder werd een
vrouw g edood en een tweede werd beide
beenen verpletterd.
O*—-
zal aansporen mij hoogere rechten te ver-
leenen. Bent u met deze verklaring tevre
den, Ingeborg? En u wilt mij nu toestaan
deze lieve, aangebeden hand als de mijne
te beschouwen?"
„Ja!" antwoordde zij toonloos en Ar
tois gaf haar het eerste bewijs van zijn
ridderlijke gevoelens, door haar niet aan
zijn borst, te drukken, doch doo^ er zioh
mede tevreden t e stellen, haar hand aan
zijn lippen te brengen. Een siddering voer
door haar leden, toen zij de brandende
aanraking voelde, die zoo hemelsbreed
verschilde van die kus, welke Valentin
Düringhoffen een kwartier geleden op
haar slanke vingers gedrukt had en niet
in staat zich nog langer te beheerschen
bedekte zij snikkend haar oogen met de
vrijgebleven linkerhand.
„Gaat u [thans heen, doctor", hernam
zij na eenige oogenblikken, gedurende
welke Artois haar teedere, bemoedigende
woorden had toegesproken. „Ik zal mijn
vader alles meedeelen zoodra hij thuis
komt."
„Indien mijn raad voor u van eenig
belang is, lieve Ingeborg, dan zou ik a
willen vragen, van dat plan voorloopig af
te zien. Het zou immers een allesbehalve
runstigen indruk op hem maken, wanneer
le professor het eerst uit uw mond ver
nam, wat zich hier heeft afgespeeld.
Laat u het maar gerust aan mij over hem
daarvan in kennis te stellen en
hem om uw hand te vragen".
„Maar het bezwaart mij zeer, dit ge
heim voor hem te verbergen. Juist nu
zon ik niets willen doen, dat hem aanlei
ding zou kunnen geven, mij elen gerecht
vaardigd verwijt toe te voegen".
O
O
„Ik begrijp uw gevoelens volkomen en
ik eerbiedig ze. Nooit zou het in mij op
komen u ervan te verdenken, dafc u langen
tijd geheimen voor uw vader zoudt ver
bergen. Maar het gaat in het uiterste ge
val slechts om een uitstel van enkele
uren. Vanavond nog denk ik met uw
vader te spreken, voor het geval hij ten
minste niet zal weigeren mij te ontvan
gen".
„Goed dan! Ik schik mij geheel naar
uw wil. Maar het zal dan nog noodza
kelijker zijn, dat u thans vertrektl Hij
kan ieder oogenblik terugkomen".
Thans maakte doctor Artois geen ver
dere tegenwerpingen meer en nadat hij
haar nog eens teeder de hand gekust had,
richtte hij zijn schreden naar de deur.
Halverwege bleef hij echter staan, om op
onverschilligen toon, als gold heti een
opmerking van ondergeschikten aard, te
zeggen: Zelfs al zon het meisje daarvau
iets mogen verraden, dan zal mijn be
zoek voor den professor nauwelijks
iets opvallends hebben. Ik ben dan op
precies dezelfde wijze ontvangen, zooils
u eerst ook Valentin Düringhoffen hebt
ontvangen. Want u hebt hem toch ge
sproken niet waar?"
„Ja" !De toevallige ontmoeting met den
heer Düringhoffen was mij zeer welkom,
daar ik nog iets jegens hem goed te
maken had".
„Ah vandaar dus die warme geest
drift, waarmee hij beneden op de steenen
trap over u sprak. De dochter van den
deurwaarder Leopard had dat echter niet
mogen hooren".
Zichtbaar onaangenaam getroffen keek
Ingeborg op: ,;De dochter van een deur-
O
waarder? En waarom niet? Wat» heb
ik met haar uit te staan?"
„U natuurlijk niet het minste! De heer;
Düringhofffen echter vermoedelijk des te
meer. Er bestaan, naar ik vermoed, zeer
innige betrekkingen tusschen hem en dit»
jonge meisje, dat
„Ik zou mij niet gaarne met de privé
aangelegenheden van uw vriend inlaten^
doctor", viel Ingeborg hem met rustige
vastberadenheid in de rede. „En mynheer
Düringhoffen is toch nw vriend, naar ik
meen gehooid te hebcen".
„Zeker, zeker'. Wij zijn oude studiemak*
kers. Een voortreffelyk mensck ea
ik twijfel er niet aan, of hij zal in eea
huwelijk met jufffrouw Leopard zeer ge«
lukkig worden Maar u hebt gelijk, het is
feitelijk beter, dat ik den professor
thans niet ontmoet'.
Hij vertrok, maar hij - keerde niet dl-i
reet naai zijn eigen woning terug, want
hij trad een naastbijgelegen postkantoor
binnen, om daar op de achterzijde van
een telegramformulier haastig eenige
woerden' neer te schrijven. Eenige minu-i
ten had hij het epistel in een couvert
gesloten en den brief op straat aan een
jongen overhandigddie aangemoedigd
door een flinke fooi zich haastig verwy-i
derde in de richting van het stadsges
deel te, dat het adres aangaf.
De enveloppe droeg het adres van Mej.
Edith van Manstein en daarboven prijkte
het dik onderstreepte woord: „Eigene
handig", i