Tweede Blad
lo. 5032 Vrijdag 27 Juiil
POSTER'
voor het Land 3
van Heusden en Altena,
de Langstraat
en de Bommelerwaard.
Vreest geen Examen
Het geheim van de Lift.
JL RugpijnNieren Pillen
kinderrubriek.
FEUILLETON
Ingezonden.
Zomersproeten ver
dwijnen spoedig door een pot
Sprutol. Bij alle Drogisten.
Rugzwakte?
BEHOORENDE BIJ HET
Draag zoo noodig zorg voor uw
nieren! Die pijn in de lendenen; die
nare urine en blaasstoornissen, hoofd
pijn en duizeligheid; dat vermoeide
en zenuwachtige, prikkelbare gevoel;
zij behoeven niet te blijven voort
duren. Zij kunnen overwonnen wor
den door de verzwakte nieren te
hulp te komen.
Beproef het middel, dat door zoo-
velen uit eigen ervaring wordt aan
geprezen: Foster's Rugpijn Nieren
Pillen. Wacht niet onnoodig langer,
doch begin nog heden met het ge
bruik. Het is immers aanbevelens
waardig om uw kwaal geen gelegen
heid te geven zich verder uit te
breiden. Foster's Pillen zijn geen alles
genezend middel, doch dienen uit
sluitend voor de nieren en blaas, en
tegen de uit verzwakking dier orga
nen voortkomende kwalen.
Verkrijgbaar bij alle drogisten enz.
in glazen verpakking a f 1.75 p. flacon.
Beste jongens en meisjes.
Oplossingen der vorige raadsels:
1 1. Een school visschen.
2. Berk el Berket.
3. De schildwacht.
De nieuwe raadsels zijn:
1. Welke tafel wordt nooit gedekt,
maar geeft toch dikwijls hulp?
2. Welke wind kan nooit waaien?
3. Wie heeft geen hoofd en toch
wel een hals?
4. Wie heeft maar één voet en is
toch niet mismaakt?
,5. Wat is de sterkste drank, die
toch nog nooit iemand dronken
heeft gemaakt?
DE AVONTUREN VAN DIKSIE
IN KABOUTERLAND.
Diksie en kabouter Snop reden op
hun konijnen door, recht op het bosch
af. Langs een kronkelig boschpaadje
sprongen de konijnen lustig voort, raar
den vijver toe. Toen ze evenwel uit
het dichte kreupelhout op het open
grasveld kwamen, dat om de bosch
vijver lag, hielden ze stil en kabouter
Snop en Diksie keken hun oogen uit.
Want wat zagen ze daar?
Aan den oever van den vijver, met
hun rug naar Diksie en Snop toe, za
ten naast elkaar wel twintig groote
waterjuffers, met goud en groen glan
zende lijven en elk wel twee paar ga
zen vleugels. Ze zongen samen het juf
ferlied en vóór hen, boven den vijver,
zweefde een koningsjuffer, met gou
den lijf en blauw glanzende gazen vleu
gels. Deze koningsjuffer deed erg ijdeJ.
Ze keek aldoor in het spiegelgladde
water hoe mooi ze wel was en maak
te allerlei nuffige zwaaien en draaien
om de anderen te laten zien, hoe goed
ze wel kon vliegen, en onderwijl riep
ze: „Kijk, juffers, zien jelui me wel?
Hoor eens, waterjuffers van den bosch
vijver, ik heb het geheim van Kabouter
koning Dokus ontdekt. Ik weet waar
hij het reukwater opbergt, waarmee
de bloemen hun geur krijgen. Het zit
in de kast in den ouden eik. En ik...
ik heb het sleuteltje! Wat zeggen' je
lui daar van? Nu kunnen we net zoo
veel en zoo lekker ruiken als we maar
willen!
„Hoera!", riepen alle waterjuffers van
den boschvijver en wuifden met haar
vleugels. Maar Diksie, die het heel
erg leelijk van den Koningsjuffer vond,
dat zij het sleuteltje van Koning Dokus
had weggenomen, vergat heelemaal dat
hij geen kabouter was ten minste
gjeen echte was en riep hardop:
„Ik vind het heel leelijk van je, ko
ningsjuffer, en je moet ons dadelijk
dat sleuteltje geven, om het aan koning
Dokus terug te geven!'"
Diksie liep meteen hard öp den vij
ver toe. Maar hij had nog geen tien
passen gedaan, of de waterjuffers, die
wel eventjes geschrokken waren, sloe
gen hun vleugels uit en vlogen in»
een groote zwerm heen.
„Dat had je niet moetn doen, Diksie,
want nu zijn ze gevlogen!", sprak Snop,
de kabouter. „Wat moeten we nu be
ginnen
Diksie was erg bedroefd, dat hij
de waterjuffers weggejaagd had én met
zijn tweeën zaten ze mistroostig aan
den vijver om een plan te bedenken,
om het gouden sleuteltje van de Ko
ningsjuffer terug te krijgen.
„Hm hm'", zei eensklaps een heel
fijn stemmetje naast hen in het gras.
Ze keken verbaasd op en zagen een
klein vogeltje, een roodborstje zitten,
dat hen met zijn kleine ronde oogjes
vriendelijk aanzag en zei: „Ik heb al
les gehoord, kabouters, en ik ben ook
boos op de Konnigsjuffer. Mag ik jelui
bondgenoot zijn? Dan zal ik gaan kij
ken, waar de waterjuffers naar toe ge-
vloge zijn. Is dat goed?"
„O, dat is prachtig! Dank U wel
Roodborstje", zei kabouter Tnop ver
heugd en nam beleefd zijn puntmutsje
af. Meteen vloog het roodborstje heen,
de waterjuffers achterna.
„Ik ben erg blij, dat het Roodborstje
ons wil helpen", zei kabouter Snop
tot Diksie, „maar wie wreet, waar de
waterjuffers heelemaal haar toe gevlo
gen zijn. En hoe moeten we er dan
zoo gauw naar toe komen? Want mor
gen moeten de bloemen allemaal hun
geur ontvangen uit het kastje met reuk
water.»
Nauwelijks had Snop dit gesproken,
of er kwamen twee ooievaars achter
een boom vandaan gestapt. Ze stap
ten heel deftig en keken erg geleerd,
alsof het professoren waren. Ze bleven
voer Snop staan en zeiden: „Kabouter
was je vergeten, dat je tooveren kunt?
Elke wensch van je wordt vervuld.
Je wenschte door het luchtruim heel
snel gedragen te worden? Welnu, hier
zijn wij. Jelui kunt ieder op één van
ons plaats nemen en als jelui ons dan
zegt, waar je heen wilt gaan, brengen
we je er binnen vijf minuten naar toe!"
Houdt Uw Duiven gezond!
Te Heasden: W. C. STAL, Apotheker
Rijswijk N B.A. MOOY Sleenwijk
A. KORSMAN.
want er is een middel dat U kalm houdt
en waardoor Uw geest helder blijft.
Mijnhardt's Zenuwtabletten behoeden U
voor zenuwachtigheid. Ze zijn verkrijgbaar
in kokers van 75 et. bij Apotb. en Drogisten.
(Buiten verantwoordelijkheid der Redactie)
Een gesprek welke j.l. Vrijdagavond
werd aangehoord op de Zuidenkade,
tusschen de 2 welbekende boezem-
viienden, Willem Por en Cornelis
Komkommer.
Na een praatje over 't warme weer
en de slechte tijden tegenwoordig, ontspon
zich een lang gesprek tusschen Willeme
en Keessie.
KeessieIk ben blij dat ik u weer
eens zie.
Wim Wel waarom
Kees Wel ge had de vorige keer zoone
haast, dat wij nog niet half uitgesproken
zijn.
Wim Maar jongen, wat weet je dan
nog?
Kees Wel Wim, hebt je dan niet ge
hoord dat diejen „Boer" afstand geteekend
heeft van zijn land, 't welk hij toch goed
kon gebruiken.
Wim Daar hebt ik nog niks van ge
hoord.
KeesMaar heb je dan niet gehoord,
waar diejen „Boer" woond
WimIk geloof van in ,,'n polder,"
maar waar weet ik zóó precies nietmaar
het „land," waar ligt dat dan
Kees wel tusschen een „kerk" en een
„school" in jongen en wat zouden ze nu
met diejen grond van plan zijn
Wim Wel daar zal misschien wel een
„Dierenhuis" op gebouwd worden.
KeesWel neeje jongen, dat zegde
weer glad verkeerddat zal wel een
„Dierendoktershuis" moeten zijn en wan
neer zouden ze daar dan mee beginnen
Wim Ja Kees, dat weet ik ook niet,
maar ik denk dat het er al gauw komt.
Kees Maar Wim, wie zou dat op touw
hebben gezet, om zoo'n grap uit te halen.
Wim Wel Kees ik droomde dat
de „Drankies" en de „Zall" die voor de
dieren gebruikt worden zoo onder 't stof
stonden, dat het meer dan erg was en
nu hebben ze zeker een goed woordje voor
Naar L. Grou.
Eenige geautoriseerde bewerking door
J. Boonen en Cor Wouters.
10.
Vóór hem had men zooeven een deur
dicht gesmeten.
Na een oogenblik geaarzeld te heb
ben stapte hij er naar toe, maar een
der twee bewakers stond plotseling op
en versperde hem den weg.
Waar wilt u heen mijnheer?
Ik volgde mijnheer Marteau, ant
woordde Tortoran, en...
Heeft hij u onderweg laten staan ?j
spotte de bewaker. Dat verwondert me j
niet van hem... Wacht een oogenblik'
Hij is zooeven bij den baas binnenge-
gaan.
Terwijl hij die woorden uitsprak,}
wees de man naar de deur...
Tortoran ging twee stappen achter
uit, plots aangegrepen door een eer
biedige vrees, bij de gedachte dat hij
op het punt stond zoo maar in het!
vertrek van den almachtigen bestuur
der van de Gazette de Paris te vallen.
Hij liet zich in een breeden club
zetel neervallen en mompelde:
Ik ben verloren... Marteau is de
baas gaan toonen wat hij waarschijn
lijk, een samenraapsel van dwaasheden"
noemt... Ik word hier zonder compli
menten buiten gewipt...
Arnould, riep de chef der repor
tage.
De kantoorbewaker die zooeven Tor
toran had aangesproken, sprong op...
Loop naar de redactie, ging Mar
teau voort. Ge zult daar in de groote
zaal een nieuwe redacteur vinden, een
jonge. Breng hem naar den baas... Hij
heeft een bril op en heet... Romoran...
Sartoran... of zooiets.
i De deur werd weer dicht geslagen.
Alfred, bevend van ontroering, was
opgestaan...
Arnould, zich tot hem wendend,
\Toeg:
Kent u een opsteller die Romoran
heet?
Tortoran, verbeterde zachtjes de
aangesprokene... Dat ben ik...
Goed, de baas vraagt naar u..J
Ik weet het. Ik heb het gehoord...
Met een onzekeren stap en kloppend
hart trad de jongeling op het vertrek
van den bestuurder toe...
Een oogenblik, ik zal u aandienen,
zei Arnould.
Hij trad het kantoor binnen, en ging
uit den weg om Alfred door te laten,
terwijl hij met een stentorstem aan-f
diende:
Mijnheer Carburan...
Alfred met drogen mond fin toe ge
knelde keel, boog, niet zonder mep
'heeschc stem zijn naam opnieuw ver
beterd te hebben:
Tortoran... Tortoran, heet ik.
Vóór een groote Amerikaansche
schrijitafel, zat een man van ongeveer
zestig jaar. In de hand hield hij de
vellen kopy, die de nieuw aangekomene
(dadelijk herkende als degene die hij.
zooeven had volgekrabbeld.
Nevens hem stond Michaux en
Marteau onbeweeglijk. Ze glimlachten
en dat scheen Alfred een gelukkig voor-
tecken te zijn.
Eindelijk sprak de baas:
Hebt u dit artikel samengesteld
mijnheer? vroeg hij.
Jawel, mijnheer.
Aan welk dagblad hebt u reeds
gewerkt
Aan geen enkel, mijnheer... Dit
is mijn begin...
Verduiveld... U hebt geen onge
lijk, Marteau, deze jongen is een ech
te baas in de reportage... Laat hem»
die heele zaak vervolgen. Hij zal eri
zich beter dan wie ook doorslaan...
Terwijl hij zich opnieuw tot Torto
ran wendde, hernam hij
i U zult zich voor de Gazette de
Paris met dit drama bezighouden, waar
in het nog niemand gelukt is het min
ste licht te brengen... En van af he
den, maakt u voor goed deel uit van
'de redactie... t
Alfred geheel buiten zichzelt van
vreugde, putte zich uit in bedankingen,
die hij het volgend oogenblik in do
redactiekamer tegen Marteau herhaalde,
wiens uitmuntend karakter, verborgen
onder den schijn van woestheid 'en
hoon, hij nu volkomen wist op prijs
te stellen.
Komaan, 'komaan, antwoordde de
chef. U zult me morgen bedanken...
Ja, vergeet nu niet... van af 's morgens
Vroeg maakt u even een ronde in de
fRue d'Hauteville, in het huis van de
„geheimzinnige lift". En nu, naar bed.
Het wordt weldra middernacht...
En ik, die mijn avondmaal nog
niet heb genomen! galmde Tortoran
uit, die tot het bewustzijn der vverke-
die persoon gedaan bij diegenen lie er
veel af en toe kunnen doen.
Kees Wel Wim, dat zal centen kosten.
En wie moet het ten slotte betalen
Wim: Wel de armlastige, jongeD, maar
ik hoop maar dat het er niet door gaat.
Kees Nou, gij zult het eens zien, dat
het er komt, want de meeste menschen
die hier over moeten beslissen die hebben
óók beesten, en die hebben ook graag
schoone middelen. Maar ik geloof toch
wel Wim dat de helft er van dat niet
zoo zwaar zit.
Wim Als dat waar is Kees, dan gaat
het niet door. En als er dit ook doorgaat
dan hadden ze diejen anderen amhtsman
ook wel een „Huis" kunnen geven, daar
had hij net zoo veel recht op.
Kees Stil is, Wim I Ik geloof dat er
volk in de buurt is, want dan gaat
het weer net als de vorige keer, dan
komt het nog in de krant hetgeen wij
hier weer besprekenen dat is toch niet
noodig.
Wim Kletst niet kerel, ze liggen hier
op de Kaa allemaal al op bed.
Kees Ik heb er anders 't mijne niet
van hoor
Wim Zeg Kees, het de nog iets ge
hoord van die persoon hier op de Steeg?
Kees Ja Wim, ik hoorde van de week
op de „scheerwinkel" zeggen, dat hij in
hooger beroep is gegaan.
Wim Dus Kees daar zal die „vereeni-
ging" die dat zoo netjes bewerkt heeft
wel meer van hoorenen het de ook
nog niks gehoord van de vroedvrouw?
Kees Ja Wim, ik hoorde gisteren zeggen
dat er al sollicitanten voor opgeroepen
zijn.
Wim En zouden er nogal veel gestolle-
teerd hebben.
Kees: Ik geloof van wel Wim, want
ik meen gehoord te hebben, van n 1
Wim Dus dan kunnen ze maar uit
zoeken Kees, vindt de dat ook niet.
Kees Ja jongen dan is er keus genoeg
en over de waterleiding hoorde zeker ook
niets meer.
Wim Daar hoefde ook niks meer over
te hooren, Kees.
Kees Wel waarom niet Wim
Wim Wel ge hebt toch zeker ook wel
gehoord dat het water al jaren geleden
voor drinkwater is afgekeurd en nu is
het weer véél beter geworden jongen,
want ge ziet geen een „Eend" meer in
't water, die hebben ze allemaal opge
ruimd en pompen slaan zeggen ze, maar
daar komt ook niks van.
Zeg Kees het wordt al laat en ik moet
morgen met vacantie, dus ik ga slapen.
KeesNou Wim ik hoop als gij terug
komt van de reis, dat ik wat meer kan
vertellen hoor, hoe de zaken staan.
Wim Ik hoop het ook Kees, wel te
rusten en veel plezier jongen.
(Buiten verantwoordelijkheid der
Redactie.)
Sleeuwijk, 23 Juni 1930.
Mijnheer de Redacteur!
Vriendelijk verzoek ik U het onder
staande nog ter beantwoording, van
het ingezonden stuk van den heer B.
van Hoven te Meeuwen in Uw blad
van 18 dezer, te willen plaatsen.
Genoemde heer maakt bezwaar te
gen de publicatie en de rondzending
van onzen, aan hem gerichten brief.
Maar publicatie en rondzending heeft
de heer Van Hoven toch aan zich zelf
lijkheid was gekomen. 1
Marteau antwoordde op ernstigen
toon
De eerste deugd van een journa
list, is het zonder zijn middag- of zijn
avondmaal te kunnen stellen, naar ge
lang hij tot een avond- of morgenblad
behoort.
VIL
OVER HET NUT VAN DE TABAK.
De zonderlinge verdwijning van den
kassier Gardenois, had dadelijk de
jopenbare meening geboeid. Ze werd
het onderwerp van alle gesprekken.
Eerlijk gezegd, waren de dagbladen,
uitgezonderd de „Gazette de Paris'",
zeer spaarzaam in bijzonderheden.
Van het drama zelf kende men slechts
dit enkele feit: Célestin Gardenois was
in tegenwoordigheid van al zijn col
lega's van het huis Lambert in de
lift gestapt. Het toestel was in zijw
tralieraam omhooggegleden, waar tot
de eerste verdieping geen uitweg be
stond, en waar het ledig is aangeko
men, zooals de getuigenis van den heer
Réné Lambert zelf het bewees.
Wat het „niet officieele" van de zaak
betreft, had slechts Tortoran, dank zijn
onderhoud met Lucette, oorspronkelij
ke en volledige inlichtingen kunnen ge
ven. Deze omstandigheid had hem, zoo
als we het hebben gezien, dadelijk de
■vermaardheid van „baas in de reporta
ge" verschaft
Maar, na de vreugde van dezen goe
den uitslag te hebben genoten, had
'hij van af den volgenden) dag, een
bittere onrust gekend.
te wijten, door de wijze waarop hK,
zonder ons bericht af te wachten,
vergadering met den heer Vap der
Wal als spreker aankondigde.
De heer Van Hoven ontkent, ook!
niet, dat ik hem had doen weten, dat
ik over een verder debat tusschen.
hem en Ds. Wiersma zou komen spie
ken. Hij meent nu daarmede niet te
maken te hebben, omdat hij geen ver
antwoordelijkheid aanvaardde voor
hetgeen anderen hem schreven pf
toezonden. Het schijnt dus tot de mo
raal van den heer Van Hoven te be
hoor en, dat hij zelf doet, wat hij ia
anderen verkeerd vindt, omdat die
anderen het verkeerde doen. Dat js
I nogal zonderling.
De heer Van Hoven beweert n\\.
dat hij niet geweten heeft, dat Ds.
Wiersma naar Schiermonnikoog was
beroepen, daarheen verhuisd enz. Ook;
dit is zonderling. Want in kerkelijk!
nieuws zal genoemde heer toch wé
belang steUen en onder de kerkelijke:
berichten in de grootere bladen heeft
beroep, aanneming daarvan, intre
de en dus verhuizing van Den Haag
naar Schiermonnikoog gestaan.
Omdat wij m de vergadering te
Meeuwen, waar IDs. Wiersma sprak!,
na 10 uur even doorvergaderden,
meent- de heer Van Hoven, dat wijl
het ook wei tot 12 uur hadden kun
nen doen. Hier is ide heer Van Hoven
op zeer gespannen vioet met de waar
heid. Want hij was er bij, toen ik ais
voorzi.ter der vergadering om io.ïc*
aan den oudste der aanwezige ge
meentelijke politie-ambtenaren vroeg
te mogen doorgaan en deze verklaar
de 'geen recht te hebben tot het toe
staan van verdere overtreding vaja
het sluitingsuur, dat op 10 uur was
bepaald.
Het aanbod om een nieuwe deba*-
vergtadering tusschen den heer Van
Hoven en Ds. Wiersma geheel op
onze kosten te doen plaats hebbenl
verklaart de geachte inzender nu afe
een tegemoetkoming. Zooiets van ge
volg van gewetenswroeging. Neei^
waarde heer, Ide taak is anders. Reeds
aoo menigmaal hebben Uwe geestvuh
wanten zich onder een of ander voor
wendsel onttrokken aan een geregel®
debat met onze partij, |dat wij onar
pappenheimers kennen.
Uheer Van Hoven, had een ver-
der\ debat gevraagd met, Ds. Wiers
ma, omdat diens antwoord op Uw*
opmerkingen U niet bevredigd had\
En wij wilden niet, dat U zich met
een beroep op de kósten daaraan'
zoudt kunnen onttrekken. Van daar
ons aanbod.
De heer Van Hoven stond, wat!
hij' nu ook' schrijft, tegenover Ds:
Wiersma met eigen bezwaren tegec-i
het betoog, dat onze spreker hpd?
gehouden. En om die bezwaren toe
te lichten, vroeg U een nader debat,
en stemden wij toe. Dat U Uwe kies-
vereeniging wilde raadplegen over
zulk1 een debat, dat was Üw recht.
Maar het was niet Uw recht om Uj
aan de afspraak, gelijk Gij doet, heer,
Van Hoven, met vele kronkel in gets'
te onttrekken. ft
Daarom herhaal ik: de heer Vab?
Hoven kan een debat krijgen met' Ds,
Wiersma op de voorwaarden in onzest
brief van u Juni j l omschreven^.
Dit aanbod doen wij. nog vier weken1
gestand. Ontvangen wij in dien tw&
geen bericht van den heer Van Hoe
ven, dat hij omtrent een datum over
leg wil plegen, dan is deze zaak' vóórt
ons ,uit.
Wil het Bestuur van de Anti-re
volution naire Kiesvereeniging de ver
lor en partij overnemen en een debat!
tusschen een andereïi spreker een-
spreker door ons gewestelijk bestuur)
aan te wijzen, nader regelen, dan!
weet het ons adres, en zien wij schrif
telijk bericht tegemoet. Het zal zon
der overhaasting, maar behoorlijk ge
regeld worden. Ook de politieke
stnjd tusschen de partijen is sleches
Geheel in de reportage geworpen^
net als een batter, die! zich in 't watert
zou storten zonder te kunnen zwemen^
had hij het ongehoord geluk de jongrf
Lucette ontmoet te hebben, die hem
van de jammerlijkste en zekerste neder
laag had 'gered.
Alaar zou hij, nu hij ^aan zichzelf,
was overgeleverd, het vertrouwen va»
zijn oversten niet beschamen*
Gelukkig had hij steeds vertrouwen!
in zijn gelukster en fret avontuur van)
den vorigen dag had dat geloof nogf
grooter gemaakt.
Terwijl hij zich naar de Rue d'Hau
teville begaf, sprak hij zichzelf miee*)
moed in. 1 ij
De beste bondgenoot van den rei-
porter is iu de eerste plaats het toe
val... Weliswaar is het goed, dat meis«
het een beetje behulpzaam zij, maai|
ik zaï er al mijn krachten toe aan
wenden.
Ondertusschen had hij' zich de raad
gevingen van mijnheer Marteau tem
nutte gemaakt en was vroeg opgestaan..
Toen hij voorbij een tabakswinkel
kfwam, waar hij gewoonlijk kocht, hoor
de hij dat iemand hem zachtjes riep;
Alijnheer Tortoran!
Hij keek om en zag de winkeljuf
frouw, die van uit haar deur hem al
dus had geroepen. t
Het was een tamelijk zwaargebouwde
vrouw, dichter bij de vijftig dan biJÜ
de veertig, maar waarvan de wangen'
frisch, de oogen levendig, en de tan-,
den gezont'je 11 het haar. overvloedig}
gebleven waren.
(Wordt vervolgd).
Nieuwsblad
V.
(Wordt vervolgd.)
Dagelijks in het drinkwater eenige druppels
AVIOL, de gezondheids-drank voor duiven,
voorkomt besmetting in de reismanden en
geneest alle duiven-ziekten. AVIOL, het
beroemde in- en uitwendige geneesmiddel
van den Duiven-specialist Dr. Domicent,
houdt Uw duiven steeds gezond. Prijs f 1.-
Vr»ag gratis Duiven-Handboek aan N.V. Verkoop
kantoor Preparaten Dierenarts Domicent. Rotterdam.
-AVIOL-