Ingezonden.
Binnenland
Hetgeen ik tot U zeggen wil,
draagt het karakter van een per
soonlijk woord.
Wanneer mijn gedachten gaan over
den tijd, dat ik onder Uw bestuur
heb mogen werken, dan kan ik niet
anders zeggen, dat Uw houding te
genover mij, steeds zoodanig is ge
weest, dat ik die moeilijk anders zou
kunnen wenschen.
Vanaf het oogenblik dat ik in
Drongelen de betrekking van gem.-
secretaris aanvaardde, zijt gij mij wel
willend tegemoet getreden.
Door Uw joviale wijze van op
treden kreeg ik altijd het gevoel naast
U en niet onder U te arbeiden.
In die voorbije jaren liggen een
drietal tijdstippen, die onwillekeurig
voor mijn geest komen.
In de eerste plaats denk ik aan
den tijd, toen ik, na een korte voor
bereiding, in de gemeente-administra
tie overging en het secretariaat der
kleine gemeente Drongelen aanvaard
de.
U hebt mij geholpen, wanneer zich
moeilijkheden in de administratie
voordeden, en waart mij ook tot hulp
bij mijn studie.
Het tweede belangrijke tijdsbestek
waarop door mij werd gedoeld is be
gonnen op 31 Juli 1914, toen ik
door de mobilisatie voor 21/2 jaar
ïn militairen dienst werd geroepen
en mijn werk moest overlaten aan
mijn, weldra tot waarnemend secre
taris benoemden vader en mijn jeug
digen neef tevens volontair.
De wijze waarop U, Vader, zijn
door de talrijke mobilisatie- en dis
tributie-regelingen zoo moeilijke taak,
hebt vergemakkelijkt, wordt ook op
heden nog door mij en mijn familie
ten hoogste gewaardeerd.
Het derde feit dat ik wensch te
memoreeren is Uw hulp en Uw hou
ding tegenover mij in de moeilijke
maanden, dadelijk na de totstandko
ming der vereeniging van gemeen
ten.
Uw schitterend organisatietalent en
Uw helder inzicht, ook in admini
stratieve aangelegenheden, kwamen
mij vaak te stade om mijn werk
te vergemakkelijken, en hebben niet
weinig medegewerkt om een en ander
regelmatig te doen verloopen. In de
achter ons liggende jaren was U,
telkens wanneer daarop een beroep
werd gedaan, steeds bereid om mij
door Uw administratieve kennis van
dienst te zijn.
Uw waardevolle adviezen werden
mij gaarne verstrekt zonder mij ooit uw
meening op te leggen, deze door te
drijven of eenigen drang uit te oe
fenen als er verschil van meening
tusschen ons bestond.
Van harte hoop ik, dat ook in
de toekomst de goede verhouding
tusschen ons zal blijven bestendigd.
U deelt mijn overtuiging, dat de
belangen der gemeente, die wij die
nen, het best kunnen worden behar
tigd, als wij elkander verstaan.
Naast dit algemeen belang is ook
ons persoonlijk belang hierbij be
trokken. Er is toch reeds zooveel
moeite en strijd in ons korte men-
schenleven. Een wederzijds streven
om elkanders lasten te verlichten en
elkanders leven te veraangenamen
tusschen ons, die door onzen werk
kring zoo zeer op elkander zijn aan
gewezen, wordt door mij ten hoogste
gewaardeerd. Ik weet, dat dit stre
ven bij U voorzit en hoop ook mijner
zijds daarin trouw te blijven.
Gaarne reken ik ook voor de toe
komst op U zeer gewaardeerde hulp
én steun. Mij rest thans nog te vol
doen aan het vereerend verzoek van
onzen trouwen en actieven ambte
naar, de heer v. Wijnen, om U ook
namens hem in deze vergadering een
woord van hulde en dank te bren
gen voor hetgeen U, in de
jaren dat hij hier werkte, steeds voor
hem zijt geweest, en ik ben onge
twijfeld de tolk ook van allen, die
in de achterliggende jaren als vo
lontair of ambtenaar, onder U heb
ben gewerkt, wanneer ik U huldig
voor Uw houding tegenover deze
jongelui. Verschillende dezer be-
kleeden thans een mooie positie in
allerlei deelen van ons land.
De lessen, die U hen hebt gege
ven, de practische wijze waarop de
gemeente-administratie kan worden
gevoerd, die U hen hebt getoond,
en Uwe medewerking bij hun sollici
taties voor positieverbetering, heb
ben ongetwijfeld belangrijk voor hun
succes medegewerkt. Ook zij, ik ben
er van overtuigd, blijven U immer
dankbaar daarvoor.
De burgemeester spreekt hierop
als volgt
Mijne heeren, als ik met een kort
woord zal antwoorden op de vriend
schappelijke en vriendelijke woorden
tot mij gericht, dan wil ik eerst
erkennen, dat ik alle dankbaarheid
heb aan God, die mij dit voorrecht
schonk en vergunde te doen, wat ik
heb gedaan voor de gemeente.
U begrijpt, ik ben met gemengde
gevoelens naar deze vergadering ge
komen, vele herinneringen zijn door
mijn hoofd gegaan, die eensdeels tot
groote blijdschap en dankbaarheid,
anderzijds tot groote teleurstelling
stemden. Ik zal uit den aard der zaak
niet beproeven een indruk te geven,
van wat er in mij omgaat, doch ik
wil er op wijzen, dat ik geen reden
heb om te jubelen, omdat menig
plan, dat ik bij mijn benoeming
meende te kunnen uitvoeren, moest
achterwege laten, wegens gebrek
aan geld of gebrek aan medewer
king. Zonder geld is het nu eenmaal
niet mogelijk iets te doen. Het doet
me genoegen, dat er tegenwoordig
belangstelling is voor het gemeen
telijk leven, op dat punt is men
vooruitgegaan. Ik heb me vroeger
wel eens afgevraagd, trekken demen-
schen er zich nu niets van aan. In
den laatsten tijd is het heel anders,
dank zij de wijze waarop de bespre
kingen worden gehouden en dank zij
de mannen van de pers, die aan het
publiek laten weten wat er gespro
ken is, wat er omgaat en waar de
geldmiddelen blijven. Als ik op de
25 jaren die achter mij liggen, te
rugzie, dan betreur ik het, dat geld
gebrek en de geographische ligging
der gemeente, oorzaak waren, dat
veel moest achterwege blijven. Toen
is de oorlog gekomen, in welk tijd
vak er geen geldgebrek was of al
thans niet scheen te zijn. Dat waren
jaren waarin de Burgemeesters had
den te zorgen voor de distributie
van brandstoffen en levensmiddelen,
toen hebben wij de gelegenheid ge
had te toonen, dat wij ook wat voor
de bevolking wilden doen, toen ont
brak de medewerking van de be
volking niet. öf ik toen geslaagd
ben, om me zelf eenigszins ver
dienstelijk te maken, daarop kan ik
geen antwoord geven, dat antwoord
laat ik gaarne over aan hen, die de
bange oorlogsjaren hebben meege
maakt.
Ik ben op dezen dag verantwoor
ding verschuldigd, waarom ik er niet
voor ben, dat er feest wordt ge
vierd. Vooral de jongelui hebben me
zeer goed laten blijken, dat zij de
zen dag niet onopgemerkt voorbij
wilden laten gaan. Ik heb mij tot op
den laatsten dag tegen het vieren
van feest verzet en ik zal zeggen
waarom. Ten eerste omdat, als het
feest zou worden, daaraan niet de
geheele bevolking kan meedoen, om
dat ik heden alleen 25 jaar Burge
meester van de voormalige gemeente
Genderen ben, zoodat niet allen feest
kunnen vieren. Verder is er de om
standigheid, dat de tijdsomstandighe
den verre van rooskleurig zijn, de
landbouwers zijn met zorg vervuld.
Het dorp Doeveren is eerst later bij
de gemeente Genderen gevoegd en
nog later is Meeuwen en Drongelen
gevolgd, het is dus voor een derde
van de gemeente slechts mogelijk te
zeggen, de Burgemeester is vandaag
25 jaar onze Burgemeester. Boven
dien is er nog de omstandigheid dat
mijn kinderen niet bij de feestvie
ring tegenwoordig kunnen zijn. Ter
elfder ure is er een komen, over
steken van uit Engeland, doch 3
zitten er in Indië, terwijl een 4de
vandaar onderweg is. Mijn jongens
kunnen dus niet tegenwoordig zijn.
Het komt mij juister voor, dat er
feest gevierd moet worden met den
verjaardag van onze Koningin,- die
op 31 Augustus 50 jaar wordt. Ik
hoor dat daarvoor in de gemeente
reeds commissie's in het leven wor
den geroepen, ik meen ook dat onze
landsvorstinne moet voorgaan en dat
het dan meer op den weg ligt een
algemeen feest te vieren. Om in een
kort tijdsbestek 2 keer feest te vie
ren, dit laten de tijdsomstandigheden
niet toe. Ik verlang geen feest, dit
sluit evenwel niet uit, dat ik deze
vergadering bijzonder waardeer enU
daarvoor allen hartelijk dank zeg.
Al bestaat de gemeente Eethen pas
van '23 met de meesten, althans 5
van de zeven heb ik voor de ver-
eenigde gemeente tot stand kwam,
reeds jaren samengewerkt en ik stel
er prijs op dezen dag uitdrukkelijk
te verklaren, dat ik van geen Uwer
ooit iets heb ondervonden, dat ge
leek op zucht tot plagen of begeerte
om onaangenaam te zijn. Ge hebt mij
gelukkig kritiek niet gespaard, ik
mocht die evenwel aanhooren in een
vorm, die bedoelde op te bouwen
en dat is ook de eenige manier, om
de belangen van de gemeente te
dienen.
Wanneer mij op dezen dag hulde
en lof wordt gebracht, dan ben ik
vanzelf bewust dat daarvan een goed
gedeelte toekomt aan den raad en
de beide wethouders en vooral niet te
vergeten den Secretaris. De stem
ming in de vergaderingen van het
Dag. Best. waren evenals bij den
raad, steeds vriendschappelijk, al was
er van zelf ook al eens verschil van
meening. Ik dank de beide wethou
ders voor de samenwerking en in het
bijzonder ook den Secretaris, met wie
ik reeds in Drongelen en sedert 7
jaren in deze gemeente heb samen
gewerkt. Steeds kan ik op zijn steun,
op zijn adviezen, op zijn toewijding
voor de publieke zaak rekenen, op
dezen dag breng ik hem daarvoor
hartelijk dank. Ook wethouder v. d.
Beek breng ik gaarne dank voor alles
wat hij in deze dagen heeft gedaan,
voor zijn vriendelijke woorden en dat
hij zoo vriendelijk is geweest, deze
vergadering te beleggen, opdat dezen
lag niet onopgemerkt zou voorbij
^aan. Ik wensch voor de gemeente
poed ig een beteren toestand, moge
le welvaart, waarnaar zoo rijkhal zend
wordt uitgezien, spoedig zijn intrede
doen, opdat ik in den korten tijd
dat ik nog Burgemeester zal zijn,
daarvan getuige moge zijn. Ik hoop
dat wij steeds aangenaam zullen blij
ven samenwerken tot heil van onze
gemeente. Mijnheeren, ik dank
voor de verrassing die U mij hebt
gegeven, ik zal mij niet wagen op
het pad van mijnheer v. d. Beek,
om de symboliek bij deze geschenken
te halen, zij zijn voor mij een kost
baar geschenk, vooral omdat zij zijn
geschonken uit de beurzen van de
raadsleden en den Secretaris zelf
en niet uit de kas der gemeente. Ik
wil eindigen met ook mijn dank te
betuigen aan den Ambtenaar ter
secretarie Wijnen van wie ik den tijd
dat hij op de secretarie is werkzaam
geweest niet anders dan vriendelijke
hulpvaardigheid heb ondervonden.
Ook voor de aangebrachte versie
ring zeg ik dank, ik zou zeggen
het is te veel, ik heb het niet verdiend
maar niettemin blijf ik er dankbaar
voor.
Wethouder van der Beek sluit hier
op, met een woord van dank aan de
raadsleden voor hunne tegenwoordig
heid en medewerking en een woord
van hartelijk welkom tot den zoon
van den Burgemeester, die voor de
ze gelegenheid expres van Engeland
naar Nederland is komen vliegen,
de vergadering.
Inmiddels hebben zich buiten voor
het gemeentehuis een drie honderd
schoolkinderen van alle scholen uit
de vereenigde gemeente, opgesteld.
Nadat de Burgemeester zich naar bui
ten heeft begeven, wordt hij namens
de verschillende Hoofden der scholen
en onderwijzend personeel en de kin
deren toegesproken door het Hoofd
der Bijz. school te Genderen, de hr.
.Blom, die begint met zijn spijt te be
tuigen dat de hr. de Roon, het oudste
hoofd der school uit de gem. op 't laat
ste oogenblik wegens ongesteldheid
verhinderd is geweest, den Burge
meester toe te spreken, te meer, wijl
de heer de Roon voor 25 jaar, dit
ook gedaan heeft. Spr. brengt den
Burgemeester hierop dank voor alles
wat hij in het belang van het onder
wijs heeft gedaan. Men is overtuigd
dat niet aan alle wenschen kon wor
den tegemoet gekomen, doch weet ook
dat de heer Brune heeft gedaan voor
het onderwijs wat maar eenigzins mo
gelijk was. Spr. hoopt dat God den
heer Brune nog1 lang zal sparen en
deze er getuige yan zal mogen zijn
dat het onderwijs in de gemeente
zal bloeien, er zijn scholen die uit
stekend in orde zijn. Spr. hoopt dat
dit nog eens van alle scholen ge
zegd zal kunnen worden opdat de
gemeente ook op onderwijsgebied met
eere genoemd zal worden, en dat
daarvan Burgemeester Brune ook de
eer mede zal mogen wegdragen.
De heer Brune dankte voor de [ge
sproken woorden en het feit, dat het
onderwijzend personeel zich de moei
te heeft willen getroosten, om met
de kinderen van verren afstand hier
naar de secretarie te komen.'Spr. zegt
voor het onderwijs te hebben gedaan
wat slechts mogelijk was, op zijn ver
dere medewerking kan worden ge
rekend.
Hierop zongen de kinderen den
Burgemeester een paar toepasselijke
liederen toe en werd de aubade 'be
sloten met het zingen van het Wil
helmus en het gemeenschappelijk zin
gen van psalm 134 vers 3. „Dat
's Heeren zegen op U daal". De Bur
gemeester dankte voor de gebrachte
zanghulde en noodigde alle kinderen
uit zich te vereenigen in de Bijzon
dere school te Genderen, waar zij
rijkelijk werden onthaald op limo
nade, chocolade en koekjes.
Na de aubade bestond ge
legenheid den Burgemeester te ko
men gelukwenschen met zijn zilveren
jubileum, waarvan door velen werd
gebruik gemaakt. Behalve vele inge
zetenen, kwamen ook tal van notabe
len uit de omliggende gemeenten
hunne gelukwenschen aanbieden.
Tijdens de receptie werd den ju
bilaris toegesproken door den heer
M. v. d. Beek, namens de vereeni
ging voor Bijzonder Onderwijs, door
den heer H. v. d. Heuvel, namens
den Kerkeraad der Gereformeerde
Gemeente, door den heer G. v. d.
Beek LGzn. namens de Coop. Stoom-
zuivelfabr. „Op Hoop van Zegen",
en den heer M. v. Wijk namens den
Kerkeraad van de Herv. Gemeente,
verder kwamen er tal van telegram
men en gelukwenschen binnen.
Te circa half een kwamen de Mu-
ziekvereen. „Excelsior" uit Dronge
len en „ïtunst en Vriendschap" uit
Meeuwen serenade's brengen.
De leden der vereen, werden op
de secretarie onthaald.
Van tal van particuliere woningen
wapperde de vaderlands che driekleur,
als teeken van instemming en deel
name aan dezen feestdag voor Bur
gemeester Brune.
(Buiten verantwoordelijkheid der Redactie)
'Mijnheer de Redacteur!
Beleefd verzoek ik U, opname van
onderstaande regelen in uw veel gelezen
blad. Bij voorbaat mijn dank.
Zooals uit het raadsverslag van 20 Juni
1.1. te lezen is, zal ook onze gemeente
van electriciteit voorzien worden.
Zeker zullen velen het genomen besluit
met vreugde begroet hebben, niettegen
staande dat er misschien moeilijke jaren
volgen zullen en verhoogingen van belas
ting niet buitengesloten is, acht ook ik
bet genomen besluit van algemeen belang,
toch doet het mij de vraag naar voren
brengen, waren er geen andere belangen,
die eerst eens onder de oogen gezien
moesten worden
Ik bedoel de drinkwatervoorziening,
welke op sommige plaatsen onze ge
meente een onhoudbaren toestand oplevert.
Ik denk hierby aan verschillende plaatsen,
en wel in het bijzonder aan dat gedeelte
onzer gemeente, bekend onder „het
benedeneind".
Het Maaswater is niet te gebruiken.
Is het water laag, de rivier is niet te
bereikenis het hoog, het is een bad
plaats voor koeien, hoe of het water
daarbij verontreinigd wordt laat zich be
grijpen. Ik geloof dat de volksgezondheid
hierbij aardig in het gedrang komt. Maar
zal men mij toevoegen er is toch een
gemeentepompJa dit is zoo, en voor
eenigen tijd was zij ook te gebruiken,
d.w.z. als men er met een halven emmer
water naar toeging, kon men met een
vollen terugkomen, dat dit water een
zeker procent modder en zand bevatte,
zullen wij verder maar buiten beschou
wing laten.
Het is dus te begrijpen hoe verblijd
wy waren, ruim een week geleden, toen
wij zagen, dat er aan de pomp gewerkt
werd, eindelijk zou zij dus eens goed in
orde komen,* helaas na een dag arbeid
bleek ons, dat zij geheel onbruikbaar ge
worden was, en zoo staat zij nog, en naar
wy vernemen zal dit zoo blijven.
Een ander punt waarop ik de aan
dacht nog zou willen vestigen is het
brandgevaar, komt er brand, dan moet
men dit maar lijdelijk aanzien, want water
is er niet.
De brandput eertijds hier aanwezig is
niet meer te vinden. Het is dus onder
deze omstandigheden niet te verwonderen
dat enkele personen reeds opzegging van
hypotheek gehad hebben.
Nu is het geenszins mijn bedoeling om
de electrificatie in deze gemeente tegen
te werken, persoonlijk ben ik er een voor
stander van. Maar ik betreur het, dat
de gemeente haar eigendommen niet in
stand kan houden. Voor een zaak waarbij
in het gunstigste geval elk jaar reeds
f 500,bij moet, daar is het geld wel
voor. Daarom hopen wij dat er spoedig
verbetering in dezen toestand gebracht
wordt.
U mijnheer de Redacteur nogmaals
dankend voor de verleende plaatsruimte,
verblijf ik hoogachtend,
uw abonné
P. VAN HELDEN.
Veen, 30 Juni 1930.
DOOk ELECTRISCHEN STROOM
GEDOOD.
Vrijdagavond wilde de 33-jarige gehuw
de A. Verhoeven, uit de Arnold Hoog
vlietstraat te Vlaardingen, op de Am-
sterdamsche superfosfaatfabriek aan de
Vondelingenplaat, een drijfriem om een
poulie leggen, niet wetende dat deze
onder stroom stond. De man kreeg den
electrischen stroom door het lichaam
en was onmiddelijk dood.
GIFTEN.
Voor de nieuw aangekochte behuizing
„De Klokkenbelt" te Almelo, die ver
bouwd zal worden tot Diaconessen-in
richting, zijn ontvangen een gift van
f3000 en een van f1000.
DE TONG OPENGESCHEURD.
Een zoontje van den heer P. Haber-
mehl te Nieuwveen is bij het spelen
zoodanig gevallen, dat hij de tong open
scheurde. De jongen is naar het zie
kenhuis te Leiden gebracht.
INBRAAK IN EEN POSTKANTOOR.
Zaterdagnacht is in het postkantoor
te Gendringen ingebroken. Een bedrag
van f 200 wordt vermist. Een ledig geld
kistje is in den aangrenzenden tuin
gevonden.
vroecTrijp.
De heer Wl J. de Jong te Franeker
heeft dit voorjaar jonge aardbeiplanten
in zijn tuin geplant, die nu reds vruch
ten dragen. Wel bijzonder, daar de
aardbeiplanten doorgaans eerst in het
tweede of derde jaar vruchten dragen.
OUDE VROUW*"DOOR TREIN
OVERREDEN.
In de buurtschap Worm nabij Kerk-
rade, is niet ver van het station Her-
zogenrath, een oude vrouw onder een
binnenkomenden goederentrein geko
men. De \touw kwam languit op de
rails te vallen, met het noodlottig ge
volg, dat haar de beide beenen wer
den afgereden. In zorgwekkenden toe
stand werd de vrouw naar het zieken
huis vervoerd. Men vreest voor haar
leven.
Nader wordt gemeld, dat de vrouw
malenoe is, waardoor het te verklaren
valt, dat zij bij het naderen van dea
trein niet van de rails is gegaan.
AUTO TEGEN TRAM.
Zondagavond kwam de auto van den
heer S. uit Rijswijk, te Wassenaar bij
het kruispunt De PauwPrinsenweg,
in botsing met een wagen van de Haag-
sche Tram Maatschappij. De heer F.,
die naast den bestuurder zat, werd ern
stig gewond naar het Bronovo-Zieken-
huis in Den Haag gebracht.
DE KINDERVERLAMMING.
Nog steeds uitbreiding te Gouda.
Zaterdag is te Gouda kinderverlam
ming geconstateerd bij een 1-jarig jon
getje, waarmede het aantal gevallen
tot 24 is gestegen.
Zondagavond is in het van Iterson
ziekenhuis een patiëntje overleden, dit
maal een meisje van 11 maanden. Het
aantal gevallen met doodelijken afloop
is hiermede tot vijf gestegen.
o1
ERNSTIGE VAL.
Te Oss is de vrouw van P. Schram
met het hoofd op een waskuip geval
len, waardoor zij een zware schedel
breuk bekwam. Zij is in het gasthuis
opgenomen.
VERDRONKEN.
Te Coevorden is uit het Almelosche
Kanaal opgehaald, het lijk van den heer
S. van Delden, een vooraanstaand In
gezetene van Coevorden en voorzitter
van de Handelsvereeniging. Men ver
mistte hem sedert Vrijdagavond.
Tijdens ruw weer op de Zuiderzee
is bezuiden Urk overboord geslagen,
Hilligje ter Steege, 46 jaar, echtgenoote
van Harm Mannak, schipper op de zeil-
kast „Hardi". Ten aanschouwe van den
man en de drie dochters is de vrouw,
ondanks reddingspogingen, verdronken.
Het lijk is nog niet gevonden.
De 14-jarige Wfillem van Veen, woon
achtig te Gorinchem, is Zondagmiddag
bij het baden in de Wtoelsche Waard,
nabij de Dalemsche kerk, verdronken.
Eenigen tijd later is het lijk opgehaald.
KOKEND WATER~OVER HET LI
CHAAM.
Te Kerkrade kreeg mevrouw H. een
ketel kokend water over het lichaam.
-Met ernstige brandwonden over het
geheele lichaam is zij naar het zieken-
uis vervoerd.
UIT HET RAAM GEVALLEN.
In het ziekenhuis te Heerlen is ter
verpleging opgenomen, het 17-jarige
meisje J. E., dat bij het wasschen van
ruiten uit het raam van de eerste etage
van een café is gevallen. Zij bleef ge-
ruimen tijd buiten bewustzijn. Haar toe
stand is nog ernstig.
DIPHTERITUS.
Onder de kinderen te Westerland, op
Wieringen, komt een zoodanig aantal
gevallen van diphteritus voor, dat vier
lokalen der openbare lagere school al
zijn gesloten.
DOOR HORZELS GEDOOD.
Te Kiekörös is een landbouwer, die met
twee paarden op het veld aan het werk
was, door een zwerm horzels aangevallen.
Toen hij trachtte de paarden in veiligheid
te brengen, brachten de horzels hem zulke
ernstige steken toe, dat] hij dood neerviel.
Ook de paarden bezweken kort daarop,
onder de aanvallen van den zwerm.
BLIKSEM SLAATMN DYNAMIET-
LADINGr.
Bij Brockville in de Canadeesche pro
vincie Ontario is de bliksem geslagen in.
de stoomboot „J. B. Ding", aan boord
waarvan zich 20 ton dynamiet bevond en
die bezig was rotsen te doen springen
voor het uitdiepen van de St. Laurens.
Het dynamiet ontplofte met ontzettend
geweld, zoodat de boot geheel vernield
werd. Van de bemanning konden er slechts
elf gered worden, die allen gewond waren.
Een en dertig menschen zijn naar men
gelooft gedood.
HEUSDEN.
Zaterdagavond gaf de Fanfare
der Heilige Familie op de Vischmarkt
haar aangekondigd concert, onder leiding
van den heer Van Helvoirt uit Nienwkuijk.
Dit concert trok zooals gewoonlijk
een talrijk publiek.. De verschillende
muzieknummers werden op verdienstelijke
wijze uitgevoerd, vooral de beide concours
nummers getuigden van ernstige studie.
Zondag passeerden hier een 58-tal
motorrijwielen, alle deelnemers aan den
negende motorrit door Noordbrabant Uit
alle deelen van ons land, waren deel
nemers naar den Bosch gekomen, om aan
dezen rit, uitgeschreven door de Motorclub
„Brabant", deel te nemen.