Ingezonden. Binnenland Hetgeen ik tot U zeggen wil, draagt het karakter van een per soonlijk woord. Wanneer mijn gedachten gaan over den tijd, dat ik onder Uw bestuur heb mogen werken, dan kan ik niet anders zeggen, dat Uw houding te genover mij, steeds zoodanig is ge weest, dat ik die moeilijk anders zou kunnen wenschen. Vanaf het oogenblik dat ik in Drongelen de betrekking van gem.- secretaris aanvaardde, zijt gij mij wel willend tegemoet getreden. Door Uw joviale wijze van op treden kreeg ik altijd het gevoel naast U en niet onder U te arbeiden. In die voorbije jaren liggen een drietal tijdstippen, die onwillekeurig voor mijn geest komen. In de eerste plaats denk ik aan den tijd, toen ik, na een korte voor bereiding, in de gemeente-administra tie overging en het secretariaat der kleine gemeente Drongelen aanvaard de. U hebt mij geholpen, wanneer zich moeilijkheden in de administratie voordeden, en waart mij ook tot hulp bij mijn studie. Het tweede belangrijke tijdsbestek waarop door mij werd gedoeld is be gonnen op 31 Juli 1914, toen ik door de mobilisatie voor 21/2 jaar ïn militairen dienst werd geroepen en mijn werk moest overlaten aan mijn, weldra tot waarnemend secre taris benoemden vader en mijn jeug digen neef tevens volontair. De wijze waarop U, Vader, zijn door de talrijke mobilisatie- en dis tributie-regelingen zoo moeilijke taak, hebt vergemakkelijkt, wordt ook op heden nog door mij en mijn familie ten hoogste gewaardeerd. Het derde feit dat ik wensch te memoreeren is Uw hulp en Uw hou ding tegenover mij in de moeilijke maanden, dadelijk na de totstandko ming der vereeniging van gemeen ten. Uw schitterend organisatietalent en Uw helder inzicht, ook in admini stratieve aangelegenheden, kwamen mij vaak te stade om mijn werk te vergemakkelijken, en hebben niet weinig medegewerkt om een en ander regelmatig te doen verloopen. In de achter ons liggende jaren was U, telkens wanneer daarop een beroep werd gedaan, steeds bereid om mij door Uw administratieve kennis van dienst te zijn. Uw waardevolle adviezen werden mij gaarne verstrekt zonder mij ooit uw meening op te leggen, deze door te drijven of eenigen drang uit te oe fenen als er verschil van meening tusschen ons bestond. Van harte hoop ik, dat ook in de toekomst de goede verhouding tusschen ons zal blijven bestendigd. U deelt mijn overtuiging, dat de belangen der gemeente, die wij die nen, het best kunnen worden behar tigd, als wij elkander verstaan. Naast dit algemeen belang is ook ons persoonlijk belang hierbij be trokken. Er is toch reeds zooveel moeite en strijd in ons korte men- schenleven. Een wederzijds streven om elkanders lasten te verlichten en elkanders leven te veraangenamen tusschen ons, die door onzen werk kring zoo zeer op elkander zijn aan gewezen, wordt door mij ten hoogste gewaardeerd. Ik weet, dat dit stre ven bij U voorzit en hoop ook mijner zijds daarin trouw te blijven. Gaarne reken ik ook voor de toe komst op U zeer gewaardeerde hulp én steun. Mij rest thans nog te vol doen aan het vereerend verzoek van onzen trouwen en actieven ambte naar, de heer v. Wijnen, om U ook namens hem in deze vergadering een woord van hulde en dank te bren gen voor hetgeen U, in de jaren dat hij hier werkte, steeds voor hem zijt geweest, en ik ben onge twijfeld de tolk ook van allen, die in de achterliggende jaren als vo lontair of ambtenaar, onder U heb ben gewerkt, wanneer ik U huldig voor Uw houding tegenover deze jongelui. Verschillende dezer be- kleeden thans een mooie positie in allerlei deelen van ons land. De lessen, die U hen hebt gege ven, de practische wijze waarop de gemeente-administratie kan worden gevoerd, die U hen hebt getoond, en Uwe medewerking bij hun sollici taties voor positieverbetering, heb ben ongetwijfeld belangrijk voor hun succes medegewerkt. Ook zij, ik ben er van overtuigd, blijven U immer dankbaar daarvoor. De burgemeester spreekt hierop als volgt Mijne heeren, als ik met een kort woord zal antwoorden op de vriend schappelijke en vriendelijke woorden tot mij gericht, dan wil ik eerst erkennen, dat ik alle dankbaarheid heb aan God, die mij dit voorrecht schonk en vergunde te doen, wat ik heb gedaan voor de gemeente. U begrijpt, ik ben met gemengde gevoelens naar deze vergadering ge komen, vele herinneringen zijn door mijn hoofd gegaan, die eensdeels tot groote blijdschap en dankbaarheid, anderzijds tot groote teleurstelling stemden. Ik zal uit den aard der zaak niet beproeven een indruk te geven, van wat er in mij omgaat, doch ik wil er op wijzen, dat ik geen reden heb om te jubelen, omdat menig plan, dat ik bij mijn benoeming meende te kunnen uitvoeren, moest achterwege laten, wegens gebrek aan geld of gebrek aan medewer king. Zonder geld is het nu eenmaal niet mogelijk iets te doen. Het doet me genoegen, dat er tegenwoordig belangstelling is voor het gemeen telijk leven, op dat punt is men vooruitgegaan. Ik heb me vroeger wel eens afgevraagd, trekken demen- schen er zich nu niets van aan. In den laatsten tijd is het heel anders, dank zij de wijze waarop de bespre kingen worden gehouden en dank zij de mannen van de pers, die aan het publiek laten weten wat er gespro ken is, wat er omgaat en waar de geldmiddelen blijven. Als ik op de 25 jaren die achter mij liggen, te rugzie, dan betreur ik het, dat geld gebrek en de geographische ligging der gemeente, oorzaak waren, dat veel moest achterwege blijven. Toen is de oorlog gekomen, in welk tijd vak er geen geldgebrek was of al thans niet scheen te zijn. Dat waren jaren waarin de Burgemeesters had den te zorgen voor de distributie van brandstoffen en levensmiddelen, toen hebben wij de gelegenheid ge had te toonen, dat wij ook wat voor de bevolking wilden doen, toen ont brak de medewerking van de be volking niet. öf ik toen geslaagd ben, om me zelf eenigszins ver dienstelijk te maken, daarop kan ik geen antwoord geven, dat antwoord laat ik gaarne over aan hen, die de bange oorlogsjaren hebben meege maakt. Ik ben op dezen dag verantwoor ding verschuldigd, waarom ik er niet voor ben, dat er feest wordt ge vierd. Vooral de jongelui hebben me zeer goed laten blijken, dat zij de zen dag niet onopgemerkt voorbij wilden laten gaan. Ik heb mij tot op den laatsten dag tegen het vieren van feest verzet en ik zal zeggen waarom. Ten eerste omdat, als het feest zou worden, daaraan niet de geheele bevolking kan meedoen, om dat ik heden alleen 25 jaar Burge meester van de voormalige gemeente Genderen ben, zoodat niet allen feest kunnen vieren. Verder is er de om standigheid, dat de tijdsomstandighe den verre van rooskleurig zijn, de landbouwers zijn met zorg vervuld. Het dorp Doeveren is eerst later bij de gemeente Genderen gevoegd en nog later is Meeuwen en Drongelen gevolgd, het is dus voor een derde van de gemeente slechts mogelijk te zeggen, de Burgemeester is vandaag 25 jaar onze Burgemeester. Boven dien is er nog de omstandigheid dat mijn kinderen niet bij de feestvie ring tegenwoordig kunnen zijn. Ter elfder ure is er een komen, over steken van uit Engeland, doch 3 zitten er in Indië, terwijl een 4de vandaar onderweg is. Mijn jongens kunnen dus niet tegenwoordig zijn. Het komt mij juister voor, dat er feest gevierd moet worden met den verjaardag van onze Koningin,- die op 31 Augustus 50 jaar wordt. Ik hoor dat daarvoor in de gemeente reeds commissie's in het leven wor den geroepen, ik meen ook dat onze landsvorstinne moet voorgaan en dat het dan meer op den weg ligt een algemeen feest te vieren. Om in een kort tijdsbestek 2 keer feest te vie ren, dit laten de tijdsomstandigheden niet toe. Ik verlang geen feest, dit sluit evenwel niet uit, dat ik deze vergadering bijzonder waardeer enU daarvoor allen hartelijk dank zeg. Al bestaat de gemeente Eethen pas van '23 met de meesten, althans 5 van de zeven heb ik voor de ver- eenigde gemeente tot stand kwam, reeds jaren samengewerkt en ik stel er prijs op dezen dag uitdrukkelijk te verklaren, dat ik van geen Uwer ooit iets heb ondervonden, dat ge leek op zucht tot plagen of begeerte om onaangenaam te zijn. Ge hebt mij gelukkig kritiek niet gespaard, ik mocht die evenwel aanhooren in een vorm, die bedoelde op te bouwen en dat is ook de eenige manier, om de belangen van de gemeente te dienen. Wanneer mij op dezen dag hulde en lof wordt gebracht, dan ben ik vanzelf bewust dat daarvan een goed gedeelte toekomt aan den raad en de beide wethouders en vooral niet te vergeten den Secretaris. De stem ming in de vergaderingen van het Dag. Best. waren evenals bij den raad, steeds vriendschappelijk, al was er van zelf ook al eens verschil van meening. Ik dank de beide wethou ders voor de samenwerking en in het bijzonder ook den Secretaris, met wie ik reeds in Drongelen en sedert 7 jaren in deze gemeente heb samen gewerkt. Steeds kan ik op zijn steun, op zijn adviezen, op zijn toewijding voor de publieke zaak rekenen, op dezen dag breng ik hem daarvoor hartelijk dank. Ook wethouder v. d. Beek breng ik gaarne dank voor alles wat hij in deze dagen heeft gedaan, voor zijn vriendelijke woorden en dat hij zoo vriendelijk is geweest, deze vergadering te beleggen, opdat dezen lag niet onopgemerkt zou voorbij ^aan. Ik wensch voor de gemeente poed ig een beteren toestand, moge le welvaart, waarnaar zoo rijkhal zend wordt uitgezien, spoedig zijn intrede doen, opdat ik in den korten tijd dat ik nog Burgemeester zal zijn, daarvan getuige moge zijn. Ik hoop dat wij steeds aangenaam zullen blij ven samenwerken tot heil van onze gemeente. Mijnheeren, ik dank voor de verrassing die U mij hebt gegeven, ik zal mij niet wagen op het pad van mijnheer v. d. Beek, om de symboliek bij deze geschenken te halen, zij zijn voor mij een kost baar geschenk, vooral omdat zij zijn geschonken uit de beurzen van de raadsleden en den Secretaris zelf en niet uit de kas der gemeente. Ik wil eindigen met ook mijn dank te betuigen aan den Ambtenaar ter secretarie Wijnen van wie ik den tijd dat hij op de secretarie is werkzaam geweest niet anders dan vriendelijke hulpvaardigheid heb ondervonden. Ook voor de aangebrachte versie ring zeg ik dank, ik zou zeggen het is te veel, ik heb het niet verdiend maar niettemin blijf ik er dankbaar voor. Wethouder van der Beek sluit hier op, met een woord van dank aan de raadsleden voor hunne tegenwoordig heid en medewerking en een woord van hartelijk welkom tot den zoon van den Burgemeester, die voor de ze gelegenheid expres van Engeland naar Nederland is komen vliegen, de vergadering. Inmiddels hebben zich buiten voor het gemeentehuis een drie honderd schoolkinderen van alle scholen uit de vereenigde gemeente, opgesteld. Nadat de Burgemeester zich naar bui ten heeft begeven, wordt hij namens de verschillende Hoofden der scholen en onderwijzend personeel en de kin deren toegesproken door het Hoofd der Bijz. school te Genderen, de hr. .Blom, die begint met zijn spijt te be tuigen dat de hr. de Roon, het oudste hoofd der school uit de gem. op 't laat ste oogenblik wegens ongesteldheid verhinderd is geweest, den Burge meester toe te spreken, te meer, wijl de heer de Roon voor 25 jaar, dit ook gedaan heeft. Spr. brengt den Burgemeester hierop dank voor alles wat hij in het belang van het onder wijs heeft gedaan. Men is overtuigd dat niet aan alle wenschen kon wor den tegemoet gekomen, doch weet ook dat de heer Brune heeft gedaan voor het onderwijs wat maar eenigzins mo gelijk was. Spr. hoopt dat God den heer Brune nog1 lang zal sparen en deze er getuige yan zal mogen zijn dat het onderwijs in de gemeente zal bloeien, er zijn scholen die uit stekend in orde zijn. Spr. hoopt dat dit nog eens van alle scholen ge zegd zal kunnen worden opdat de gemeente ook op onderwijsgebied met eere genoemd zal worden, en dat daarvan Burgemeester Brune ook de eer mede zal mogen wegdragen. De heer Brune dankte voor de [ge sproken woorden en het feit, dat het onderwijzend personeel zich de moei te heeft willen getroosten, om met de kinderen van verren afstand hier naar de secretarie te komen.'Spr. zegt voor het onderwijs te hebben gedaan wat slechts mogelijk was, op zijn ver dere medewerking kan worden ge rekend. Hierop zongen de kinderen den Burgemeester een paar toepasselijke liederen toe en werd de aubade 'be sloten met het zingen van het Wil helmus en het gemeenschappelijk zin gen van psalm 134 vers 3. „Dat 's Heeren zegen op U daal". De Bur gemeester dankte voor de gebrachte zanghulde en noodigde alle kinderen uit zich te vereenigen in de Bijzon dere school te Genderen, waar zij rijkelijk werden onthaald op limo nade, chocolade en koekjes. Na de aubade bestond ge legenheid den Burgemeester te ko men gelukwenschen met zijn zilveren jubileum, waarvan door velen werd gebruik gemaakt. Behalve vele inge zetenen, kwamen ook tal van notabe len uit de omliggende gemeenten hunne gelukwenschen aanbieden. Tijdens de receptie werd den ju bilaris toegesproken door den heer M. v. d. Beek, namens de vereeni ging voor Bijzonder Onderwijs, door den heer H. v. d. Heuvel, namens den Kerkeraad der Gereformeerde Gemeente, door den heer G. v. d. Beek LGzn. namens de Coop. Stoom- zuivelfabr. „Op Hoop van Zegen", en den heer M. v. Wijk namens den Kerkeraad van de Herv. Gemeente, verder kwamen er tal van telegram men en gelukwenschen binnen. Te circa half een kwamen de Mu- ziekvereen. „Excelsior" uit Dronge len en „ïtunst en Vriendschap" uit Meeuwen serenade's brengen. De leden der vereen, werden op de secretarie onthaald. Van tal van particuliere woningen wapperde de vaderlands che driekleur, als teeken van instemming en deel name aan dezen feestdag voor Bur gemeester Brune. (Buiten verantwoordelijkheid der Redactie) 'Mijnheer de Redacteur! Beleefd verzoek ik U, opname van onderstaande regelen in uw veel gelezen blad. Bij voorbaat mijn dank. Zooals uit het raadsverslag van 20 Juni 1.1. te lezen is, zal ook onze gemeente van electriciteit voorzien worden. Zeker zullen velen het genomen besluit met vreugde begroet hebben, niettegen staande dat er misschien moeilijke jaren volgen zullen en verhoogingen van belas ting niet buitengesloten is, acht ook ik bet genomen besluit van algemeen belang, toch doet het mij de vraag naar voren brengen, waren er geen andere belangen, die eerst eens onder de oogen gezien moesten worden Ik bedoel de drinkwatervoorziening, welke op sommige plaatsen onze ge meente een onhoudbaren toestand oplevert. Ik denk hierby aan verschillende plaatsen, en wel in het bijzonder aan dat gedeelte onzer gemeente, bekend onder „het benedeneind". Het Maaswater is niet te gebruiken. Is het water laag, de rivier is niet te bereikenis het hoog, het is een bad plaats voor koeien, hoe of het water daarbij verontreinigd wordt laat zich be grijpen. Ik geloof dat de volksgezondheid hierbij aardig in het gedrang komt. Maar zal men mij toevoegen er is toch een gemeentepompJa dit is zoo, en voor eenigen tijd was zij ook te gebruiken, d.w.z. als men er met een halven emmer water naar toeging, kon men met een vollen terugkomen, dat dit water een zeker procent modder en zand bevatte, zullen wij verder maar buiten beschou wing laten. Het is dus te begrijpen hoe verblijd wy waren, ruim een week geleden, toen wij zagen, dat er aan de pomp gewerkt werd, eindelijk zou zij dus eens goed in orde komen,* helaas na een dag arbeid bleek ons, dat zij geheel onbruikbaar ge worden was, en zoo staat zij nog, en naar wy vernemen zal dit zoo blijven. Een ander punt waarop ik de aan dacht nog zou willen vestigen is het brandgevaar, komt er brand, dan moet men dit maar lijdelijk aanzien, want water is er niet. De brandput eertijds hier aanwezig is niet meer te vinden. Het is dus onder deze omstandigheden niet te verwonderen dat enkele personen reeds opzegging van hypotheek gehad hebben. Nu is het geenszins mijn bedoeling om de electrificatie in deze gemeente tegen te werken, persoonlijk ben ik er een voor stander van. Maar ik betreur het, dat de gemeente haar eigendommen niet in stand kan houden. Voor een zaak waarbij in het gunstigste geval elk jaar reeds f 500,bij moet, daar is het geld wel voor. Daarom hopen wij dat er spoedig verbetering in dezen toestand gebracht wordt. U mijnheer de Redacteur nogmaals dankend voor de verleende plaatsruimte, verblijf ik hoogachtend, uw abonné P. VAN HELDEN. Veen, 30 Juni 1930. DOOk ELECTRISCHEN STROOM GEDOOD. Vrijdagavond wilde de 33-jarige gehuw de A. Verhoeven, uit de Arnold Hoog vlietstraat te Vlaardingen, op de Am- sterdamsche superfosfaatfabriek aan de Vondelingenplaat, een drijfriem om een poulie leggen, niet wetende dat deze onder stroom stond. De man kreeg den electrischen stroom door het lichaam en was onmiddelijk dood. GIFTEN. Voor de nieuw aangekochte behuizing „De Klokkenbelt" te Almelo, die ver bouwd zal worden tot Diaconessen-in richting, zijn ontvangen een gift van f3000 en een van f1000. DE TONG OPENGESCHEURD. Een zoontje van den heer P. Haber- mehl te Nieuwveen is bij het spelen zoodanig gevallen, dat hij de tong open scheurde. De jongen is naar het zie kenhuis te Leiden gebracht. INBRAAK IN EEN POSTKANTOOR. Zaterdagnacht is in het postkantoor te Gendringen ingebroken. Een bedrag van f 200 wordt vermist. Een ledig geld kistje is in den aangrenzenden tuin gevonden. vroecTrijp. De heer Wl J. de Jong te Franeker heeft dit voorjaar jonge aardbeiplanten in zijn tuin geplant, die nu reds vruch ten dragen. Wel bijzonder, daar de aardbeiplanten doorgaans eerst in het tweede of derde jaar vruchten dragen. OUDE VROUW*"DOOR TREIN OVERREDEN. In de buurtschap Worm nabij Kerk- rade, is niet ver van het station Her- zogenrath, een oude vrouw onder een binnenkomenden goederentrein geko men. De \touw kwam languit op de rails te vallen, met het noodlottig ge volg, dat haar de beide beenen wer den afgereden. In zorgwekkenden toe stand werd de vrouw naar het zieken huis vervoerd. Men vreest voor haar leven. Nader wordt gemeld, dat de vrouw malenoe is, waardoor het te verklaren valt, dat zij bij het naderen van dea trein niet van de rails is gegaan. AUTO TEGEN TRAM. Zondagavond kwam de auto van den heer S. uit Rijswijk, te Wassenaar bij het kruispunt De PauwPrinsenweg, in botsing met een wagen van de Haag- sche Tram Maatschappij. De heer F., die naast den bestuurder zat, werd ern stig gewond naar het Bronovo-Zieken- huis in Den Haag gebracht. DE KINDERVERLAMMING. Nog steeds uitbreiding te Gouda. Zaterdag is te Gouda kinderverlam ming geconstateerd bij een 1-jarig jon getje, waarmede het aantal gevallen tot 24 is gestegen. Zondagavond is in het van Iterson ziekenhuis een patiëntje overleden, dit maal een meisje van 11 maanden. Het aantal gevallen met doodelijken afloop is hiermede tot vijf gestegen. o1 ERNSTIGE VAL. Te Oss is de vrouw van P. Schram met het hoofd op een waskuip geval len, waardoor zij een zware schedel breuk bekwam. Zij is in het gasthuis opgenomen. VERDRONKEN. Te Coevorden is uit het Almelosche Kanaal opgehaald, het lijk van den heer S. van Delden, een vooraanstaand In gezetene van Coevorden en voorzitter van de Handelsvereeniging. Men ver mistte hem sedert Vrijdagavond. Tijdens ruw weer op de Zuiderzee is bezuiden Urk overboord geslagen, Hilligje ter Steege, 46 jaar, echtgenoote van Harm Mannak, schipper op de zeil- kast „Hardi". Ten aanschouwe van den man en de drie dochters is de vrouw, ondanks reddingspogingen, verdronken. Het lijk is nog niet gevonden. De 14-jarige Wfillem van Veen, woon achtig te Gorinchem, is Zondagmiddag bij het baden in de Wtoelsche Waard, nabij de Dalemsche kerk, verdronken. Eenigen tijd later is het lijk opgehaald. KOKEND WATER~OVER HET LI CHAAM. Te Kerkrade kreeg mevrouw H. een ketel kokend water over het lichaam. -Met ernstige brandwonden over het geheele lichaam is zij naar het zieken- uis vervoerd. UIT HET RAAM GEVALLEN. In het ziekenhuis te Heerlen is ter verpleging opgenomen, het 17-jarige meisje J. E., dat bij het wasschen van ruiten uit het raam van de eerste etage van een café is gevallen. Zij bleef ge- ruimen tijd buiten bewustzijn. Haar toe stand is nog ernstig. DIPHTERITUS. Onder de kinderen te Westerland, op Wieringen, komt een zoodanig aantal gevallen van diphteritus voor, dat vier lokalen der openbare lagere school al zijn gesloten. DOOR HORZELS GEDOOD. Te Kiekörös is een landbouwer, die met twee paarden op het veld aan het werk was, door een zwerm horzels aangevallen. Toen hij trachtte de paarden in veiligheid te brengen, brachten de horzels hem zulke ernstige steken toe, dat] hij dood neerviel. Ook de paarden bezweken kort daarop, onder de aanvallen van den zwerm. BLIKSEM SLAATMN DYNAMIET- LADINGr. Bij Brockville in de Canadeesche pro vincie Ontario is de bliksem geslagen in. de stoomboot „J. B. Ding", aan boord waarvan zich 20 ton dynamiet bevond en die bezig was rotsen te doen springen voor het uitdiepen van de St. Laurens. Het dynamiet ontplofte met ontzettend geweld, zoodat de boot geheel vernield werd. Van de bemanning konden er slechts elf gered worden, die allen gewond waren. Een en dertig menschen zijn naar men gelooft gedood. HEUSDEN. Zaterdagavond gaf de Fanfare der Heilige Familie op de Vischmarkt haar aangekondigd concert, onder leiding van den heer Van Helvoirt uit Nienwkuijk. Dit concert trok zooals gewoonlijk een talrijk publiek.. De verschillende muzieknummers werden op verdienstelijke wijze uitgevoerd, vooral de beide concours nummers getuigden van ernstige studie. Zondag passeerden hier een 58-tal motorrijwielen, alle deelnemers aan den negende motorrit door Noordbrabant Uit alle deelen van ons land, waren deel nemers naar den Bosch gekomen, om aan dezen rit, uitgeschreven door de Motorclub „Brabant", deel te nemen.

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1930 | | pagina 3