Tweede Blad
No. 5147 Vrijdag 7 Augustus
Wie is de Man
LIMONADESIROPEN
KEUNEN MALINGRÉ
HEUSDEN.
HET BRILLENHUIS
KERKSTRAAT 30.
voor het Land
van Heusden en Altena,
de Langstraat
en de Bommelerwaard.
%uki££e Tiie ïesz
RugpijnNieren Pillen
EEK BETERE SOORT
koopt U van
H. VAN DER VEN - Den Bosch
IvigBjlemiEH'iek.
FEUILLETON
- van Huiden Voeten
Proeftuin (*orinclieni
BEHOORENDE BIJ HET
Eiken dag van uw leven staat gij bloot
aan inwendige vergiftiging uw eenige
bescherming tegen overtollig urinezuur
en andere schadelijke onzuiverheden wordt
gevormd door gezonde, krachtige werking
der nieren.
Als gij uw gezondheid op prijs stelt,
dient gij de eerste verschijnselen van
nierzwakte te kennen. Rugpijn, hoofd
pijn, aanvallen van duizeligheid en urine-
stoornissen zijn op zichzelf reeds ellendig
genoeg, zij worden bovendien dikwijls
gevolgd door rheumatiek, nierwaterzucht,
blaaszwakte, graveel en niersteen.
Grijp de kwaal krachtig in haar wor
tels aan. De versterkende, heelende en
opwekkende hoedanigheden van Foster's
Rugijn Nieren Piilen worden sinds jaren
geroemd om hun uitstekende werking bij
verzwakte nieren, waardoor deze organen
weder in staat gesteld worden om het
bloed zuiver en rein te houden.
Bij alle drogisten enz. fl.75 p. flacon.
Beste jongens en meisjes.
De oplossingen der vorige raadsels
zijn:
1.
2.
i
De fotograaf,
stal
3.
opa
Jx)ter
gries
bes
i urk
leeuw
De naam van den vogel was dus
spreeuw
Ijswafel.
7»
De nieuwe raadsels zijn:
1. Wie kan van de volgende letters
een plaats in Noord-Holland ma
ken? LAAAMKR.
2. Mijn eerste is een knaagdier, mijn
tweede is een deel van een plaats
je in Gelderland, mijn geheel is
weer een plaatsje op de Veluwe.
Ra, ra, wat is dat?
OOM KAREI!.
Naar 't Hoog Duitsch
M. SCHOEPP.
LIKEURSTOKERIJ
Brillen - Barometers - Leesglazen enz.
2.)
Hoog opgericht staat hij op den
katheder. Toornig bliksemen zijn oogen
achter den gouden bril. De goed ver
zorgde blanke handen houden een wit
dicht beschreven papier vast. Boeken
pijpen, bonte mutsen staan en liggen
door elkaar voor hem. Met zijn diepe
welluidende stem vraagt hij voor de
derde maal:
,,Ge weigert dus elke inlichting."
Diep stilzwijgen.
„Ge weet", zoo ging hij voort, „dat
die verstoktheid de daad nog erger
maakt, dat ge allen wordt weggejaagd,
als de schoolcommissie er iets van ver
neemt. En dat zal ze. De geheele stad
spreekt reeds van die ongehoorde ge
beurtenis. Ik neem aan, dat niet allen
zoo verdorven zijn, als in dezen brief
staat, Ik neem aan, dat een van jullie
de anderen door slecht voorbeeld ver
leidde. Noemt mij dien eenen On
de overigen zullen met een berisping
vrij komen. Welnu?"
Er ontstaat onrust onder de leerlin
gen. Zij stooten elkaar aan, fluisteren,
enkele toonen angst en vrees. Maar
zij zwijgen.
„'t Grieft mij, dat ik mij in jullie be
TE HEERENVEEN is Maandag een groot concours hippique ge
houden. Een van de meest geslaagde details was het nummer
„Spannen Friesche Stamboekmerries voor Beugelsjees" gereden door
heer en dame. J. E. Hofdtee uit Scherpenzeel.
HOE POES MINET HET LAND
REDDE.
II.
De koning dacht even na. Dan riep
hij uit: „Daar moet een einde aan
komen. Laat door het heele land be
kend maken, dat ik een belooning van
honderd goudstukken uitloof voor den
man, die onv van den reus kan ver
lossen."
Dat gebeurde. De koning at alleen
de korstjes van het roggebrood op en
bewaarde de rest voor zijn middag
maal. Hij ging bovenop zijn troon zit
ten, met den kroon op zijn hoofd en
een zak met 100 goudstukken naast
zich. Hij zat zoo den heelen dag en
wachtte, tot er iemand zou komen, die
hem raad zou geven. Maar het was al
bijna 5 uur geworden de koning
had een verschrikkelijke honger en
nog was er niemand komen opdagen.
Het was buiten al 'bijna donker, toen
er opeens zacht aan de deur van het
paleis werd geklopt.
„Laat maar." riep de koning tegen
een knecht, die de deur open wilde
maken, ,,laat maar, ik zal zelf wel open
doen." De koning sprong met één
sprong van zijn troon af, liep rnet zijn
kroon op zijn hoofd en zijn hermelijnen
mantel op zijn rug, naar de voordeur
en riep; „Wie is daar?"
De koning luisterde aan het sleu
telgat. Maar niemand antwoordde. Dc
koning zette nu zijn handen aan zijn
droog, dat onoprechtheid onder jullie
mij uw vertrouwen kon ontrooven, dat
de verstoktheid onder u reeds zoo'n
heerschappij voerde. Of is het vrees
voor uwen verleider, die u de tong
snoert? Zoudt ge werkelijk bang zijn
voor een schoolmakker, wiens erbar
melijke lafheid hem voor de welver
diende straf bevreesd maakt?
Lange, ademlooze rustpoos.
Dr. Securius schijnt opmerkzaam in
den geopenden brief te lezen, anders
zou hem de indruk, die zijn laatste
woorden maakten, onmogelijk ontgaan
zijn. Aller oogen richten zich op een
knaap, die wat zijn uiterlijk betreft, niet
meer in de secunda thuis hoort. Groot
en breed geschouderd is hij, een beeld
van jeugdige kracht en gezondheid.
Trotsche blauwe oogen bezielen het
mooie gezicht; op de bovenlip vertoont
zich het eerste dons in het liehtblond
van 't weelderige haar. Met somberen
spot heeft hij tot nu toe zijn makkers
aangezien; verachtelijk vloog zijn blik
van den een naar den ander. Daar hoort
hij de laatste woorden van den leeraar.
Donkerrood kleurt zijn wangen, een
schok doortrilt het krachtige lichaan,
de krachtige, gezonde tanden graven
diep in de onderlip en de vuisten bal
len dreigend. Een woeste blik treft
den leeraar.
„Ik ben 't."
Bijna onmerkbaar krimpt de leeraar
ineen.
Nog strenger richt hij zich op.
„Jij, Frits Bellerman?"
„Ja L»
Ruw en vast klinkt zijn stem. Hunne
blikken treffen elkaar.
„Waarom heb je dat niet dadelijk
gezegd?"
„Omdat wij elkaar beloofden te zwij
gen."
„En waarom heb je die belofte ver
broken?"
„Omdat ik met die lafaards daar niets
meer wil te doen hebben."
't Trotsche antwoord wekt onrust;
dreigende kreten weergalmen. Enkele
knapen springen op, en steeds wilder
rumoer vervult de klasse.
Stilte roept de leeraar, en daar 't
niet gehoord wordt, slaat hij met een
liniaal op de tafel en herhaalt met
krachtige stemstilte.
Vermetel ziet Frits de woedenden
aan. Hoe spoedig zijn ze tot rust te
dwingen. Gisteren nog onverschrokken
jongens, in tabaksdwalm gehuld, met
schorre stemmen liederen brullend en
daarbij de maat met bierglazen slaande
en nu sidderend voor één woord van
den leeraar.
„Wat ik je beloofde, zal ik houden,"
zeide die op strengen toon. „Ik zal
alles doen, om het bij de regeering
door te drijven, als jullie mij belooft,
door goed gedrag en ijverig leeren
alles in te spannen, dit misdrijf te doen
vergeten. Wat echter jou betreft Frits
bellerman
Hij zwijgt een oogenblik; zijn oogen
rusten weer op den brief.
„Om je vader spijt het mij. Hij be
leeft niet veel vreugd van je. Maar dit
mag ik niet verzwijgen. Ik heb je dik
wijls genoeg gewaarschuwd; je wil-
det niet hooren. Je bent achttien jaar,
de oudste in de klasse. In plaats van
de jongens met goed voorbeeld voor
te gaan, heb je hen verleid, waar je
kon. Je bent rijk begaafd; maar je mist
mond en schreeuwde boos: „Ik ben
de koning, koning Doris, wil je wel.
eens gauw zeggen wie je bent?"
Tot eenig antwoord klonk een zacht
gemiauw. De koning draaide nu den
sleutel om, schoof de grendels van de
deur en deed de deur op een kier open.
Het was ondertusschen heelemaal don
ker geworden. Tot zijn groote verba
zing zag de koning niemand staan. Hij
keek nog een en nog eens en toen
zag hij, vlak bij den grond, opeens
twee groene lichtjes. De koning haal
de een groote lantaarn en keek toen
nog eens, en wat denken jullie, dat
de koning vond? Een groote zwarte
poes, die op den stoep voor de deur
van het paleis zat. De groene lichtjes,
die de koning in het donker gezien
had, waren de oogen van die poes ge
weest.
„Heb jij hier aangeklopt?" bulderde
de koning boos, want hij had verschrik-
kelijken honger. Plotseling ging de poes
op haar achterste pooten staan en zei:
„Miauw". Toen kwam ze naar den
koning toe, beduidde den koning, dat
hij moest bukken, legde daarna een
zwart pootje om den hals van den ko
ning en fluisterde met een heel fijn
stemmetje hem in het oor: „Ik ben
Minet, de kater. Ik kom U helpen, om
U van Pim den toovenaar te verlos
sen
„Hahaha !f", lachte de koning luid
keels, ,,wou jij Pim de toovenaar ver
slaan? O, domme, kleine poes, ga. maar
gauw naar je warme mandje terug en
naar je schoteltje melk en vang jij maar
muizen, hoor
„Miauw, miauw !f' zei Minet, de ka
ter, wat natuurlijk ,,nee, nee" moest
beteekenen. Hij legde weer zijn zwarte
poot om den hals van den koning. „Ik
ben wel een. kleine poes, maar ik be
loof U, dat ik U vóór morgen 12 uur
van den toovenaar zal verlossen. En
als ik geen woord hou, mogen de
muizen me opeten zei Minet.
„Nou, kom dan maar even binnen,
;als je maar goed je pooten veegtzei
koning Doris lachend. Hij nam poes bij
een poot en nam hem toen mee naar
binnen. Trotsch, met zijn staart in de
hoogte, en luid spinnend, wandelde
Minet de kater, naast den koning voort.
De koning ging weer op zijn troon
zitten, terwijl Minet vlak voor hem,
op den grond ging zitten, op zijn ach
terste pooten.
„Wat krijg ik, koning Dorus, als ik
Pim de Toovenaar vang?" vroeg Minet.
„Honderd goudstukken zei de ko
ning.
(Wordt vervolgd.)
JAARVERGADERING VAN DE N.P.FL
Zooals men weet werden in het najaar
van 1929 de druiven in de twee sère's
van ons tuinbouw-voorbeeldbedrijf uitge-
poot. Als regel mogen de eerste drie jaar
van dergelijke jonge boomen geen vruchten
gekweekt worden. De groei was echter
zoo goed dat besloten werd reeds dit jaar
eenige trossen druiven te kweeken. De
vrucht liet zich van meet af aan best aan
zien. De eerste trossen druiven zijn ter
veiling te Gorinchem aangeboden en brach
ten ruim 90 cent per K.G. op. Het bewijs
is hiermede geleverd dat de grond alhier
zich eigent voor de kweek van eerste
kwaliteit druiven.
den wil, van die gaven gebruik te ma
ken. Tot nu toe vergaf ik je je stre
ken, want ik hoopte steeds, dat je
je zoudt verbeteren. Thans kan ik niet
vergeven, kan ik zelfs niet verontschul
digen. Je hebt de schoolorde op het
schandelijkst aangetast. Men ergert zich
in het openbaar over je handelingen;
ik moet het den directeur meedeelen.
Je verdient strenge straf. Maar ja,
om je vader spijt het mij."
Frits had den leeraar strak aange
zien, zonder ook slechts éénmaal diens
op den brief rustende oogen te ont
moeten. Thans haalt hij ironisch glim
lachend de schouders op, wendt zich
tot den bruinlokkigen jongen, die naast
hem zit, en hem reeds eenige malen
angstig had aangezien, en knikt hem
vriendelijk toe. De anderen bestaan
voor hem niet meer. Toen begint hij
langzaam en onverschillig zijn boeken
bij elkaar te leggen, haalt voorzich
tig het groote zilveren horloge te voor
schijn, gaapt gedwongen en toont dui
delijk, dat hij zich verveelt.
„Je hebt er toch berouw van?" klonk
het van den katheder.
Een zweem van vroolijkheid zweeft
over het gelaat van den jongen.
„Neen, mijnheer
De leeraar meent niet goed gehoord
te hebben.
>,Wat?"
Voor zoo verhard had hij zijn leer
ling niet gehouden. Hij neemt zijn bril
af, een teeken van opgewondenheid.
„Je hebt dus geen berouw? Zie je
'tdan niet als een schande aan, weg
gejaagd te worden, nadat je ruim twee
en een half jaar in deze klasse hebt
gezeten? Als een schande, voor deoo-
Op Woensdag 22 Juli j.I. hield de
Nederlandsche Pluimvee-Federatie oik-
der leiding van den Heer Bern. H. Vos,
onder-Voorzitter van de N.P.F., in dé
Sociëteit, Junushof te Wageningen eens
di uk bezochte Algemeene vergadering,
De Voorzitter van de N.P.F., de heer
P. J. van Haaren, was verhinderd de
vergadering bij te wonen, wegens een
vergadering van den N.C.B.
Het jaarverslag van den secretaris
werd besproken. Daaraan is te ont-
leenen: de pluimveestapel breidde zich
wederom sterk uit, ook in die streken.,
waar tot nu toe weinig kippen wer
den gehouden. De vlucht van de uit
breiding van den pluimveestapel wordt
met de volgende cijfers gedemonstreerd;
volgens de laatste veetelling bedroeg
het aantal kippen 24 millioen stuks^
tegenover bijna 10 millioen in 1921,
Het aantal leghoenders kan op 20mil
lioen worden geschat, welke pim. 2
milliard eieren produceeren. Geëxpor
teerd werd voor een waarde van pim,
70 millioen, waarvan bijna 62 millioen
gulden komt voor rekening van eieren
en eierproducten, tegenover resp. 633
en 68 millioen gulden aan boter ea
kaas. De binnenlandsche consumptie bo
draagt ongeveer 40 pCt. van de totale
productie van den pluimveestapel, zoo
dat de totale pluimveeteelt-voortbreiK
ging een opbrengst vormt van bijna
120 millioen gulden, welk bedrag meer
dan 10 pCt. van de totale bodempro
ductie in Nederland vertegenwoordigt.
Dergelijke cijfers spreken voldoende
voor zichzelf; zij getuigen overduide
lijk van de groote beteekenis van de
pluimvee-industrie voor onze nationale
welvaart, wat te sterker op den voor
grond treedt, nu in dezen tijd van ern-
stigen landbouwcrisis de rentabiliteit in
het pluimveebedrijf zich vrij goed heeft
kunnen handhaven. Hoewel de prij
zen der eieren een belangrijke dalling
ondergingen van 1520 pCt., liepen ook
de voederprijzen met ruim 20 pCt. ie~
rug, zoodat vermoedelijk de bruto-winsi
90 pCt. van die in het voorafgaande
jaar dicht zal benaderen.
Bij de N.P.F. waren in 1930 14 orga
nisaties aangesloten, welke gezameiE-
lijk ruim 90.000 individueele ledeiz
telden.
Door den heer Slegt werd de aan
dacht gevestigd op de inenting tegen
diptherie en pokken door de pluim
veehouders zelf.
De Voorzitter deelt mede, dat het:
bestuur van de N.P.F. het standpunt
inneemt, dat meest wenschelijk geacht
is, dat enting door dierenartsen ge
schiedt, doch de tarieven dan ook zoo
danig moeten zijn dat er eigenlijk geei®
behoefte gevoeld wordt zelf te enten,
De entstof van prof. de Blieck woïttfc
slechts aan dierenartsen verstre&ri en
waarschijnlijk zijn de andere entstof
fen die men in de praktijk gebruikt van
buitenlandschen oorsprong.
Na eenige toelichting wordt de Jaar
rekening goedgekeurd. Aan het Bestuur
onder instemming van de vergadering'
dank gebracht voor het zuinig finan
cieel beheer.
Zonder schriftelijke stemming wordt
de Bredasche Eiermijn tot lid der Fe
deratie toegelaten.
De Voorzitter deelt mede, dat de
N.P.F. pogingen heeft gedaan om zich
naast de Centrale organisaties tedoerfe.
vertegenwoordigen in het Comité vao
Economisch verweer, deze pogingen zij©
echter gefaald. De Federatie moet dus
een anderen weg zoeken om zoodra
vanuit het buitenland gevaren voor han
delsbelemmeringen dreigen, toch de be
langen der bedrijfspluirnveehouders te
kunnen dienen.
Verder herinnerde de Voorzitter, dast
13 October 1930 het Ned. Eiercontrole
Bureau een semi-officieele instel
ling tot stand is gekomen, waardoor
de in 1929 ingestelde vrijwillige con-
gen van je mede-scholieren met de
zwaarste straf gestraft te worden, die
er op school bestaat?"
Een vijandige blik treft den leeraaar
en hard en trotsch klinkt het voor -de
tweede maal:
„Neen, mijnheer
Ónder de jongens heerscht een adem
looze stilte; Frits Bellerman is in huis
oogen plotseling een held geworden,
Vele schamen zich, dat zij hem in den
steek gelaten hebben, om ten zijnen
kosten ongestrafte te blijven. Eigen
lijk hebben zij toch allen meegedaan^
en elkander eeuwige trouw gezworens-
en verheven idealen van vriendschap
vervulden de jonge harten. En nu dia
voor de eerste maal verwezenlijkt moes
ten worden, nu hadden zij' zoo jam
merlijk schipbreuk geleden, en slechte
Frits, de verleider, had zijn belofte ge
houden. 't Is den jongens slecht te moei
de. Slechts een van allen ziet Frits met
van vreugd stralenden blik aan, enksni
nauwelijks den tijd afwachten, hem dé
hand te drukken. Slechts één van M-
len gevoelt de schreeuwende onrecht
vaardigheid, die er plaats heeft Era
plotseling verbreekt zijn helder klin
kende stem de zwoele stilte, en zijs
slanke gestalte oprichtend, ziet hij des
leeraar met vlammenden blik aan.
„Als Frits weggejaagd wordt, wil Si:
ook bestraft zijn, mijnheer," zegt hij,
„Jij, Karei Güstrow?" vraagt de leer
aar verrast, en de knapen staren heers
verbaasd aan. „Jij"?
„Neen, hij niet, Karei niet," zegt
Frits op beslisten toon, „hij is er niet
bij geweest."
(Wordt vervolgd).
Nieuwsblad
VAN
en Doorzitten bij Wielrijden, Zonnebrand
en Smetten, verzacht en geneest men met
Doos 30-60 en 90 ct. Tube 80 ct.
Bij Apoth. en Drogisten