Tweede Blad
So. 5223 Woensdag 4 Mei
fl|0B 01)
voor het Land
van Neusden en Aitena,
de Langstraat
en de Bommelerwaard.
BEHOORENDE BIJ HET
Algemeene Vergadering
der Schippersvereniging
.SCHUTTE VABRc
te Werkendam, op 20 en
21 April 1932.
Donderdagmorgen half tien waren de
afgevaardigden in de Nutszaal bijeen,
teneinde de agenda verder af te werken.
Allereerst hield Mr. Smeengfe een
rede, waarin hij de Burgemeester van
Werkendam speciaal welkom heette,
hij sprak zijn groote tevredenheid uit
over de aanwezigheid der vele regee-
ringsautoriteiten, burgemeesters uit dq
omliggende gemeenten, en andere over
heidspersonen. Spr. wees er op, dat op
de agenda een groot aantal voorstellen
was geplaatst, om te geraken tot
verlaging der tol-, brug- en kadegelden,
omdat het Hoofdbestuur reeds jaren
aaneen hierop aandringt en nog blijft
aandringen.
Spr. memoreerde nog het smartelijk
verlies van ir. Dr. Lely, die door een
ongeval te Londen om het leven kwam,
hij verzocht de vergadering door op te
staan de nagedachtenis van dien ver
dienstelijken vaderlander te eeren.
Daarna kwamen a. d. orde de voor
stellen van de afd. Werkenam. Punt 1
is het verkrijgen van een vluchthaven.
Dhr. de Waard verdedigde dit voor
stel en zeide, dat deze aangelegenheid
als een simpel onderwerp tusschen de
voorstellen staat, doch zoo simpel is het
niet, zegt spr., het is een zaak van bui
tengewoon groot belang. Werkendam is
gelegen aan de groote rivier de Mer-
wede, op het punt, waar de Boven-Mer-
wede zich splitst in Oude en Nieuwe
Merwede. Bij stormweer kan het hier
geweldig „spoken" en de schippers kun
nen geen voldoende veilige ligplaats
vinden. De schippers der gemeente
Werkendam en de Werken, ongeveer
140 in getal, hebben behoefte aan betere
havengelegenheid. Het is, zegt spr.,
geen specifiek Werkendamsch belang,
doch een algemeen belang, daar het
achterland in het Zuiden ook behoefte
heeft aan een vluchthaven. Het verblijf
op de Merwede tijdens stormweer is
levensgevaarlijk en spr. memoreert de
drie ernstige ongevallen in de laatste!
drie jaren, waarbij zelfs personen om
het leven kwamen.
De burgemeester van Werkendam
geeft nadere bijzonderheden, de plaats
waar de haven moest worden gemaakt,
de kosten daaraan verbonden, terwijl
met den Minister van Binnenlandsche
zaken was gecorrespondeerd, om de
werken in werkverschaffing uit te voe
ren. De afd. Amsterdam ging geheel
accoord en vond het te betreuren, dat
de schepen hier ter plaatse geen vei
lige ligplaats konden vinden, terwijl de
heer Bets (Hoofdbestuur) mededeelde,
zich persoonlijk op de hoogte te hebben
gesteld, van de tegenwoordige haven,
dit is zeide spr., een sluishaventje en
cnvuidoende voor berging van sche
pen. Ook hij vond noodig, dat hierin
verandering kwam. De heer de Waard
protesteerde tegen de meening van den
afgevaardigde van Sliedrecht, die zeide,
dat deze haven een Werkendamsch be
lang was.
Daarna werd de uitslag der stem
ming voor een lid van het Hoofdbe
stuur bekend gemaakt. Mr. W. A. C.
van Dam was aftredend, dezie werd
met 88 van 91 uitgebrachte stemmen
herkozen, hetgeen een applaus der ver
gadering uitlokte.
Tenslotte werden alle voorstellen in
zake haven-, tol- en bruggelden tege
lijk behandeld. Besloten werd bij de
bevoegde autoriteiten er op aan tie*
dringen, deze lasten af te schaffen ot
te verminderen. Ook de sociale lasten
werden breedvoerig besproken. Even
eens werd besloten het Hoofdbestuur
te machtigen, in deze aangelegenheid
naar eigen inzichten te handelen.
Daarna werd de vergadering gesloten
en ontvingen de aanwezigen de mede-
deeling, dat half drie de rondvaart
door den Biesbosch ?ou aanvangen,
waarvoor de deelnemers een bewijs
van toegang tot de booten en een
kaartje ontvingen, waarop de reisroute
duidelijk was aangegeven.
Het weer was buitengewoon slecht,
de regen viel af en toe bij stroomen
neer en de wind zorgde er voor, dat
de temperatuur allesbehalve behagelijk
was.
Aan den aanlegsteiger lagen de twee
motorvrachtbooten de „Neeltje" van
den heer C. Ruitenberg en die „En
Avant" van J. Bastiaanse, welwillend
voor de rondvaart ter beschikking ge
steld. De booten, die geheel gepavoi-
seerd waren, en voor het vervoer van
passagiers waren ingericht, boden een
feestelijken aanblik. Hoe jammer was
het toch, dat de regen veel van dei
genoegens deed verloren gaan. Het
was ongeveer drie uur, toen de heer
Smeenge de boot betrad en men af
voer, nagewuifd door een groot aantal
belangstellenden op den wal. Een twee
tal met vlaggen versierde schepen volg
den. Het weer werd steeds slechter en
de deelnemers doken diep in hunne
kragen. Gelukkig kon de heer Smeenge
een beschutte plaats vinden in de stuur
hut. De dames boden de gasten thee
en andere versnaperingen aan, die zeer
welkom waren.
De reis verliep vlot en de stemming
bleef goed, totdat zich in de buurt van
Pauluszand moeilijkheden voordeen
met het vaarwater. Doordat het riet
van de gorzen was afgesneden en het
water vrij hoog was, was de vaargeul
moeilijk waar te nemen, met het ge
volg, dat de „En Avant" op een riet
gors liep. De „Neeltje" was het ge
lukt de moeilijkheden te overwinnen,
doch teruggaan om hulp te bieden ging
bezwaarlijk. De volgboot, bood assi
stentie en na veel moeite gelukte het
de „En Avant" weer vlot te krijgen,
zoodat de deelnemers ongeveer acht
uur ook voet aan wal konden zetten.
In de Nutszaal was ondertusschen al
les in orde gemaakt voor het diner,
waaraan 63 personen deelnamen. De
keurig verzorgde tafel leverdie een fees
telijken aanblik/ $n toen alle gasten
gezeten waren, hield de tafelpresident
de heer Smeenge, een tafelrede, ter
wijl hij voorstelde een dronk in te
stellen op H. M. de Koningin, Prin
ses Juliana, Prins Hendrik en Konin
gin Moeder. Het muziekensemble
Snoeck, die weer het muzikale gedeel
te verzorgde, zette onmiddellijk 't Wil
helmus in, dat door de gasten staande
werd meegezongen. Er heerschte een
zeer gezellige en opgewekte stemming,
de hoofdbestuursleden brachten dank
aan de Ministers voor de betoonde
belangstelling op deze vergadering.
De Voorzitter Smeenge bracht dank
aan den Burgemeester van Werken
dam voor de ontvangst in de gemeente
en tevens aan de plaatselijke afdeeling
van Schuttevaêr, inzonderheid aan den
Voorzitter den heer de Waard.
De Burgemeester en de heer de
Waard beantwoordde de heer Smeenge.
Ook bracht de heer Smeenge in een
buitengewone geestige speech dank aan
de bestuurders der motorbooten de hee-
ren R. Ruitenberg en Bastiaanse, die
beiden met hunne verloofden voor hun
ne bereidwilligheid door den Voorzit
ter ten disch waren genoodigd. Ook
de heer Cornet, die het schip had vlot
gebracht werd in geestige woorden
dank gebracht.
De Eereleden van Schuttevaêr van de
afd. Werkendam, resp. de heeren Buis
man te Zwartsluis en J. de Klerk te
Werkendam, hadden dank in ontvangst
te nemen voor hetgeen zij voor Schutte
vaêr hebben gedaan.
Daarna Stond de Chr. zangvereen.
„Hallelujah" opgesteld, die zong het
buitengewoon aardig en speciaal voor
deze gelegenheid samengesteld lied, ge
titeld j,Schuttevaêr", dat wij hieronder
laten volgen.
SCHUTTEVAÊR.
Weest welkom in ons midden
Komt vrij in Werkendam,
Het stemt tot blij verheugen,
Dat hoog gezelschap kwam.
Wees welkom, Excellentie,
Weest welkom allemaal.
Bij burgers en bij schippers
Een vriendelijk onthaal!
Aanschouwt de breede Merwe,
Vaart in den Biesbosch rond;
Wij mogen straks vernemen,
Hoe int'ressant gij 't vondt,
Ons dorp is mooi gelegen
Vlak aan een drukken stroom,
Die biedt er vaak het schouwspel
Van zeilvaart en van stoom.
Men telt hier vele schepen
Veel schippers wonen hier;
Zij houden van het varen,
Hun is hun grootst plezier.
Het varen is vaak moeilijk
En dikwijls is het zwaar,
Maar, „niet desespereeren"
Beteekent Schuttevaêr!
Doch zie nu onze haven,
Die is er veel te klein,
Dat kan toch, Mijne Heeren,
Niet de bedoeling zijn.
Geef ons een nieuwe haven
Verberging voor den wind,
Zoodat de binnenschipper
Een goede ligplaats vindt.
Dit is, van alle wenschen
Wel d'eerste van de rij,
Hij heeft den steun van allen,
Ook van de burgerij.
Als 'tkan een goede haven
En dan... een schippersschool,
Dit blijve nu voor allen
En immer het parool.
Nog een zevental nummers werden
ten gehoore gebracht en geen wonder,
dat de heer Smeenge de zangeressen
en z,angers hulde bracht voor de bui
tengewone prestaties. Het bleek weer,
dat Hallelujah over uitstekend stem-
menmateriaal beschikt. Nog geruimen
tijd bleven de gasten en de leden der
plaatselijke afdeeling gezellig bijeen,
totdat de Voorzitter Smeenge het ein
de der gezelligheid aankondigde, nadat
de heer de Waard de burgerij hartelijk
dank had gebracht voor de medewer
king, om deze 69e algemeene vergade
ring van Schuttevaêr goed te doen
slagen.
Vervolg Raadsverslag
HERPT.
Wijziging begrooting Burg. Arm
bestuur 1931. Wordt gewijzigd con
form het voorstel, in verband met
overschrijding van den post medicij
nen en geneeskundige hulp met het
bedrag van f 118,66.
De Voorzitter zegt dat thans nog
te behandelen is het voorstel van den
heer v. Herpt tot wijziging van het
ambtenaren-regelement.
De heer v. Herpt wenscht in art.
18, waar gesproken wordt over uit-
keering bij overlijden van een amb
tenaar, een gedeelte, waarbij sprake
is van en ambtenaar niet-kostwin-
ner, te schrappen. B. en W. hebben
dit voorstel overgenomen en hebben
te dier zake het Hoofdbestuur van
den Bond van gemeente-ambtenaren
gehoord, die echter adviseeren het
niet te doen. De aangevoerde argu
menten hebben er B. en W. echter
niet toe kunnen brengen, hun stand
punt te wijzigen. De twee andere be
zwaren van den heer v. Herpt ach
ten zij echter van zoo gering belang,
dat zij den heer v. Herpt zouden
willen verzoeken, deze terug te ne
men.
De heer v. Herpt verklaart zich
daartoe bereid.
De voorgestelde wijziging wordt
hierop vastgesteld.
Rondvraag.
De heer v. d. Broek merkt op, dat
in de gemeente een bepaling voor
maximum-snelheid bestaat, de palen
staan er voor, doch de bordjes zijn
wit geverfd. De bepaling luidde vroe
ger, dat de snelheid niet grooter
mocht zijn dan 15 K.M. Spr. meent
dat het nu wel 20 K.M. mag zijn.
Hij zou dit op de bordjes laten zet
ten, er wordt nu vaak buitengewoon
roekeloos gereden.
De Voorzitter belooft hiervoor zorg
te zullen dragen.
De heer v. Herpt merkt op dat de
A.N.W.B. toestemming heeft gekre
gen tot het plaatsen van handwijzers,
daartegenover meent spr., mocht cle
bond op zijn borden ook de naam van
Herpt weieens plaatsen.
De Voorzitter belooft ook hierop
de aandacht te zullen vestigen.
De heer v. Herpt heeft in de raad
zaal de foto zien hangen van de in
gebruikstelling van de pompinstalla-
tie in den polder, welke ingebruik
stelling door den Burgemeester is
verricht, voor welke daad het pol
derbestuur Z.Ed.Achtb. zeer erken
telijk was. Dat de burgemeester nu
de foto van deze plechtigheid in de
raadzaal heeft doen ophangen, doet
het waterschapsbestuur zeer veel ple
zier en het is hem daarvoor zeer er
kentelijk.
De Voorzitter zegt, dat hij heeft
gemeend, dat de raadszaal waar men
bij die gelegenheid eenige oogenblik-
ken gezellig bijeen heeft gezeten, de
geschikste plaats was om deze foto
op te hangen.
De heer Verhoeven vraagt of de
Voorzitter al reeds iets heeft gehoord
over de verlichting van het Bernsche
Veer.
De Voorzitter antwoordt, dat de
opzichter van den Waterstaat, dien
hij er over heeft gesproken inmiddels
is verplaatst. Hij zal zich zich thans
evenwel eens wenden tot den opzich
ter te Heusden, die nu met dit ge
deelte belast is.
De vergadering wordt hierop door
Voorzitter gesloten.
COMITÉ VAN ACTIE TEGEN
WETSONTWERP TERPSTRA.
„Allerlei omstandigheden".
In het Rapport Rutgers wordt ge
zegden Minister Terpstra gaat er
mee accoord dat er geen sprake
van kan zijn, ouders, die beloofd
hebben hun kinderen naar een op
te richten bijzondere school te zen
den, doch die belofte niet gestand
doen, voor schadevergoeding aan te
spreken.
„Allerlei omstandigheden kunnen
zich voordoen, tengevolge waarvan
ouders aan hun voornemen geen uit
voering kunnen geven" zoo betoogen
de meerderheid van de Staatscommis
sie en de Minister.
Heel wat van die „allerlei om
standigheden" kunnen de schoolbe
sturen en hun handteekeningen-col-
porteurs voorkomen.
Laten zij niet werken met zoo
vaak voorkomende mededeelingen
alsmeester is 't er mee eens mee
ster (en de juffrouw) gaan mee over
de openbare school wordt „omgezet"
en 'tkost dus geen geld.
Laten zij niet in het Noorden aan
een gemeente vertellende school
komt in deze buurt, terwijl zij in het
Zuiden de vaste verklaring afleggen,
dat de school dadr komt.
Als werkelijk juiste inlichtingen
worden gegeven, zullen zich niet zoo
vaak „allerlei omstandigheden voor
doen, tengevolge waarvan ouders aan
hun voornemen geen uitvoering kun
nen geven".
Toen voor een paar jaren geleden
in een buiten het centrum gelegen
wijk van Amsterdam een actie ge
voerd werd voor de stichting van een
openbare school en ook op lijsten
handteekeningen van ouders verza
meld werden, is duidelijk gebleken,
dat zich bij eerlijke voorlichting
in openbare vergaderingen, zoowel,
als door ter zake kundige huisbezoe
kers niet „allerlei omstandigheden
voordoen, tengevolge waarvan oudere
aan hun voornemen geen uitvoering
kunnen geven".
88. Rob was zich vaag bewust, dat hij een ver
trek binnenging, waarvan de muren met Egyp
tische schilderingen bedekt waren. In het midden
stond een ruwhouten tafel, terwijl in een hoek
een bed geplaatst was. Teeder als een
moeder stopte de oude man Rob in bed, toen
verliet hij het vertrek om spoedig weer terug
te komen met een kop water en wat voedsel.
„Eet en drink wat," zei hij, „en ga dan slapen.
Morgen kun je me je geschiedenis wel vertellen."
89. Een paar minuten nadat hij klaar was
met de maaltijd, was Rob vast in slaap. Terwijl J
hij sliep zat de oude man bij het licht van de
lantaarn te studeeren in oude geschriften. Aan
z'n voeten strekte zich een luipaard uit, terwijl
een raaf op de tafel zat en met zijn vleugels
klapte als om de aandacht te trekken.
90. De zon zond haar stralen door een opening
in de zolder, toen Rob wakker werd en rond-
staarde in de vreemde omgeving. Bij het zien
van het luipaard, dat vlak naast z'n bed stond,
was hij eerst ODgerust, maar de oude man stelde
hem dadelijk op z'n gemak. „Heb maar geen
vrees, mijn zoon," zei hij, „hij doet heelemaal
geen kwaad." Gerustgesteld sprong Rob uit bed,
ging aan tafel zitten en streelde het dier over
de kop. „Het ontbijt is zoo klaar," zei de vreemde
oude man, terwijl hu niet een blaasbalg het vuur
aanwakkerde. „En dan zullen we eten en praten."
$imïM