-o- üsi wm Kantongerecht (lensden INGEZONDEN Het slachtoffer was in Amsterdam woon achtig. De duoryder Bosman is ter verpleging in het ziekenhuis opgenomen. Zijn toestand is erustig, doch niet levens gevaarlijk. De bestuurder van het motorrijwiel, komende uit de richting Utrecht, werd licht gewond, evenals zijn echtgenoote die op de duo was gezeten. GRUWELIJKE VONDST. Toen een landbouwer uit Peel (over de grens op den weg Venlo— Crefeld) Dins dagmiddag van het land naar huis terug keerde, vond hy zijn vrouw niet in de woning. Op zijn roepen ontving hy geen antwoord, zoodat hij een onderzoek in stelde. In den koestal ontdekte hy nog versche, groote bloedplassen. Tot zyn ontzetting zag hij in een klein voederhok de afgehakte linkerhand van zijn vrouw op een houtblok liggen, waarlangs een bebloede bijl lag. Een bloedspoor voerde hem naar een gierput, waarin het lyk van de vrouw gevonden werd. De onmiddellijk gewaarschuwde recher che stelde aanstonds een uitgebreid onder zoek in. Zij stelde vast, dat hier van misdaad geen sprake kon zijn, doch dat zelfmoord vaststond. De vrouw heeft •blijkbaar in een vlaag van waanzin zich van het leven beroofd. Zij was 38 jaar en moeder van drie kinderen. O INBRAAK TE SLIKKERVEER. Zondagnacht is ingebroken in de nieuwe Wilhelminakerk te Slikkerveer. De kast in de consistorie is opengebroken, ter wijl verschillende nieuwe deuren ernstig zyn beschadigd. Doordat er geen geld aanwezig was, is er niets ontvreemd. De dieven hebben waarschijnlijk het oog ge had op de j 1. Zaterdag ontvangen plaats gelden, doch deze waren niet meer aan wezig. STRAFZITTING VAN HET KAN TONGERECHT TE HEUSDEN, van Vrijdag 1 Juli 1932. Kantonrechter: Mr. C. W. van Om meren. Ambten, v. h. Openb. Ministerie: Jhr. Mr. E. Verheijen. Griffier: Mr. G. H. Bleeker. Een 40-tal zaken staan er op de rol, waaronder 2 strafzaken. A. G. v. d B., handelsreiziger te Bergen op Zoom, had met zijn auto aan den Nieuwendijk met eene uur- snelheid van 60 K.M. gereden. Deze zaak is op d'e vorige zitting reeds be handeld, maar toen door den Kanton rechter uitgesteld om te informeeren of het gerucht juist was, dat verdachte het zoo arm had. Aan den rijksveld wachter Hoogeboom te Almkerk had de Kantonrechter toen opgedragen naar een en ander te informeeren. Uit in- formatie's is gebleken, dat verdachte er behoorlijk goed bij zit. Kantonrechter: Er is voor mij geen énkele reden om verdachte niet eene normale straf te geven. Hij krijgt f20.00 of 10 dagen. - G. T. v. d. W. en W. V., beiden vis- schers te Woudrichem, hadden op de Maas een 10-tal natte wargarens met te kleine mazen vervoerd. W. V. is persoonlijk verschenen en G. T. v. d1. W. bij gemachtigde. Kantonrechter: Je wist toch wel, dat de mazen te klein waren? Verdachte W. V.: Ja, dat wisten we wel, maar we deden het omdat we ook moeten eten en we met de voorge schreven maaswijdte minder visch van gen. Kantonrechter: Je zegt ten minste de waarheid. En ben je hier van je leven al eens meer geweest? Verdachte W. V.: Ja allebei, ieder één keer, voor rijden zonder licht. Kantonrechter: En wat wilden jullie nou eigenlijk wel? Verdachte W. V.: We zouden graag het raam en de kurken terug hebben. Kantonrechter: Voor ditmaal zal ik dat dan nog eens doen, omdat ik van jullie nooit last heb en jullie arm zijn, cnaar een volgende keer doe ik het niet meer, weet dat wel. Dan geef ik je nu ieder f3.00 of 2 dagen, en verklaar de wargarens verbeurd, maar je mag hier ojr> de griffie gaan zitten én onder toezicht de netten uitsnijden én dan kun je het raam en de kurken meenemen. M. S., te Woudrichem is gedag vaard terzake dat hij een overzetdienst tusschen Woudrichem en Gorinchem uitoefent met een niet-goedgekeuirde motorboot. Verdachte: Ik oefen geen veerdienst uit, want ik vaar overal heen waar heen men mij aanneemt. Kantonrechter: Ik beweer, dat jewel én daarom vraag ik je of je je boot Alsnog wilt laten keuren. Verdachte: Ik meen, dat ik dat niet hoef te doen, daar ik geen veer heb. Kantonrechter: 'tls natuurlijk je be doeling om vrij te zijn en een veer dienst te varen op dagen, welke het jou goeddunkt, dus niet onderworpen te zijn aan de bepalingen van de Veer- wet en 't Noord-BrabantschZuid-Hol- landsch verenreglement. Dit is natuur lijk eene minder fraaie concurrentie met Jan van Straaten, die alles in or de heeft. Een dergelijk onordelijk ge doe als van jou, valt bij mij heusch niet Jn den smaak. Ik zie hier in het proces-verbaal het volgende: „S. heeft geen geregelden veerdienst, doch vaart alleen op Zondagen en op andere da gen, waarop drukte verwacht wordt. Hij regelt dan zijn eigen diensten zoo danig, dat hij steeds vlak vóór den gereglden veerdienst vertrekt en aan komt, zoodat hij den geregelden dienst zeer benadeelt." Verder heb ik hier een op je boot afgegeven gedrukt kaar tje waarop staat ,,Motordienst ,,Ma- chiel", GorinchemWoudrichemLoe- vestein, Ondernemer Smits Wou drichem. Heenreis f0.25" en daaron der met potlood geschreven „terug rijs". Jirken je dit kaartje te hebben afgegeven? Verdachte (aarzelend): Ja dat heb ik. Kantonrechter: Als dit kaartje dan geen bewijs van een veerdienst is, dan weet ik het niet meer. „Wat is een dienst anders dan een heen en trrug varen op gezette tijden"? En waar je op Zaterdagmiddag en op Zondag ge regeld op gezette tijden vaart, heb je een veerdienst, ook al vaar je de andere dagen in het geheel niet. Maar op andere dagen vaar je ook steeds wan neer personen zich voor overvaart naar Gorinchem aanmelden. Daarbij komt nog, dat je kaartje zelf aangeeft, dat je een motordienst hebt tusschen GorinchemWoudrichem' en Loeve- stein, dus tusschen bepaald door je zelf aangegeven plaatsen. En dan staat ook nog op het kaartje „Ondernemer Smits Woudrichem" en nu zul je me toch wel toe moeten stemmen, dat men niet van ^onderne mer" b.v. van een parlevinkersdienst spreekt. Het woord „ondernemer" duidt met inachtneming van hetgeen op de door jezelf afgegeven kaartjes staat gedrukt, op het uitoefenen door jezelf van een motordienst voor passagiers! tusschien GorinchemWoudrichem Lotevestein dus op het uitoefenen van een veerdienst. De Heer Ambtenaar van het openbaar Ministerie: Ik vraag f25.00 of 20 dagen. Kantonrechter: Met dien eisch kan ik mij zeer wel vereenigen. Wilde ver dachte zijn motorboot alsnog direct laten keuren, dan zou ik met een lichte straf willen volstaan, maar nu hij dat niet wil moet hij maar voelen. Ik geef hem f25,00 of 10 dagen. T. A. d. D., arbeider te de Werken, had te Werkendam op den polder de Zalm een vuur aangelegd in een keet vlak bij rietbossen, zoodlat de rietbos- sen in brand vlogen en de geheele keet afbrandde. Verdachte bekent. Kantonrechter: Maar je bent toch dom om zoo vlak bij rietbos sen een vuurtje te stoken, terwijl het, zooals uit het proces-verbaal blijkt, hard stormde. Verdachte: 't Stormde niet, maar het woei wel een beetje. Kantronrechter: Dat is een verschil van appreciatie. Wat een ander „storm" noemt, noem jij misschien een zacht „ruischend windje". Maar wat deed je in de keet? Je mocht er toch niet inkomen is het wel.? Verdachte: Willem Holster en Her man Spiering gingen hout halen toeyi ik met een lucifer wat papier in de keet aanstak. Ik mocht niet in de keet komen. Getuige Willem Holster: Toen ik in de keet kwam, zag ik, dat een bos riet onder den schoorsteen brandde en dat het dak ook al in brand stond. Het stormde uit het Zuidwésten. Kantonrechter: De keet van het Kroondomein was voor f 900 verze kerd. Was het nog een flinke keet? Getuige Holster: 'tWas niet veel zaaks. Kantonrechter: Gelukkig dat het Kroondomein dan geen schade lijdt. En jij verdachte, voor jou is het een geluk, dat je hij mij niet slecht bekend staat. Maar voorzichtigheid moet ik je leeren, want je bent wel heel er!g roekeloos geweest. Ik geef je f 10.00 of 5 dagen. i A. T., chauffeur te Genderen, had met zijn auto „snordiensten" gereden. Verdachte is niet verschenen. Getuige S. van Gorkum, landbouwer te Genderen verklaart als volgt: Ik rijd af en toe met verdachte mee. Déze keer had ik niet afgesproken ien de auto ook niet besteld. Ik heb mijn arbeider laten uitkijken en toen verdachte met zijn auto kwam ben ik ingestapt. Kantonrechter: En hoeveel heb je betaald? Getuige van Gorkum: Op de terug reis heb ik voor heen en terug f 1.20 Obetaald. Kantonrechter: En verdachte schrijft mij een brief, waarin staat, dat je hem in den Bosch voor die reis (heenreis) niet hebt betaald. Getuige van Gorkum: Ik weet zeker dat ik f 1.20 heb betaald voor de heen- en terugreis. i Kantonrechter: Dus wil verd. mij mis leiden. Enfin, 'tis hem toch niet ge lukt. Ik geef hem f 10.of 5 dagen. A. T., chauffeur te Genderen, had nog eene dagvaarding voor het rijden van snordiensten met zijn auto. Als getuigen worden nu gehoord A. Timmermans en M. Spoor. Getuige Timmermans, landbouwer te Eethen, verklaart: Ik had verdachte van te voren niet besteld. Ik heb hem 60 cent betaald voor de reis van Gende ren naar 's Bosch. Soms bestel ik ver dachte wel. M. Spoor, veekoopman te Eethen, verklaart: Ik had verdachte niet be steld. Ik heb 65 cent betaald voor eene reis van Eethen naar 's Bosch. Kantonrechter: Meerdere menschen in Genderen en Eethen schijnen zich bijzondér voor snordiensten te intres- sieeren. Ik begrijp niet, dat ver standige menschen het gesnor in de hand willen werken, waar zij weten, dat de geconcessioneerde A.L.A.D. heusch geen weelderig bestaan heeft en bij vervoer van nog minder passagiers ze ker den dienst zal staken. En dan is Leiden natuurlijk in last. Verdachte krijgt f 15.00 of 10 dagen. J. v. B., mandenmaker te H&dik- huizen had Mej. Maria Verhoeven aan gereden in de Herptsche straat te Heus- den. Verdachte kwam op zijn rijwiel uit de richting Herpt en bereed het voor hem linksche gedeelte van de straat, terwijl Mej. Verhoeven uit de richting Heusden kwam en het voor haar rechtergedeelte van de straat be reed. Gevolg was eene botsing, waar bij Juffrouw Verhoeven een tand ver loor en haar rijwiel eenigszins geha vend was. Kantonrechter: Waarom reed je aan den linkerkant. Verdachte: Ik dacht dat ik op een rijwielpad reed. Getuige Maria Verhoeven: Ik reed rechts en verdachte reed geheel ver keerd aan de voor hem linkerzijde der straat. Ik viel op mijn gezicht en had veel pijn aan mijne tanden. Eén snij tand moet ik missen. Mijn rijwiel its eenigszins beschadigd. Ik stel eene vor dering tegen gedaagde in van in to taal f53.95. Kantonrechter: Verminder die vorde ring nu tot f 50, anders mag ik er bij een strafzaak geen kennis van nemen. Getuige Maria Verhoeven: Dat wil ik wel doen. j Kantonrechter tegen gedaagde: Jij bent de schuldige en nu vraag ik je wil je de f50 schadevergoeding beta len? Verdachte: Ik wil ze wel betalen,, maar ik kan ze niet betalen. Kantonrechter: Dan zal ik vandaag geen vonnis geven, maar op 5 Augustus a.s. zal ik het doen. Als je dan do geheele schadevergoeding hebt betaald of een regeling met Mejuffrouw Ver hoeven hebt getroffen, dan krijg je van mij geen zware straf. Zorg dus;, dat vóór 5 Augustus a.s. alles in or de is. Vergadering van den Raad der ge meente ALMKERK, op Donderdag 30 Juni 1932, des n.m. 5 uur. Voorzitter: EdelAchtb. Heer H. Blok. Secretaris: WelEd, Heer C. J. v. d. Wiel. Aanwezig alle leden. De Voorzitter opent de vergadering met gebed en verzoekt hierna den Se cretaris, de notulen der vorige ver gadering voor te lezen, welke onver anderd worden goedgekeurd. Nadat een 4-tal minder belangrijke ingekomen stukken voor kennisgeving zijn aangenomen, komt een schrijven ter tafel van den Proeftuin te Gorin chem, waarin wordt verzocht, evenals het vorig jaar een subsidie te mogen, ontvangen,. B. en W. stellen voor een subsidie van f 50 te verleenen. De beer Nieuwenhuizen acht het be drag In dezen tijd wel wat hoog, spr. vindt bet luxe en vraagt of het niet met 'wat minder -kan. De Voorzitter brengt naar vorefri, dat het voor den Proeftuin ook e|en moeilijke tijd is en zegt, dat het de bedoeling is, dat het bedrijf zich op den duur 'zal bedruipen, waar we nu nog ver van af zijn. Spr. vindt het geen luxe, want als men hulp of raad noo- dig heeft, kan men zich vervoegen naar genoemden Proeftuin en vindt het een groot belang voor de menschen uit deze streek. De heer Koekkoek heeft verschillende menschen gesproken, die er toch geen belang 'bij hadden. De heer Verschoor vindt, evenals de heer Nieuwenhuizen, f50.wel wat veel in dezen tijd. Spr. gelooft, dat er weinig zijn, die het intresseert. Voorts maken er weinigen gebruik van het aankoopen vart planten, zelfs zijn er planten mislukt. De Voorzitter zegt, dat het hier een 1 voorbeeldbedrijf geldt, verkoop van planten komt pas in de tweede plaats, een proefbedrijf is voor onze tuinders, die op lateren leeftijd zijn begonnen, zeer noodig, dat men er weinig ge bruik van maakt is jammer, en vindt wellicht zijn oorzaak, dat de cost gaat voor de baat." De heer Burghout vindt het niet flink, nu men denkt ze niet meer noo dig te hebben, om dan geen subsidie meer te geven. Spr. zegt, wij moeten niet afbreken, maar mee helpen op bouwen, hij is voor subsidie van f 50. De Voorzitter brengt naar vor^n, dat als men wil, daar toch kennis! verkregen kan worden in de tuinbouw- aangelegenheden. De heer Verschoor zegt, dat het zijn bedoeling niet is, de zaak af te bre ken, als de gemeente eens f25 gaf in tiezen crisistijd. De heer de Jong zegt, dat B. en W. gemeend hebben, dat zij evenals vorige jaren met dit voorstel moesten ko men; ook de proeftuin maakt een zeer moeilijke tijd door, daarbij is het geld niet weggegooid en ook is het een belang voor deze streek. Na nog eenige discussie, wordt het voorstel van B. en W. met 7 stemmen voor en 4 tegen, aangenomen. Voorstel van B. en W. tot opheffing steunverleening. De Voorzitter bespreekt in het kort den loop van zaken sinds de vorige vergadering en zegt o.a., dat er 15 men schen bij de werkverschaffing op den polder Pauluszand kunnen worden ge plaatst, op het oogenblik zijn er 13 bij, zoodat er nog 2 personen geplaatst kun- rien worden, waarvoor zich nog nie mand beeft aangemeld; daaruit is, vol gens spreker, af te leiden, dat er thans geen steuntrekkers meer zijn en in verband hiermede meenen B. en W., dat bet nu tijd is, de steunregeling stop te petten. Doch mocht de werk loosheid zich onverhoopt weder uit breiden, dan kunnen weer andere maat regelen worden getroffen. De heer v. d. Meijden vraagt als er nu nog zijn die geen werk hebben, of die menschen zich dan bij het Bur gerlijk Armbestuur kunnen vervoegen, waarop de Voorzitter bevestigend ant woordt. De heer Burghout vraagt, hoeveel werkeloozen er nu nog zijn ingeschre ven. De Voorzitter antwoordt, dat dit j.l. Zaterdag totaal 20 bedroeg, doch alle geen steuntrekkenden. De heer Burghout vindt het gevaar lijk, het contact met den minister te verbreken, nu kunnen de werkloozen di<e er nog over schieten wel naar het Burgerlijk Armbestuur, maar dit vindt spreker niet goed. De Voorzitter zegt, dat de steunver leening is goedgekeurd tot 2 Juli, zoo- dat opnieuw weer verlenging moet worden aangevraagd. Echter doet zich volgens spreker, thans de moeilijkheid voor, dat B. en W. nu geen steuntrek kers kunnen opgeven, waarvoor subsi die moet worden gevraagd. De heer v. d. Stelt zegt, wel gehoord te hebben hoe de steunlijst j.l. Zaterdag er uit zag, doch zou graag vernemen, hoe dit op dezen dag er uit ziet, want volgens spreker zijn er aan den Nieu wendijk bijgekomen, die er vorige week nog niet waren. De Voorzitter zegt, dat zooals hij reeds heeft opgemerkt, er nu geen steuntrekkers meer zijn, want onder de ingeschrevenen van Zaterdag, zijn vele gezinsleden die niet voor steun in aan merking komen. De heer v. d. Stelt is het volkomen met de heer Burghout eens, temeer daar spreker vernomen heeft, dat er eerstdaags weer menschen klaar ko men en wel te Gouda en bij Mons- houwer. De Voorzitten* merkt op, dat voor deze menschen weer een andere cate gorie van steunregeling bestaat. De heer Koekkoek zegt, werkloozen te kennen, die zoo maar voortsukkelen en niet durven komen om steun, spr. vraagt of voor deze menschen ook niet wat gedaan kan worden, waarop de Voorzitter antwoordt, dat als zij naar die menschen toe zouden gaan, de rollen dan omdraaien, daar kan het gemeentebestuur niets aan doen. Ook zouden wij ons, aldus spr., op een ge vaarlijk terrein begeven. De heer Burghout geeft in overwe ging de steunregeling weer voor 3 weken te verlengen, hij is van mee ning, dat zoolang er werkloozen zijn, hiervoor steun aangevraagd moet wor den. Ook de heeren Koekkoek en v. d. Stelt zijn deze meening toegedaan. De Voorzittejr zegt, dat dit onder werp nu voldoende is besproken, hij zou in verband met de stemmen die hij thans in den raad verneemt, het beste vinden, dat de steunregeling thans voor onbepaalden tijd wordt ge schorst. De heer v. d. Stelt vraagt of den Voorzitter dienaangaande met een voor stel wil komen, waarop de Voorzitter antwoordt, even met de Wethouders te zullen spreken. Nadat dit is geschied stelt de Voor zitter namens B. en W. voor, de steun regeling voor onbepaalden tijd te schor sen en tevens B. en W. te machtigen, om bij een door den raad te bepalen aantal, weer subsidie aan te vragen. Na nog eenige discussie tusschen den Voorzitter en de heeren Koekkoek, Burghout en v. ,d. Stelt, wobdlt bet nadér voorstel van B. en W. m*et 7 stemmen voor en 4 tegen aangenomen. Tegen schorsing der .steun stemden d,e heeren Koekkoek, v. d. Stelt, Burg hout ,en de Bok. Hierna wordt de verordening op den dienst der arbeidsbemiddeling en de instructie voor den agent vastgesteld, waarna tot agent der arbeidsbemidde ling wordt benoemd, de heer A. J. Pouli. Voorstel vaststelling verordening, re gelende de eischen van benoembaarheid en de bezoldiging der gemeente-veld wachters, welke verordening wordt vast gesteld. I De af- en overschrijving begrooting 1931 wordt hierna goedgekeurd. Voor het nazien der rekening dienst jaar 1931 wordt door den Voorzitter een commissie aangewezen, bestaande uit de heeren A. Burghout, B. Koek koek en A. de Bok. De Voorzitter deelt hierna mede, dat de kasopname bij den gemeente-ontvan ger en bij het G.E.B. heeft plaats ge had en alles in orde is bevonden. Bij dé rondvraag verzoekt de heer v. d. Wal, den bliksemafleider nabij zijn woning te willen herstellen. De Voorzitter zegt dit toe. De heer Burghout vraagt of bij wia- dér-uitkeering .van steun weer eert wachttijd wordt gesteld. De Voorzitter antwoordt hierop ont kennend. Daar niemand meer het woord ver langt, sluit de Voorzitter deze open bare vergadering, waarna de raad over gaat in geheime zitting. Buiten verantwoordelijkheid der Redactie. Hoogeachte Redactie 1 Vergun mij ook een klein plaatsje in Uw veel gelezen blad, naar aanleiding van het schrijven van den „Inwoner". Ik zou langs dezen weg „Inwoner" willen vragen hoe komt het toch, dat gij zoo geheimzinnig zijt in Uw schrijven U zoudt toch Kees en Wim ontmaskeren niet waar? Hoe meer ik U geschrijf na ga, hoe meer ik tot de overtuiging kom dat U evenmin als ik weet, wie de personen zijn. Ik zou U willen aanraden, maak Uw naam bekend en werk niet langer achter de schermen. U noemt het geschrijf van Kees en Wim in Uw eerste stuk een banaal schrijven, maar ik zou dit eerder van Uw schrijven moeten denken. Kees en Wim hebben goed gewerkt, de boeren hebben hun steun al te pakken „Inwoner". Veel zou ik hier nog over kunnen schrijven, maar misschien komt hier nog wel een betere gelegenheid voor. U, mijnheer de Redacteur, dankend voor de verleende plaatsruimte. Almkerk, Juli 1932. A. v. d K. Eenige zinsneden bekort en geschrapt. Redactie. ALMKERK, 30 Juni 1932. Mijnheer de Redacteur, Als abonné van uw blad, verzoek ik U beleefd mij een plaatsje af te staan in uw blad, voor het volgende. In uw nummer van 29 Juni j.l. komt voor een schrijven van een inwoner. Deze inwo ner heeft in een vorig schrijven bekend ge maakt, dat hij Kees Komkommer en Willem Por, aan het publiek bekend zal maken, wil hij dat doen en kan hij dat, mij goed, maar laat hij er dan de C.-H. partij en de afdeeling Almkerk van den Chr. Nat. Arbeidersbond buiten laten. Want als inwoner zegt, K. K. en W. P. zijn van de C.-H., zonder nadere aan duiding, dan kan men er ieder lid van de C.-H. wel op aan kijken, en er zijn nog C.-H. mannen genoeg die van al dat courantengeschrijf niets moeten hebben. Ook schrijft inwoner, dat het Kees en Wim in hoofdzaak te doen is, om pro paganda te maken voor de afd. Almkerk van de Chr. Nat. Arbeidersbond, doch dan wil ik er inwoner opmerkzaam op maken, dat die afdeeling er geen speciale propagandisten op na houdt, maar dat ieder lid propagandist moet zijn, niet op bedekte wijze, doch openbaar. En dan, Mijnheer den inwoner (het is treurig maar toch waar), dat juist deze abnormale tijdsomstandigheden voor de arbeidersorganisatie's de grootste propa gandist is. Doch wanner de inwoner de personen van Kees en Wim kent zooals hij voorgeeft laat hij ze dan met naam en voornaam vin de courant zetten, er zal dan zeker een einde komen t ^^«gHi>iawKaM»awaaB^i%ii m»mh*r in m ilium in .i—jf i'ii immii1 m nu —O—

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1932 | | pagina 2