Oit nummer Bestaat uit 2 Bladen
Zislssrrrarf.
Uitgave FIRMA L. J. VEERMAN - HEUSDEN
*and van alten a
De verjaardag van
H. M. DE KONINGIN.
FEUILLETON.
Hiiitenlaiid.
No. 5257 Woensdag 31 Augustus 1932.
Binnenland.
Dit blad verschijnt WOENSDAGMORGEN en
VRIJDAGMIDDAG.
Abonnementsprijs: per 3 maanden f 1.10
en franco per post beschikt f 1.25. Afzonderlijke
nummers 5 cent.
Int. Telefoon no. 19.
Postrekening no. 61525.
Advertentiën van 16 regels 90 cent. Elke regel
meer 15 cent. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentiën worden tot Dinsdagmiddag 1 uur en
Vrijdagmorgen 9 uur ingewacht.
Een feestviering tot herdenking, dat
Koningin Wilhelmina wederom een jaar
Naar het Fransch.
<~W fV? fff fff t
96.
En de kogels, die ik om mijn boren
heb hooren fluiten, denk je, dat ik dat
ook gedroomd heb?
Mijn God! Mijn God!
Met welk doel? Waarom mijn
dood? vroeg je mij. Ik begrijp het "niet.
Ik kan er geen verklaring van geven.
Toch moet ik veronderstellen, dat ik
mijnheer de Beaupreault in den weg
ben, en dat hij mij vreest, omdat hij
voor geen moord terugdeinst. Men
heeft mij beschuldigd Van een moord en
mij veroordeeld. Nu begrijp ik niet,
waarom hij mij niet kalm m.ijn straftijd
laat uitzitten? Waarom mij in dien val
strik gelokt? Wat heeft men te vree
zen, wanneer ik tracht, de waarheid
betreffende dien moord te weten te
komen.
Die waarheid schijnt hun dus angst
in te boezemenWaarom?... Twij
fel je nu nog, Louise? 'tis alleen aan
een wonder toe te schrijven, dat het mij
gelukt is, Frankrijk te bereiken en ge
durende mijn overtocht niet in handen
der politiie te vallen. Beaupreault en
Collivet hebben zich niet te verwijten,
want zij hebben alles in het werk ge-
over Nederland heeft mogen regeeren,
behoeft geen verklaring.
Zij is zóózeer in waarheid de Lands
vrouwe, zóó innig verbonden aan ons
nationaal besef, dat de blijheid van ons
volk om het bezit van deze Souvereine
in Haar volle levens- en arbeidskracht,
een vanzelfheid is. Een ontbinding in
alle factoren, welke tezamen leiden tot
steld, om mij te doen omkomen.
Collivet heeft mij op den voet ge
volgd. Hij heeft mij niet uit het oog
verloren. Op de Britannia vermoedde
ik niet, dat hij mij bewaakte. En het
scheelde 'maar weinig, of te Southamp
ton 'had ik mij met hem ingesóheept
op dezelfde boot, die mij naar Havre
moest brengen.
Ik 'zeg je, overal bemerkte ik, dat
die beide mannen mij bewaakten. Want
in hunne lage handelwijze zijn ze onaf
scheidelijk. De eene is het hoofd, de
ander 'de knecht. Beaupreault beveelt,
Collivet 'gehoorzaamt. Beaupreault is
een 'schurk en een lafhartige verrader.
Je 'ziet dus, Louise,.dat je hem niet
kunt liefhebben
Gerard, 'een lafhartige verrader,
o! neen, mijn God, neen!!
Haudecoeur liep koortsachtig opge
wonden 3t vertrek rond.
Mijnheer de Beaupreault kent mijn
schuilplaats dus?...
Ja.
Dan is er geen aarzeling meer
mogelijk. Hij zal trachten mij te red
den, zooals hij (dit reeds te Bourail
deed. Ik ken zijn tusschenkomst. Die
redding ismijn terugkeer naar de
galeieni.
En zijn handen 'tegen het voorhoofd
slaande, voegde hij er zacht bij:
Tenminste als ik den dood niet
kies!
Gelukkig hoorden de beide vrouwen
dit niet.
En als hij u eens redde, vader?
dit gevoel van aanhankelijkheid, van
dankbare waardeering, zou de beteeke-
nis van het geheel verzwakken. Waar
om öp den voorgrond te stellen de
inwerking op ons gemoed van de histo
rische herinneringen aan Haar roem
rijke voorvaderen en het doorluchtig
Oranje-geslacht; de bekoring der per
soonlijke waardigheid en gratie, of de
vroeg Louise snikkend.
Haar hart was nog in tweestrijd.
Zij kon het niet gelooven.
Haudecoeur begreep het leed zijner
dochter.
Hij aarzelde te antwoorden:
'tls beter, dat je de geheele waar
heid kent zeide hij ten slotte
dat is beter dan zulk een liefde Nu
is het nog tijd dat je hem vergeet
Later is dit misschien onmogelijk.
Hij omhelsde zijn dochter teeder.
Als hij mij redt, zal ik bekennen,
dat ik mij vergist heb Maar als je
er zeker van wilt wezen, dat ik mij
niet bedrogen heb, als je zelf een be
wijs van het verraad die beide mannen
wilt hebben, ga dan beide mede; naar
mijn zolderkamertje; 'tis nu het uur,
waarop Gerard mij behulpzaam zou
wezen, dit huis te verlaten; ik weet niet,
hoe hij het zal aanleggen, maar ik
verzeker je, dat het weer een valstrik
isGe kunt zelf oordeelen!
Hij begaf zich naar den zolder.
Bevend volgden de beide vrouwen
hem.
'tZou misschien beter wezen
dacht hij als ik mij niet meer om
Beaupreault en Collivet bekommerde,
daar de agent toch het huis heeft ver-
verlaten en ik daarvan gebruik maakte,
om met stille trompet den aftocht te
blazen
Op dit oogenblik kwam juffrouw
Leon boven.
Zou ik kunnen vertrekken?
vroeg de vluchteling.
waardeering voor de dagelijksche toe
wijding aan de volkszaak? Waarom te
ontleden onzen eerbied voor Haar zelf
verloochening en moed; onze erken
ning, dat Zij ons allen een voorbeeld
is in ernst en levensopvatting en door
een soberheid, die toch nimmer het
vorstelijke schaadde en ons juist in deze
benarde tijden de gedwongen zelfbe
perking zooveel lichter maakt; ons be
sef dat Zij het is, die bovenal den Ne-
derlandschen naam hoog houdt in de
wereld? Al die eigenschappen, het ka
rakter en het leven dezer waarlijk Vor
stelijke Vrouw, doen tezamen voor ons
levend worden het beeld der Koningin,
en wij kunnen niet zeggen om welke
Zij ons het liefst is. Beter is het dan
ook, al deze motieven te doen samen
vloeien tot een glanzend geheel van
dankbaar bewustzijn en dezen dag te
aanvaarden, zooals onze kinderen dit
doen, die liefde voor het Vaderland
en voor de Koningin gevoelen als een
zelfde gedachte en zich verblijden in
het nationaal gebeuren.
Theorieën over de waarde van het
koningschap missen beteekenis, zoolang
geen critiek de waarde kan aantasten
van deze Koningin, die, naar welken
regeeringsvorm ook, voor ons steeds
zal zijn ons Staatshoofd bij uitnemend
heid, en die ons blijvend den waarborg
biedt, dat ook in deze en komende /tijden
van wisselende stroomingen onze ge
dachten zich vrij zullen kunnen uitleven
en de grondslagen van ons volksbestaan
niet zullen worden aangetast. Dat we
ten wij, en dat verwachten wij van on
ze Koningin, en vooral daarom dragen
wij den wensch voor Haar behoud en
Haar geluk in het hart. Daarin ligt
geen overschatting van Haar invloed
op ons staatkundig leven, die intus-
schen veel gewichtiger is dan veelal
wordt vermoed, want elk Kabinet, hoe
zeer zelf verantwoordelijk, moet het oor
deel inwinnen van de Kroon en de
juistheid van elk voorgenomen plan
rechtvaardigen. Wanneer het gezag der
Kroon in handen is van een wijs Staats
hoofd met hooge opvatting van ze
delijkheid en recht, een toetssteen voor
de diepere belangen der natie, dan is
de invloed daarvan werkdadig, en is
het Koningschap voor ons geen mystiek
begrip, waaruit macht en gezag van
zeiven uitstralen, doch wisselt zijn be
teekenis, en daarmede onze eerbied en
waardeering, naar de persoon, die de
taak vervult. Daarom is Koningin Wil
helmina voor ons het gelukkigste voor
beeld der monarchie en daarom kunnen
wij in volkomen oprechtheid van hart
en verstand den wensch uitspreken,
dat Zij moge regeeren tot in lengte 'van
dagen, en voor ons moge blijven het
symbool van eenheid, saamhoorigheid
en rustige kracht.
Neen, Loiseau is op straat, 'tls
een geslepen kerel. Wees op uw hoede.
Ik zal beneden wezen. .Voorloopig hebt
gij niets te vreezen. v
Haudecoeur opende voorzichtig 'het
venster.
Ik zie niets zeide hij. jlk
begrijp niet, wat zij van plan zijn te
doen. Laten wij geduldig afwachten.
Louise snikte in stilte.
Juffrouw Haudecoeur begreep haar
wanhoop, maar had den moed niet,
haar te troosten.
In de duisternis van dit kleine vertrek
waarin de beide vrouwen geleund te
gen den muur stonden, omhelsde de
moeder haar dochter.
Eindelooze minuten verliepen er.
Geen enkel teeken werd vernomen.
De concierge komt opnieuw boven.
Ik zal gekleed te bed gaan
zeide zij om op alles voorbereid te
wezen.
Zij laat een aangestoken kaars in het
kamertje achter.
Er verloopt weer een uur.
Geen der drie personen heeft de stilte
verbroken.
Plotseling siddert de vluchteling.
Hij meende een voorwerp tegen de
ruiten te hooren slaan.
De beide vrouwen treden naderbij.
Haudecoeur opent opnieuw het ven
ster en buigt voorover, om er uit te
zien.
Een dik en stevig koord is aan een
zolderkamer van het aangrenzende huis
boven hem bevestigd.
Aan H.M. de Koningin onze eerbie
dige en dankbare gelukwenschen op
dit feest van Nederland!
De staking in Lancashire. (Eng.)
Zaterdagavond om 11 uur 30 precies
hebben 200.000 wevers en weefsters in
Lancashire het werk neergelegd, Hon
derdduizenden weefgetouwen staan stil.
De staking, die waarschijnlijk ontslagen
op groote schaal in de aangesloten indus
trieën ten gevolge zal hebben, beteekent
voor de katoenindustrie van Lancashire
een wekelijksch verlies van l1/s millioen
pond sterling aan opdrachten en loonen.
Ook de spinnersorganisatie, waarbij
250.000 textielarbeiders zijn aangesloten,
heeft besloten binnen de eerstvolgende 10
dagen een stemming te houden over staken
of niet staken.
BURGEROORLOG IN BRAZILIË.
Tijdens den jongsten burgeroorlog in
Brazilië zijn minstens 15000 personen ge
dood. De federale regeering heeft nieuwe
troepen gezonden. Men verwacht de her
opening van het offensief tegen de rebellen.
O—
RADIO-TENTOONSTELLING.
De Radiotentoonstelling te Londen, die
Zaterdag is gesloten, is door 170.000 per
sonen bezocht. De ondernemers verklaren,
dat er 72 pCt. meer bestellingen zijn ge
daan dan verleden jaar. In totaal zouden
door de handelaren 2 millioen ontvang
toestellen zijn besteld.
—O
HEVIGE AARDBEVING.
Uit Manilla wordt gemeld, dat het noor
delijke Philippijnen-eiland Luzon door een
aardbeving is geteisterd. Vooral de aan
de westkust gelegen havenstad San Fer
nando werd zwaar getroffen. Honderden
huizen zijn ingestort en duizenden bewo
ners zijn dakloos. De schokken waren
zoo sterk, dat de naalden der seismografen
afbraken.
HERLEVING IN HET GLOEILAMPEN-
BEDRIJF.
Moest de N.V. Gloeilampenfabriek „De
Volt" te Tilburg vorig jaar wegens heer-
schende malaise overgaan (ot een massa
ontslag, gedurende de laatste drie maan
den is er een opleving te contsateeren en
heeft de directie niet minder dan 500 man,
deels jeugdig personeel, opnieuw aan den
arbeii gesteld.
O—
Uit het Wilhelminakanaal te Tilburg
is Zaterdagmorgen het lijk opgehaald van
den 67-jarigen G. v. d. P., die sedert
eenige dagen werd vermist.
In de vensterbank zit een man, dien
Haudecoeur niet kan herkennen, eers
tens omdat het te donker is en tweedens
omdat die onbekende een grooten, vil
ten hoed met omgeslagen rand draagt.
Hij slingert met het touw heen en
weer, zoodat dit telkens langs het raam
van Haudecoeur strijkt.
De vluchteling grijpt het en houdt
het vast.
De beide vrouwen zien hem angstig
aan.
Mijn God, wat ga je doen?
Dat is eenvoudig genoeg. Ik be
grijp, wat Beaupreault wil. 't Aangren
zend^ huis is niet bewaakt. Ik moet
daarheen klimmen en zie er geen an
der middel toe, dan lan'gs dit koord,
't Is kinderspel voor mij, die nogal sterk
ben.
Plotseling houdt hij op.
Gedurende het spreken heeft hij den
onbekende boven hem geen oogenblik
uit het oog verloren.
De man klom juist weer door het
raam naar binnen.
Hij stootte met zijn hoofd tegen een
der raamposten en zijn hoed valt hem
van het hoofd.
Een vage lichtstraal valt op zijn ma
ger gelaat en hoe vlug dit ook geschied
de, toch is het Haudecoeur, alsof hij
een steek in het hart krijgt.
Collivet!! mompelde hij Ha!
Die schurk!
Een oogenblik dacht hij na.
Van Collivet had 'hij alles te vreezen.
(Wordt vervolgd.)
voor het Land van Hensden en Altena, de Langstraat en de Bommelerwaard
COPYRECHT
U.TG.-COMP. ,.DS BRANDING"
O—EXMIHMW wwiwi, T/ruMPmiiPwr
—O—