Tweede Blad
No. 5394 Vrijdag 22 Beo.
De Grootmoeder.
VAN 25 t/m 30 DEC. 1933
De KamplOeilschaatsen
van
in
den I|zerhandei WILLEM DE BRUIN.
Hü
ËrnmlÊÊÊm
BBHIHHHHHHI H
voor het Land
van Heusden en Altena,
de Langstraat
•n de Sommelerwaard.
DE KE1ST160M.
FEUILLETON.
ISGEZOtUEH
OVERAL VERKRIJGBAAR
Ravenswaay's Groenmerk=Thee a 26 cent per ons
van de Fa. G. S RUITER.
ALLEEN te Gorinchem verkrijgbaar
zegt dit alles niet genoeg
BEHOORENDE BIJ HET
WHAA
Als vorige jarea
Wordt nu wederom
Be Kerstboom zijn plaatsje gegeven,
Zijn vroolijk geschitter
En flonkerende pracht
BreBgt blijdschap en feest in ons leven.
De glinsterende ballen,
Guirlandes van Goud,
De kaarsjes, de doosjes, de pakjes
Zijn alle zorgvuldig,
Voorzichtig gehecht
Tot ver aan de uiterste takjes.
Familie en vrienden
En kinderen zijn
€>p 't Kerstfeest te samen gekomen
Bij zacht-rooden schemer
Weerklinkt er een lied
En droomen de kleinen hun droomen.
By armen en rijken,
In ieder gezin
Prijkt nu dus die boom als een teeken.
Dat zorgen en kommer
Voor vreugd en geluk,
Voor blijheid en feest zijn geweken.
Hoe gróót ook de boom is,
Hoe schamel en klein
Toeh brengt hij in alle gezinnen
Den geest van het Kerstfeest
De huiselijkheid
Milddadig en rijkelijk naar binnen.
Het nietigste boompje,
De prachtigste boom
Zij willen toch beide ons toonen
Dat overal immers
Het Kerstfeest-geluk
De Vrede en Liefde kan wonen.
HABRY POLL.
24.
De markiezin ontving hem in die
kloosterachtige zaal, waar zij steeds
alleen met haar smart leefde. Z.ij gaf
hem de hand, die hij eerbiedig kuste,
en vestigde toen den blik op het por
tret van Gabrielle.
De markiezin bemerkte dat, en een
snik ontsnapte aan haar borst.
Vergeef mij, mijn vriend, zei-
de zij het is te sterk voor mij.
Hij drukte haar de hand en zeide:
Ik begrijp u, laat uw tranen
slechts "vloeien; indien ik had kunnen
weenen, had ik misschien minder ge
leden! Ongelukkig kind, waarom heeft
M) mijn zoon niet kunnen liefhebben?
Indien zij hem had bemind, zou ons
beiden veel verdriet bespaard zijn
geworden.
Mevrouw de Saulien was gaan zitten
en verzocht den markies eveneens
plaats te nemen.
Toen de knecht u aanmeldde,
dacht ik, dat gij mij een goede tijding
kwaamt brengen. Kom, zeg, zullen mijn
dochter en mijn kleindochter mij te-
mggegeven worden
God alleen weet het. Echter, wan
neer ik u zeg: „hoop!"zoek ik niet
(Buiten verantwoording der Red.1.
Mijnheer de Redacteur,
Wilt U onderstaand babbeltje tus-
schen Klaas en Teun in uw veel ge-
.ezen blad doen plaatsen, bij voorbaat
dankend.
Kiaas: Goeienaovond Teun, hoe
gaot het alzoo met dieën kauw.
Teun: Nou het is erg koud heur
Klaas, maer ik zij gelukkig goed ge
zond en des een greut veurrecht
Klaas: Jao jao da's waor Teun, mer
gaode mee een hortje burten, want het
is hier op den dijk te koud om te blij
ven staon.
Teun: Weijao laot ik een pooske
meegaon.
Klaas: Hier is het lekker bij de ka
chel, Teun.
Teun: Jao jao Klaas das waor het
is hier lekker werm, ik zal tenminste
munne jas mer afdoen.
Klaas: Nou we hier zoo zitten te
praoten, dan wo ik jou es vraogen
Teun, of gij er ook iets van wet, ik
heb heurre zeggen det er op school
zoo raor nao toe gaot.
Klaas: Jao das waor, ik heb ook
al zoo iets geheurt, daor ge vroeger
nooit van heurde, zoo vertelde ze me,
dat een jongen nie naor school wo
daor hij bang was van den onder-
mester.
Teun: Jao das waor, er er moest
over gepraot worden mee zoo'n be
stuur geleuf ik.
Klaas: O, dat is een Commiesie die
zulke dingen onderzuukt.
Teun: O, noemen ze da een Corn-'
mi es ie, wa zij de gij toch goed bij
Klaos.
Klaas: Jao, das waor Teun, mer
ik heb altijd goed geleerd ziede.
Teun: Nou heurde ik zeggen, dat
ie toch weer school ging, want hij
zfit nou bij de juffer, en nou gaot het
goed.
Klaas: M'n kijnder kwaomen ver
leden week thuiis en die vertelde dat
den Ondermester laoter in school
was es de andere onderwijzers, want
hij had verteld, dat de klok in Poede-
rooijen nie op tijd was, hij wo andere
tijd gaon houwen.
Teun: Jao daor hadden ze het bij
ons ook over, bij wo radon tijd hou
wen.
Klaas: Ge bedoelt zeker radiofijd.
Teun: O jao ik weet nie goed hoe
zoo'n ding hief.
I's: sp'.jw-j!
mÈÈM
Ter kennismaking met de prima kwaliteit van
zal gedurende de reclame-week van 25 t/m 30 December 1933
onderstaande aanbieding gelden
-mm
BIJ AANKOOP VAN 1 POND GROENMERK-KOFFIE
ONTVANGT MEN GEHEEL GRATIS 1 ONS GROENMERK-THEE
BIJ AANKOOP VAN 2 POND GROENMERK-KOFFIE
ONTVANGT MEN GEHEFL GRATIS 2 ONS GROENMERK-THEE
ENZ.
ENZ.
ENZ.
nt
Maakt gebruik van deze bijzondere aanbieding en vraagt Uw winkelier om
RAVENSWAAY's GROENMERK-KOFFIE A 35 CENT PER HALF POND,
met bij elk pond geheel gratis 1 ONS GROENMERK-THEEDe zakken zijn
bovendien nog geldig voor deelname aan de „Zes-Maandsche".
N.V. v/h M. RAVENSWAAY ZONEN, GORINCHEM.
':"A
gesproken het, en die is toch den baos
in bet school, dus ik stuur mijn kein-
caer gewoon op de durpskloktïjd.
Tteun: Ik heurde ook zeggen, dat
den ondermester zoo maer onverwachts
onslag genummen had, jao nog wel
deur zoo'n kasje, daor ge mee lang
den draod kan praoten.
Klaas: O, jao ge bedoeld zeker
deur de telefhoon.
Teun: Wat zeide gij toch goed bij
Kiaos, om al die vreemde naomen in
eens te kunnen zeggen.
Klaas: Jao ik heb altijd goed ge
leerd bij den bovenmester.
Tieun: En zou de mester nou weg
gaon?
Klaas:
blijft.
Teun
lk gieleuf, dat ie nouw weer
Van m'n leven zo ik da nie
doien, as ik ontslag ha genummen om
dan wiëer te blijven.
Klaas: Jao das waor Tieun, mèr ge
mot dienken, dat van het schoolmees
ters baontje ook het beste af is, want
ge het zoo mer geen andere plek, want
er zijn er een heelehoop werkeloos.
Teun: Mer nog is effen op die ra
dion tijd terug te komen, ik heb gte-
hteurd dat het nie deur gaot en den
mm mmmimmm
Klaas: Mijn keinder kwaomen ne
keer thuis, en die hadden ook vroeger
speulkwartierke, es de andere klassen,
mèr nou begrijp ik het, dat zit hem
in de radio tijd.
Teun: Mèr dat gaat toch nie goed
9O0, Ave hebben toch hier een dorps
klok, 'en daar hebben we ons êchen aan
te hauwen.
Klaas: Zeker Teun dè mot ook, we
hebben ons te hauwen aan de buiten-
klok, ik heb nooit geheurd dat den
hovienm ester over dien vreemden tijd
Ik heb al het mogelijke gedaan, om
Darasse en Paok> op het spcor te ko
men. Niets! niets! Zij zijn zeker bei
den dood. Kort geleden heeft men mij
eenige woorden overgebracht, die Char
lotte Leteflier, die zoo brutaal is, zich
gravin de Prémorin te noemen, zich
heeft laten ontvallen.
Hoe en door wien is zij op de hoog
te gebracht?
Bezit zij een geheim, dat haar is toe
vertrouwd?
Zeker zou dat heef interessant zijn.
Ongelukkigerwijze mogen wij er niet
aan denken, Charlotte Le tel lier te la
ten spreken.
Waarom draagt die nare vrouw
den naam de Prémorin? Dat verwon
dert mij
Luister, indien ik niet sedert lang
de wet heb ingeroepen, om die onwaar
dige vrouw te beletten, den naam van
Prémorin te dragen, heb ik daarvoor
mijn bijzondere redenen gehad. Alles
is bij haar leugen en valschheid; zij
zegt, dat zij een afstammeling van een
oude Spaansche familie is. Zij toont
papieren, om haar valschheid kracht
bij te zetten; maar ik heb reeds reden
om te gelooven, dat zij gestolen zijn.
Zij geeft voor, dat Sosthéne de Pré-
SCHAATSENRIJDERS. EISCHT KWALITEIT VOOR UW GELD
GÉÉN BETERE SCHAATSEN ALS DIE UIT AKKRUM
Eenige resultaten die op de wereld hun weerga niet vinden
12 Februari 1929. Leemburg uit Leeuwarden won op Ruiter-Akkrum-Schaatsen
den le in de Friesche-Elfstedentocht.
Jolle de Jong uit Snikzwaag won het Kampioenschap van
Nederland op de korte baan, bereed Ruiter-Akkrum-Schaatsen.
De Vries en Castelein winnen beide de Friesche Elfstedentocht,
bereden beide Ruiter-Akkrum-Schaatsen.
Nog vele attesten van overwinnigen zat dezen omtrek ter inzage
o.a. Ae in het Kampioenschap van Gorinchem e?iz.
25 Januari 1933-
16 December 1933
gehuwd. Het is mogelijk, want de ge- O, goede vriend, zeide dc mar-
bruiken in dat land zijn heel anders kiezin ik zal de zaak van Char-
dan hier. rotte Letellier niet bepleiten; die vrouw
Ongetwijfeld zou ik voor het Fran- is een monster; voor haar kan men
sche gerecht het huwelijk als nietig geen medelijden koesteren. Maar hoe
kunnen laten verklaren; maar die vrouw kunt ge haar treffen?
heeft zich natuurlijk we! goed gewa- Na een oogenblik van stilte hernam
pend, en mijn arme Sosthéne was te de markies
zwak en te verblind.
I Dat is waar, dat begrijp ik, arme
vriend, zeide de markiezin.
Echter, hernam mijnheer de
Dile vrouw houdt er een groot
salon op na. Ik weet waar zij de mid
delen daartoe vandaan haalt.
Zij houdt zich voornamjelijk met die
Prémorin met een schitterenden blik I freeren op, die haar eenige staatsgehei-
moet ge niet denken, dat ik er van heb
afgezien mij op die vrouw te wreken;
ik wacht het geschikte oogenblik af,
om haar zoo diep te laten vallen, dat
zelfs zij, die weten hoe schuldig zij was,
de straf te hard zullen vinden.
Madame de Saulien was geschrikt
van den vreeselijken toon, waarop de
woorden van den markies waren uitge
sproken.
O! mijn vriend, zeide zij
kunt ge dan niet vergeven?
Ik kan vele fouten vergeven; maar
niet hen, die zich onschuldige, lichtge-
loovige harten indringen en er hun
werktuigen van maken!
Gij, mevrouw, gij hebt de toege
vendheid geleerd; gij kunt niet meer
haten, en ge vindt er troost in, goed
om u heen te verspreiden.
Ik bewonder u, mevrouw, maar ik
kan niet eveneens handelen. Ik moet
mijn vijanden hunne verdiende kasb'j-
mien kunnen verhalen. De zoon van
een mijner vrienden, die bij een ge
zantschap was, had hjet ongeluk, zich
door haar tje laten meesleepen op een
soirêe bij haar aan huis, en sprak
eenige onvoorzichtige woorden. Korten
tijd daarna werd hij ontslagen.
Dus is die vrouw een spion?
Ja.
In dienst van Duitschland?
Heden van Duitschland, morgen
van een ander land, dat haar meer
betaalt, en zelfs van vele tegelijk; zij
maakt er geen gewetenszaak van, ze
alle te verraden.
Maar laat ons over die ellendeling
zwijgen; zij is niet waard, dat men
zich zoo lang met haar bezig houdt.
Maar om op uw dochter terug te
komen, lieve vriendin, niettegenstaande
de onbeduidende resultaten van ons
onderzoek, geloof ik toch, dat zij en
haar kind leven.
Saulien, en hief haar armen ten he
mel help mij, mijn kinderen terug
te vinden
God zal u helpen, mevrouw de
markiezin, en de toegenegenheid uwer
vrienden helpt ook. Dikwijls gebeuren
er wonderen; waarom rekent ge daar;
niet op?
De markiezin antwoordde met een
diepen zucht.
Na eenige oogenblikken, en na nog
een paar woorden met de markiezin!
té hebben gewisseld, ging de markies
heen.
DE FAMILIE LI ON NET.
III.
Die Markies de Prémorin.
Mijnheer de Prémorin had in zijn
jongie jaren als officier bij het Fran-
sche leger gediend
Hij was een van de eersten, die de
militaire school van Saint-Cyr hadden
verlaten, en werd ock spoedig bevor
derd wegens zijn dapperheid en de
groote diensten, die hij den Staat be
wees.
Op een leeftijd, waarin men nog
in zijn volle kracht is, huwde hij, en
later verdeelde hij zijn tijd tusschen
studie en de opvoeding van zijn eeni-
gen zoon. j
(Wordt vervolgd)
Kienw$blad
GRATIS THEE
- *r -F-'i
Nederland
•««n/'i - i »'.v y.-.rtoAirf'fie
uav' smart met zachte woorden te be
daren. Ik zeg u, moed te vatten, om
dat i k overtuigd ben, dat ge niet moet
wanhopen. Ik heb mijn belofte aan u
niet vergeten; overal en roet volharding
zal ik mijn onderzoekingen voortzetten.