OP DUIZELING WEKKENDE HOOGTE HOE BRENGT MEN EEN GROET BIJ VERSCHILLENDE VOLKEREN. Kleurprentje voor de meisjes §5 U t) i m Di/«- LEEFT DE CONDOR. OM TE LACHEN EEN ZONDERLING VERZAMELAAR WIE TEEKENT MEE? reeds half opgevreten lijk van de koe had gezet en het vleesch met zijn klauwen om vatte, uit nagst, dat de andere vogels hem het heerlijke hapje zouden afkapen Toen Humbolt met eenige helpers, ge wapend met geweren, op de roovende die ren afging, vlogen zij verschrikt weg, maar één der vogels had zooveel van het koeien- vleesch gegeten, dat hij zich nauwelijks kon voortbewegen en waggelend weg vluchtte. Dit dier kon na een hevige wors teling tusschen jagers en vluchteling wor den gegrepen en gevangen genomen. De condor leeft niet alleen van dóóde dieren; ook kleine, levende dieren, zooals konijnen, hazen, kleine slangen en honden valt hij aan en verscheurt hij. Toch is het nog nimmer voorgekomen, dat een condor een mensch, die hem geen kwaad deed, heeft aangevallen. Zelfs kinderen laat de vogel met rust; nog nimmer heeft de con dor een der vele kinderen van de Zuid- Amerikaansche Indianenstammen aange vallen. Toch is de condor ook niet bang voor menschen. Meer dan eens kwamen ontdekkingsreizigers m den Andes in aan raking met de dieren. Zij namen zelfs het voedsel aan, dat men hen toewierp, en toonden zich heel niet vijandig. De condor heeft geen eigen nest. Hij legt zijn eieren op de kale rotsen van het ge bergte. Zoolang de kleme vogels nog jong zijn, blijft de vogel bij de dieren, maar zoo dra zijn kunnen vliegen, laat hij de kinde ren in den steek en kijkt er niet meer naar om. Het grootste dier op bijgaande plaat stelt een groote gier uit Zuid-Amerika voor; dit dier wordt meestal conuor genoemd. De condor speelde in vroeger eeuwen een be langrijke rol in de vele griezelverhalen, welke in |p Tp die dagen aan de jeugd Jg 1 werden verhaald. De con- d.or is een groot en bui- tengewoon gespierd, sterk ||r AraBe dier, ongeveer 60 centi- meter hoog en met vleu- gels, welke, wanneer hij |i ze uitgespreid heeft, een fg, -"er* gezamenlijke breedte heb- .'S ben van anderhalve me- -ffp ter. De kracht van dezen -jifc roofvogel ligt vooral in j'M1 zijn bek. Met gemak neemt het dier een ko- nijn of een lam op en draagt het door het lucht- ruim naar zijn hol, waar F het slachtoffer wordt ver- j, scheurd. i T- Humboldt, de beroem- A de reiziger, die vele jaren - Zuid-Amerika door kruis te, was de eerste, die de condors van na derbij heeft leeren kennen en zijn bevin dingen neerschreef in zijn reisverhalen. Hij bracht 17 maanden in den Andes door. In dit gebeurgte leven de condors het meest. Zelf heeft hij meerdere malen een condor doodgeschoten, om er studies van te ma ken. De Amerikaansche condor is niet veel grooter dan de Europeesche, zoo stelde Humboldt vast, maar daarentegen ontdekte hij bij den eerste veie eigenaardigheden, welke zijn Europeesche broer niet heeft. Humbolt vergelijk de arend bij den condor. Hij stelde o.m. vast, dat de arend zijn nest op de kruinen van de Alpen bouwt, maar de condor zoekt zijn woning nog veel en veel hooger, op een hoogte zelfs, waar an dere dieren van koude zouden omkomen en waar geen mensch het enkele dagen ach- zich op de knieën en buigen zich twee of driemaal het hoofd naar de aarde. Zij heb ben ook een soort ritueel van complimen ten, waarbij het getal van buigingen, knie buigingen en woorden voor elke gelegen heid is bepaald. De ambassadeurs herhalen de plechtigheid veertig dagen vóór dat zij aan het hof verschijnen. In de zuidelijke provinciën van China spreekt men elkaar aan met de woorden: Y a fan? wat beteekent: Hebt gij Uw rijst gegeten? De bewoners van de Philippijnsche ei landen nemen den voet of de hand van hem, dien zij eer en en hoogachten en wrij ven er zich mee over het gezicht. De Laplanders duwen de neuzen tegen elkaar. v In Nieuw Guinea legt men bladeren op het hoofd van hem, dien men bemint. In den Sund licht men den linkervoet op van dengene, dien men begroet. Daarna legt men den voet op het rechterbeen en vervolgens op de wang. De Ethiopiër neemt het kleed van den andere aan en wikkelt zichzelf er in, waar na hij het teruggeeft. Om op straat groeten, trekken de Ja- panneezen een pantoffel uit en de bewoners van Astrakan een hunner sandalendoch als zij in de woning van een ander komen, trekken zij beide schoenen of pantoffels uit. Wanneer twee zwarte koningen op de Afrikaansche Oostkust elkaar ontmoeten, dan drukken zij elkaar driemaal de midden vinger. Het grootste bewijs van genegen heid bij de inwoners van Carmena bestaat hierin, dat zij' zich een snede in de hand geven en het bloed, dat uit de wond vloeit, als een soort van drank aanbieden. Wanneer twee Chineezen elkaar na een lange afwezigheid ontmoeten, werpen zij In het jaar 1851 overleed de zeer rijke graaf van Harrington, die in zijn jeugd on der den naam van Lord Petersham als het voorbeeld van vele jongelieden te Londen werd gesteld. Hij ging altijd heel voornaam gekleed en hield er een massa zonderlinge gewoonten op na. Hij was een groot kunst kenner en bezat een rijke verzameling boe ken, schilderijen, teekeningen en andere kunstvoorwerpen. Maar dat alles kon hem niet bevredigen; hij Kon de gedachte niet van zich afzetten, dat andere menschen in andere landen eveneens kostbare biblio theken en schilderijen hadden en bedacht iets anders. Hij ging alle mogelijke soorten snuif bijeengaren. Snuif werd in vroeger jaren door de oudere heeren gebruikt. Het snuif van een prikkelende poeder, dat de heeren in een klein goud of zilver doosje bij zich droegen en dat een bijzondere prik keling in den neus teweegbracht. Welnu, de Graaf van Harrington bezat alle mogelijke soorten van snuif, ja zelfs uit alle vijf der werelddeelen. Toen hij alle snuifsoorten had verzameld, ging hy alle soorten van tabak vergaren. Hij mengde zelf ook wel twee soorten van tabak. Thans nog bestaati er een tabaksoort, welke genaamd is Graaf Harrington's tabak. Iedere tabaksoort be waarde Graaf Harrington in een aparte vaas en zijn zitkamer stond vol met van die tabakvazen. Wanneer zijn vrienden op bezoek kwamen, kregen zij óf tabak óf snuif, dat mochten zij zelf kiezen. Bij Graaf Harrington's dood bleek het, dat zijn geheele collectie snuif een gewicht van 2000 pond bezat. Deze enorme hoeveel heid werd in Juli 1851 verkocht en bracht duizend pond sterling op. Sommige soorten, welke heel duur waren, brachten 10 pond sterling per pond op. tereen zou uithouden, vanwege de verdun de lucht en het weinig koolzuur, dat men bij het inademen naar binnen krijgt. Vanaf deze onafzienbare hoogte klimt de vogel nog hooger, ver boven de wolken op en vanaf deze fantastische hoogte slaat hij met zijn bijzonder scherpe, felle oogen een blik over de aarde. Ziet de vogel in de ver te een dood paard of schaap, dan vliegt hij er heen en verslindt het met groote gul zigheid. Humbolt bemerkte eens 4050 condors, die met zijn allen waren afgevlo gen op een doode koe. Enkele dezer vogels hadden zooveel gegeten, dat zij bijna niet meer konden vliegen.... Op een afstand van ongeveer 15 meter kon Humbolt de gul zige dieren gadeslaan. Toen zag hij, dat een der vogels, waarschijnlijk de grootste en sterkste onder hen, zich boven op het EEN WAARSCHUWING, WELKE NIET DE GEWENSCIITE UITWERKING HAD. Een heer had van een boer hooi gekocht. Bij de betaling zette hij den landman een glas bier, brood en kaas voor. Daar de boer zich vooral de kaas goed liet smaken en ze wat grof sneed, begon de kooper te vree zen, dat de halve kaas onder het mes van den boer zou verdwijnen. „Teunis", zei hij, ,,dat is echte Edam mer". „Ja, dat proef ik wel", was Teunis' ant- antwoord. „Je kan er niet te veel van eten en er zelfs aan sterven", liet de heer er waar schuwend op volgen.... „Zoo", zei de boer toen, „dat doet mij plezier, „ik zal het stuk dan maar meene men voor de muizen, die in mijn stallen loopen", en meteen verdween het overige deel van de kaas in den zak van Teunis. middel van een paar kleine scharnietjes. Is je dit werkje te moeilijk, laat dan de deur eruit en hang er een donker gordijntje voor. De schoorsteen kun je desnoods ver vangen door een opening in het dak, waardoorheen je het omhulsel van een luci fersdoosje steekt, wat niet eens erg opvalt, want over alles wordt nog een verfje ge daan, dus ook over den imitatie-schoor steen. Verf het huis wit, zoodat het echt het idee van een mooi landhuisje krijgt, en neem voor het dak roode verf. Kleursel zou ik je niet aanraden; dat geeft zoo af. Wil je het huis nog een leuken tuin geven, zaag dan van het hout, dat je nog over hebt, eenige boomen en struiken en plaatst die, nadat je ze hebt groen geverfd (en den stam bruin) rond het huis. Nu, is het geen leuk werkje voor kleine knutselaars? „Ik kan niet teekenen", hoor ik daar al iemand zeggen. O, maar dat hoeft ook niet, want de uil, die je hier op het plaatje ziet, laat zich zóó gemakkelijk nateekenen, dat je heusch geen bolleboos in het teekenen behoeft te zijn, om er iets behoorlijks van te maken. Kijk maar eens naar het eerste voorbeeld. Een ei kim je toch zeker wel teekenen! Nu, als je dat ei hebt, kun je ook het volgende voorbeeld teek enen en zoo kijk je maar. steeds naar de andere voorbeelden en pro beer je ze na te maken en vóór je het weet, heb je van een ei een uiltje gemaakt. Maak het dier maar heelemaal zwart, want uilen, die haast altijd in het duister zitten, gelij ken in het donker ook meestal zwart van kleur, hoewel ze over het algemeen don ker grijs of -bruin zijn. Het licht van de volle maan zal grappig schijnen achter deze uil. Maak de lucht er oan heen duister. De knappe teekenaars onder ons zouden, wel ineens het laatste voorbeeld kunnen nateekenen, maar begin dan in elk geval eerst met de uil en teeken dan de rest. Teeken alles eerst heel dun, zoodat je het later nog kunt uitvlakken, wanneer je be merkt, dat er een fout in de teekening schuilt. hm W1 \J0\J' s'oj la Dit is nu eens een klein, maar fyn kleur prentje voor de meisjes, die handig met kleurkrijt (of bezit je misschien een verf doos?) weten om te gaan. Anneke en Jet zijn blij, dat de zon zoo heerlijk schijnt en genieten van het mooie weer. Zij spelen in den tuin met hun springtouw en vermaken zich best, dat zie je wel aan hun vroolijke gezichten. Kleur deze kleine meisjes eens extra mooi. Geef Anneke, de kleinste, een geel blousje en maak haar schoentjes bruin. Beenen, ge- zich en armen kunnen zoo blijven of een beetje vleeschkleurig worden. Maar als je het gezicht kleurt, let dan goed op, dat je een goede kleur neemt. Vermeng b.v. een weinig geel met wit en roze en geef een ge zonde rozeroode kleur op haar bolle wan gen. Jet's jurkje is blauw en ze draagt net zulke schoenen als haar kleine zus. De ha ren van de meisjes zijn lichtblond. Neem hiervoor een beetje wit en vermeng het met lichtgrijs, dan krijg je een mooie aschblon- de kleur. Ga vooral voorzichtig te werk, zoodat je er iets leuks van maakt, en ga niet te royaal met bonte kleurtjes om, want «en klein prentje niet NIEUWE MANIER VAN REKENEN, Een advocaat verloor een pleidooi voor de rechtbank, die door drie rechters werd gevormd. Een hunner was een man van groote schranderheid en een helder ver stand, maar de twee anderen lieten aan wijsheid veel te wensohen over. De ad vocaat werd door zijn collega's leelijk ge plaagd, omdat hij de zaak niet eens had ge wonnen. „Hoe kon het ook anders, ik moest wel verliezen", zei de advocaat toen, „want ik had immers met honderd rechters te doen". „Wat! Met honderd rechters?" riepen zijn collega's, „er waren er maar drie". „Een één en twee nuLlen", vroeg de ver liezer, „hoeveel is dat samen?".... EEN VERGETEN TOUWTJE. Toen in 1739 te Berlijn tot den oorlog was besloten, en alle onderhandelingen reeds waren afgesloten, deed het keizerlijk Hof nog één poging, om den vrede in stand te houden. Men zond n.l. den baron von Thugut naar het Pruisische leger, om de zaak mondeling te behandelen. Frederik ontving den Oostenrijksohen gezant heel koel en zeide, dat de zaak reeds door Graaf von Finkenstein was afgehandeld. Thugut liet zich echter niet zoo snel afschepen, maar rolde de papieren uit, die hij had meegebracht en legde alle bijzonderheden omtrent den toestand van het land aan Frederik voor. Toen hij echter bemerkte, dat zijn toehoorder maar met een half oor luisterde, pakte hij mismoedig zijn papie ren weer bij elkaar en ging met langzame schreden de kamer uit. Bij de deur geko men, hoorde hij echter den koning achter zich aankomen. Hij Keerde zich snel om, in de vaste hoop, dat Frederik van gedach ten was veranderd. Daar stond de konink lijke held voor hem, met het touwtje in de hand, dat von Thugut op de tafel had laten liggen. Glimlachend zei de vorst: „Hier mijnheer von Thugut! Ik begeer het goed van een ander niet. GESCHIEDKUNDIGE KENNIS. Meester: „Hans, wanneer is Keulen ge bouwd?" Hans: „In den nacht, meester". Meester: „Hoe kom je aan dien onzin?" Hans: „Meester, U zei laatst, dat Keulen en Aken niet op één dag gebouwd is!" OM TE ONTHOUDEN „Zusje, is je vader thuis?" vraagt een heer aan een op de stoep van haar woning spelend kind. „Nee mijnheer, pa is weg", antwoordt het meisje. „Nu, wil je dan zeggen, dat mijnheer Moor er is geweest? Vergeet je den naam niet?" „O nee mijnheer, dat zal ik zeker niet, want onze hond heet ook zoo!" OPSCHRIFT VAN EEN SCHOOL. In een klein stadje in Oost-Friesland kon men jaren lang boven de oude poort van een lagere school het volgend zonderlinge versje lezen: Hier voedt men op de jeugd Tot wetenschap en deugd; Bewerkt bij stoute kinderen Het wederspannig hinderen En haalt daaruit ternauwernood Een karig dagelij ksch brood. PLANTENZIJDE. In Queenstand groeit een plant, de Sida retusa geheeten, waarvan de vezels worden gewonnen, welke een stof leveren, fijner en mooier, dan die wij van den alpaca krij gen. De sidastof is waterdicht, heeft een hel deren glans is is goedkooper dan zy<le.

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1935 | | pagina 7