REGEERINGS-KOFFIESURROGAAT Eaarom 36 CENT Ravenswaay's „SÏÏGO'' Koffiesurrogaat FEUILLETON UIT HET LEVEN Damrubriek f§§ s s H jfg s s s s 8 S 11. üf ÉH m per 250 Gram üf HP Hf lÉÜ HP fü üf §§J üf mi r m§ ÉS Uit de Geschiedenis van het Land van Heusden. Gemengd met krachtige Koffie is de allerbeste samenstelling welke U kunt verkrijgen. is Ravenswaay's „Sugo" Koffiesurrogaat het beste vervangmiddel I voor Koffie, want, Ravenswaay's „Sugo" Koffiesurrogaat is geheel I volgens regeerings-samenstelling bereid, en dus met echte Koffie vermengd Vraagt Uw winkelier om Beter Koffie surrogaat kan hij U niet leveren Overal verkrijgbaar. N.V. v/h M. Ravenswaay Zonen, Gorkum. OPENSTELLING VAN WINKELS. a, P. 1794 Verantwoordelijk voor den geheelen inhoud J. H. ROZA te Heusden E.E1N VOLLE PpqULt-E/VNANiO EEM LEE&E PAPI A5$T-. IS DAT Uw E)EDOEL-lNlG>? I WEEST Zu IN Kb /AET PAPI IIEUSDEN. Zondag 29 Maart word de wed strijd om het damkampioenschap van Nederland, in Den Haag voort gezet. Onze stadgenoot A. de Graag speel de tegen J. C. P. Kalden, welke par tij door de Graag werd gewonnen, en hierdoor de tweede plaats bezette. De stand is thans ais volgt: gesp. gew. rem., verl. p. R. C. Keiler 8^5 3 0 13 A. de Graag 8 3 5 0 11 J. H. Vos 8 3 4 1 10 G. Pors 8 3 3 2 9 J. M. Bom 8 2 4 2 8 P. J. v. Dartelen 8 3 2 3 8 W. Huisman 8 2 4 2 8 Ph. J. Ham 8 3 14 7 J. C. P. Kalden 8 12 5 4 A. M. Olsen 8 0 2 6 2 Door de overwinning van Keiler op Vos werd laalsgenoemde uitge schakeld, evenals Pors welke van v. Dartelen verloor. Alleen de Graag heeft nog kans met Keiler gelijk aan te komen. 2e Paaschdag zal de partij de GraagKeiler gespeeld worden te Utrecht in het N.V. Huis aan de Oude Gracht. Aanvang v.m. 11 uur. Wordt deze partij door de Graag ge wonnen, dan staat hij gelijk in pun ten met Keiler. We wenschen onzen stadgenoot veel succes in deze laatste ronde. Fragmenten Nationaal Damkampioenschap. In de le ronde kwam het tusschen Bom (wit) en de Graag tot de vol gende stelling: ggg| Wit heeft de kroonschijf opge speeld om met 2823 voort te zet ten. Hierna ziet 3430 er dreigend uit. Zwart speelde nu: 28—23 29 19X28 33—22 30 Op 1217 volgt: 3833 en 3430. Zwart had echter de volgende dam- zet kunnen nemen. 1117, 1217, 2631, 2129 en 8X48. (Aangegeven door Dukel). 30 24—29 34X23 31 18X29 32—28 32 9—14 37—32 33 20—24 Op 2631 zou wit gespeeld heb ben 27—21. 42—37 34 1—7 37—31 35 26X37 32X41 36 14—20 39—33 37 11—16 Zwart nam de ruil niet omdat deze positienadeel brengt. 2934, 1318, 39, 25X21 en nu wit 3530! 41—37 38 7—11 Nu komt genoemde combinatie er weer in en zoowaar speelt wit: 36—31 39 waarna zwart won door: 2934, 1318, 1117, 25 X maar nu naar 41 Hoe Heustlen's wapen ontstond. De Frankische koningen begonnen langzamerhand hun macht te verlie zen en zij zagen die geleidelijk aan overgaan in handen van den Groot- Hofmeester, waarvan er één zelfs zoover ging, dat hij zijn heer ont troonde, en zelfs de teugels van het bewind officiéél in handen nam. Aldus handelde een zekere Pepijn, vader van den later zoo bekenden en beroemden keizer Ivarel den Grooten, die ook over Duitschland en Italië regeerde. Zijn zoon, Lodewijk de Vrome, verdeelde het uitgestrekte rijksge bied onder zijn zonen en één van hen Lotharius, kreeg o.a. ook het Graaf schap, waarin het Land van Hens- den lag. Dit Graafschap heette Teis- terbant en omvatte zeer waarschijn lijk de Tieler en Bommelerwaard, de landen van Kuilenburg, Buren, Via- nen, Arkel en het Land van Heus den en Altena. Over de Graafschappen voerden „Graven" de heerschappij in naam van den vorst. Zij hadden ook de rechtelijke macht en hun ambt was aanvankelijk niet erfelijk. Langza merhand ontvingen zij hun leengoe deren van den vorst in erfelijke be zitting en zij waren o.a. gehouden hun lieer in den strijd bij te staan. Maar geleidelijk maakten zij zich meer en meer onafhankelijk en keer den zich tenslotte niet zelden tegen hun leenheer. Ook de oude Germanen kenden reeds „graven", maar dit woord had bij hen de beteekenis van metgezel, strijdgenoot van den hertog. Een her- log was n.l. in aanvang een leger hoofd. Laler werd het de titel van een vorst. Maar aanvankelijk duidde men er iemand mee aan, die voor een „heir" heen „toog". Een nakomeling van den Graaf van Teisterbant, Robert, Robrecht of Ru- precht ontving de stad en het Land van Heusden al,s leengoed. De graaf legde in handen van den leenheer den eed van trouw af en beloofde hein plechtig in dagen van strijd te zullen steunen. Anderzijds kon de leenman, volgens de belofte, op de bescherming van den leenheer reke nen. Dat laatste was een machtig voordeelde tijden waren ruw en woest en velen, die in rust en vrede wilden leven, droegen hun goe deren ter bescherming op aan een grooten Heer of machtig Vorst. Er zijn er wel, die beweren, dat Heusden het oude Ostenna is ge weest. Men schreef het ten tijde der graven wel als Huesden of Hoesden. Te Heusden bouwde lx>vengenoem den afstammeling uit het Grafelijk huis van Kleef en Teisterband, Ro bert, een burcht of kasteel, maar in 839 werd Heusden door de Noorman nen veroverd en stad en kasteel wer den verwoest. Robert vluchtte met zijn huisgezin Brabant in, en keerde later weer terug en stierf te Heus den in 857. Veel heeft de historie schrijver niet van hem opgeteekend. De tijden, die nu volgen, zijn vol schrik en ellende. Uit de onherberg zame, onvruchtbare Noorsche ge bieden, kwamen de woeste zeeschui mers, de Noormannen, in talrijke zwermen naar de rijke landen langs Noordzee en Atlantischen Oceaan. Diep drongen zij ons vaderland, ook Duitschland, Frankrijk, ja zelfs Spanje binnen. Ook Engeland had van hun strooptochten te lijden. Krachtig trad b.v. Karei de Een voudige niet tegen hen op. Deze vorst was te St. Denis door hen in gesloten en nu verkreeg hij voor een zeer hooge geldsom het recht tot den terugtocht. Juist daardoor kwamen er steeds meer piraten en Normandië in Frankrijk herinnert nog aan hun verblijf aldaar. "Wie zou zich tegen hen kunnen of durven verzetten? Alleen voor Ka- rel de Groote hadden zij ontzag, maar na zijn dood (814) komen ze opzet ten in steeds grooter getale. De twee de Heer van Heusden, Boudewijn (9e eeuw) herstelde den verwoesten burcht weer. Deze moet een Engel- sche koningsdochter geschaakt en in het geheim getrouwd hebben. Toen de Engelsehe vorst, Ethelred, ver nam, dat zijn dochter, Sofia, zich te Heusden bevond, zond hij, naar men beweert, daarheen zijn gezanten om Kaar terug te halen, maar Bou dewijn weigerde. Eindelijk werd het geschil bijgelegd. Voorwaarde was, dat de Heer van Heusden toestond, dat de Koning Boudewij ns wapens, bestaande uit acht gouden scepters, mocht veranderen. Ethelred gaf zijn schoonzoon toen een rad of wiel tot wapen als herinnering aan de lots wisseling, dien zijn dochter had on dergaan. Andere schrijvers zeggen, dat de Engelsehe koning zeer lang te ver geefs zijn dochter had gezocht en dat hij haar eindelijk vond achter het spinnewiel, waar zij purperen zijde op een spinrad spon. Een oude Ileusdensche kroniek' zegt, dat de beide zonen van Sofia, Edmond en Robert, naar Engeland overstaken en door hun grootvader heel vriendelijk werden ontvangen en dat zij, ter herinnering aan staats verandering van hun moeder van den Engelschen vorst een purperen rad, op een verguld veld hebben ontvangen. Dit is tot op heden het wapen van Heusden gebleven! Het is evenwel een feit, dat in de 10de of 11e eeuw nog geen wapen schilden bekend waren. Velen heb ben in de vermoedelijk ware gebeur tenis hierboven medegedeeld, een verklaring gezocht voor het wiel van Heusden. Sofia slierf ver van haar geboor tegrond in 890 en werd in de Oude kerk van Oud-Heusden begraven. Boudewijn werd opgevolgd door Robert II, die dadelijk krachtig de hand aan het werk sloeg tot gehee len herbouw van den vaderlijken burcht. Waarschijnlijk stichtte hij ook de dorpen Aalst, Poederoijen en Brakel. In 907 overleed hij. Hij werd te Heusden bijgezet. Hij was een dapper held geweest, die medege- Lrokken was ter kruisvaart en om zijn daden was hij tot ridder gesla gen in naam van God, St. George en St. Michiel. Edmond was zijn opvolger. Ook hij werd, met zijn zoon Johan I, in Palestina tot ridder geslagen. Robert III, die in 972 overleed, moet Herpt, Vlijmen en Hedikhuizen gesticht heb ben. Tijdens 'de regeering van zijn zoon Boudewijn II heerschte in het Land van Heusden zoo'n vreeselijke ziekte met doodelijken afloop, dat tal van huizen leegstonden en de dorpen uitgestorven leken. Veel deed Boudewijn om zijn onderdanen te helpen. Betreurd door velen over leed hij in 1028. Zijn zoon Jan II moet Ilemert hebben gesticht. Tij dens zijn bewind regeerde over Hol land Graaf Floris I, die in strijd gewikkeld was met den aartsbisi- schop van Keulen, den Markgraaf van Brandenburg en Graaf Herman van Kuik. De legers raakten slaags te Nederhemert, waar de Holland- sche Graaf de overwinning bevocht. Na den slag werd hij evenwel door Herman van Kuik, terwijl hij onder een boom van vermoeidheid in slaap gevallen was, overrompeld en ver moord (18 Juni 1061). Van Boudewijn III, Robert IV en Jan III verhaalt de geschiedschrijver bijzonder weinig. Zeer waarschijnlijk! sleten zij hun dagen rustig en kalïn op hun sterken burcht. Deze laatste heeft waarschijnlijk in 1133 de Abdij van Bern gestic!ht. Teneinde in het belang van het publiek een meer geregelde openstelling der win kels te bevorderen, is door den secretaris generaal van het departement van handel, nijverheid en scheepvaart bepaald, dat de tot dusverre voor slechts enkele groepen van winkels geldende verplichting tot open stelling, met ingang van 1 April a.s. zal iWorden uitgebreid tot nagenoeg alle groe pen van winkels. De nieuwe regeling houdt het navol gende inI 1. Broodbakkers, kruideniers-, melk-, groenten- en aardappelen-, fruit-, slagers- en vleeschwarenwinkels zullen op alle werkdagen moeten geopend zijn van 9 uur des voormiddags en van 2.30 uur des namiddags tot 6 uur des namiddags. 2. Sigarenwinkels zullen op alle werk dagen moeten geopend zijn van 5 uur des namiddags tot 6 uur des namiddags. 3. Alle overige winkels, behoudens de na te noemen uitzonderingen, zullen ge opend moeten zijn op Maandag van 2.30 uur des namiddags tot 6 uur des namid dags en op de andere werkdagen van 9 uur des voormiddags tot 1 uur des namid dags en van 2.30 uur des namiddags tot 6 uur des namiddags. Uitzonderingen. Van vorenbedoelde regeling zijn uitge zonderd: rijkskantoren, apotheken, café's, restaurants en dergelijke inrichtingen, ho tels, slijterijen en kantoormachinewinkels. Voorzoover de verkoop van alle in een .winkel ten verkoop in voorraad zijnde waren krachtens wettelijk voorschrift is verboden, geldt de verplichting tot open stelling voor den betreffenden winkel niet. Voor den verkoop van andere waren dan die ten aanzien waarvan een verkoopver bod geldt, dient de winkel dus wel ge opend te zijn. Dit is van belang, b.v. voos de slagerswinkels. In gemeenten, waar zulks op grond van plaatselijke bijzondere omstandigheden gewenscht is gedacht is hierbij onder andere aan plaatsen, waar de bevolking van het omliggende platteland haar in- koopen komt doen kan de verplichting- tot openstelling in het zomerhalfjaar op de werkdagen tot 7 uur des namiddags worden uitgebreid. Voorts is bepaald, dat gedurende de uren, dat een winkel tot nakoming van hooge rbedoelde verplichting voor het pu bliek geopend zal moeten z!ij!n, de vensters der uitstalkasten en de winkeldeuren niet zullen mogen Zijn afgesloten of bedekt door luiken of andere tot gelijk doel dienende voorwerpen. Ontheffingen. Eindelijk is in zooverre wijziging ge bracht jn de regeling inzake ontheffing van de verplichting tot openstelling der winkels in verband met vacantie van win kelier of personeel, dat deze ontheffing thans door den burgemeester op verzoek van den winkelier zal worden verleend. Het ligt evenwel in de bedoeling, dat de ze ontheffing in het algemeen niet zal worden verleend, tenzij, hetzij door den winkelier zelve, hetzij1 door zijn organisatie, een regeling is getroffen, welke aan zijn afnemers de gelegenheid tot het doen van inkoopen elders waarborgt. Dit brengt dus mede, dat de tot een bepaalde categorie behoorende winkeliers niet allen gelijktij dig hun winkel wegens vacantie zullen kunnen sluitenin de grootere plaatsen zal het zelfs aanbeveling verdienen hierom trent wijksgewijze een regeling te treffen. Er wordt op gewezen, dat regelingen, strekkende tot sluiting van een bepaalde groep winkels gedurende een halven werk dag per week, in verband met de naleving van het werktijdenbesluit voor winkels of van dat voor fabrieken of werkplaatsen, van kracht blijven, terwijl de mogelijkheid tot het vaststellen van dergelijke regelingen „Waar gaat gij been, manlief?" vroeg de vrouw van den hofraad Steinert op zekeren avond aan haar echtgenoot, die hoed en stok reeds in de hand had om uit te gaan. „Naar de sociëteit. Ik blijf op zijn hoogst een uurtje uit," antwoordde hij. ^terwijl zijn achttienjarige dochter Lina hem zijn overjas hielp aantrekken. „Moet ik met fret souper op y wach" ten?" vroeg de jbezorgde huismoeder. „Wel zeker, ik kom stellig bijtijds thuis. m kunt er oj> rekenenik maak niet meer dan twee partijtjes." „Als het u maar niet weder gaat als on langs, toen gij om elf uur thuis kwaamt! onverminderd blijft bestaan. Voorts wordt de aandacht erop gevestigd, dat naast de verplichte openstelling der winkels de mo gelijkheid blijft bestaan, deze binnen de grenzen, door het winkelsluitingsbesluit ge steld, voor het publiek geopend te heb ben. De nieuwe regeling welk op 1 April a.s. in werking treedt, is opgenomen in de Nederlandsche Staatscourant van 27 Maart. Polygoon-Seym Uw lekkere eierkoek was toen geheel koud geworden en onsmakelijk." „Gij kunt dien .eierkoek, naar het schijnt, maar niet vergeten, maar moet hem tel kens weder opwarmen," merkte hij op een gemelijken toon aan, dien men anders van hem niet gewoon was. De hofraad scheen fraast te hebben, om naar zijn .whistclub te gaanhij had de deur reeds geopend, toen de zachte stem van rijn vrouw hem terugriep: Steinert!" 1 „Wat is er nu nog?' „Gij hebt iets vergeten." „Den sleutel van het huis heb ik bij mij gestoken." „Dat niet, maar een kus. Gij zijt anders gewoon mij goeden dag te zeggen, eer gij weggaat." „Neem mij niet kwalijk. Ik ben sedert eenigen tijd zeer verstrooid." „Dat merk ik." Hij keerde zich nog eens omhet scheen bijna, dat hij met zichzelven in strijd was, om te gaan of te blijven. Had zijn echtge- noote hem aangespoord bij haar te blijven, hij zou het zeker eindelijk gedaan hebben maar zij zweeg, was, naar het scheen, een weinig verstoord en zette zich met een ern stig gelaat aan baar werk. Hij gaf haar Maandag j.l. hield de damclub V.D. in café „Modern" haar 11e jaarvergade ring. Na een openingswoord van den voor zitter volgden de jaarverslagen van secr. en penningm. De kascommissie hechtte aan het finantieel verslag haar goedkeuring. Bij de bestuursverkiezing werd de voorz. A. de Graag herkozen. Hierna werden aan verschillende leden prijzen uitgereikt, behaald in wedstrijden in het afgeloopen seizoen. Een bestuurs voorstel tot het vormen van een selectie- groep en een reservegroep werd aangeno men. Met een zestal, gekozen uit spelers van de selectiegroep, zal dezen zomer wed strijden worden gespeeld tegen sterke ver- eenigingen. Evenzoo werd een bestuurs voorstel aangenomen, betrekking hebbende op het aannemen van nieuwe leden. Na een korte rondvraag, waarin enkele pun ten van minder belang werden besproken, werd deze vergadering besloten, en tevens het seizoen afgesloten. ZWART ym W I T 28 6—11 den verlangden afscheidskus, dien zij ech ter niet met ,haar gewone teederheid beant woordde, evenmin stond zij op, om hem tot aan de deur te vergezellen, gelijk an ders in dit huis gebruikelijk was. Vijf en twintig jaren was zij in hare echtvereeniging met den hofraad gelukkig geweest; geen wolkje had haar huiselijken hemel verduisterd. Met een matig inkomen wist zij hare huishouding zeer genoegelïjk in te richten en het leven onderling zoo aangenaam te maken dat beiden slechts velden op de gedachte kwamen om bui tenshuis verstrooiing te zoeken. Hun twee kinderen, een beminlnelijke dochter en een talentvolle zoon, die binnenkort zijn exa men als dokter zou afleggen, verschaften hun de grootste vreugde, en brachten door hun opgeruimde vroolijkheid een aange name afwisseling in het stille leven der ouders. Naarmate de kinderen opgroeiden, breidde zich ook de kring der bekenden uit, er kwamen vrienden van den zoon, aanbidders van de dochter en met hen een nieuwe gezelligheidpien las, maakte muziek en speelde allerlei onschuldige spe len bij een kopje thee of een eenvoudi- gen avondmaaltijd. Wanneer de hofraad zijn dagelijksche bezigheden beëindigd en pjn acten ter zij de gelegd had, cam hij deel aan de gesprekken en uitspanningen {Ier jonge lieden en schertste ,met hen om het hardst mede. Nergens vermaakte men zich beter dan hier, en wanneer men in de stad van gelukkige families sprak, werd die van Steinert steeds het gerst genoemd. Langzamerhand en bijna ongemerkt was dit veranderd; sedert ongeveer een half jaar was de goede harmonie in dit huis gezin verbrokenniet yoor de wereld, die meestal slechts naar den uiterlijken schijn oordeelt, maar voor Jhet scherper ziende oog van de vrouw des huizes. Op herhaald aanraden van een ouden vriend was de hofraad lid van een der vele sociëteiten geworden, waar hooge ambtenaren en wel gestelde kooplieden bijeen kwamen om van hun dagelijksche bezigheden uit te rusten. „Gij leeft/' zei de welmeenende vriend, „als een kluizenaar in uw huis, en hoort niets van hetgeen er in de wereld om gaat. In de sociëteit vindt gij gezellig onderhoud, oude kennissen, die gij eens kunt aanspreken, beschaafde menschen en mannen van invloed, die u later nog eens van dienst kunnen zijn. Gij komt daar met uw superieuren nader in aanraking, dan op uw bureau, en een enkel oogen- blik, een vertrouwelijk woord op het juiste tijdstip gesproken, kan u verder brengen, dan een reeks van jaren, die gij door brengt met op uwe acten te turen. MenigL een heeft reeds zijn geluk aan een enkele partij Whist te danken en door fijn te spelen, zich de voorspraak van een hoog- geplaatsten beschermer verworven. Bijuwi tegenwoordige leefwijze kunt gij nimmer vooruit komen, want men moet zich in de wereld vertoonen, als men van haar iets wil verkrijgen. Uw afgezonderde leefwijze zal u niet veel opleveren, be proef het dus eens op een andere wijze.*' De hofraad begreep deze redeneering volkomen, eigenlijk was het hem zeiven ook reeds dikwijls voorgekomen, alsof hij toch wel een weinig te veel in huis zat, en zich meer van de buitenwereld afzon derde dan voegzaam en verstandig was. Deze gedachten waren echter slechts voor bijgaande geweest, hij had ze spoedig we der laten varen, daar hij zich in rijln fa miliekring immers zoo wel bevond. Maar de aanhouder wint en de herhaalde aan sporingen van zijn ouden vriend wekten opnieuw het vroegere verlangen op, zoo dat hij eindelijk besloot, lid van de hem aangeprezene sociëteit té worden. i j (Wordt vervolgd.)

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1942 | | pagina 4