Onbeperkte duikbootoorlog Burgerlijken Stand DEUK- EST BINDWERKEN Raadsverslag Brakel Ons Landbouwtioekje. FIRMA L. J. VEERMAN gehouden op Vrijdag 6 Mei 1949, des namiddags 2,30 uur. Voorzitter: Edelachtb. Heer W. J- Pos. SecretarisMr. J. van Dalen. Afwezig de heer H. C. v. Daalen. De Voorzitter opent de vergadering! met voorlezing van het formulierge bed, waarna de notulen der vorige vergadering worden gelezen en on veranderd goedgekeurd. Vervolgens worden een i o-tal in gekomen stukken voor kennisgeving aangenomen. Van de afd. Zaltbommel van de Nederl. Onderwijzersvereniging is een verzoek ingekomen om ingevolge het bepaalde in artikel 33 van de Lager Onderwijswet 1920 een regeling te willen vaststellen t.a.v. het vergoeden van reis-, pension- en verhuisbosnen voor de onderwijzers die laatstelijk zijn of zullen worden aangesteld. Op advies van B. en W. wordt besloten afwijzend op dit verzoek te beschikken. Vervolgens wordt mej. W. Flentge met algemene stemmen benoejmd als onderwijzeres aan de Openbare La gere school en wel met ingang van 9 Mei 1949- De Voorzitter zegt, dat alsnog1 de pensioengrondslag van het hoofd van de landbouw cursus, de heer J. N. den Hartog behoort te worden vast gesteld met ingang van 1 'October 1942 en de vastgestelde pensioen grondslag van31 Maart 944 moet worden ingetrokken. Aldus wordt besloten. :Op een verzoek van G. R. van der Linden om in aanmerking te komen voor een overheidspremie in de kos ten van verbetering van diens wo ning aan de Koningstraat, wordt goedgunstig beschikt. Ter financiering van de woning bouw van T. Versteeg en 'de Gébrs. de Vries wordt besloten een iste hypotheek te verstrekken, terwijl een tweede hypotheek zal worden aange vraagd. 1 De 2e en 3e wijziging van de be groting 1949 wordt goedgekeurd. De Voorzitter zegit, dat men thans bezig is met de bouw van een brand weergarage nabij de openbare lagere school. Oorspronkelijk was men Se mening toegledaan, 'dat het aanbren gen van een zolder in bedoelde ga rage achterwege kon blijven. Thans'is echter gebleken, "dat deze toch nooid- zakelijk is. De heer Vervoorn Zegt, dat men hiermede toch rekening had moeten houden bij het maken van bestek en tekening. Ook de heer Ermstrang is deze mening toegedaan. De Voorzitter zegt, dat inderdaad hieraan niet voldoende aandacht is geschonken. De heer Vervoorn vraagt of de aan te brengen verwarming toch voldoen de zal zijn. De Voorzitter antwoordt hierop be vestigend. M|en moet echter nog be kijken welke veranderingen men aan de kachel zal aanbrengen. Besloten wordt alsnog een zolder in de garage te doen aanbrengen. Vervolgens wordt nog besloten om het z.g. schoolgat door tegels te ver vangen, terwijl de oude stenen ver kocht zullen worden. De Voorzitter zegt, dat het nood zakelijk is dat het Marktplein op gehoogd wordt. Die afwatering is thans niet voldoende en met onge veer 400 meter zaiid zal een en ander verbeterd kunnen worden, terwijl hier en daar een betonnen rand moet worden aangebracht. Het plein zal dan ongeveer gelijk met de weg ko men en in verband met de wegveroe- tering zal het een mooi geheel vor men. De heer Vervoorn vraagt of men werkelijk veel last van het water heeft. Indertijd is er toch sprake geweest, dat op de plaats waar thans gehoogd zal worden, het nieuwe ge meentehuis zal komen. Ophoging is z.i. dan nu niet noodzakelijk. De Voorzitter zegt, dat wat de bouw van een nieuw gemeentebuis betreft, hij daarop moeilijk kan in gaan. Gedurende de wintermaanden is het er een modderige boel en de afwatering is er niet best, vooral ach ter het transformatorhuisje. Besloten wordt tot ophoging over te gaan. Verder wordt bésioteii met J. C. van Wijk een stuk grond aan de muziektent te ruilen tegen een stuk dat iets verder naar achteren ligt. B. en W. hebben reeds een en ander met v. Wijk besproken en on der enkele nadere voorwaarden gaat v. Wijk accoord met de voorgestelde ruiling. Van A.Vervoorn is een verzoek in gekomen om een terreintje grond aan hem te verkopen van 8 a 9 meter langs de weg tegenover zijn woning aan het Hovend, dienende tot een bergplaats enz. B. en W. adviseren om een ter reintje nabij de Weidjes aan Ver voorn te verhuren. De Voorzitter zegt, dat het gevraag de stukje grönd bestemd is voor bouwgrond, zodat men dit thans moeilijk kan gaan bestemmen voor een opslagplaats e.d. Het perceel wat B. en W. willen verpachten ligt iets verder naar achter als waar het ge vraagde terreintje is gelegen. Na enige bespreking wordt beslo ten het terreintje aan de Weddjes aan Vervoorn te verpachten. Dp Voorzitter deelt mede, dat de wegverbinding. Brakel-Poederoijen on derhands is aanbesteed aan de N. V. Basalt Maatschappij vte Zaandam voor totaal f 149.575.Spr. hoopt, dat hieromtrent spoedig de goed keuring tegemoet kan worden ge zien. Zou de weg eerst klinkerweg worden, thans wordt dit asfaltbeton. Aan bedoelde aanbesteding hecht de raad met algemene stemmen zijn goedkeuringmet de wens, dat spoe dig met dat werk een aanvang zal kunnen worden gemaakt. Van de Nied. Heide Maatschappij is een begroting ingekomen "betref fende de uitbreiding der riolering. De Voorzitter licht deze begroting nader toe en zegt, dat de kosten ver moedelijk wat lager zullen worden, daar enkele materialen wel' wat hoog geraamd zijn. Enkele leden vragen nadere toe lichting omtrent de ligging van de aan te brengen riolering, waarop de Voorzitter de juiste aanduiding geeft. Besloten wordt een rijkssubsidie in de arbeidslonen aan te vragen en de riolering te doen aanbrengen. Rondvraag. De heer Ver voorn vraagt of er in de gemeente wel voldoende water is in geval van brand. De Voorzitter zegt, dat de brand weercommandant, welke ter vergade ring aanwezig is, hierop wellicht een antwoord kan geven. t Bedoelde commandant zegt, dat er in de gemeente zeer weinig water is, en op de meeste plaatsen niets of niet voldoende. De heer Vervoorn zegt, dat dit on verantwoordelijk is en zou willen pro beren om hierin verbetering aan te brengen. De Voorzitter zegt, dat met de wens van Vervoorn rekening zal wor den gehouden. De heer Vervoorti zegt, dat het dikwjjls gebeurd, dat de school vuil 'gemaakt wordt, wanneer deze pas is schoongemaakt. Voor de school- schoonmaakster is een en ander niet prettig. De Voorzitter zegt, dat dit wel licht de laatste tijd is voorgekomen in verband met de reparaties welke 111 de school aangebracht zijn. Spr. zou willen voorstellen om de school- schoonmaakster hierin tegemoet te komen, waaraan de raad zijn goed keuring hecht. De heer Vervoorn vraagt of het mogelijk is, dat wanneer de weg volgens het uitbreidingsplan Kom- merstraat-MoLensteeg aan de orde komt, dit punt gezamenlijk eens na der te békijken. Hiertegen heeft de Voorzitter geen bezwaar. De heer Ermstrang vraagt of de afwatering van de Koningstraat niet wat verbeterd karl worden. Verschil lende bewoners hebben hiervan last. De Voorzitter zegt, dat hij dit na der zal bekijken. Vermoedelijk kan de nodige verbetering aangebracht worden door de teerlaag tot aan de huizen aan te brengen. 'De heer L. van Dalen vraagt of de nieuwe woningen van electrisch licht kunnen worden voorzien en zo mo- ijk ook aansluiting, van de Lies- "sesteeg en de Waarddijk. De Voorzitter zegt, dat dit zeer moeilijk zal gaan. Reeds nueer is deze kwestie aan de orde igteweest, doch men komt steeds op hetzelfde neer en wel het transformatorhuisje. De afstand voor de transformator wordt te groot. Een nieuw transfer - metorhuisje is te kostbaar, afgezien of men hiervoor het benodigde ma teriaal zou kunnen krijgen. Spr. heeft een en ander al meermalen mét de P.G.E.M. besproken." Mogelijk dat de woningen in de Molensteeg t.z.t. van licht voorzien kunnen worden, doch voor de Liesveldsesteeg en Waard dijk ziet spr. nog niet veel heil. Hierna sluiting der vergadering met dankgebed. In. hec begin van 1916 had Duits- Land 41 onderzeeboten in dienst en op 10 Januari 1917 was dit aantal 103. Er waren 22 boten verloren ge gaan en 84 nieuwe in dienst gjesteld. Op 1 Februari 1917 barstte de onbeperkte duikbootoorlog in zijn volle omvang los, waarbij vijandelijke koopvaardijschepen zonder waarschu wing werden getorpedeerd. De ko mende maanden kreeg de Engelse koopvaardij het Zwaar te verduren. Er werden de laatste maanden voor 1 Februari 1917 per maand gemid deld 37 schepen door torpedo's en door mijnen tot zinken gebracht, in Februari werd dit respectievelijk 86 en 12 en de volgende maanden lie pen de verliezen steeds meer omhoog. De waarde, die de Duitse autoritei ten reeds eind 1916 aan hun onder zeeboten hechtten, moge blijken uit het feit, dat toen 2 'boten bij de Deense kust aan de grond waren ge lopen, een Duitse scheepsmacht, be schermd door 4 slagschepen en een slagkruiser te hulp kwam. Een Britse onderzeeboot had het noodsein van zijn Duitse collega echter eveneens opgevangen en torpedeerde 2 slag schepen, die echter, zij het met moei te, de thuishavens konden bereiken. Toen Admiraal Scheer vanj de Duitse Keizer een reprimande kreeg voor deze operatie, antwoordde hij daarop, dat voor Duitsland elke on derzeeboot zo belangrijk was, dat het waard was, de hele beschikbare vloot in te zetten voor hun assistentie en ondersteuning.. In de maand April 1917, toen Amerika aan de oorlog ging deelne men, verLoien de Britten 155 schepen door onderzeeboten en 14 door mij nen. Totaal ging die maand 881.000 ton aan geallieerde en neutrale scheepsruimte verloren. Van elke 100 schepen dat de Brit se eilanden in die tijd verliet, keer den 25 nooit meer terug. De situatie was hoogst dreigend, temeer daar vele tankers verloren ginglen, waar door de reserve brandstof-voorraad voor de Grand-fleet, die meestal voor 6 tot 8 maanden voldoende was, terug viel tot een reserve voor 8 we ken. In verband hiermede gingen de grote lijnschepen olie in hun dub bele bodem vervoeren. Maar zoals het meestal gaat, als de nood het hoogst is, is de redding na bij. Op 6 Juli 1916 'had de motorboot „Salmon" met behullp van luisterap paraten de Duitse onderzeeboot-mij- nenlegger „UO-7" te pakken gekre gen. Een dieptebom bracht de mijnen tot expliOtie en de „UO-7" kwam niet meer boven. De dieptebom, die op elke gewenste diepte kon exploderen, werd spoedig door de onderzeeboot- bemanning bijzonder gevreesd. Maar de Engelsen hadden nog meer pijllen op hun boog. Vliegtuigen werden ge bruikt om de onderzeeboten op te sporen en een niuw soort verankerde mijn werd ontworpen. Onmiddellijk werden hiervan 100.000 besteld, die o.a. in de Duitse Bocht en het Nauw van Calais werden gelegd. Om de af sluiting van de Noordzee te vervol maken, moésten ook in de engte tus sen Schotland en Noorwegen mijnen gelegd worden. Dit stuk was ongeveer een 230 mijl lang, waarvoor 120.000 mijnen, ge schikt voor gébruik in diep water, nodig warén. Alleen een reusachtige productie capaciteit, van de Verenig de Staten maakte het mogelijk, een dergelijk groot aantal' miinen tijdig gereed te hebben. Bij het sluiten van de wapenstilstand was men nog bezig om de versperring te voltooien en daarna kostte het vegen nog vele hoofdbrekens en mijnenvegers. De voorraad dieptebommen was in Januari 1917 nog zo klein, dat elke torpedo'bootjagier er maar vier aan boord 'had. Doch ook daar werd een mouw aangepast en begin 1918 was dit aantal 30 tot 40 per jager. Had den de escorte-schepen in 1917 slechts 1 onderzeeboot tot zinken gebracht, in 1918 was dit aantal n. Verder werd de bewapening van koopvaar dijschepen met volle kracht voort gezet. Hoe doeltreffend dit was, blijkt wel uit het feit, dat in 1916 ruim 70 pet. van de aangevallen bewapende koop vaardijschepen ontsnapte, terwijl dit slechts 22 pet. van die onbewapende gelukte. Tenslotte werd na ernstige overweging 'het fcanvooisysteem inge voerd. Hiervoor was een bijzondere orga nisatie noodzakelijk. Die nadelen wa ren, dat liet vertrek van de schepen werd vertraagd, "daar ze op elkaar moesten wachten, terwijl bij aankomst de havens plotseling zo overladen werden met 'het werk, dat ier grote vertraging bij het losssen ontstond. Bovendien is de snelheid van een kou vooi, die van het langzaamst schip. Maar de verliezen aan koopvaardij schepen werden hier zo verminderd, dat bovengenoemde nadelen gaarne werden geaccepteerd. De grote kracht van de anti-ondefzeebootcampagne werd steeds duidelijker merkbaar. Va October 1917, toen de Duitsers hun grootste aantal onderzeeboten tij dens de oorlog, nl. 140, in de vaart vaart hadden, werden maandelijks meer onderzeeboten vernietigd dan in dienst gesteld kon worden. De pe riode van 6 maanden onbeperkte duikbootoorlog, die de Duitsers vol doende hadden geacht om Engieland op de knieën te brengen, was voorbij. En nu 'begon de deelname van Ame rika duidelijk merkbaar te worden. In het 2e kwartaal van 1918 overtrof de aanbouw van koopvaardijschepen de verliezen, die door de betere af weer bovendien steeds meer daalden. Zo werd bijvoorbeeld op initiatief van de Engelse Admiraal Keyes het Nauw van Calais 's nachts door zoeklichten beschermd, zodat de patrouilleboten de onderzeeboten noodzaakten onder water te gaan en zo de mijnenvel den te passeren. Hierdoor werd het zeer gevaarlijk om te trachten langs deze route die open zee te bereiken, waardoor de Duitsers gedwongen wa ren een zeer grote omweg te maken. De bijzondere inspanning die de Engelsen zich moesten getroosten komt wel tot uiting door de volgende cijfers. In de maand November 1917, toen de Duitsers 137 onderzeeboten in de vaart hadden, bestond de Brit se patrouillevloot o.a. uit 277 tor pedoboot jagers, 74 patrouilleboten, 338 motor-launches, 850 trawlers en 77 Q-schepen, de zgn. duikbootvallen. Verder waren nog 50 luchtschepen en ongeveer 200 vliegtuigen ingezet. Het kwam erop neer, dat voor elke Duitse onderzeeboot de Britten 1(5 tot 20 gevechtseenheden in bedrijf hadden. De grote effectiviteit van de on derzeeboot in de handelsoorlog mo ge blijken uit het feit, dat die ver nietigde scheepsruimte in de eerste maanden van de onbeperkte duikboot- oorlog om de 400.000 ton Lag, ter wijl de kruiser „Emden" gedurende haar driemaandelijkse sucoes-trip to taal 70.000 ton tot zinken [gebracht. Het viel dan ook niet te verwonde ren, dat de Duitsers in de afgelopen oorlog wederom alles op de onder zeeboot zetten. Het blijft nu eenmaal' een zeer 'doeltreffend .wapen voor een land, dat de heerschappij ter zee niet bezit. Duitsland ontwikkelde aan het eind van de afgelopen oorlog een type onderzeeboot met grote onder- watersneliheid, van omstreeks 24 mijl waarvan de plannen thans in han den van de geallieerden zijn. In ver band hiermede heeft de Amerikaan se Marine een nieuw type snelle es- corteur op stapel gezet. Die chef der Amerikaanse Marine heeft namelijk verklaard, dat dergelijke snelle onder zeeboten in leen zekere Buitenlandse Marine binnenkort kunnen worden verwacht. INKUILEN VAN AARDAPPELEN. Naar aanleiding van teen vraag;,, die tot mij kwam, of men ook aard appelen, die men zou overhouden, als men zie niet tot elke prijs wilde verkopen, kon inkuilen zonder ze te laten stomen, dacht het me gqed bieronder eens weer te gieven, wat Ir. P. Verhoeven en E. van den Ban hierover zeggen in hun pas versche nen boiek over veevoeding. De aardappelen mogen geen sprui ten hebben en pioeten zo* schoon mogejijk zijn. Daarom .is het gloed ze eerst over horren te gooien en te wassen. Heeftmen gieen last van 'de grond water stand, dan .make men. de kuil in de grond (tot 1 mé ter),, anders er op en een aarden wal er om heen. Op de bodem legge mén Aeen lueei dun laagje stro of kaf of gras. De aardappelen legt men in la gen van 25 cm dikte. Daarna kan. men er wat karnemelk opbrengen en vervolgens flink aanstampen. Dan. weer 25 cm aardapeplen er op enz. Vaak kuilt men aardappelen tus sen gras in. Men dekt de kuil af en brengt er dan 5075 cm grond op. Men inoet er voor zorgen, dat alles goed kan afwateren. Wil ie mand, die dit straks doet, mij te zijner tijd zn' bevindingen eens mee delen? W. Bi. te A- NEDERHEMEUT. Over de maand April. Getrouwd: J. Vos, 32 j. en G. Jochems, 26 j. WERKENDAM. GeborenPieter ,z. van M'. de Heus en W. Kamp; Arie Marinus,. z. van M. de Heer en M- Schelling; Huibert, z. z. van M. de Haan en W. van Vuuren. Ondertrouwd: Dielis Cornelis Hak kers, 26 j. en Maaike Cornelia van Oord, 26 j. OverledenJenneke Kieboom, 60 j., echtgenote van W. v. d. Heuvel. VERLO VINGSKAAR TJES GE BOOR TEKA AR TJES Oud- Holl. ONDERTROUW BRIEVEN en KAARTEN SCHOENMAAKSTER VAN KONINKLIJKE BLOEDE. Hoe vervallen de grootheid van de voormalige Duitse vorstenfamilies thans wel is, zou prinses Caroline van Saksen Coburg-Gotha ons kunnen vertellen. Zij is de achter kleindochter van wijlen koningin Victoria van Engeland en woont nu in Coborg, vlak bij het kasteel van haar voorvaderen. Zij is weduwe van een gesneuvelde piloot en ontwerpt en maakt nu schoenen om in het levensonderhoud van haarzelf en haar zes kinderen te voorzien. Hier ziet U de moderne assepoester temidden van haar huidige „onderdanen" worden door ons bedrijf op onberispelijke wijze uitgevoerd. Nu de lange wintereravonden weer voorbij zijn is hel noodzakelijk Uw boeken en tijdschriften te laten nazien. U voorkomt daardoor onnodige slijtage van Uw lectuur. Voor Uw Familie- en Handelsdrukwerken hebben wij steeds nieuwe ieiierlype's Wij kunnen U een prachtcolleclie tonen in: Wij maken U er op allenl dat voor spoedeisende Rouwdrukwerken ons bedrijf dag en nacht geopend is. DRUKKERIJ - BINDERIJ Tel. 19 - HEUSDEN

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1949 | | pagina 8