SONSBEEK 1949 De invloed van het Luchtwapen op de Zeeoorlog DRUK- EN BINDWERKEN Burgerlijken Stand Distributiemededelingen FIRMA L. J. VEERMAN BRANDRAMPEN brengt beeldhouwtentoonstelling van grote betekenis De voorbereidingen voor Open- luchttenloonstelling van Europese beeldhouwkunst „Sonsbeek 1949" zijn bijna afgesloten. Nog enkele weken en de liand zal worden gelegd aan de inrichting van het beroemde park. Want 1 Juli a.s. wordt de unieke tentoonstelling die voor geheel West-Europa van grote betekenis is, geopend. De aan leg van het park met zijn versiering van bloemen en planten zal onge twijfeld alle krachten van Arnhems plantsoenendienst opeisen. Niemand echter behoeft er aan te twijfelen of Park Sonsbeek wordt een lust oord. Ingezetene, landsman en bui tenlander hoe verwend ook, zal ver rast staan van de weelde uit Neer land s bloemenschat die Sonsbeek be looft te bieden. Een aparte opgave is de opstelling der beeldhouwwerken. In het grote geheel van bloemen, planten en bomen moeten de kost bare kunstwerken van de hand van Europa's grootste beeldhouwers vol ledig lot hun recht komen. En dat eist zorg en kennis van zaken. De artistieke commissie die belast is met de uitvoering van dit allerbelangrijkste onderdeel bestaat uit experts aan wier veilige handen deze werkzaamheid is toevertrouwd. Hoewel de lijst van te exposeren beeldhouwwerken nog niet volledig is kan gerekend worden op een 8-tal werkstukken van de grote Franse meester Aguste Rodin (overleden in 1917), waaronder waarschijnlijk ook de beroemde beeldengroep „Burgers van Calais". Het was lange tijd on zeker of deze groep op de tentoon stelling aanwezig zou kunnen zijn. Het z.g. reisexemplaar was onlangs naar Bazel verkocht en het leek er op, dat de stad het machtig werk stuk maar niet dadelijk wilde af staan. Het 'is ook geen kleinigheid. Het geheel weegt ongeveer tien ton. Dat vereist een enorme krachtsin spanning. Niet alleen de verpakking en verzending naar Arnhem, maar ook het transport naar en de opstel ling in Park Sonsbeek. Voorts zal van Rodin het beroemde brons van de Franse schrijver Balsac aanwezig zijn. Frankrijk brengt trouwens van ver scheidene zijner grote zonen kunst werken. Maillol, Bourdelle, Renoir, Despiau, Brancusi, Gargallo, Zadki- ne, Arp, Laurens en Lipchitz zul len met een of meer werken verte genwoordigd zijn. Uit Duitsland verschijnen werken van de grote beeldhouwers. Lehm- bruck en Barlach, terwijl uit Bel gië een representatieve inzending' komt van recente beeldhouwkunst. Van Rik Wouters zullen drie figu- geëxposeerd worden, van G. Minne komen een Mansbuste en een Re liekdrager. Voorts zullen werken van Le Plae Grard, Puviez en Cantré worden tentoongesteld, terwijl Meu nier met twee arbeiders-figuren ver tegenwoordigd zal zijn. Uit Deenemarken zullen werken van Kai Nielsen, Fischer, Eichhoff en Noach worden gebracht en uit Engeland verschijnt een bijzondere collectie van Moore, Epstein, Dobsen en nog enkele andere beeldhouwers. Hiermede is de verzameling inzen dingen nog lang niet uitgeput. Afge zien van onderhandelingen, die nog met buitenlanders lopen, zal Neder land zelf werken van zijn beeldhou wers brengen, waaronder beelden, die nog niet eerder zijn tentoonge steld. Radecker legt de laatste hand aan 'n een groot oorlogsmonument bestemd voor Waalwijk, dat voor het eerst op de expositie zal worden uitge bracht. Als een onderdeel van de expositie zal een speciale hal wor den ingericht voor kleine plastieken van Nederlandse beeldhouwers. Voor de Nederlandse inzending zal een Jury worden benoemd gevormd door leden van de Nederlandse Kring van beeldhouwers. De inzending is vrij voor 'iedere beeldhouwer of beeldhouwster in Ne derland. Niet-leden van de Kring kunnen inzendingsformulieren aan vragen bij het Comité Sonsbeek '49 te Arnhem. Zo staat het dus reeds thans vast, dat de tentoonstelling van Europese beeldhouwkunst in Park Sonsbeek, waarvan Koningin Juliana het be schermvrouweschap aanvaardde, één der belangrijkste cultuurevenemen ten van 1949 zal zijn. Nog nimmeer te voren is zulk een representatieve collectie van Beeld houwwerken in zulk 'een uitgezoch te omgeving tentoongesteld. Teneinde de invloed van het lucht wapen op de zee-oorlog te kunnen behandelen, is het noodzakelijk om met een enkel woord het begrip „zee oorlog" nader te omschrijven. De zeeoorlog is dat deel van een oorlog, welke gevoerd wordt om de heerschappij ter zee en de heerschap pij in de lucht boven die zee. Het doel hiervan is hoofdzakelijk het ge bruik van de zeewegen te verzekeren en dit gebruik de vijand te ontzeg gen. In de laatste oorlog is dit ook weer het voornaamste doel geweest, en de zeeoorlog is hoofdzakelijk ge voerd, teneinde de eigen zeetranspor ten te beveiligen ien vijande lijke zeetransporten (b.v. boven- en onderwaterblokkadebrekers) te ver nietigen. Tot deze oorlog behoort ook het versterken c.q. bezetten van steunpunten (Hawaii, IJsland). Afhankelijk van de omstandighe den kan de zeeoorlog tot nevendoel hebben het bestoken van op grote afstand gelegen vijandelijke grondge bied, b.v. in het geval Amerika ver sus Japan, terwijl de middelen, waar mee in de zeeoorlog wordt gevoch ten, kunnen worden ingezet vooraf gaande aan ladingen op vijandelijk gebied, b.v. in Italië in de laatste oor log. Na deze uiteenzetting zal het een ieder duidelijk zijn, dat de invloed van het luchtwapen hierbij zeer be langrijk is. Teneinde die invloed naar waarde te kunnen schatten, lijkt het mij het eenvoudigst om de rol, welke het luchtwapen bij de zee-oorlog! ver vult, te behandelen. Allereerst dan de taak van de vliegtuigen, behorende tot de vloot. In den beginne werd getracht in het vliegtuig een verkenningsmoge lijkheid van onschatbare waarde te zien. Watervliegtuigen konden ver kenningen ver voor de vloot uit ver richten en ingescheepte vliegtuigen van kruisers en slagschepen, soms ook van torpedobootjagers en zelfs onderzeeboten namen die taak over, wanneer men buiten de actie-radius van de vanaf de wal opererende viiegtuigien geraakte. Bovendien kon den deze vliegtuigjes artillerie-waar nemingen verrichten. Waar het groot ste slagschip slechts 3 of 4 vlieg tuigen aan boord had, welke dik- wjjls moeilijk bii zware zeeganlgkon den opereren, bouwde men tevens vliegikampschepen, welke deze nade len niet kenden. De viiegtuigien vorm den, wat men veelal noemde „de ogen van de vloot". Zelfs een vlieg!- kamschip vormde in die tijd slechts een zorgvuldig! bewaakt hulpmiddel van <fe slagvloot. In de laatste oorlog Is op dit ge bied een ware omwenteling tot stand gekomen. De verkenninigismoge- lijkheia bleef bestaan, doch men ont dekte, dat de eertijds vrijwel onschul- dige „oglen van de vloot" rake klap pen konden uitdelen. De eerste klap m de Pacific kwam helaas van de voor ons verkeerde kant, toen de Japanse vliegkampschepen zich naar Hawaii begaven en hun vliegtuigen onnoemelijke schade aanrichtten, aan de Amerikaanse Pacific fleet, en de daarbij behorende wal-installaties. De 2e klap, welke helaas ook nog een daalder waard was, deden d:e geal lieerden de Engelse slaglschepen „Prince of Wales" en „Repulse" ver liezen. Met man en macht werd aan overschakelen begonnen en weldra waren, vooral in Amerika, zoveel vbegkamschepen gebouwd, dat deze „aircraft carriers" jn smaldelen ver enigt, als aanvalswapen in de Pa- cific-zeeoorlog gingen optreden. Bekijken wij vervolgens dat deel van het bij de zee-oorlog betrokken luchtwapen, dat niet specifiek tot de vloot zelf behoort, dan zien wij ook op dit gebied een enorme vooruit gang, welke grote verbeteringen in houdt. Met het woord „vloot" wordt hier bedoeld de slagvloot en kleinere smaldelen. De vliegtuigen, welke wij nu gaan bekijken, zijn wel betrokken bij 'de zee-oorlog, doch werken niet samen met smaldelen. 'Dit zijn b.v. de vliegtuigen, welke worden ingezet voor konvooibescherming en onder- zeeboofbestrijding, welke twee taken meestal 'ten nauwste met elkaar ver- oanü "houden, benevens transport- en reddingsdiensten. Om de zeewegen ten behoeve van de koopvaardij te beschermen, worden door het lucht wapen anti-onderzeepaftrouilles en convooi escorfes verzorgd. De patrouilles dienen om eventueel aanwezige onderzeeboten in een be paald gebied op te sporen en te ver nietigen. De konvooi-escorte wordt verricht om vijandelijke onderzeeboten te ver hinderen tot de aanval te komen en zo mogelijk in samenwerking met escorterende schepen te vernietigen. Bepalen we ons nu even tot de Atlan tische Oceaan, dan kunnen we hier, terugkomende op de titel vaii dit artikel, op treffende wijze de invloed van het luchtwapen opmerken. Inliet eerste deel van de laatste oorlog was er. een zeegebied tussen Enige land en Amerika, dat buiten de actie radius van de op het land gebaseerde vliegtuigen lag, terwijl de vliegkamp schepen hog niet met de konvooien meevoeren, omdat deze nog niet in voldoende aantal beschikbaar waren. De Duitse onderzeeboten opereerden bij voorkeur in dit gebied en brach ten ons zware verliezen toe. De es corteschepen ten spijt spraken de ge allieerden dan ook van „the Atlantic gap" het Atlantische gat)het lucht wapen ontbrak daar! Inderdaad is de invloed van het luchtwapen ook op dit deel van de zee-oorlog van overwegend belang. Dag en nacht werden de zeetrans porten döor mét radar, dieptebom men eh raketten uitgeruste vliegtui gen bewaakt. Verschillende vindingen werden toegepast om onder alle om standigheden over elgjen jachtvliegtui gen te kunnen beschikken, zoals het uitrusten van koopvaardijschepen, met jachtvliegtuigen, welke werden afge schoten. Deze jagers waren veelal niet voorzien van een landingsgestel, en de vliegers moesten proberen na het gevecht op de zee te dalen of per parachute nabij" het schip terecht te komen. "Een andere uitvinding die werd toegepast, was het van een vliegdek voorzien van tankschepen die tevens hun normale lading ver voerden zodat deze de -konvooien van vliegtuigbescherming konden voorzien. Later voeren de escorte vliegtuigen meedeze konden hun vliegtuigen tevens inzetten 'tegen aan vallende vliegtuigen op route's welke voor vijandelijke vliegtuigen bereik baar wared. De geallieerde luchttransportdien sten strekten zich over de igehele we reld uit, van Engeland naar Australië, van Amerika naar Engeland, Austra lië, China enz. Op deze laatste rou te was het geen zeldzaamheid, als er tien tot twintig toestellen per dag doorkwamen. De taak van de reddingsdiensten was veel omvattend. 'Behalve inci dentele vluchten voor hulpverlening (een "Catalina van de Nederlandse marine Luchtvaartdienst nam in een vlucht 86 opvarenden van een getor pedeerd schip aan boord) waren er uitgebreide reddingsorganisaties voor redding op zee (Air Sea Rescue) en redding in het oerwoud („Air Jungle Rescue). Vooral in het Engelse Ka naai zijn honderden in zee terecht gekomen vliegers opgepikt en vei lig thuisgebracht. Onder bescherming van jachtvliegtuigen pikten de En gelse Walrusvliegtuigen zelfs vliegers op in de Seine-mondinig. Ook de Duitsers hadden reddingsdiensten, welke veel met Dornier 24 vjieg- boten werkten. J We hebben hierboven "de rol van het vliegtuig; in de zee-oorlog van vrijwel alle kanten bekeken en ik meen dan .ook te mogen aannemen, dat deze verhandeling, tezamen met een ieder nog vers in het gjeheugen liggende historie van de laatste we reldoorlog, de lezer een duidelijk beeld geeft van de overwegende in vloed van het luchtwapen. VERLO VINGSKAAR TJES GE BOOR TEKAAR TJ ES Oud-HoII. ONDERTROUWBRIEVEN en KAARTEN Hoe men zich tegen de ge volgen er van kan wapenen Wat een ieder ten aanzien van de weersomstandigheden steedis bijblijft, dat zijn uitzonderlijk kouide winters en warme zomers. Zo zal iedereen zich nog herinneren de hete zomer van 1947 en zal zich deze blijven herinneren. Wat maar weinigen echter bijge bleven zal zijn, dat zijn de noodlot tige gvolgen, welke deze zomer ge had heeft voor velen in deze pro vincie. Er hebben toen namelijk over de gehele provincie uitgebreide bran den gewoed, welke door de grote droogte en het daarmee samenhan gende gebrek aan water het karak ter van een catastrofe kregen. Een hoogtepunt bereikten deze brandram pen in Augustus 1947 bij de grote boerderij branden te Asten, Beers en Someren. Onmiddellijk is van verschillende zijden het initiatief genomen tot hulp verlening, hetgeen tenslotte resulteer de in de oprichting van een Provin- ciaal Rampencomité ad hoe op in stigatie van de Commissaris der Ko ningin in Noordbrabant. Het comité nam op zich de hulpverlening te coördineren en de beschikbare gel den te verdelen. Naast een aantal particuliere gif ten waaronder genoemd mag wor den een zeer royale bijdrage van de Bisschop van 's-Hertogenbosch werden belangrijke bedragen ont vangen van 'de stichting Nederlands Volksherstel, het Nationaal Rampen fonds, de z.g. Pleisteractie van de Z.Eerw. Heer Henri de Groeve, het Provinciaal Opbouworgaan „Bra bants Volksherstel", de collecte der brandweercorpsen in Noordbrabant en van verschillende instellingen van de N.C.B. In de loop van 1948 is het comité met zijn werkzaamheden gereed ge komen en op 20 December van het zelfde jaar ontbonden. De beschik bare gelden werden over de daar voor in aanmerking komende getrof fenen verdeeld, waarbij in totaal 107 gezinnen, verdeeld over 34 ge meenten, werden geholpen. Bij het vaststellen der uitkeringen is echter een belangrijke bijzonder heid aan de dag getreden. Bij het overgrote deel van de getroffenen is het bedrag der schade aanzienlijk verhoogd, doordat zij veel te laag tof zelfs helemaal niet verzekerd wa ren. De gevallen, waarin de financiële toestand van het bedrijf behoorlijke verzekering niet toelaat, daargelaten, moet de oorzaak meest gezocht wor den in de nalatigheid van de betrok ken eigenaren. Vooral in bedrijven, die dermate aan brandgevaar onder hevig zijn als boerderijen het geen in 1947 is gebleken Is het te laag- en het niet verzekerd zijn als onverantwoordelijke bedrijfsvoe ring te bestempelen. Het comité wenst er in dit ver band nog eens uitdrukkelijk op te wijzen, dat de aan de brandslacht- offers van 1947 verstrekte hulp slechts is verleend op grond van de uitzonderlijke toestand, die de droge zomer van 1947 schiep. Vele landgenoten hebben hun bijdrage ver leend in het besef van het catastro fale van deze zomer voor de getrof fenen. Het is daarom voor de toekomst zaak, dat allen, wie dit aangaat, en dit zijn niet in de laatste plaats de boeren reeds thans zelf voor zorgsmaatregelen gaan nemen tegen de gevolgen van dergelijke rampen als brand. Een ieder bezie thans ern stig de mogelijkheid van verzeke ring van zijn eigendommen tegen brand- en andere rampen. Zij, die zich nog niet of te laag verzekerden, dienen voor ogen te houden, dat de gevolgen voor hen rampzalig kunnen zijn, en dat zij niet mogen speculeren op de gemeen schapszin van anderen. Zij, die zich oorspronkelijk zoda nig verzekerden, dat zij eventuele schade aan hun eigendommen volle dig meenden te hebben gedekt, die nen na te gaan, of het bedrag, waar voor zij zich verzekerden, bij het huidige prijsniveau nog wel toerei kend is. 'Men realisere zich het grote risi co, dat men door onachtzaamheid neemt, en wende zich zo spoedig mogelijk tot een terzake deskundige. Het Rampencomité. DE WERKEN c.a. Geboren: Antonie, z. van B. L. Verschoor en A. Ippel; Jan, z. van C. v. Wendel de Joode en B. J. Ver hoeven; Huibert, z. van A. v. d. Koppel en E. J. v. Burgel. Distributiekring GELDERMALSEN. Uitreiking bonkaarten. AmmerzodenWoensdag 18 Mei, van v. Aalst t.m. H. v. Hemert; Don derdag 19 Mei van J. v. Hemert t.m. L. v. d. Oord; Vrijdag 20 Mei van H. v. d. Oord Lm. Zijl stra. In het tijdvak van 19 April t.m. 8 Juni 1949 zal de uitreiking plaats vinden van de navolgende beschei den: LA, LB 909 voor zelfverzorgers vlees. KA, KB en KD 909 voor niet-zelf- verzorgers en de toeslagkaarten voor a.s. en jonge moeders MD 909-910. Mede te brengen: Tweede Distri butiestamkaart; inwisselbon van de bonkaart 905; a.s. en jonge moeders: controlekaart CA, CB of CM. Het publiek dient de bescheiden onmiddellijk bij de uitreiking te con troleren. Reclames, ingediend nadat het uitreiklokaal eenmaal is verlaten worden niet in behandeling geno men. Attentie: Het publiek dient de be scheiden op de aangegeven dagen af te halen. Getrouwd: Huibert Ippel, 26 j. en M. Pellikaan 26 j. 'POEDEROIJEN. Over de maand April. Geboren: Geertruida H. J., d. van N. de Maagd en W. C. M. v. An ker Goverdina, d. van A. Dekker en A. M. Straver; Aart Ji, z. van A. C. Kleppe en J. Welbie; Arie, z. van H. Spiering en D. v. d. Laar, Ondertrouwd; A. v. Stuijvenberg, 21 j. en H. A. Exalto 18 j. Getrouwd: R. v. Steenis 30 j. en F. Verheij 22 j.A. v. Hees, 36 j. en B. Schreuders 35 j. Overleden: J. de Ruiter, weduwe van A. v. Ballegooijen 71 J.; G. v. Ballegooijen, echtgenoot van H. van Giessen 72 j. SPRANG-CAPELLE. Over de maand April. Geboren: Peter, z. van H. Mayers en A. Z. v. d. Hoeven; Josina T., d. van H. M. Koenen en C. J. Cha- bot; Dirkje, d. van A. J. C. Spjerings en H. P. Kar sten; Willem A.>, z. van *H. J. Smith en G. v. d. Woerd; Adri- ana M., d. van A. de Rooij en M. Rozenbrand; Leendert, z. van A. v. Dongen en A. C. Hollemans; Jenne- ke D., d. van P. G. Klootwijk en E. J. v. Burgel; Wilhelmina H., d. van W. C. v. Beek en H. G. v. d. Schans. Getrouwd: D. Werther 56 j. en H. P. Hennij 52 j.; A. C. Heijblom 20 j. en A. J. Paans 18 j.; G. Wage- makers 49 j. en A. D. v. Berkel 46 j.; C. J. P. Groenenberg 33 j. en I. A. Schiedon 29 j. Overleden: J. G. v. Dommelen, 62 j. echtg. van J. C. Pruissen; A. van Beek 62 j., echtg. van J. Haverhals; J. Leenen 74 j., wedn. van J. v. Her wijnen; A. G. v. Iersel 73 j„ echtg. van P. v. d. Hoven; M. v. Dongen 77 j., wed. van A. v. Zeist; A. A. Moonen, 83 j. worden door ons bedrijf op onberispelijke wijze uitgevoerd. Nu de lange winlereravonden weer voorbij zijn is hel noodzakelijk Uw boeken en tijdschriften te laten nazien. U voorkomt daardoor onnodige slijtage van Uw lectuur. Voor Uw Familie- en Handelsdrukwerken hebben wij steeds nieuwe lellertype's Wij kunnen U een prachfcollectie tonen in: Wij maken U er op attent dat voor spoedeisende Rouwdrukwerken ons bedrijf dag en nacht geopend is. DRUKKERIJ - BINDERIJ Tel. 19 - HEUSDEN

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1949 | | pagina 4