Grote sortering NIEUWJAARSKAARTEN vanaf 2 cent dudejaarsavorrdgedachferr. DINAND STUFKENS Firma L. VEERMAN Boekhandel HEUSDEN Ingezonden Langend ijk 37 - Gorkum zijn overtuigd, dat het gezelschap bij een volgend optreden, zeker op een talrijker publiek zal kunnen re kenen. Kerkvoogden van de Ned. Herv. Gem. houden zitting tot innen van zitplaatsengelden over het le halfjaar 1950 op Zaterdag 31 Dec. (Oudejaarsdag; en wel 's middags van 2 tot half 5 en 's avonds van 79 uur in de pastorie. Dringend wordt verzocht zoveel mogelijk aan betaling op die dag te voldoen. Op verzoek van de J.V. hoopt Ds. Dorsman van Schelluinen op D.Y. 5 Jan. a s. een tijdpreek te hou den ter herdenking aan het bombar dement dat 5 jaar geleden in onze gemeente heeft plaats gehad. Zie advertentie volgend nummer WERKENDAM. Tot predikant bij de Chr. Ger. kerk alhier is beroepen, "Ds. C. Smits van Driebergen. De fa. Gebr. Visser alhier was de laagste inschrijfster voor de aan besteedde percelen eJi 4 van Nederrijn en Lek mei resp. f45.800 en f 24000. Onze dorpsgenoot, de heer J. W. Timmermans, herdacht Vrijdag j.L de dag, dat hij voor 40 jaren in dienst trad bij de P.T.T. alhier, Een dezer dagen had de schip persknecht Floor Hovestadt het on geluk bij het vastmaken van het mo torschip in de sluis te Vianen, zijn linkerduim tussen öe staaldraad af te knellen. De heer J. H. Vink alhier heeft wegens gezondheidsredenen oe- dankt als bestuurslid der Herv. Stich ting. Tot ouderling bij de Chr. Ger. kerk alhier werden herkozen de he ren H. C. Vos en D. A. Brienen, als diaken de heer H. Ippel, terwijl Jot ouderling werd gekozen de heer J. v. d. Berg. WAARDHUIZEN. De pastorie van de Geref. Kerk (o.h. art. 31), kwam deze week onder de kap, terwijl de boerderij van Joh. v. Herwijnen CTz. op de Stenenheul zijn voltooiing nadert. Mijnheer de Redacteur! Indien mogelijk, gaarne enige plaatsruimte in het laatste nummer van u in dit jaar verschijenend blad. Bij voorbaat dank. Nog maar één jaar en de eerste helft der 20e eeuw behoort tot het verleden. Het is voor ons, die op meer gevorderde leeftijd komen, als of bij het toenemen van het aantal levensjaren de tijd als in versneld tempo voorbijsnelt en begin en einde des jaars in steeds kortere tussen pozen elkander opvolgen. Vele zijn de beslommeringen des levens in deze rusteloze tijden, en weinig tijd blijft er over o'f wordt er besteed om over de ernst des levens zich te bezinnen, en zelfs liet oude jaar, de oudejaarsavond gaat menig maal voorbij, zonder het Woord: „Rust een weinig" in praktijk te brengen, om in dankbaarheid terug te zien op de vele goede gaven en zegeningen uit onverdiende genade ontvangen, ofwel te gedenken aan verliezen in het afgelopen jaar of in vroegere jaren geleden en zich bij smart en droefheid te wenden tot die levensbron, van waaruit alleen het ware leven en de vrede is voort vloeiende. Alleen zij die in gevangenissen zuchten of die gebukt gaan onder een slavenjuk van overweldigers zul len de tijden lang vallen en de da gen, naar hun ervaring en waarne ming slechts langzaam voorbijgaan, als zij uitzien naar verbetering van hun lot, hunne hope vestigende op een toekomst, waarvan zij, van druk ontslagen, meerder geluk verwach ten. En toch bij dat alles, de zon rijst op en de zon gaat onder, en zij hijgt naar hare plaats waar zij oprees, nu, evenals reeds duizenden jaren, in een gelijkmatig tempo. „Of iemand druk ontmoet of blijd schap op den dag, De zon doet haren loop gelijk zij voortijds plag." (Cats). Als op meer gevorderden leeftijd, liggen ons nog in het geheugen, en wij kunnen het nauwelijks geloven dat het al een halve eeuw is geleden, hoe nu voor vijftig jaren onze stam genoten in Zuid-Afrika in de onge lijke strijd gewikkeld waren met het machtige Engeland. Engeland dat ter- wille van de goudmijnen van Trans vaal, gelegenheid had gezocht en ge vonden om de vredelievende maar ook vrijheidslievende burgers der beide Boerenrepublieken, Transvaal en Oranje Vrijstaat aan te vallen en na een driejarige strijd te onder werpen. De namen van de Engelse Minister Joseph Chamberlain en diens handlanger Cecil Rhodes de „ongekroonde koning" van Zuid- Afrika waren bij ons volk, hetwelk met een diep medegevoel met onze stamverwanten medeleefde, ge haat en veracht. Bijna geheel Europa sprak met verontwaardiging over deze daadtvan imperialisme van Engeland, en vrij willigers uit ons land en uit Duits land streden aan de zijde der boe ren, maar van regeringswege is het alleen onze toen nog jeugdige Ko ningin Wilhelmina geweest, welke H.M.'s kruiser „Gelderland" naar Zuid-Afrika zond om de grijze pre sident Paul Kruger af te halen en voor gevangenschap te behoeden. Terwille van de „hogere politiek" vond deze grijsaard in Europa geko men bij de hoven der grote mo gendheden, als de machtige keizer van Duitsland en de Czaar aller Russen geen gehoor en heeft hij zijn verdere levensdagen moeten slijten in Holland en Zwitserland, ver van zijn vaderland en van zijn volk. Maar een paar jaren na liet beëin digen van deze ongelijke kamp, brak er weer een nieuwe oorlog uit tus sen twee rijken, niet minder ongelijk naar het scheen, in grootte en sterk te van legers: Rusland en Japan. Maar geheel anders is daar het ver loop geweest. Het machtige Rusland moest het onderspit delven, tegen over het in vergelijking kleine, maar dappere Japan en de Russische Czaar heeft zich slechts met moeite op zijn wankelende troon kunnen handhaven. Na enkele jaren van schijnbare vrede ontstond er strijd in Tripoli tussen Italië en Turkije en daarna in de jaren 1912 en 1913 waren het de Balkan-volken, welke als ook al le volken der aarde zijn, als een zee welker wateren slijk en modder op werpen, die elkander bekamptien. met een verwoedheid en wreedheid, wel ke men in de 20e eeuw tot de ge schiedenissen der onbeschaafde vol ken uit de oudheid rekende te be horen. Zo hebben overwinnende le gers met de hoofden hunner versla- gene vijanden op de bajonet door de stralen ener veroverde stad gemar cheerd. Het Turkse rijk wend zeer ingekort en behield in Europa maar een betrekkelijk klein .grondgebied en de kleinere Balkan-Stalen zoch ten elk voor zich, al twistende on der elkander over het verdelen van de Turkse buit, meer en meer zich in macht uit te breiden. Nog geen jaar daarna, in Juni 1914 werd te SerajewO', de hoofdstad van Bosnië, de kroonprins der dubbel monarchie Oostenrijk Hongarije, aartshertog Frans Ferdinand en zijn gemalin vermoord. Het is deze ge beurtenis geweest, die a.h.w. de lont in het kruitvat is geweest om het smeulende oorlogsvuur in Europa te doen ontbranden en in Augustus van datzelfde jaar stond nagenoeg geheel ons werelddeel in vuur en vlam. Later mengden zich de Ver. Staten van N. Amerika en ook Ja pan in de krijg, zodat van een we reldoorlog kon gesproken worden. Meer dan vier jaren heeft deze strijd der volken geduurd en op het einde daarvan hebben we kunnen waarnemen dat ook in de 29e eeuw het Schriftwoord nog steeds waar heid is: „Ik heb knechten te paard gezien, en vorsten gaande als knech ten op de aarde." De eens mach tige keizer van Duitsland sleet zijn verder leven als balling op een kas teel in ons land en „vadertje" Czaar werd door zijn eigen onderdanen op laaghartige wijze vermoord. In vele landen van Europa moest de constituonele-monarchale regerings vorm plaats maken voor een dicta tuur van het proletariaat. Ons land bleef toen gespaard voor de verschrikkingen van de oorlog, hoewel het indirect door belemme ring van handel en scheepvaart er veel door te lijden had. In dezelfde tijd (najaar 1918) toen door wapenstilstand een einde kwam aan het oorlogsgeweld, teisterde een epidemie, de z.g.n. Spaanse griep, Europa, en maakte in korte tijd een niet minder aantal slachtoffers dan de gehele oorlog geëist had. Bij de vrede van Versailles in 1919 sloten zich vele rijken aaneen in een volkenbond met het doel, in de toekomst door onderling overleg de vrede te verzekeren. Promotor hier van was Woodrow Wilson, de pre sident der Ver. Staten van N. Ame- ka. Doch waar Hij op Wiens ge rechtigheid, als op de enige ware grondslag des vredes, een blijvende vrede kan gebouwd worden, werd buitengesloten, bleek al spoedig dat de werkmeesters uit de mensen wa ren. De volkenbond bleek niet bij machte te zijn de voorges Lelde ont wapening op gang te brengen en doeltreffend op te treden tegen agres sieve (aanvallende) machten als Ita lië, Japan en Duitsland. Wel werd in verschillende landen de bewapening zeer beperkt; zo ook in ons land werden leger en vloot onder druk van het socialisme zeer afgetakeld. Het spreekwoord: Wie de vrede liefheeft bereide zich voor ten oorlog, werd vergeten of achtte men voor zeer verouderd. Tolmuren belemmerden handel en nijverheid en in de dertiger jaren was van hetzelfde product in het ene overproductie en werd aan de vernietiging prijsgegeven, terwijl in het andere land dezelfde artikelen zeer schaars waren of bijna geheel ontbraken. Japan zocht in het Oosten zijn macht steeds te vergroten. Italië overmeesterde het rijk van de Nggus van Abessinië in Afrika en Duits land waar sinds 1933 het Nationaal- Socialisme onder Adolf Hitler, wel ke in 1931 maarschalk Von Hinden burg als Rijkskanselier onder de ti tel van Führer opvolgde, regeer de, bezette in 1936 het Rijnland, over weldigde in 1938 Oostenrijk meteen gedeelte van Tsjecho-Slowakije, in 1939 de rest van dat land terwijl op 1 Sept. van dat jaar Polen werd aangevallen. Grool-Brittannië en Frankrijk verklaarden daarop de oorlog aan Duitsland en in 1940 was bijna geheel Europa in oorlog en ook in andere werelddelen ont- brandde de strijd, zodat de tweede wereldoorlog mede ook door nog meer gemoderniseerd oorlogstuig, veel geweldiger werd dan de eerste geweest was. Meer dan vijf en een half jaar duurde deze worsteling der volken, waarin vanaf 10 Mei 1940 ook ons land in werd betrokken. Op 14 Mei 1940 moest Generaal Winkelman, de opperbevelhebber onzer troepen, ca pituleren, en werd ons vaderland door Duitsers bezet, terwijl regering en vorstenhuis naar Engeland waren uitgeweken. Het volgende jaar, op het einde van 1941 werd ook ons Indië in de oorlog betrokken en door Japan overweldigt. De gruwelen van de oorlog niet alleen aan de fronten, maar in nog ergere mate in de concentratiekam pen der gevangenen zal ik hier ver der niet memoreren. Genoeg is te zeggen dat wel gebleken is dat alle beschaving niet meer is dan een dun vernis en in wezen de mens niet beter is door zijn voorgeslacht uit de onbeschaafde tijden, op wélke tijden wij met onze 20e eeuwse be schaving en ontwikkeling, gewoon waren in minachting neer te zien. Des te meer is het openbaar ge worden dat de hedendaagse méns uit zichzelven, nog steeds niet ver heven is boven de beschrijving wel ke de Apostel Paulus in Rom. 1:26 lot 30 en Rom. 3:10 tot 18 van de mens gegeven heeft. In Mei 1945 capituleerde Duits land, omdat de legers op alle fron ten verslagen waren en de grote steden van dat land, door bombar dementen uit vliegtuigen der ver woesting nabij waren. In Augustus van dat jaar moest ook Japan, na dat Amerika van atoombommen had gebruik gemaakt, liet opgeven. Allerwege in de overwinnende lan den werden dankstonden gehouden en feesten gevierd vanwege de over winning of ook wegens de bevrij ding van vreemde overheersing. Zo ook in ons land. Regering en Vor stenhuis kwamen uit Engeland naar het vaderland terug, en vonden hier ook grote verwoestingen door de oorlog aangericht, terwijl veLe tien tallen duizenden slachtoffers van ons volle in en door de oorlog de dood liadtlen gevonden. Allerwege werden nieuwe regeer ders aangesteld en de z.g.n. zuive ring bracht duizenden in concentratie kampen bijeen, allen die in meerdere of mindere mate met de vijand ge heuld hadden, of daarvan verdacht werden. Zonder enige blaam op de verzets beweging, 'de illegaliteit, te' willen werpen, menen we toch dat fouten gemaakt zijn, doordat ook yeelal aL- leen zij die tot deze beweging be koort hadden als echte vaderlanders weiden beschouwd, terwijl toch ook anderen, die in hetgeen ons land «1 volk moest ondergaan, de oordelen Gods meenden te zien over de na tionale. zonden en ongerechtigheden, denkende ook aan de woorden van de woorden van de Oranjevorst, wel ke in de revolutietijd, in 1795 naar Engeland moest uitwijken: „Godheeft een twistzaak met Nederland, als God ter neder werpt, wie zal dan weder oprichten, wij moeten daarom de oor delen Gods billijken", niet minder hebben geworsteld en hoewel op de plaats waar zij door God gesteld wa ren, hebben gedaan wat hunne hanid j vond om te doen, onder het juk van vreemde overheersing, als dienende de koning van Babiel, hebben uitge- zien en in smeking en en gebeden 1 de verlossing van ons land en volk niet in de eerste plaats hebben ver wacht van machtige bondgenoten als Engeland of Amerika, maar van Hem die de Overste is van de koningen dei' aarde. Voormannen van lie N.S.B.-bewe ging werden berecht, enkelen ter dood veroordeeld en anderen tot lan gere of kortere tijd van gevangen schap veroordeeld. In .Ned—Indië greep na dé capitu latie van Japan een groep revolutio nairen naai* de macht, lieden die zich niet ontzien hadden om met "de japanners samen "te werken en door deze tot aanzien waren gekomen. De regering die zo scherp tegen de N. S.B.-ers in het moederland was op getreden zocht met deze revolutio naire elementen in Indië, te onder handelen. De gouverneur-generaal, die naar eer en recht eerst de orde wilde herstellen, de regering uitoefenen, ge vangenen die nog in concentratiekam pen vertoefden, bevrijden, Japanse elementen welke nog achter gebleven waren onschadelijk maken, moest zijn plaats inruimen aan een ander die door geboorte korter bij .„Indonesië" stond. Het verdere verloop is békend. Na zaten van ons roemrijk voorgeslacht, welke de schone en rijke landen in het verre Oosten hadden verkregen tot bewijs van de waarheid der woor den van de Heiland: „Zoek eerst het Koningrijk Gods en Zijne gev rechtigheid en al deze dingen zullen u toegeworpen worden'', offerden zo nen en milliardeh geld, maar het eindresultaat is dat de Nederlandse overzeese gebiedsdelen „Onze Oosl" door eigen slapheid en door le buk ken voor de onrechtvaardige, en on dankbare opinie van bondgenoten en veiligheidsraad, worden overgedragen aan mensen bezield met haat tegen dl wat Nederlands is, en wij1 vrezen, dat de Islam en het Boedhisme zullen trachten liet kruis van Christus, hier sinds eeuwen verkondigt, weer uit de Indonesische archipel te verdrin gen. Dat het de roeping der overheid is, met name ook der overheid van Nederland krachtens onze historie, het Woord des Evangelie's overal te doen prediken is een passage uit onze geloofsbelijdenis welke voor kennis geving wordt aangenomen. 1 De volken van Ned. Oost-Indië, na bijna drie en een halve eeuw onder ons bestuur geweest Té zijn, opgehitst door een troep z.g. extremisten en handlangers van het „gele gevaar!" vallen van ons af, moreel gesteund door hen ten voordele van wie Ned. Indië in de oorlog is gegaan. We lezen in. de H. Schrift, dat de Edo- mielen en Lib na van het gebied van de koning van Juda afvielen, omdat de regering de Heene de God hunner vaderen veerlaten had. „In 't verleden, ligt het heden". De Jijden zijn ernstig, zeer ernstig en velen vragen zich af wat zal de toekomst brengen? Zijn we een 3e wereldoorlog nabij en zal de Russi sche „stoomwals" proberen door te rollen tot de bevers van de Atlan tische Oceaan en de twee aardrijks kundig zo aan elkander verbonden we relddelen trachten gehieel onder de macht van het communisme te bren gen? We vragen slechts. En als ve len het bang om het hart wordt en uitgezien wordt naar een dageraad van vrede, waarin gerechtigheid ©n waarheid elkander zullen ontmoeten en eert iegelijk' zal zitten onder zijnen wijnstok en vijgenboom, menen we toch op de profetie der H. Schrift te moeten wijzen: „Tot de wet en tofc de getuigenis en anders zal er geen dageraad zijn". Alleen. Hij wien gegeven is alle macht in hemel en op aarde kan de vijanden ter neder vellen door het zwaard Zijns monds en hen van de aarde verdelgen, maar Hij kan ook vijanden met God verzoenen. Daar voor heeft Hij in Zijn lijden en sterven de straf der ongehoorzaam heid en overtreding gedragen en door Zijn wetsvervulling een eeuwige ge rechtigheid aangebracht. Een iegelijk erkenne voor Gods aangezicht, dat h<ij behoort tot de vijanden die God verlaten hebben, doch pleitte oip het werk van Christus, de Zoon variGodis welbehagen, de tweede Adam, de nieuwe mens ,die alles heeft gedaan wat wij hadden behoren te doen, op dat door de genade God's ook het licht in onze duisternis opga en de dag aanbreke, waarin wij van harte geloven, dat Zijne gerechtigheid en heiligheid ons geschonken en toe gerekend wordt. Dan zullen wii met lijdzaamheid Jopen die loopbaan die ons voorgesteld is, ziende op de over ste leidsman en voleinder des geloofs, Jezus. Dan zullen wij leren oven al het wereldgebeuren, hoe geweldig ook, heen te zien naar de wederkomst van Hem die gezégd heeft: ..Zie Ik kom haastelijk", in wiens hand de tijden en gelegenheden zijin, gelijk Hij alle dingen regeert. Dan zullen verleden en toekomst, wanneer daar geen tijd meer zal zijn, worden opgelost tot een ee,uwig he den, en er geen rouw, noch moeite, noch gekrijt meer zal zijn, als God alle tranen van de ogen zaL afwissen en de dood zal zijn verslonden tot overwinning. Soli Deo Gloria. „Snelt dan, jaren, snelt vrij henen met uw blijdschap en verdriet. Welk een ramp ik moog' bewenen, God, mijn God, verandert niet! Blijft mij alles hier begeven, voortgeleid door Zijne hand, schouw ik uit dit nietig Leven in mijn eeuwig vaderland". Gez. 160:6. Veen, Dec. 1949. JAC. v.d POL, BRILLENSPECIALIST 'i

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1949 | | pagina 2