De Sirene loeitI
Politiek van de week.
Qemeenteraadsverslag
waarin opgenomen„NIEUWSBLAD voor het Land van Heusden en Altena, de Langstraat en de Bommelerwaard"
2E JAARGANG. NO. 104
DONDERDAG 7 MAART 1946
^HD van ALTEM*
Uitgever: K. VELTMAN, Drunen Algem. Redacteur: J. H. ROZA, Heusden Drukkerij: FIRMA L. J. VEERMAN, Heusden - Tel. 19, Giro 61525
Verschijnt Maandag en Donderdag Abonnementsprijs: f 1.95 per 3 maanden per week 15 ct.losse nummers 10 ct. Advertentiën 20 cent per regel
Advertentiën en berichten worden ingewacht: Voor het Maandagnummer tot Zaterdagmorgen uiterlijk 10 uur; voor het Donderdagnummer tot Woensdagmiddag uiterlijk 2 uur
In België is men in een impasse ge
raakt. Nadat de Schrijver, de voorzitter
der Christelijke Volkspartij, aan Prins-
Regent Karei zijn opdracht tot de vor
ming van een kabinet had teruggege
ven, omdat zijn onderhandelingen een
negatief resultaat hadden gehad tenge
volge van de socialistische oppositie
tegen een volksreferendum inzake die
koningskwestie, werd Spaak met een
informatieve opdracht belast. Deze kon
echter ook niet slagen, daar de Libe
ralen geen deel aan de regeering willen
nemen, omdat voorgenomen was een
linksche coalitie te vormen.
Zoodoende ziet men thans geen uit
weg, daar tot nu toe alle partijen op
hun standpunt blijven staan. Prins Karei
wil nu persoonlijk de partijlen consultee
ren om te trachten een compromis te
bereiken.
Onmiddellijk nadat men in Spanje
vernomen had dat Frankrijk voornemens
was per 1 Maart de grens te sluiten
is men er daar zelf toe overgegaan.
Sedertdien heeft zich een vrij drukke
politieke bedrijvigheid afgespeeld rond
om het probleem „Spanje". Overal drin
gen de 'linksche partijen aan op het
verbreken der politieke betrekkkingen
met Spanje. Toch komt de Spaansche
sche regeering haar verplichtingen te
genover de Vereenigde Volken na, wat
blijkt uit de uitlevering van Duitsche
Gestapo- en sp tonnage-agenten. Intus-
schen Werden echter te Barcelona op
nieuw viier Spaansche republikeinen te
rechtgesteld. Bovendien werden aan de
Fransche grens Spaansche troepen ge
concentreerd. Tegenover een nota van
de Fransche regeering aan Engeland
en Amerika om de betrekkingen met
Franco te verbreken werd evenwel ©en
afwijzende houding aangenomen.
Van haar kant heeft de regeering
der Vereenigde Staten een voorstel ge
daan om een gezamenlijk Anglo-F ran sch-
Amerikaansche verklaring af te leggen
over de te volgen politiek jegens Spanje.
Zoowel te Parijs als te Londen werd
dit voorstel na eenig beraad aangeno
men. Maandagavond werd deze verkla
ring door het Britsche Ministerie van
Buitenlandsche Zaken gepubliceerd.
De inhoud dezer verklaring komt
hierop neer. De geallieerden kunnen
niet samenwerken met een fascistisch
Spanje. Derhalve wordt het Spaansche
volk aangeraden zich op vreedzame wij
ze \un het Francoregiem te ontdoen,
de phalanx af te schaffen en een over-
gangsregeering te vormen. Eerst dan
kan er sprake zijn van herstel der vol
ledige diplomatieke betrekkingen en tot
nemen van practische hulpmaatregelen.
Tegelijkertijd werden te Washington
in beslag genomen Duiitsche documenten
met betrekking tot Franco gepubliceerd.
Hieruit blijkt dat Franco op bepaalde
voorwaarden beloofd had aan de zijde
van Duitschland en Italië den oorlog
in te gaan.
Het Fransche voorstel om de Spaan
sche kwestie voor den Veiligheidsraad
der UNO te brengen is volgens Reuter
door de Britsche regeering afgewezen,
daar de Britsche regeering het Spaan
sche regiem als een binnenlandsche aan
gelegenheid beschouwt.
Terwijl de rechtsche partijen over
het algemeen instemming betoonen met
de gezamenlijke Anglo-Fransch-Ameri-
kaansche verklaring, zijn de meeste link
sche bladen teleurgesteld en staan zij
zeer sceptisch tegenover het effect diei
verklaring.
Het is nu echter de vraag hoe het
Spaansche volk zal reageeren.
Maandag heeft de Canadeesche regee
ring een rapport gepubliceerd over de
Russsiche atoom-spionnage-srffaire.
Het bewijsmateriaal toont aan dat
door leden der Sovjet-ambassade geope
reerd werd onder directe instructies
van Moskou. Behalve op de vervaardi
ging en de samenstelling van de atoom
bom hadden de geheimen ook nog be
trekking op het vervoer van Amerikaan-
sche en Canadeesche troepen uit Europa
en de Pacific naar Amerika, op de
legering en het toekomstig gebruik van
parachute troepen en op meerdere mi
litaire gegevens.
Canada begint zich min of meer ze
nuwachtig te gevoelen.
Ook de kwestie Iran begint weer
op te leven. Nadat indertijd bij1 het drie-
mogend heden verdrag was overeengeko
men dat geallieerde troepen op 2 Mrt.
1946 Iran zouden moeten hebben ver
laten, wat door de Britsche troepen
inderdaad is geschied, deelde radio Mos
kou op 1 Maart mede, dat de Russi
sche troepen op 2 Maart hiermede een
aanvang zouden maken, maar slechts
in de Oostelijke gebieden; in de andere
gebieden eerst dan, wanijeer de situatie
rustig zou zijn.
Dit zou echter een verdragbreuk be-
teekenen. E-ngeland en Amerika hebben
hierover reeds met elkaar overleg ge
pleegd. In Londen noemde men zelfs
deze crisis de hevigste sinds het einde
van den oorlog.
Een der leden van het Iraansche
parlement noemde het Russische optre
den verdragbreuk en verklaarde dat deze
aangelegenheid opnieuw voor de U.N.Ö.
behoorde te worden gebracht. Deze ver
klaring werd eenstemmig toegejuicht.
Later werd vernomen dat Rusland
aan den Iraanschen minister-president
een aantal eischen zou hebben gesteld,
o.a. betreffende een bondgenootschap
met de Sovjet-Unie, erkenning van de
autonome regeering van Azerbridsjan
olie-conoessies aan de Sovjet-Unie en
de vorming van een eigen l^ger in
Azerbridsjan onder leiding van Rus
sische militaire advizeurs, welk leger
gestationneerd zal worden op voorde
Sovjet-Unie belangrijke strategische pun
ten. Intusschen zal de Iraansche regee
ring het roode leger „verzoeken" te
blijven waar het thans is. Minister
president Sultanek zou dit geweigerd
hebben. Zoodoende besloot Rusland zijn
troepen niet uit Azerbridsjan terug te
trekken, zoolang de toestand niet was
opgehelderd.
Het gevolg van dat alles is geweest
dat de Britsche regeering thans een nota
aan Rusland heeft overhandigd, waarin
gewezen wordt op de bepalingen van
het driemogendheden-verdrag en ophel
dering wordt gevraagd over het blijven
handhaven van troepen van het Roode
leger in sommige deelen van Perzië.
Met belangstelling wordt .thans uit
gezien naar het antwoord der Sovjet-
regeering.
In Britsch-Indië en Egypte blijft het
rommelen. Alhoewel de grootste troebe
len in Bombay, Karatsji, Madras en
Rangoon, voorbij ztijn is het er toch
nog niet volkomen rustig.
De Britsch-Indische leiders hebben
echter verklaard dat zij tegen gewéld
zijn, eerstens omdat zij het resultaat
willen afwachten van het bezoek van
drie Britsche ministers aan hun land
en bovendien, omdat zij van meening
zijn dat de muiterij voor een groot deel
het werk zou zijn der communisten,
die de zaak in verkeerde banen willen
leiden.
In Egypte heeft de Britsche regeering
een scherp protest ingediend tegen de
onlusten met een eisch om schadever
goeding. De Egyptische regeering meent
echter dat juist het tegenovergestelde
het geval is en dat zij recht hebben
op schadevergoeding. Verder handhaven
zij hun eisch, dat de Britsche troepen
uit Egypte moeten worden teruggetrok
ken. Engeland moet echter denken aan
zijn positie ten aanzien van het Suez-
kanaal en zal zich daarom wel wach
ten om hierop zonder meer in te gaan.
waarna door den Secretaris de notulen
der vorige vergadering worden gelezen
en onveranderd goedgekeurd.
Ingekomen een schrijven van de N.V.
P.E.G.M. met mededeeling dat er geen
materiaal en personeel beschikbaar is
om de straatverlichting in deze ge
meente weer bedrijfsklaar te maken.
Dhr. F. v. Dalen zegt dat er veel
lichtpalen hiervan verdwijnen of ver
nield worden.
De Voorzitter zal een en ander aan
de P.E.G.M. doorgeven.
Besluiten van Ged. St., houdende
goedkeuring 2e wijziging begrooting '44
en houdende bericht van ontvangst der
wijziging Alg. Pol. verordening inzake
losloopende hondenv
Verzoek van den gemeenteraad van
Standdaarbuiten om adhaesie te betuigen
aan een door hen aan de tweede kamer
der Staten-Generaal gericht adres inzake
vergoeding van oorlogsschade op basis
van de werkelijke kosten van herstel.
De Voorzitter zegt dat de Tweede
Kamer thans wel heel goed op de hoog
te is omtrent de schadevergoedingen enz.
en het lijkt hem dan ook niet meer
noodig om aan dit adres adhaesie te
betuigen. Besloten worden al deze in
gekomen stukken voor kennisgeving aan
te nemen.
Aanbieding gem.-rekening 1944.
De Voorzitter zegt, dat deze reke
ning sluit met een batig saldo van
f 10176,81 wat den gewonen dienst be
treft en met een nadeelig saldo van
f 6234,37 wat betreft de kajpitaaldienst.
Inkomsten gewonen dienst f90174,26
Uitgaven gewonen dienst f 79997,45
Batig saldo f 10176,81
Uitgaven Kapitaaldienst f70547,15
Inkomsten Kapitaaldienst f64312,78
Vergadering van den Raad der gemeen
te BRAKEL, op 1 Maart 1946, des
voormiddags half 11.
Voorzitter: W. J. Pos.
Aanwezig alle leden.
Secretaris: Mr. J. van Dalen.
De Voorzitter opent de vergadering
met voorlezing van het formuliergebed
Nadeelig slot f 6234,37
De Voorzitter wil dezelfde heeren
voor het nazien dezer rekening aanwij
zen als welke de gem.-begrooting '46
hebben nagezien. Aldus besloten.
Bahandeïing begrooting 1946.
De heer Duijzer brengt namens de
commissie van onderzoek rapport uit
en vraagt of den post van f 50 voor
huisnummering nietkan vervallen. De
menschen kunnen beter zelf het huis
nummer op hun woning laten schilde
ren, waarop de Voorz. antwoordt dat
deze post niet alleen voor huisnumme
ring is doch ook voor bevolkingsre
gisters.
Dhr. Vermeulen zegt dat op zijn wo
ning nog geen nummer is aangebracht.
De Voorz. zegt een en ander te zul
len onderzoeken.
Vervolgens zou de heer Duijzer gaar
ne nadere inlichtingen hebben betreffen
de het uitbreidingsplan.
De Voorz. zegt dat hieromtrent niet
veel valt te zeggen, hij is echter in
Arnhem geweest en aldaar is een en
ander besproken. De desbetreffende
Ambtenaar is thans echter in Militairen
dienst en Hit zal wel weer eenige
vertraging geven. Vermoedelijk zal het
uitbreidingsplan in verband met deruil
verkaveling alhier, gratis geschieden, in
het andere geval is dit nog al duur.
In Arnhem is echter op spoed aange
drongen. Ook de begraafplaats is in
het uitbreidingsplan opgenomen. Deze
begraafplaats zal spoedig noodig- zijn
in verband met de vele sterfgevallen
in het vorige jaar en het begraven van
Duitsche militairen.
De heeren Duijzer en Vermeulen vra
gen waar de begraafplaats zal komen,
waarop de Voorzitter zegt, waarschijn
lijk bij het land van Joh. Ver voorn.
De heer L. v. Dalen vindt dat de
„Haag" ook wel geschikt voor begraaf
plaats is. De Voorzitter zegt dat deze
midden in het uitbreidingsplan ligt.
Op een vraag van dhr. Vermeulen,
waar precies de begraafplaats komt te
liggen, zegt de Voorz. dat dit op het
land van M. Versteeg nabij Joh. Ver
voorn zal zijn.
De heer F. v. Dalen vraagt of het
niet mogelijk zou zijn het bestaande
kerkhof uit te breiden, doch is volgens
meening van den Voorz. niet mogelijk.
Dhr. Vermeulen vraagt hoe of het
In de afgeloopen week mocht ik een
schrijven ontvangen van het Gewestelijk
Arbeidsbureau te Almkerk, waarvan de
inhoud luidde als volgt:
In Uw artikel „De Sirene loeit"!
van 21 Febr. 1946 wordt o.a. vermeld,
dat de uitkeering van de geldelijke
vergoeding van tewerkgestelde geïnter
neerden via de Arbeidsbeurs zou zijn
geschied. Deze bewering nu is geheel
onjuist. De taak van het Arbeidsbureau
was en is nog steeds bemiddeling
verleenen bij de tewerkstelling van ge
detineerden. De inschakeling van het
Arbeidsbureau had ten doel misbruik
te voorkomen, waardoor z.g. vrije ar
beiders werkloos zouden blijven loopen
en gedetnieerden voor weinig of geen
loon het werk zouden doen. Zonder
schriftelijke toestemming van "het Ar
beidsbureau mochten dan ook geen ge
detineerden tewerk gesteld worden. Was
deze toestemming verleend, dan werd
door Bureau Oogstvoorziening het loon,
dat door den werkgever voor deze ge
detineerden moest worden betaald, vast
gesteld, terwijl de Ned. Heide Mij.
met de loonadministratie en de inning
van de verschuldigde vergoeding was
belast, waarna het bedrag aan den
betreffenden Commandant van het Infer-
neeringskamp werd afgedragen. Het Ar
beidsbureau had dan ook, noch met
het vaststellen noch met de inning of
uitkeering van het loon van tewerkge
stelde gedetineerden eenig© bemoeienis.
Ik zou het dan ook ten zeerste ,op
prijs stellen, indien U ter voorkoming
van .mogelijk misverstand bovenstaande
in Uw blad zou willen opnemen.
De Dir. v. h. Arbeidsbureau Almkerk
w.g. A. J. PÖULI.
Gaarne heb ik aan dit verzoek vol
daan, maar ten overvloede dient te
worden opgemerkt, dat in bedoeld ar
tikel geenszins tot uiting kwam dat het
Arbeidsbureau in deze gefouteerd zou
hebben. Er is slechts gespnfoken over een
rapport, voorgelezen door den Inspec
teur, Luitenant v. d. Horst, waaruit
bleek dat de uitkeering via de Arbeids
beurs (dus aan personen, die via de
Arbeidsbeurs werden uitgezonden)
slechts zeven cent per uur, per geïn
terneerde bedroeg, terwijl het den heer
v. d. Velden bekend zou zijn dat me
nigmaal vier a vijf gulden per dag
werd betaald.
Het is bovendien vanzelfsprekend,
dat niet de Arbeidsbeurs de loOnen
uitbetaalde, al mag dit in abnormale
tijden, zooals de bezettingsjaren, dan
wel eens voorgevallen zijn. Wij weten
allen dat zij in overeenstemming met
haar taak slechts bemiddeling verleent
tusschen werknemer en werkgever.
Ook de heer Spiering, opzichter van
het Bureau Oofgstvoorziening meende
er blijkens een ingezonden mededeeling
op te moeten wijzen dat de admini
stratie werd gevoerd door de Ned. Hei
de Mij., welke de gelden aan den
Kamp-Commandant overmaakte.
Uiteindelijk is niet de vraag gesteld:
waar zijn deze gelden niet, maar waar
zouden zij eventueel w e 1 gebleven zijn
(Onder verantwoordelijkheid van
den Uitgever).
Correspondentie aangaande boven
staande rubriek kan uitsluitend
gericht worden aan den Uitgever van
dit blad.
moet gaan bij een nieuw kerkhof met
de eigen graven of welke thans reeds
aangekocht zijn.
De Voorz. zegt, dat deze ruimte altijd
voor den eigenaar bestemd kan blijven.
Dhr. Duijzer zegt vervolgens, dat
de post brandbluschmiddelen wel wat
laag geraamd is. Er behoeft maar het
minste te gebeuren of men komt reeds
tekort.
De Voorzitter is het met deze mee
ning eens en zegt dat bij eventueel©
grootere uitgaven deze post altijd nog
bij wijziging verhoogd kan worden.